De vijver op zijn mooist m i§ De Draak van Caïssa i Glorieuze zege voor Nederlands drietal Gulko bracht er zeer weinig van terecht ll 1 KV i 71 ft 920 192 140 160 2688 12 i m 2835 imo 9 290 270 i 189 21 2520 162 Niet piekeren maar puzzelen Oplossing Opgave Nr 615 ■4»*-• *AW o -«»>*f —X ZATERDAG 3 JUNI 1978 BINNENLAND Trouw/Kwartet 19 De lente is al een eind gevor derd in de richting van de zomer. Dat is voortdurend te merken en juist in deze tijd gebeurt er elke dag wel iets nieuws. Als ik mijn aantekeningen van de laatste meiweek nazie, kan Ik de lente op de voet volgen: 22 mei de eerste bloeiende blauwe regen; 23 mei de eerste bloemen van het kardinaalsmutsje, en tegelijkertijd spinselnestjes van de rupsen van het kardinaalsmutsmotje; 24 mei een sachembijtje bevliégt de bloemen van de tuinkam perfoelie, vosbijtjes en zeefwespen likken ho ningdauw van de bladeren van de esdoorn, die nu in volle bloei staat; 25 mei een torenvalk en ettelijke kauwtjes zijn op jacht naar jonge spreeuwen, die zo onvoorzichtig zijn hun kop onder de dakpannen uit te steken; 26 mei de waterbies heeft zijn eerste aren in bloei en de breedbladige wespenorchis is al een eind boven de grond; 27 mei de eerste jonge spreeuwen zijn uit gevlogen. de eerste gele plomp- bloeit en de bloemknoppen van de waterlelie steken al boven water uit. 28 mei de watervlolier staat nu in volle bloei en de eerste bloem van de gele lis is er; 29 mei de blauw beemdooievaarsbek bloeit; 30 mei de eerste bloemen van de pijpkamperfoelie gaan open; 31 mei de bruidssluier heeft al een bloemtrosje en ik zag al een vlier die aarzelend in bloei kwam. Waterrantsoen De lente gaat ook in de vijver niet opgemerkt voorbij. Steeds meer waterleliebladeren dekken de wa terspiegel af en drukken de bloei- stengels van de lila waterviolieren opzij Een hoek van de vijver lijkt vol pinksterbloemen te staan door de vele waterviolieren, die onge veer dezelfde kleur hebben. Tussen hun kamvormig ingesneden blade ren onder de waterspiegel scharre len houterig staafwantsen rond. Die waterwantsen doen denken aan wandelende takken door hun bouw en bewegingen. Aan het eind van hun lange, bruine lijf hebben ze een even lange adembuis. waarvan het puntje boven water steekt als ze kruipen over bijna drijvende wa terplanten Als je ze uit het water pakt. houden ze zich dood. de vier lange loop zwempoten haaks van het lichaam gestrekt, het eerste po- tenpaax dat de vorm heeft van een gruwelijke vangtang ze lijken op knipmessen met.een scherpe punt voor de kop samengevouwen. Soms zie ik een verwant van de staafwants. de waterschorpioen, een platte brede uitgave met korte re poten en dergelijke knipmesach tige vangpoten. Drijvend aan de waterspiegel zou je die waterschor pioenen voor dode wilgeblaadjes kunnen houden. Sloom als ze zijn, weten ze toch behoorlijke dieren buit te jnaken. zoals andere water wantsen en wellicht ook veel bulle- kopjes. Van de vele honderden kik kervisjes. die toch uit het dril geko- men zijn. zie ik er geen meer terug. Het wil niet zeggen dat er ook geen een meer is, want tussen de water planten is het niet makkelijk die ren te zien