Karl Barth en de Kerkstrijd in Duitsland J Het „tweede geweld" in Latijns Amerika if H i Museum van joodse diaspora VANDAAG Voorbijgangers Paus smeekt bandieten VU Stadsvernieuwing: voor wie en hoe? •BON ZATERDAG 6 MEI 1978 KERK Trouw/Kwartet door dr. G. van Roon Hanteren min of meer toevalli ge getuigen van een verkeers ongeluk bij hun weergave van de gebeurtenissen soms een op vallend „ik-perspectief", hun familieleden en vrienden thuis kunnen het bij gebrek aan fei telijke kennis nog bonter ma ken Zou het verkeersongeluk gefilmd zijn. dan zou men kun nen menen, dat de ..commenta toren" het over heel andere za ken hadden Deze algemeen menselijke zwakte komt ook bij wetenschapsmensen voor. Dezen bijten zich dan vast in persoonlijke belevenissen en nogal absoluut geformuleerde standpunten. Aan een voorbeeld als dit moest ik denken bij het lezen van het kort geleden verschenen boek van Hans Prolingheuer. Der Fall Karl Barth. Chronographie einer Vertreibung 1934-1935. Zou men wellicht bij het lezen van de inleiding denken, dat hier met name een relatie met de zgn. „Berufsverbote wordt gesugge reerd (blz XII), dit boek graaft die per. De aanleiding tot het schrijven ervan was een in Keulen georgani seerde tentoonstelling over vervol ging en verzet in deze stad in de jaren van het Naziregime. Bij de voorbereiding hiervan ontdek te de auteur, dat er eind 1934 in Keulen tegen Barth een proces was gevoerd Hij verdiepte zich in ar chiefstukken hierover en betrapte eerbiedwaardige boeken als ..Die Re ligion in Geschichte und Gegen- wart" en het „Evangelische Kirchen- lexikon" op onjuistheden. Hierdoor nog meer gemotiveerd, zette hij zijn zoekactie voort en schreef tenslotte dit boek. in een leesbare stijl en met een aantal zeer interessante docu menten. Het boek verplaatst ons naar de overgang van de tweede naar de derde fase van de Duitse Kerk strijd Nauwkeurig Over de Kerkstrijd zijn de laatste jaren twee belangrijke nieuwe publi- katies verschenen, die Ik hier als achtergrond voor het boek van Pro- lingheuer even wil noemen en kort typeren In een tegelijk in Oost- en West-Duitsland verschenen uitgave van nu nog twee delen (Der evangeli sche Kirchrnkampf. Gesamtdarstel- lung in drei Banden. Vandenhoeck Se Karl Barth in 1934 Ruprecht. Göttingen» behandelt de Oostduitser Kurt .Meier de geschie denis van de Kerkstrijd binnen de Duitse Evangelische Kerk. Al kan men wel het een en ander aanmer ken. niet verwonderlijk bij een om vang van tot nu toe 1120 blz., en is de inhoud niet typerend voor „het" DDR-beeld van de Kerkstrijd, de verdiensten mogen niet worden ver zwegen. In de eerste plaats komen we dank zij Meier weer wat dichter bij de kerkelijke werkelijkheid van de jaren na 1932 Heel nauwkeurig beschrijft Meier de omvang, samenstelling en theologi sche „kleur" van de vele groepen en met name van de sterk verbrokkelde meerderheid, die geen partij koos voor de Belijdende Kerk of voor de Duitse Christenen, die beide minder heidsgroepen bleven. Meer aandacht is ook geschonken aan de rol van de ..Reformiertendie met name in de loop van 1934 een belangrijker aan deel hadden kunnen hebben in het ontwikkelingsproces van de Belij dende Kerk. maar ernstig verdeeld waren. Dat Meier de „Reformierten" zo in zijn beschouwingen heeft betrokken, hangt samen met een breder geogra fisch perspectief. Daar hij van me ning is. dat de Kerkstrijd niet alleen in Berlijn. Stuttgart of München heeft plaatsgevonden, heeft hij nog al veel aandacht geschonken aan regionale ontwikkelingen. Daarmee blijven ook de gemeenten het draagvlak van de Kerkstrijd in zicht. Tenslotte, wie naar bepaalde namen, titels van boeken en bijzon derheden over personen en organisa ties