k ben geen grootmoeder lie zit te breien' Schuitje varen Van gebruiksvoorwerp tot kunst UW PROBLEEM OOK HET ONZE ti vrouw H. J. van Nijnatten-Doffegnies: lim een miljoen boeken 4 Amerikaanse lappendekens: OAG 22 MEI 1978 VARIA Trouw/Kwartet iduir Fred Lammers rht boi 1 st. n, DRN „Eigenlijk had ik er ïvoi 974, na het verschijnen van i twintigste boek 'Huis ter .~J kei', al mee willen stoppen. 1 Tdat ik vond dat het niet maal af was, heb ik.'An- er nog achteraan ge- n 2 ikt. Nou is het echter mooi 1 g eest. Ik ben nu tachtig en je on< i eens van ophouden we- he Hoewel, tachtig jaar is te- 'tst woordig nog niet zo erg I" Laat ik er dit van zeggen: rcje al mijn best doen me aan voornemen geen boek ;r te schrijven te houden." and gevj •uw H. J. van Nijnatten-Doffeg- het met pretlichtjes in haar Ze weet langzamerhand wel e schrijven niet helemaal zelf in id hebt. In het najaar zal er in tval een aangevulde herdruk omen van 'Duco's gevleugelde tuinen', het enige kinderboek dat <n i >oit heeft geschreven. Het is in cto verschenen en evenals haar re g st andere boeken, waarvan er in on >op der jaren alleen in Nederland zij ver de miljoen zijn verkocht, al uit de handel. iller i herdruk is een presentje van di i uitgever voor mijn tachtigste iell- aardag, waar ik erg gelukkig mee sti Duco is het boek waar ik per zijn dijk de meeste binding mee heb. md ien geen grootmoeder die zit te aar en. Het enige wat ik kon doen mijn kleinkinderen was ver- tjes verzinnen en dat heb ik in dus >oek gedaan. Het speelt in Tripa- lagi land, een naam waarin ik de be- f itters van de voornamen van boip kleinkinderen heb verwerkt, op van mijn jongste kleindochter die was er toen nog niet. Omdat ich daardoor een beetje geno- U voelde, heb ik speciaal voor die flruk er nog een verhaaltje aan if kevoegd over het dikke musje (ske. Nou is zij ook tevreden ge- eenf ichl moest dan aan de overkant passeren omdat daar voor de ramen moge lijk mannen zaten te loeren. Ik hoef de thuis nooit iets te doen. Op school gooide ik er ook met de pet naar. Daardoor ben ik zo gemakzuchtig geworden. Als ik examen zou moe ten doen voor de vierde klas van de lagere school, zou ik zakken als een baksteen. Een brief zonder taalfou ten schrijven kan ik niet. Als ik niet weet hoe ik een woord moet spellen, zoek ik maar een ander woord." Omdat de eerste wereldoorlog het gaan naar een kostschool in Zwitser land belette, mocht Riek in 1919 om haar schade op het gebied van reizen in te halen met een bevriende familie een jaar lang mee naar Indië. „Het was boeiend, maar ik zou er voor geen geld willen wonen. Het is daar altijd warm en altijd hetzelfde. Ik ben opgegroeid met de wisseling der seizoenen. Dat heb je daar niet. Je leeft er ook half in de nacht. Om zes uur sta je op. De mannen gaan dan naar hun werk, maar als vrouw zit je de hele dag maar te zitten. Het 's middags naar bed gaan vind ik iets vreselijks. Ik hou niet van een bed. De oosterse wereld ligt mij niet, geef mij Ierland maar. Dat is voor mij het mooiste land van de wereld. Die aparte sfeer daar vind je nergens anders." Geen dogma MEVROUW VAN NIJNATTEN-DOFFEGNIES tamme kip voorop de fiets (foto: Henk Tukker) lichien komt er binnen afzienbare 'nog een nieuw kinderboek bij. jongste dochter, die portret- leres is, wil graag dat ik iets if waarbij zij dan de illustraties :t. Zoiets lijkt me erg leuk." rouw Van Nijnatten zal wel zien het loopt. Zij laat zich in elk niet haasten. Dat heeft zij gedaan. „Sommige mensen ken dat ik de hele dag zit te ij ven met die 21 boeken. Het zijn nderdaad heel wat, dat ik dat maal voor elkaar heb gebokst ijp ik zelf ook niet, maar ik ben ook in 1934 al begonnen, hoewel schrijven er altijd In heeft geze- Als kind op de meisjes-HBS in enter werden mijn opstellen naar de schooldirecteur ge en dat was iets bijzonders, ir toen mijn ouders naar direc- Silijakes stapten om te vragen ze ermee aan