PRINS EN ANARCHIST Vertellingen met diepgang Kitscherig toekomstbeeld van Hugo Raes PJOTR KROPOTKIN: Tekeningen van Pieter Giltaij Berserik: aan de stoei met de realiteit ding - door J. van Doorne Prins Pjotr Kropotkin, die van 1842 tot 1921 leefde, was een telg uit een van de oudste vorstengeslachten van Rusland. Hij was daarenboven een zeer verdienstelijk geoloog die internationale bekendheid genoot. Rivierlandschap door G. Kruis 3 6. Hoe komt het toch, vraag je je wel eens af, dat de ene kunste naar zijn faam als het ware niet kan bijhouden, terwijl de ande re met een oeuvre op zijn naam van heb-ik-jou-daar nauwelijks een sprankje van diens be kendheid geniet. Neem nou zo'n kunstenaar als Pieter Giltaij. Van diens werk uit de laatste drie jaar is nu tot 8 mei een intoonstelling te zien in Dordrechts Museum, Museumstraat 40 te Dord recht. Vijftig bladen hangen er, tekeningen in verschillende technieken virtuoos lergeschreven, volstrekt onopge schroefde benaderingen van mens en natuur. Allemaal puur persoonlijke zaken, die, en dat vind ik nog het meest opvallende, helemaal buiten iedere mode omgaan. Vandaar wellicht: de tekeningen van Pieter Giltaij wor den misschien wel te veel als „ge woon", als vanzelfsprekend aan vaard. Het publiek en dan bedoel ik mensen die nu niet bepaald inge voerd zijn in het wereldje van de kunst, maar daar toch nu en dan kennis van nemen zal zich zeker niet over deze tekeningen verbazen. S shockeren niet. roepen geen enke- weerstand op, of onbegrip. Giltaij is. nooit een nieuwlichter geweest, was nooit in het nieuws vanwege bepaalde uitspraken of stunts. Daar om heeft zijn naam nooit dat soort extreme bekendheid gekregen dat eigenlijk onontbeerlijk is bij het maken van echt grote carrières in de kunst. Evenwichtig Pieter Giltaij had, om even met Paul Citroen te spreken het „ongeluk" als een tamelijk evenwichtig iemand ge boren te worden, wat in een tijd, waarin de beeldende kunst vooral met het gekke, het bijzondere, het F7 ■£$4; Meisjesportret extravagante aan bod komt, voor de kunstenaar geen aanbeveling is. Wat overigens niet inhoudt dat Gil taij zich hardnekkig vastklampt aan het oude, aan wat eens groot was. Zeker niet. Maar hij durfde temid den van de massaal en telkens weer zich voltrekkende veranderineen zichzelf te blijven. Hij liet de mode de mode en tekende. Toen ik daar in Dordrecht, helemaal alleen, langs die tekeningen drentel de, moest ik weer eens aan die bijna klassiek geworden uitspraak van (de Engelse schilder) John Constable denken: „Er is ruimte genoeg voor een natuurlijke schilder. De vloek van de huidige dag (dat was in 1802) is de bravoure, het pogen meer te geven dan de waarheid. De mode heeft altijd haar tijd gehad, maar waarheid is in alle dingen het enige blijvende." Pieter Giltaij beweegt zich nog steeds in die „ruimte" en ziin waar heid is met recht gelegen in de een voud. 't Is een kunstenaar, die vanuit de Hollandse traditie en dat er vaar je heel sterk bij de vele Betuwse landschappen naar een volkomen eigen zeggingskracht is toegegroeid. De middelen, die hij daarvoor ge bruikt, zijn eigenlijk miniem, soms bestaat zo'n landschap uit niet veel meer dan een paar houtskoolvegen. Er is bijvoorbeeld een tekening van een boslaan, vaag, dampig, zonder directe details, maar op de een of ander manier is het het bos, zoals je dat soms zélf ervaart: die wonderlij ke ruisende stilte, dat gezeefde licht, de sfeer, die je plotseling zo'n gevoel van kleinheid kan geven, die eerbied opwekt. Betrappen Niet alleen landschappen, maar ook portretten, kleine naakten