zoekt, wordt door Meier zelden teleurgesteld. Boeiend Een heel ander boek is het eind vorig jaar met veel publiciteit verschenen eerste deel van Klaus Scholder. Die Kirchen und das Drittc Reich (Bd. 1. Vorgeschichte und Zeit der Illusio- nen 1918-1934. Ullstein Verlag Frankfurt/M.). De auteur is hoogle raar in Tubingen en in ons land niet onbekend. Zijn boek staat sterk in de belangstelling en terecht. Het is in het algemeen boeiend geschreven en uitnemend geïllustreerd. Nog be langrijker is dat Scholder uitgaande van het feit. dat de Nazi's bij alle verschillen in uitwerking, een ge meenschappelijke politiek tegen de kerken als zodanig hebben gevoerd, de ontwikkelingen in beide grote kerken tezamen, behandelt, zij het in aparte hoofdstukken. De verhouding kerk-staat tijdens het Derde Rijk is altijd al een sterke kant van Scholder geweest. De door hem hierbij gekozen behandelings methode biedt door de mogelijkheid van vergelijking belangrijke voorde len Wel laat Scholder ons. wat de tails betreft, wel eens in de steek en worden met name het westen en noordwesten van Duitsland nogal onderbelicht. Nog meer dan Meier besteedt Schol der uitvoerig aandacht aan de kerke lijke ontwikkelingen vóór 1933, een onmisbare voorgeschiedenis. Voor Scholder opvallend is zijn sterke ac centuering van de betekenis van Karl Barth voor de Kerkstrijd, bij alle waardering voor een figuur als Wurm. van wie hij verschillende goe de dingen vermeldt. Al eerder De boeken van Meier en Scholder zijn naast al eerder verschenen biografieën van bijv. Karl Kupisch en Eberhard Busch over Barth een goe de achtergrond voor het onderwerp, dat Prolingheuer behandelt. Immers Barth is, na enig aarzelen of dit wel op zijn weg lag dit noemt Proling heuer niet eerder gaan spreken dan zijn kerk en al lang voordat er van een Belijdende Kerk kan wor den gesproken. Al vrij spoedig na de machtsovername heeft hij aange drongen op een theologische bezin ning op de toenmalige situatie. In de formulering van verscheidene uit spraken (Düsseldorfer Thesen, eer ste Verklaring van Barmen, Uelsener Thesen) heeft hij een werkzaam aan deel gehad. Velen die later voor de Belijdende Kerk (hierna: BK) kozen, heeft Barth met zijn „Theologische Existenz heute" in de zomer van 1933 de ogen geopend. Hoe is het dan te verklaren, dat toen de BK bijna overal meer of minder grote groepen kerkleden wist te be reiken en te mobiliseren, Barths in vloed achteruitging? Prolingheuer wijst er op. dat Barth als Zwitser door de nieuwe machthebbers lang is ontzien. Eerst toen de leiding van i7* «■*.- te v Hitier drukt „Reichbischof" Ludwig Müller de hand (1934) de BK hem aan kant zette, heeft de staat hem voorzichtig durven aan te pakken. Eigenlijk al het hele jaar 1933 door wordt Barth er van diverse kanten aan herinnerd, dat hij als buitenlan der de „nationale opleving" nooit zo kan meevoelen als de Duitsers. Daarbij meende Barth ten onrechte (blz. 254. vgl. 55) ook de Duitse natio naliteit te bezitten. In de loop van 1934 groeide de onenigheid onder Barths potentiële achterban, de „Re formierten". Slechts een deel hier van sloot zich bij de BK aan. Het buitenland Het was ook de tijd. waarin het bui tenland veel aandacht wijdde aan de Kerkstrijd en Barth vanuit het bui tenland enige malen werd geïnterve nieerd. Deze gang van zaken veront rustte Hitier en de NSDAP en pogin gen om aan de verdeeldheid een ein de te maken, werden van deze kant uitdrukkelijk gestimuleerd. Maar dan moest Barth weg. Dank zij het marchanderen van de tot de BK behorende lutherse bisschoppen van de zgn. intacte landskerken (Wurm. Marahrens, Meiser) vond in novem ber 1934 een soort van kerkelijke staatsgreep plaats, waarbij de pas in oktober