moesten was zijn :s niet erg bemoedigend: er zijn ulschrijvers genoeg!" was uit bittere noodzaak dat irica Judith van Nijnatten, de gemeesterdochter uit Diepen- n, haar oude hobby om te schrij- later weer ter hand ging nemen. oed ge Imi 17- 14 Burkorps at was toen vader de financiële lage aan mijn man, die bij de le Rijders in Arnhem was, en mij lest stopzetten. Vanaf dat mo- nt moesten we onszelf zien te red- l. Dat lukte niet. Je stand ophou- bij zo'n keurkorps eiste veel en korte tijd zaten we tot over onze n in de schulden. Om daaraan te doen, is mijn man toen bij het ardendepot in Tilburg gaan wer- O L Ik ben gaan schrijven. Dat was enige bijdrage die ik kon leveren uit de financiële zorgen te nen." Riek van Nijnatten kon er niet meer los van komen, hoewel zij haar boe ken zelf een beetje spottend „ver edelde Court hs-Mahlers" noemt. „Misschien is dat niet aardig voor de mensen om te zeggen, maar het is in elk geval geen literatuur. Dat preten deer ik ook niet. Het zijn boeken die doodgewone mensen, die ontspan ning zoeken, aanspreken. Het ge heim van mijn boeken is geloof ik dat mensen zich erin kunnen herken nen. dat er mensen in voorkomen met wie ze kunnen leven." Al zijn de boeken van mevrouw Van Nijnatten grotendeels ontsproten aan haar fan tasie, toch menen velen figuren en lokaties te herkennen. „Ik moet vaak toegeven dat ze gelijk hebben, al betreft het meestal plaatsen waar ik nooit eerder ben geweest. Ik heb daar geen verklaring voor. Het is hoogst merkwaardig. Kennelijk heb ik een soort helderziende blik op die momenten," zegt mevrouw Van Nij natten, terwijl zij haar tekkel Men- neke aanhaalt. Moeder Geerte Het kan soms een klein gegeven zijn dat aanleiding wordt tot het schrij ven van een nieuw boek. „Een boom in de tuin, waarvan de bladeren heen en weer gingen in de wind, deed de vraag ontstaan of een boom ogen heeft. Die gedachte is verwerkt in Moeder Geerte, waarin een blinde man voorkomt, iets dat in het boek overigens een onderge schikte rol speelt." Omdat zij zelf als dochter en klein dochter van een burgemeester (haar grootvader was eerste burger van Deventer) in de „hogere kringen" heeft verkeerd, kan mevrouw Van Nijnatten daarover in haar boeken uit eigen ervaring vertellen. Andrea, het dienstmeisje dat het niet erg voorzien heeft op de deftigheid en waarover haar jongste boek gaat, is daarvan een voorbeeld. „Ik kan goed aanvoelen dat zo'n meisje, als ze een helder verstand had, wel eens in op stand kwam. Als ik denk hoe het toeging bij mijn tantes Bé en Lu, die in Deventer het buiten „Het Schol" bewoonden, waar alles precies zo was gebleven als ten tijde van groot vader. Zij legden voor de dienst-, maagd zelf stukjes vlees op een bord, wijd uitgespreid zodat het veel leek, hoewel het weinig was." Thuis, in Diepenveen, ging het niet zo deftig toe. „Als enig meisje met drie broers werd ik als jongste van het stel natuurlijk wel reuze ver wend. Niet door mijn broers. Zij had den me alleen nodig als ze iets bij vader gedaan moesten zien te krij gen. Ik ben erg eenzaam opgegroeid. Hinder heb ik daarvan niet gehad. Ik kon me goed alleen vermaken. Ik ben nog geen gezelschapsdier. Ver- jaarspartijtjes had ik thuis bij voor beeld nooit. Vader wilde de verant woording voor andermans kinderen niet op zich nemen. Het deed met niets. Als ik maar konijnehokken kreeg op mijn verjaardag, vond ik het allang best. Op een gegeven mo ment had ik 42 konijnen en verder nog een geit, een schaap, drie hon den en een kano, waarmee ik de wetering op ging. Ik was dol op die ren. Ik moet nog ergens een foto hebben dat ik op de fiets zit met voorop twee dwergpinchertjes in een mandje en op het stuur een tamme kip. Zo fietste ik door het dorp. Mijn ouders lieten me begaan. Toen vader me op een keer op de jaarlijkse ker mis bij de draaimolen vond op het moment waarop ik juist met een centenbakje rondging, was hij ech ter woedend. Ik