te krijgen, maar onge twijfeld zijn er vele ten offer geval len aan dieren als deze wantsen. Snël en zo n gemene steker dat hij 'zelfs gevoelig door de menselijke huid heen prikt, is de zwemwants. die zich door het water spoedt als een waterroofkever en vooral bezig is tussen de algen op de vijver- wand. Landleven Volwassen bruine kikkers hebben geen hinder van deze dieren. Ze houden zich al veel minder in het water op dan een maand geleden Ik zie ze nu hoofdzakelijk op de oever, niet zonnend, zoals de groe ne kikker graag doet. maar op een plekje in de schaduw van moeras- spiraea en leverkruid. Kwaken doen ze allang niet meer; in de eerste meiweek zijn ze daar al mee opgehouden en toen begon tegelij kertijd hun verblijf op het land. De kleine watersalamander blijft lan ger in het water. Nog dagelijks zie ik mannetjes en wijfjös, de manne tjes nu zonder de hoge staartkam, de wijfjes niet meer zo dik. In een plukje watermos. dat ik uit de vij ver viste en in een jan^pot deed, zat een salamanderlarve van een centi meter lang. Je zou die haast voor een jonge stekelbaarsje houden, waarvan er nu honderden in de vijver rondzwemmen. Je ziet ze overal, in het ondiepe water tussen slangewortel en wateraardbei, soms wel tien tegelijk boven een waterlelieblad, dat nog maar half boven de waterspiegel uitsteekt, als lichte streepjes boven het don kere diepe water, waar de krabbe- scheer zich nog steeds uitbreidt. Vliegelarven.' De laatste dagen zie ik ook herhaal delijk zweefvliegen op de bladeren van drijvende waterplanten, grote donkerbruine „blinde bijen" en geel met zwarte pendelzweefvlie- gen, waarvan de larven in heel on diep water leven en vaak te vinden zijn in het modderhoekje achter de pluimzegge. Het zijn emeltachtige maden met een lange uitschuifbare adembuis om lucht te inhaleren, terwijl ze in de rommel rondkrui pen. Om die lange „staart" worden ze wel rotjes of rattestaartmaden genoemd. Ik heb ook en vliegelarve in de vijver die minder in het verborgene leeft, en wel in dotten puntkroos vlak bij de waterspiegel. Ook die heeft een volksnaam, stokje omdat hij zo stijf is als je hem uit het water vist. Het gelede lijf met maar een heel klein kopje loopt van ach teren smal toe en heeft daar een soort penseeitje. Als het stokje a- demt,' duwt het alleen die haren tegen de waterspiegel en deze spreiden zioh in een krans uit om de ademopening. Als het dier daar- De snelle zwemwants is plat als een kever en wordt er dan ook vaak voor aangezien. na met trage bewegingen onder duikt, vouwen de haren zich samen en soms blijft er een luchtbel tus sen gevangen. De wapenvlieg, die uit deze made komt. heeft een breed wapenschildvormig achter lijf met blauwe ot bronzen glans en gele vlekken langs de randen. In de zomer zie je ze nogal eens op de bereklauw, distels en leverkruid, waar ze langzaam rondlopen en de ondiep liggende nectar oplikken. De stokjes leven van allerlei heel klein gedierte dat ze buitmaken met twee kleine haken aan de kop. Insektengids Het gadeslaan van insekten aan een vijver is zeker even boeiend als het doen en laten volgen van vis sen. salamanders en kikkers. Hoe