gekozen leiding van de BK (de zgn. Sechster-Rat, waarvan ook Barth deel uitmaakte) ten val werd gebracht en door een gematigder en meer tot compromissen met de nazi- staat geneigde leiding werd ver vangen. Nu ging de staat, wellicht daartoe aangemoedigd, tot handelen over. Na enkele verhoren kwam Barth voor de Keulse rechtbank. De kwes tie van de eed was hierbij eigenlijk maar een bijzaak, het ging om Barth zelf. Wel werd het vonnis ontslag door een hogere rechterlijke in stantie in Berlijn ongedaan ge maakt. maar minister Rust greep in en stuurde Barth met vervroegd pen sioen. Terwijl hij steeds meer wordt geïso leerd en de nieuwe leiding van de BK vroegere beloften van een leerstoel aan een kerkelijke hogeschool niet nakomt, wordt Barth in Basel be noemd. Toen de BK steeds meer ging zwijgen, was het de „Schweizer Stimme" die bleef spreken. Zolang dat nog kon, zorgden in ons land toen mensen als J. Koopmans, H. Berkhof. G. H. Slotemaker de Brui ne, J. Eykman e.a. voor een ongere geld contact tussen Barth en leiden de figuren en predikanten uit de Belijdende Kerk. Van een leidende rol kon daarbij geen sprake meer zijn. Die was hem door de Nazi's, maar met hulp van collega's uit Bonn en leidende figuren uit de BK. ontnomen. Dr. G. van Roon, docenl voor eigen tijdse geschiedenis aan de Vrije Uni versiteit te Amsterdam bespreekt Hans Prolingheuer. Der Fall Karl Barth. Chronographie einer Vertrei bung 1934-1935. Neukirchcner Verlag, Neukirchen 1977. XX1I1 410 blz., DM 48,De illustraties bij dit artikel zijn uit: „Karl Barth" door Karl Ku pisch (uitg. Ten Have. Baarn). door Lieke Frese Er gaat geen gemeente-avond voorbij over Zuid-Afrika of Latijns Amerika, zonder dat de vraag van het geweld ter sprake komt. Het geweld van de bevrijdingsbewegingen en de guerrillastrij ders natuurlijk. Dat was ook de ervaring van dr. Bert Schuurman, toen hij uit Buenos Ai res. Argentinië terugkwam, waar hij jarenlang als theologisch docent werkzaam was Hem werd vaak ge vraagd over de toestand ginds te vertellen en dan bleek hoe moeilijk het in het algemeen is over dat ge weld een zinvol gesprek te voeren. In een Kamper cahier onder de titel „Bevrijding en geweld" probeert hij nu op deze vraag nader in te gaan. In de eerste plaats wil hij tegenstand bieden tegen wat hij noemt „folklori- serende" tendenzen in dit debat Daarmee bedoelt hij argumenten als: „geweld hoort nu eenmaal bij Latijns Amerika"; „Die mensen we ten niet beter, het zit ze in het bloed". „Die fase hebben we hier ook doorgemaakt, ze staan nog aan het begin daar". Schuurman zegt in dit boekje, dat er bepaalde spelregels gelden, als Je wilt meespreken over gewend in Latijns Amerika. We kun nen niet tijdloos of algemeen over geweld spreken, maar we zullen ons Onze adressen: AMSTERDAM: Postbus 859 Wibautstraat 131 Tel. 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM/ DORDRECHT: Postbus 948 Westblaak 4. Rotterdam Tel. 010-115588 (Red. en klachten) Schiedamsevest 52 Tel 010-115700 (adv.) DEN HAAG/LEIDEN: Postbus 101 Parkstraat 22. Den Haag Tel. 070-469445 ZWOLLE/ORON1NOEN: Postbus 3 Melkmarkt 56. ZwoUe Tel 05200-17030. moeten verdiepen in de vraag: Waar om juist nu dit geweld in deze situa tie. in Latijns Amerika? Schuurman noemt dat doorstoten naar de La- tij nsameri ka a nse particulariteit. Hij voert daartoe twee Argentijnse gesprekspartners ten tonele: de kat holieke theoloog Juan Luis Segundo en de filosoof Enrique D. Dussel. Ze staan alle twee in de traditie van de Latijnsamerikaanse bevrijdingsthe ologie. Door hen aan het woord te laten wil Schuurman eigenlijk zeg gen: Je kunt pas over Latijns Ameri ka met al zijn problemen van onder drukking en dictatuur meepraten, als je eerst bereid