moest toch wel een beetje onze stand ophouden." Knooplaarsjes „Ik was een meisje dat niets om kleren gaf. Het liefst liep ik rond in een donkere jurk met stippeltjes. Daarom vond ik het vreselijk als wij 's zomers naar Zandvoort gingen waar ik in zwarte knooplaarsjes rond moest lopen. In zee gaan mocht na tuurlijk niet, evenmin als ik later, toen we in Den Haag woonden, langs hotel Centraal mocht lopen -— ik Tal van mensen hebben mevrouw Van Nijnatten het etiket opgeplakt een christelijke romanschrijfster uit de Achterhoek te zijn, mogelijk om dat een paar van haar meest beken de boeken daar gedeeltelijk spelen. „Ik moet er altijd een beetje om lachen. Hoe de mensen daarbij ko men weet ik ook niet. Het religieuze komt maar af en toe in mijn boeken aan de orde, en dan ik het de religie zoals ik het zie, ontdaan van dog ma's. Ik houd niet van christendom waarbij alles volgens het boekje gaat. Daarom lig ik ook altijd met dominees overhoop. Al heel jong had ik het gevoel vrij te willen zijn. Al leen de mensen die daarbij opgevoed zijn smaakt het zondagse kopje kof fie niet als ze niet eerst naar de kerk zijn geweest. Ik ben helemaal geen dichteres, maar als jong meisje heb ik juist over deze zaak eens een ge dichtje gemaakt: In de duinen staat een berk Het mos zuigt aan zijn zilveren huid Een merel in zijn takken fluit en daaronder is mijn kerk! De kerken zijn zo weinig open. Niet dat ik het rooms-katholieke geloof zo geweldig vind. maar daar kun je zo de kerk binnenlopen. Bij de protes tantse kerken moet je eerst bij de koster de sleutel vragen. En die moeite nemen de meeste mensen niet." Als ik opmerk dat zij in haar laatste boek haar figuren soms dingen laat zeggen die haar vader vast niet pas send zou hebben gevonden voor een dame en ik vraag of dit een zich afzetten tegen haar verleden is. ant woordt mevrouw Van Nijnatten: „Dat geloof ik niet. Ik heb gepro beerd met mijn tijd mee te gaan. Dat taalgebruik is tegenwoordig gewoon. Dat merk ik bij mijn kinderen en kleinkinderen. Vroeger was het de tijd van het taboe. Over seks mocht helemaal niet worden gesproken. Als iemand in verwachting was werd er gefluisterd: .zij is in de blijde' en dan was zo'n kind er opeens. Mensen overdrijven altijd. Het pakt altijd anders uit dan je verwacht. In de oorlog dacht mijn generatie dat er eenheid zou komen. Het is een soep je geworden. Kijk maar om je heen, overal in de wereld is het hetzelfde. Toch idealiseer ik het verleden niet. Elke periode heeft zijn voor- en na delen. Niets is aan één stuk door mooi, maar niets is ook aan één stuk door lelijk. Er is nooit alleen scha duw, er is ook zon als een mens er maar voor zorgt dat zijn leven niet grauw wordt. Want grauw betekent verveling en vervlakking. Maar mis schien heb ik makkelijk praten, om dat ik altijd in de watten ben ge legd." door Mink van Rijsdijk Stel nou het geval dat ik niemand zou hebben om mee op vakantie te gaan helemaal niemand en dat ik toch graag even een frisse neus wilde halen. Stel u verder voor om het simpel te houden dat ik niet van vliegen hield, een air conditioned touringcar gewoon een bus vond. waar ik niet in wilde en reisgezelschappen me op mijn zenuwen werkten. Wat moest een mens dan? Zo'n zielige figuur was ik dus, spelen we even. Op een avond zit ik heel droefgeestig gestemd thuis en voor de zoveelste keer vraag ik me geprangd af wat ik in vredesnaam moet gaan doen in de vakantie. Zuchtend sla ik mijn lijfblad open. Ik verwacht niet geïnspireerd te worden, maar je kunt nooit weten. Plotseling leef ik op, er blijken zomaar mogelijkheden te zijn. Wie gaat er mee op de fiets naar Australië, lees ik. Het idee bezorgt me bij voorbaat al zadelpijn, maar het avon tuur lokt me danig. Of ben ik te bejaard voor zq'n jolig groepje? Ach, alles is maar betrekkelijk en een oude zeur ben ik in ieder geval niet. Ik mijmer wat over Australië, boeiend land lijkt me dat en dan