langer je kijkt, hoe meer soorten je ziet. Voor iemand die pas een vijver heeft en die namen wil weten, niet eenvoudig, ja zelfs verwarrend. Kortgeleden verscheen „Thieme's insektengids". oorspronkelijk een Tsjechisch werk. maar voor ons land toegankelijk gemaakt door dr. W. J. Kabos. Er staan nogal wat insekten in die in ons land niet voorkomen, maar dat is trouw ver meld. Een inleiding maakt je wijs in het insektenrijk, al staan er nog al wat moeilijke woorden in die je moet kennen om de overigens vrij duidelijke determineertabellen te kunnen hanteren. De meeste ge bruikers die iets over insekten wil len weten, zullen voornamelijk pro beren aan de hand van de uitste kende kleurenafbeeldingen erach ter te komen, met welk dier ze te doen hebben. De bekendste water- wantsen staan er prachtig in: de staafwants, de waterschorpioen, de zwemwants. het bootsmannetje, de vijverloper, de schaatsenrijder, de duiker- en de oeverwants. Ook een groot aantal waterjuffers, libellen en watermarginalis. de breedgeelgerande waterroofkever, waarover ik drie jaar geleden bij de vangst van mijn eerste exemplaar bij Wilnis zo enthousiast in deze krant schreef. Een jaar later vond ik een watertje, nog geen kilometer van mijn huis, waar de Cybisters gewoner waren dan de gewone geel- gerande waterroofkever. Eens ving ik er drie in één haal met het net. Sedert twee jaar hebben er onafge broken Cybisters in mijn vijver ge leefd en zelfs heb ik ze er zien paren. Je hoeft hoogstens tien mi nuten te wachten of er verschijnt er wel een om te ademen aan de op- pervlkate of er zwemt zon eironde, merkwaardig olijfbruine tor met snelle wendingen en veel rapper pootbewegingen dan van de gewo ne geelrand door het open water. In de insektengids staat dat hij in vijvers meestal alle concurrenten heeft uitgemoord, maar daar heb ik niets van gemerkt. Integendeel, ik zag er eens een voor een staafwants vluchten. En te oordelen naar de veelsoortigheid van de vijverbevol king valt zijn vraatzucht ook wel mee. J. Zahradnik: Thieme's insekten gids voor West- en Midden-Europa. 780 kleurentekeningen van F. Seve- ra. Uitg. Thieme, Zutphen. 320 blz., 29,50.—. De waterschorpioen, als een dor Wilgeblad hangend aan de waterspiegel, maar de grijpgra ge vangpoten wijd gespreid. Rekenpuzzel De werkwijze is als vo!gt:-In de lege vakjes kunnen cijfers onder de tien worden ingevuld, die met elkaar ver menigvuldigd, als produkt het getal geven, dat voor de horizontale en vertikale vakjes is vermeld Bij ge tallen met een plus moeten de cijfers opgeteld worden. Bij getallen, ge scheiden door een streep, geldt het Dovenste voor de horizontale en het onderste voor de vertikale vakjes. Oplossing per briefkaart t'm woens dag a.s. zenden naar: Trouw'Kwartet. Postbus 859. Amsterdam. Linksboven Oplossing Hor. 1. malie, 5. som, 7. ester, 11. Peri. 12. sol, 14. oer. 16. Edam, 18. Eem, 20. baroB. 23. ego, 24. kr.. 25. rem. 27. pet, 28. mot. 30. e.d.. 31. manen, 33. toren. 34. la, 36. toros. 38. liter, 39. o.l., 40. al. 42. tenor. 44. tel. 45. s.l., 46. tree. 48. belet. 50. lama. 52. dia. 53. regel. 