bent te luisteren naar wat van daaruit gezegd wordt door mensen, die de onderdrukte be volking vertegenwoordigen. Dat uitstapje in zijn boek levert wel wat moeilijkheden op. want het gaat hier om twee denkers, die niet zo eenvoudig te volgen zijn. Daar is wel boekennieuws VOOR MOEDERDAG NEL VEERMAN PORTRET VAN EEN MOEOER 92 bU 9 30 Een bnzoodef dwp omroerend boekje over de moeder van een groot gezm. genen door de ogen van de nog jonge oudste dochter MINK VAN RUSDUK HOOR HAAR EENS 2e druk, 108 Nz 11,75 e (vrouwen)- i Een boek|e voor A. M. DE MOOR-RINGNALDA ZING JE NOG WEL EENS7 2e druk 00 bU geb I 7 50 Oe ichnjfve» heeft de iu*!e toon getrol- hear lezers telkens een moment stil te Staan Om vgntfen op te vangen uit de bebei En dan toch zingen ook ais het FROUWIEN VAN OER VOOREN-KUVPER VROUWENPORTRETJES D>f I b 90 Gedchten d» het geheet eigene het kaïaktensheke van een bepaald vrouwe- V beroep weergeven Een scherpe op- merk^igsgeve en een tevenog woorden spet zyi de kenmerken vand* tyummge door M. Kopuit KOK KAMPEN Dr. L. Schuurman enige theologische of filosofische voorkennis bij nodig. Bovendien heeft de academische discussie in Latijns Amerika zo zijn eigen jargon en wie Schuurman volgt op zijn weg langs Segundo en Dussel moet even heenbijten door woorden als „de pe riodisering van het geweld", „univer saliteit en particulariteit", „de ge- margineerde klasse", „periferie en metropool" Maar wie er enige moei te voor over heeft, komt geholpen door Schuurmans verder vlot leesba re stijl wel door het 48 pagina's tel lende boekje been. 'Tweede geweld' Zijn betoog komt dan op het volgen de neer. Het geweld van bevrijdings bewegingen moet worden verstaan als een „tweede geweld", dat wil zeg gen als een reactie op het „eerste geweld", zoals dit al eeuwen vanuit onze wereld op Latijns Amerika wordt uitgeoefend. Daaronder valt ook het economische geweld, dat door ons handelssysteen en onze multinationale bedrijven wordt be dreven. Hoezeer deze bedrijven sa menwerken met de onderdrukkende regimes ginds, is vooral duidelijk ge worden door onthullingen over de rol van ITT en de Amerikaanse inlich tingendienst CIA bij het om zeep helpen van het socialistische experi ment van Salvador Allende in Chili. Als tegen georganiseerde terreur van imilitaire» regeringen verzet komt. is dat een reactie, die niet veroordeeld mag worden zonder tegelijk ons ei gen geweld te analyseren en bestrij den. Schuurman onderscheidt nog een „derde geweld", de repressie die het verzet ondervindt van de kant van politie en leger. De talloze moor den en verdwijningen onder vak bondsmensen, journalisten en critici in Argentinië en andere landen zijn daar een sprekend voorbeeld van. Inzicht geven Schuurmans eigen standpunt wat dat „tweede geweld" betreft sche mert hier en daar door. als hij bij voorbeeld zegt dat hij niet het ge bruik van geweld in iedere situatie automatisch wil veroordelen. Voor namelijk wil hij ons echter inzicht geven in het historische proces in Latijns Amerika en blindheden in ons eigen denken daarover. Hij le vert geen nieuw betoog, maar wel een dat in onze kerken, waar kreten als „geen kerkgeld voor geweld" het nog steeds goed doen, te weinig ge hoord en begrepen is. De inbreng van Segundo en Dussel in het geheel blijft wat problema tisch Ze dienen in het betoog van Schuurman om enkele argumenten aan te dragen, die en Schuurman geeft dat zelf toe zeker voor dis cussie vatbaar zijn. Hun bijdragen zijn ook te incidenteel om echt in zicht te geven in wat de bevrijdings theologie nu eigenlijk wil. Lieke Frese. medewerkster aan IKON-radiu. bespreekt: L. Schuur man, Bevrijding en geweld. Enkele stemmen uit Latijns Amerika. Kam per Cahiers no. 32, Uitgeverij