al die kangoeroes, enig. Toch laat ik het plan varen, het leeftijdsverschil is te groot en om als moeder-overste te fungeren trekt me niet zo aan. Hee, wat heb ik hier een sportieve heer van 55 jaar zoekt voor het naseizoen een beschaafde reisgenote. Nee. dat is niks, het naseizoen wordt me te Iaat, bovendien wil deze heer ook weekendjes uit en zo'n soort reisgenote ben ik in wezen niet. Maar dan, oei, dan valt mijn oog op de meest fantastische vakantiemogelijkheid. Wat lees ik? Duitse specialist (gynaecoloog) zoekt leuke sportieve vrouw voor een wereldreis in zeewaardig jacht. Alsjeblieft, dat word je dan zomaar even aangeboden. Sportief schijnt in te zijn, daar had die heer van 55 jaar ook al zo zijn voorkeur voor. Op de fiets naar Australië wie zou daar nog zin in hebben? Dat wordt acuut inschepen bij de specialist. Lekker gemakkelijk ook in geval van zeeziek te, der Herr Doktor is altijd ter plekke. Mijn Duits is weliswaar niet zo briljant, maar met een stoomcursus kom je een mooi stuk op dreef. Leuk en sportief is de voorwaarde. Ben ik leuk? Nou. dat is natuurlijk een kwestie van persoonlijke smaak, maar als ik mijn best doe, val ik misschien toch wel in de termen. Sportief ben ik zeker, in ieder geval van geest en hopelijk zal ik niet elke dag in de mast van dat zeewaardige jacht behoeven te klimmen. Zo'n man moet wel goed in zijn slappe was zitten, een reis om de wereld doe je niet even op een achternamiddag, dat kost maanden. Al die tijd staat zijn praktijk stil en komt er geen sou in het laatje. Mijn fantasie is verrukkelijk cn ongeremd. Ik probeer me zo'n Duitse specialist voor te stellen. Wat voor type zou dat nou zijn? Ik mik op een mengeling van Kees Brussc en Marco Bakker. Iets in die koers en dan natuurlijk wetenschappelijk onderlegd, «en intellectueel. Ja, dat moet wel het summum van aantrekke lijkheid zijn. „Dein ist mcin ganzes Herz" en een gesprek op niveau, wat wil een mens nog meer. Niet veel. Gek eigenlijk dat zo'n arts zelf geen relaties heeft, die staan te trappelen om met hem mee te gaan. Een gynaecoloog nog wel, je zou zeggen: die ziet de hele dag vrouwen, daar zal toch best eens een leuke, sportieve bij zijn. Maar ja. hij wil vanzelfsprekend geen patiënte aan boord en dat is zijn goed recht. Zou hij er eigenlijk nooit eens eentje hebben beter gemaakt die als reisgenote geschikt is? Een reis om de wereld in een zeewaardig jacht met een Duitse specialist dat moet toch wel het einde zijn. Het absolute einde. Kom, leuke, sportieve vrouwen, opstellen in rijen van drie, bitte. Helaas kiest de kapitein er maar één uit. maar laten we elkaar de pret gunnen en de uitverkorene een goede reis wensen. Een behouden vaart. Dat vooral. door Annemarie Lücker De belangstelling voor hand werken en oude technieken is de laatste jaren behoorlijk toe genomen. Patchwork, verschil lende lapjes aan elkaar zetten in een terugkerend patroon, is zo populair dat er afgepaste lapjes kant en klaar voor het gebruik in zakjes te koop zijn. Oorspronkelijk waren de „quilts" van de Amerikaanse kolonisten uit Europa in de zeventiende eeuw ont staan uit een bittere noodzaak van koude en armoede. Uit de goede res ten van versleten kleren stikte men lappen aan elkaar en voor extra warmte werd de deken gevoerd met een kapoklaagje. Toen het Amerika economisch beter ging, nam de han del met Europa toe. Er kwamen fraaie en exotische stoffen, waarvan men de prachtigste dekens maakte. Behalve het aan elkaar stikken van de lapjes en het doorstikken van de deken in schitterende en soms zeer ingewikkelde patronen werden er nog afzonderlijke motieven op de deken geappliqueerd. Dat gebeurde meestal met de bruidsdeken, het pronkstuk. Meisjes begonnen al op zeer jonge leeftijd met hun uitzet die onder andere bestond uit twaalf lap pendekens en de bruidsdeken. Tij dens de „dekenpartijen" werd de bruidsdeken afgemaakt door fami lie, buurvrouwen en