54. net» 55. reek, 57. kerel, 59. tent. 61. er, 62. rad. 63. nipah, 66. re, 67. Ot, 68. ratel. 69. eigen. 71. eg, 73. temen, 75. vermelden: Weekendpuzzel. teler, 76. de, 78. eer, 79. ton, 81. les, 82. ar, 83. eva. 85. Aaron, 87. ode, 88. rede. 90. elk, 91. rek. 93. eren, 94. regel, 95. sas. 96. anker. Vertr. 1. meer, 2. arm. 3. li. 4. es, 5. slap, 6. moot, 7. er. 8. te. 9. Ede, 10. rage, 11. pekel, 13. Ob, 15. en. 17. model, 19. genot, 21. rek, 22. morel. 26. rat, 26. merel. 28. motet. 29. ter. 32. non, 33. titel, 35. aar. 37. sober, 39. olm. 41. leder, 43. regen. 45. sater. 46. tor. 47. eik. 49. lelie. 50. Let, 51. alt, 53 reden. 56. eet. 57. kater. 58. nagel, 60. nee, 62. ramen. 64. pit, 65. helen, 67. order. 68 ree. 70. nes. 72. garen, 74. oor. 77. ever. 79. taks. 80. nors, 82. ader. 84. adé. 85. al. 86. Ne.. 87. ore. 89. eg, 90. el. 92. ka, 93. e.k. De prijswinnaars zijn: mevrouw H. de Ruiter-v. d. Spoel. Pruimendijk 36, Rijsoord; de heer H. Groenhuijzen. Porfierstraat 15. Groningen: mevrouw D. Barendrecht-Bax, Rottenburgse- weg 112, Middclharnis. DAMMEN Het Europees kampioenschap in Tbilisi (Sowjet-Uniei heeft een glo rieuze overwinning voor het Neder landse drietal opgeleverd. Wiersma. Clerc en Sljbrands wonnen al hun duels. Vooral de winst op Rusland was typerend voor de kracht van het Nederlandse team. Wel heb lk verno men dat Clerc oud-wereldkampioen Tsjegolew min of meer dank zij een blunder versloeg, maar ÉangW n u Ik deze partij nog niet ontvangen heb kan ik daar geen commentaar op geven. Wel vandaag in deze rubriek twee partijen uit deze wedstrijd, al zijn het niet de allerfraaiste kunst werken van onze vertegenwoordi gers. De eerste partij is gespeeld aan het eerste bord in de ontmoeting Nederland-België en wel tussen Wiersma (wit) en onze zuiderbuur Michel Gregoire. I. 33-29 17-22 2. 39-33 11-17 3. 44-39 6-11 4. 50-44 1-6 5. 31-26 16-21 6. 32-28 19-23 7. 28x19 14x23 8. 35-30 10-14 9. 30-24 21-27. Tegenwoordig wordt 23-28 verreweg het meest gespeeld, maar wanneer zwart zo weinig mogelijk risico wil nemen, is de tekstinzet een uitste kend alternatief. 10. 37-31 23-28. In verband met mijn vorige opmerking zou 14-19 het meest in de lijn van de verwachting hebben gelegen. Maar met de tekst zet wordt het spel wel zo interessant gemaakt II. 42-37 20-25. Nü 5-10 ZOU Wit ZO goed als gedwongen zijn tot 40-35 waarna de afwikkeling 28-32. 18-23 tot een volkomen gelijkwaardige positie zou leiden met goed spel voor beiden. Met de tekstzet speelt de2wartspeler zijn toch veel sterkere tegenstander volkomen in de kaart.» 12. 24-20 15x24 13. 29x20 11-16 11. 20-15 14-19 15. 40-35 19-23 16. 47-42 7-11 17. 35- 30 Komt op deze manier tot dezelfde actie als in andere varianten na 34- 29. 40-34 en later 29-24, met dit ver schil dat schijf 49 nu eerstin hét spel kan worden betrokken en dat maakt wel degelijk verschil. Illustratief daarvoor is ook de partij Drost- Smeenk uit de halve finales 1977. 17. 9-14 18. 44-40 13-19 Ziet af van een verdere aanval op wits linker flank met 17-21 na dan eerst met 2-7 deze actie meer body te hebben gegeven. 19. 40-35 8-13 20. 49-44 5-10? Een inac tieve voortzetting, die de oorzaak zal zijn van grote problemen. 