Kok te Kampen. Prijs 9,50. Vijfentwintig eeuwen Joods leven in de wereld zal te zien zijn in een speciaal daartoe opgetrokken mu seum in Tel Aviv. Op 15 mei zal het worden geopend als geschenk van de Joodse wereld voor de dertig jaar bestaande staat Israël. Niet hele maal onbaatzuchtig. Het museum heeft ten doel de Israëli's en toeris ten die naar de Joodse staat komen, te laten zien hoe de Joden de eeuwen door hebben stand gehouden te mid den van andere volken. Het Beth Hatefoetsot. museum van de Joodse diaspora, zoals de naam is, zal vol leven zijn. Er zijn diaprojec ties en filmvertoningen, een compu ter zal antwoord geven op vragen over Joodse persoonlijkheden. Jood se gemeenschappen en Joodse religie. Beth Hatefoetsot heeft een plaats gevonden in een gebouw van vier verdiepingen op de campus van de universiteit van Tel Aviv. Daar is de Joodse wereld verdeeld in zeven hoofdafdelingen. Familieleven, de ruggegraat van het Joodse voortbe staan is het eerste, het Joodse leven is te volgen van geboorte via de religieuze meerderjarigheid en hu welijk naar de dood. Ook de feesten, vasten- en treurdagen zijn hier weer gegeven. Afgebeeld is zowel de diep religieuze huwelijksvoltrekking uit Polen in de 19e eeuw als de moderne, op society beluste feesten bij een bar mitswa (godsdienstige meerderjaar- digheid van een 13-jarige jongen) in de Verenigde Staten. De tweede belangrijke sectie is de gemeenschap in de verschillende landen. In films van tien minuten wordt het verschil getoond tussen het Joodse leven in Saloniki, Fez. en de kleine hoofdzakelijk door Joden bewoonde dorpjes in Oost-Europa. Het derde deel van de weergave van 2500 jaar Joods leven in de verstrooi ing heeft betrekking op het geloof. Daarvoor zijn maquettes opgetrok ken van verschillende typen synago gen. Er staat er een zoals zij was in de vierde eeuw in Turkije, de dertiende eeuw in Praag, de zeventiende eeuw in China, en de zeventiende eeuw in Amsterdam. Hiervoor staat de Por tugees Israëlitische Synagoge model. De Joodse cultuur heeft een aparte afdeling. In een enorme muur staan de namen gegrift van de Joodse schrijvers met hun werk. de beeld houwers, de schilders, architecten en toneelspelers De laatste afdeling is gewijd aan de Terugkeer naar Zlon. Niet alleen uit onze tijd. maar de gehele geschiede nis door. Op films en dia's zal men permanent de geschiedenis kunnen volgen van verschillende Joodse ge meenschappen als Marokko. Oost- Europa. Ethiopië Ook hoogte- en dieptepunten van de Joodse geschiedenis zullen worden getoond. De verdrijving van de Jo den uit Spanje in 1492. de gevolgen van de verschillende bloedsprookjes, de Dreyfuszaak en zo meer. Maar ook zullen huwelijksvoltrekkingen te zien zijn, het schrijven van de wetsrol. In het Beth Hatefoetsot in Tel Aviv zal worden gepoogd de herinnering van het Joodse bestaan tijdens 2500 jaar verstrooiing vast te houden. Want in vele landen in Europa, Azië en Afrika is dat Joodse bestaan op gelost. Of door de vervolgingen of door massale trek naar Israël. naar Jerusalem terug Met die woorden begint de schriftlezing van de zondag na hemelvaart, dez.g. wezen-zondag Nadat Jezus ten hemel was opgenomen keerden de apostelen van de Olijfberg naar Jerusalem terug (Handelingen 12-14). Ik had juist een interessant boek over Jerusalem onder handen. Het is van de hand van Irene Lande-Nash en heet: 3000 Jahre Jerusalem. Volgens deze schrijfster is het oudste gegeven dat wij over Jerusalem hebben een vage mededeling in een soort vervloekings-formule uit de 19de eeuw voor Christus. Haar reconstructie van de scherven geeft zoiets als: „De heerser van Jerusalem genaamd Eqamen alle vertrouwelingen die bij hem zijn enz. enz. die willen