vriendinnen. Een dekenpartij was een sociale ge beurtenis waar uitgebreid gegeten, gedronken en gedanst werd. Iedere lappendeken weerspiegelt de periode waarin hij gemaakt is. Ook de smaak, de zeden, het milieu en de Een bruidsdeken uit 1875, aan beide zijden bewerkt economische omstandigheden van de kolonisten kwamen hierin tot ui ting. De dekens van de Amish, een sekte uit Zwitserland en Duitsland, zijn sober en doen denken aan mo derne grafiek. Hier geen bloemetjes en bedrukte stoffen, maar effen, zelf ingeverfde stof waarmee bijna strak geometrische patronen werden ge vormd in wonderlijk mooie tinten die daarentegen weelderig waren doorgestikt. Aan motieven en kleu- renopbouw zoals het blokhut- of postzegelpatroon van een ontwerp, kon men de herkomst van de deken herkennen. Tot 15 Juni is een unieke collectie quilts te bezichtigen bij Harvey en Anuschka Menist in hun galerie aan het Hoger Einde Noord 45. in Ouder kerk aan de Amstel (stille kant). Har vey Menist is Amerikaan en hij weet erg veel leuke en interessante verha len te doen over deze vorm van volksvlijt. U kunt iedere vrijdag en zaterdag gaan kijken tussen 11 en 18 uur en verder volgens afspraak. VRAGEN uitsluitend in envelop sturen neer postbus 507 Voorburg Per vrssg een gulden in postzegels bet liefst in waarden van 55 en 45 ets bijvoegen, en beslist niet san de buitenkant opplakken Geheimhouding verzekerd Briefkaarten worden terzi|de gelegd AAG: wij hebben altijd, winter en ner een reiger in de vaart voor ons is en dat hebben we steeds alle- lal fijn gevonden. Bij regen en meschijn stond het dier altijd odstil te vissen en wist met een tsemsnelle beweging van de kop ijd wel iets te vangen. Tot onze irik hebben we nu ontdekt dat c kleine eendjes op die manier ^gevangen worden. Is daar nu iets n te doen? 1TWOORD: Tamme eenden kan n met het kroost altijd nog wel it beschermen, maar de wilde en lfwilde stadseenden moeten er zelf or zorgen, dat de soort niet wordt geroeid. Helaas zijn de oude een- n niet zo fel bedacht op gevaren, Kh van de kant van de reigers en rioolratten, noch van de kant van t verkeer, want hoe vaak ziet men zo'n eendemoeder met haar *p van kinderen een verkeersweg ersteken en van het plotseling >ppen voor eenden (en ook wel or egels) hebben we wel erg nare ftalen gehoord. Misschien is uw iger wel een broertje van „Gerrit", bij ons in de buurt 's morgens cl vroeg de goudvissen uit een tavijvertje staat op te lepelen (de 'schuldige katten kregen er de lidwoorden voor naar de kop ge- ogerd). Wij kunnen u helaas niet lPen: Eet of wordt gegeten, dat is de wet van de jungle, maar ook van de poldervaart Aanvulling: een paar weken gelden schreven we over de sluipwespen, die de rupsen verdelgen. Wij wisten ech ter niet, hoe men aan deze dieren kan komen. Mèt een vriendelijke brief kregen we van een lezeres het adres van de Biologische Gewasbe scherming, Veilingweg 8a. Berkel/ Rodenrijs, 01891-4044. compleet met plaatje. NIEUWS VOOR DE ZWACHTEL- BREISTERS: In de „Vrije week" zijn we met een auto vol zwachtels, hand doeken, enz. naar Deventer getogen. We konden ons de laatste tijd slechts springend verplaatsen in huis, zoveel dozen en zakken breiwerk stonden er opgeslagen. Op het voetstuk van het monument van Albert Schweitzer hebben we uw spulletjes opgetast cn we hopen nu maar dat de foto's van de overdracht duidelijk zullen zijn. Krijgt u nu nooit te veel van die zwachtels, vroegen we. Helaas zijn er altijd leprapatiënten, maar u moest de gezichten eens zien als er weer een paar containers met zwachtels arri veren! Nu de zomerrelsjes weer be ginnen. raden wij de organisatoren aan ook het Schweitzercentrum, Brink 49 te Deventer eens in het programma op te nemen. (Naast het bekende winkeltje van „de gekroon de Allemansgading", ook een be zienswaardigheid en pleisterplaats voor koffie en chocolademelk) VRAAG: Is het waar. dat de schrijver van het bekende