21. 44-40 3-9? Wiersma's tegenstander is volkomen de kluts kwijt. Ook deze zet getuigt van een gemis aan gezon de spelopvatting in dit spelgenre. 22. 30-24 19x30 23. 35x24 14-20 24. 33-29 2-8 25. 37-32 28x37 26. 41x21 16x27 27. 42- 37 (zie diagram I). zwart <151 ■1 f m m c m -- O t 9 9 9 b 9 Q j. 4 'JJ wit (15) Wje de stand oppervlakkig bekijkt, denkt al snel. dat zwart helemaal niet zo slecht staat. Maar meer doel matige bestudering leidt tot de ont dekking, dat zwart zo goed als verlo ren staat. Het is dan ook helemaal niet verwonderlijk, dat Gregoire het slachtoffer wordt van een weliswaar bekende, maar toch o zo verraderlij ke combinatie. Dat Zelfs topspelers als 8IJ brands en Van der Wal een dergelijke combinatie eens overzien hebben in partijen tegen resp. Be- rgsma en Van der Borst, waarvan de laatste in het afgelopen kamptoen schap van Nederland, zegt wat dat verraderlijke betreft wel genoeg, dacht ik zo. Op dit moment ia zwarts probleem de verdediging van schijf 27. Wit heeft drie aanvallers tegen zwart slechts twee verdedigers. De witte schl.il op 15 verhindert een tegenaan val op schijf 24 om voor de hand liggende redenen (de slag 15x35> en zwart zal dus moeten zorgen voor bezetting van veld 28. waardoor 37- 32 wordt uitgeschakeld. In dat geval heeft wit na b.v. 10-14:46-41 23-28 de beschikking over 29-23.28x30; 15x35 en schijf 25 hindert zwart bij de bezetting van het centrum en wit I kan met een gerust hart schijf 27 aanvallen. In de partij kan wit deze manoeuvre ook uitvoeren, mapr de tekstzet is natuurlijk nog veel beter. 27. 23-28? 28. 38-32.' 27x49 29. 37-32 49x19 meerslag 30. 32x5 17-21 31. 26x28 20-24 32. 29x20 25x14 33. 5x19 13x24 en met een schijf meer won wit nu nog veertien vrij nutteloze zetten deze interessante partij. De overwinning van Clerc mei wit op de Tsjechoslowauk Marek kwam heel eenvoudig tot stand. I. 33-29 18-22 2. 31-26 20-25 3. 39-33 22-27 4. 32x21 16x27 3. 44-39 17-22 6. 50-44 13- 18 7. 35-30 19-23 8. 40-35 14-19 9. 30-24 19x30 10. 35x24 9-13 11. 37-31 10-11 12. 24-20 15x24 13. 29x9 3x14 14. 41-37 8-10 15. 47-41 10-15 10. 14-40 4-10 (wacht IC veel af) 17. 34-30 25x34 18. 39x30 13-19 19. 40-34 8-13? (wordt het slachtoffer van een simpele combinatie) 20.33-28 en zwart geeft zich gewonnen. Een wel heèl erg gemakkelijke ovetwin- nlng voor onze landgenoot. Ik hoop nog wat meer gedetailleerd op dit toernooi tenig te komen. FRANK DROST SCHAKEN Vorige maand is het Sovjet zone- toernooi afgewerkt en het meest op vallende van de einduitslag was. dat de beide schaakkampioenen van Rusland. Gulko en Dorfman. zich niet hebben geplaatst. ZIJ finishten ergens in de middenmoot, ver achter de winnaar Balashof en nummer twee Vaganian. Kuzmin. Romanisjin en Tsjeskovski moeten nog een drie kampje spelen om twee plaatsen. Tenslotte heeft de Russische schaakbond nog één plaats gereser veerd voor Tal. die vlak voor het zonetoernooi weer eens ziek werd, maar. terecht, als een soort homma ge toch mee mag doen aan één van de kandidatentoernooien. Vooral Dorfman was erg uit vorm. of was het omdat zijn tegenstanders juist tegen hem zo gedisponeerd