strijden, die een revolutie in 't hoofd hebben, in dit gehele land zij zulle» sterven". Ik liet het een en ander weg. maar hier komt het op neer. De scherven van de vaas zijn in Egypte gevonden en zouden erop duiden dat Jerusalem aan Egypte onderworpen was. Zeshonderd jaar later komt er weer een signaal van Jerusalem. De „koning" van Jerusalem beklaagt zich bij Echnaton (Farao Amenhotep IV) dat hij hem onbeschermd laat. Ook verder is de geschiedenis, de eeuwen door. er een van veel rumoer, opstand en wisseling van macht. De muren van Jerusalem hebben armoede en rijkdom, recht en onrecht, wijsheid en dwaasheid gezien. Een stad als de wereld. De Heer is heengegaan. Daarheen keren de apostelen, want zo heten ze nu. „gezondenen", terug En daarmee hebben wij te maken. Opnieuw zal er door deze terugkeer van alles gebeuren. Nog een jaar of veertig en de stad zal verwoest worden. En daarna weer opgebouwd, om tot in onze tijd een twistappel en plaats van ruzie en onmin te zijn. De „stad van de vrede", zoals de naam wel eens zou kunnen betekenen. Na de hemelvaart hebben we met die stad te maken. En we behoren samen bij de gezondenen. Soms denk ik: Jerusalem zelf moeten we maar eens even vergeten (om misverstand te voorkomen: niet wat er aan die stad vast zit en het heil dat uit de Joden is en de verbondenheid met hun geloof maar de stad sec. De zg. heilige plaatsen spelen in de bijbel verder geen rol meer. Terecht. We hebben andere heilige plaatsen, plaatsen waar we ons op dienen te concentreren. Plaatsen in die grote stad die wereld heet en waar nog altijd honger en ellende, ruzie en tweedracht, angsten dreiging is. De terugkeer is geen uitstapje „naar het heilige land". Het betekent heel ons leven vanuit wat ons deze laatste dagen verteld is. Ds C. Eggeraat Op 67-jarige leeftijd is overleden ds C. Eggeraat te Wolvega. Ds Eggeraat werd in 1946 hervormd predikant te Holwerd. Van 1955 tot 1959 was hij voorganger van de afdeling Varsse- veld van de Nederlandse protestan tenbond. Daarna was hij tot zijn emeritaat in 1976 hervormd predi kant te Oldelamer. ADVERTENTIES op de knieën om Moro vrij te laten in een ontroerende, eigenhandig geschreven brief. Wij zouden de paus echter de vraag willen stellen: „Op grond waarvan smeekt u dat? Op grond van Gods Woord? Maar u hebt zelf enkele weken geleden dringend opgeroepen om Maria aan te roepen en te vereren. Daardoor overtreedt uzelf Gods gebod dat wij uitsluitend ons vertrouwen moeten stellen op de éne Middelaar, Jezus Christus (1 Tim. 2 5). Zo maakt u door uw eigen voorbeeld uw beroep op Gods Woord krachteloos." Daarom: steun ons Reformatorisch Centrum in Italië, giro 901.000 t.n.v. In de Rechte Straat te Velp, met vermelding: Ref. C. It. magazine Stadsvernieuwingen zijn gigantische operaties zowel financieel als technisch Alle grote steden hebben er wel mee te maken Oe vraag echter voor wie de stad nu eigenlijk wordt vernieuwd is lang niet overal beantwoord Er wordt verhit gedis cussieerd tussen gemeenten en bewoners Waar over gaat die discussie' Hoe kunnen bewoners opboksen tegen 'het apparaat'? Aan de vooravond van de gemeenteraadsverkiezingen komen deze vragen aan de orde in het VU-magazine Verder deze maand onder meer: De overlevingskansen bij verkeersongelukken Hoe ontstond de bodem van Noord-Friesland? Een toerist in het Israël van nu VU-magazine, een opinieblad waar studie achter zit! Te verzenden in open enveloppe zonder postzegel aan: Vrije Universiteit. Antwoordnummer 1771, Amsterdam Woonplaats geeft zich op als abonnee op het VU-magazine voor de prijs van I 20.- per iaar Voor betaling wordt uw acceptgirokaart afgewacht. Datum Handtekening

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 2