boek een Jeho vah's getuige is en dat alle baten van de verkoop daarheen gaan? ANTWOORD: Er zijn schrijvers, die van de opbrengst van hun werk een heel mooie motorboot kopen, of een auto. of een tweede huis in Frank rijk. of misschien alles zouden geven aan de kerk of aan de gemeenschap, waar ze bij horen. Het ligt niet op onze weg, daarnaar te informeren. Wij adviseren lezers, die graag be paalde dingen zouden willen weten over schrijvers van boeken, die ze lazen, zelf een brief te schrijven en die via de uitgever van het laatste boek aan de schrijver te zenden. VRAAG: Toen ik in Duitsland was met vakantie, zag ik in een groente zaak „Löwezahne". Blaadjes die me bekend voorkwamen. En jawel: het was een delicatesse, onze paarde bloemen, althans het loof. Ook jonge brandnetels verkocht men daar. Wat doe je daar nu mee? ANTWOORD: „Molsla" kan men hier ook kopen, maar men kan die zelf even goed verzamelen, als men dat tenminste niet doet op een plaats waar gespoten is, of dicht bij een drukke autobaan. Mijn kleindoch tertje heeft op de kleuterschool ge leerd, dat de mooie gele bloemen „slabloemen" heten, om op te eten. net als gewone kropsla. Jonge brand netels zijn te gebruiken als peterselie en in de reformwinkel kan men u nog wel andere recepten verstrekken. REACTIES over „Het metalen Kruis (1830-1831): Volgens een lezer is het opschrift: Trouw aan Koning en Va derland. Degene, die ons het eerst inlichtingen vroeg over dit kruis. noemde een ander opschrift, maar zal bij nadere beschouwing het eens zijn met deze woorden. Een lezer uit Breda wist te vermel den dat slechts officieren die onder scheidingen ontvangen hadden en dat hun namen bij de Herv. Kerk te Ginneken op een gedenkteken ver meld staan. Daarentegen wist een andere lezer weer te vertellen, dat ieder die deelgenomen had, van hoog tot laag de onderscheiding had ont vangen. Onze abonnee Tiemeas uit Oosterbeek verwijst ons naar het Algemeen Rijksarchief, depot Schaarsbergen. bij Arnhem. In de enorme bunker, meters dik beton van de Duitse luchtmacht aan de Koningsweg even ten westen van de ingang Hoge Veluwe is het archief van de in de tiendaagse veldtocht gehonoreerden. in een indruk wekkende kast. In elk geval een nut tig gebruik van de sombere kolos. VRAAG: Ons probleem is het vol gende: Een groentepan en een vlees- pan van gelijke diameter zitten muurvast in elkaar. We wilden de pannen tegelijk verwarmen en dit was het resultaat. ANTWOORD: Volgens ons is het eni ge middel, dat overigens niet zo ge makkelijk toe te passen zal zijn: De buitenste pan verhitten in een groter vat of emmertje met kokend water, terwijl u in de binnenste pan ijsblok jes en ijswater doet. En dan maar wringen en .draaien in de hoop dat er enige beweging komt (en dat u zelf uw vingers niet brandt aan dat gloei ende buitenpanhetje). Ook voorzich tig tikken met een rubberhamer zou misschien wel kunnen helpen VRAAG: Wij hebben van oud eiken hout een zgn klerenkist gemaakt. Het resultaat vinden we zelf heel erg mooi. maar we willen zo graag onze naam en een paar motieven in de panelen aanbrengen. Bestaat daar een goeie handleiding voor? ANTWOORD: Wij raden u aan eerst op een stukje hout terdege te excer- ceren. U moet er op rekenen dat uw mes in de vezelrichting wel eens wil uitschieten. In het boekje Kerb- schnitzen van Karsten Jeep komen een paar klerenkisten voor. bewerkt met motieven, die aan het Friese Houtsnijwerk herinneren, in drie hoek. boog en lijn (lettensnee. Enige jaren geleden hebben we voor fami lieleden van abonnees in Canada be middeling verleend bij het aanschaf fen van allerlei materialen en bouw pakketten <o.a. van Stezona). We zouden het boekje van Karsten Jeep daar graag achteraan willen zenden. Enige weken geleden werd de bewer king in het Nederlands „Houtsnij werk" ISBN 906010396-3 (StrengholtT in ons blad aangekondigd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 7