bleken, dat zijn resultaat zo tegenvallend was? Zie bijvoorbeeld, hoe hij door Balashof op een schitterende manier van het bord werd geschoven. Wit: Balashof Zwart: Dorfman 1. c2-c4 PgX-ffi 2. Pbl-c3 c7-c5 3. Pgl-f3 d7-d5 4. c4xd5 Pf6xd5 5. d2-d4 (De scherpste methode) 5. Pd5xc3 6. h2xc3 g7-gfi 7. e2-e3 Lf8-g7 8. Lfl-d3 O- O 9. O-O Dd8-a5 10. Lcl-b2 c5xcdl 11. i-3xd4 Pb8-cfi 12. Pf3-d2 Lc8-f5 13. Pd2- b.3 Da5-d5 14. Lb2-a3 Tf8-c8 15. Tal-rl (Wit staat nu duidelijk beter. Met f3 en e4 dreigt hij groot positioneel voordeel te behalen) 15. Lf5xd3 16. Ddlxd3 e7-c6 (Op 16. e5 volgt 17 e4 en 18 d5> 17. Tfl-dl Pc6-a5(Een thematische zet. die echter al te laat komt. Zwart wil Pb3 ruilen om de druk te d4 te verhogen) 18. e3-e4 Dd.V H5 19. d4-d5! (Breekt als het ware de zwarte stelling in tweeën, tnaar houdt tevens een fraai stukoffer in) 19.Pa.ï-c4 (Op deze zet had zwart zijn hoop gevestigd. Na 20. Tc4x volgt eenvoudig 20... Tc4x en Tdl blijft hangen) 20. d5xe6: (De uiteinde lijke pointe. Zwart had nu maar be ter op e6 kunnen terugslaan, waarna hij overigens ook zeer slecht staat.) 20. Pc1xa3 21. TcIxcS Ta8xc8 22. Dd3-d7 Tc8-aS (Wel een erg droevige zet, maar 22 TfS ging al niet meer wegens 23. e7!) 23. Dd7xf7 Kg8- Ii8 24. Tdl-d7 Lg7-e5 25. g2-g3'! En nu deze stille zet gaf zwart het op! Hij staat een stuk voor, maar heeft geen enkele goede zet meer. Dh5 is aan de dekking van h7 gekluisterd en zetten als Tc8 of Pc4 presteren niets ten aanzien van de dreiging e7, waarna wit zowel met Td8*, e8D+ als Df8* kan winnen. Zwart verkeert in een soort tempodwang die doet denken aan de beroemde partij Samisch- Nimzowltsch. Een diagram Is derhal ve wel op zijn plaats. Zie diagram I m a m A MM A w m SU m Lfl-e2 c7-c5 7. d4xc5 Dd8-;i5 8. O-O DaSxcSt 9. Kgl-hl Pb8-c6 10. Lc2-d3! (Het zetje van Llgterlnk. De beroem de partij Fischer-Kortsnoj. Curacao 1962 ging hier verder: 10. Pd2 a5! 11. Pb3 Db6 12. a4 Pb4 13. g4? Lg4x' 14 Lg4x Pg4x 13. Dg4x Pc2x 16. Pb5 Palx en zwart won sneli 10.Lt8- gl ll. Ddl-cl D«-5-li5(3)(Hier staalde dame zeer geëxponeerd) 15. Lcl-d2 e7-eS? (Maar dit is veel te optimis tisch en wordt nogal hardhandig af gestraft) 16. f4xt*5 Pc6xi'5 17. Pf3xc5 DHSxcS? (In ieder geval had hier 17. e5x moeten geschieden, hoewel wit met manoeuvres als Dg3. h3 en Le2 dreigt) !8.Ld2-f4 De5-c5 19. Dil- g3 Tf8-dH (Verliest onmiddellijk. Maar d8 was toch niet meer te dekken geweest) 17. e4-e5: zie diagram II Dat ook Gulko er de laatste tijd niet veel van terecht brengt, bleek tij dens de telegraaf-match tussen Ne derland en de USSR, die de vorige week werd gespeeld. Waarschijnlijk gaan de Sovjets met 5-3 winnen, maar Gulko werd door Gert Ligte- rink werkelijk van het bord gehakt. Wit: Ligterink Zwart; Oulko 1. e2-e4 g7-g6 2. d2-d4 Lf8-g7 3. Pbl-c3 d7-d6 1. f2-f4 Pg8-ffi 5. Pgl-f3 O-O lil Ad lUii r 1 ÜAK r O m m w AÖA m |.jA B e?' feè; r mz® 17. d6xo5 18. Lfl-gs: Wint een stuk. Vooral niet; 13. Leóx wegens Ph5) 18e5-c4 19. Lg5xf6e4xd3 20. Dg3xg4 (Ook 20. LdSx won gemakke lijk, maar zo gaat het Iets spectacu lairder) 20. Lg7xf6 21. Pc3-H»Ook dat nog) 21. Dc5xc2 22. PHxfK KgH-g7 23 Dg4*H4 h7-h« 24. P(6-g4 en zwart gaf het op MAX PAM 2520 280 10 24 Copyfigb» P I 8 Bo» 6 Cope«bog«n Vele oplossers menen, dat dit pro bleem uitsluitend „proberen" is. het geen tot enkele lage waarderingscij fers leidde. Maar dit probleem is juist samengesteld om aan te tonen, dat niet alle „rondgangen" (zoals de bekende „paardensprong") op pro- toeren berusten. Eén van de houvasten bestaat uit de plaatsen der loperzetten. Als men de vier figuren, waarin duidelijkheids halve de afscheidingen tussen de vel den van het schaakbord zijn wegge laten, beziet, dan blijken de zestien loperzetten steeds hetzelfde schema te bezitten. Het zou te ver voeren, de verdere overwegingen uiteen te zet ten. Ik beperk mij tot enkele, in de figuren weergegeven, bijzondere re sultaten. Figuur 1 (linksboven) van de heer D. Krijgsman (47) te Ede toont een rondgang, waarbij begin en einde op elkaar aansluiten, met de bijzonder heid. dat deze symmetrisch is (bij draaien over 180 ontstaat dezelfde figuur). Figuur 2 (rechtsboveni van de heer G H Klaassen (70) te Amersfoort toont een niet-sluitende rondgang, waarbij eerst de rand geheel is inge vuld. terwijl pas daarna het midden stuk aan de beurt komt. Figuur 3 (linksonder» van de heer H. H. M. L. Förster 180) te Geleen toont een niet-sluitende rondgang, waarbij eerst het liggende-L-gedeelte links onder, daarna dat rechtsonder, ver volgens dat linksboven en ten slotte dat rechtsboven is ingevuld Figuur 4 (rechtsonder) van de heer J Kramp (72) te Woerden is verdeeld in 16 vakken In elk vak is het veld linksonder het „vertrrkveld" van de toren, rechtsonder dat van de loper en linksboven dat van het paard. De omraamde velden rechtsboven zijn de schakelvelden om van het ene vak naar het andere te komen. Nóg duidelijker ziet men hier de ge dwongen! verdeling der loperzet ten (2-3. 34-35, 38-39. 18-19. 22-23. 42- 43. 27-27, enz Nog veel meer verbluffende staaltjes zouden kunnen worden vermeld. He laas is de plaatsruimte beperkt, maar voor de prestaties heb ik de grootste bewondering. Oplossing no fill. Ondanks verdub beling van het aantal inzendingen is het waarderingscijfer slechts 7.00; verkregen uit: 1 (1.1%). 2 (0.1*). 3 (0.2%). 4 (3.6%5 <11.5%6 (23.8% 7 (20.6%). 8 (18.5%). 9 (15.2%tl 10 <05.4%De prijswinnaars (met meer dan 222 punten) zijn: 1) Ir. J Dijk stra, Bcrnhardstraat 8. Zwolle (eer ste maal). 2) E. ten Hoeve. Oudeland 5.3481 GA Harmeien (zesdemaal): 3) mevr. M W. Lassing-Bakewel. Kerk plein l, 4101 CC Culemborg «derde maal); 4) A C. Maan. Nassaupleln 29. 2585 EC 's-Oravenhage (derde maal) Oplossing no. 615. Waarderingscijfer 8.15. verkregen uit 3 (1.0%). 1 (0,1% 5 (0.2% 6 (7.2%). 7 (20.2%) 8(29,3%). 9 (28,4%), 10 (13,6%) De prijswin naars (met meer dan 221 punten) Zijn: 1) mevr M. Boeren-Bloot, Troel- strastraat 2. Hardinxveld-Giezen- dam (tweede maal); 2' B van der Meer. Blocmstede 379. 3608 VD Maarssen (twintigste maalt; 3) J. M M. Verbakei. Puttendijk 9A. Maar heeze (zesde maal). mr G. VAN VORDLN 7 0 S i '1 U si 9 /O O (Ji 99 St 0 Vi fl IS hi Si #7 St *i U il i» ij U U H 21 U 2f JO /i ft J l a tt it u

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 19