en dierte- keningen, vooral veel aapjes. Je zou,, geloof ik, het beste kunnen zeggen, dat Pieter Giltaij door middel van deze bladen de werkelijkheid „be trapt", een stil moment, een peinzen de blik op een meisjesgezicht, een karakteristieke houding. Zo vestigt hij steeds weer de aan dacht op het door hem waargenome- ne. Hij dringt geen visie op, maar vertelt over wat hij zag en beleefde. Maar hij volgde niet alleen de ogen, 't gaat vooral om de gedachte, de idee achter dit alles, 't Zijn vertellin gen met diepgang, 't is een bewogen, bijna ernstige kunst, een afspiege ling van een zien, dat veel meer is dan kijken. Voor liefhebbers van tekeningen een kunst waarbij je nauwelijks de kans krijgt trucs uit te halen een fijne tentoonstelling. Hij heeft als staatsambtenaar een groot aandeel gehad in het in kaart brengen van de machtige grensrivier de Amoer. Na zijn dertigste jaar werd hij anarchist, uiteraard niet tengevolge van moeilijke levensom standigheden. Zijn vader was een generaal die grote landgoederen be zat en twaalfhonderd zielen en dat betekende dat hij heer en meester was over even zovele mannelijke lijf eigenen. Vrouwen telden niet mee Van 1874 tot 1876 zat Pjotr in Peters burg gevangen vanwege zijn revolu tionaire activiteiten; hij ontvluchtte naar het Westen, waar hij grote naam kreeg als geoloog en denker op politiek gebied. Na de grote Russi sche revolutie keerde hij naar zijn vaderland terug. Het woord anarchist heeft een rauwe klank. Bijna iedereen denkt daarbij aan bommen en granaten, aan ge weld en moord. Dit nu is volstrekt onjuist. Anarchie betekent een maatschappelijk leven, waarbij overheidsgezag ontbreekt. De mees te anarchisten uit de vorige eeuw waren wars van geweld. Zij geloofden in de goedheid van de mens en hoopten door middel van overreding de door hen gewilde ver anderingen tot stand te brengen. Zulk een was Kropotkin. Het is uiterst merkwaardig, dat de revolutie in Rusland is voorbereid door intellectuelen, jonge adellijke 'mensen en studenten. Zij waren ge grepen door humanistische ideeën. Het is de grote tragedie geweest van de communlstiche revolutie, dat deze cultureel zeer belangrijke laag van de samenleving op stompzinnige Slavemii wijze is uitgeroeid. De Russische re- volutie heeft haar idealistiche en hu manistische moeder vermoord. Heel de wereld lijdt daar tot op de huidige dag onder. Prins Kropotkin hij zich (zijn boek getuigt ervan 1 zeker niet gehoopt noch gedroomd heeft. Het moderne commumsme is welhaast het tegendeel van anar chie. Het grote belang van dit boek is voor mij, dat het een duidelijk beeld geeft van het Rusland tijdens de laatste tsaren. Kropotkin beschrijft het le ven van de Russische adel van binnenuit. Hij heeft veel aan het Hof verkeerd, heeft tsaren en grootvor sten persoonlijk gekend. Als hoge ambtenaar heeft hij het staatsappa raat kunnen zien functioneren. Zijn notities zijn koel, nuchter. In zijn boek wordt ook de afschaffing van de lijfeigenschap beschreven. Dat op zichzelf is al heel interessant. Het belangrijkste boek van Kropot kin, tenminste het boek waardoor hij grote bekendheid kreeg, is „Memoi res van een revolutionair". Het boek is in Engeland in 1899 verschenen. De aanleiding tot het schrijven van dit artikel is het verschijnen van een Nederlandse vertaling. Misleidend Het is duidelijk, dat de titel mislei dend is. Dat is niet de schuld van de auteur, maar van de uitgevers. Heel het latere leven yan Kropotkin is er niet in te vinden. En daarenboven zijn zijn belevenissen na zijn ont vluchting tamelijk summier be schreven. Ook persoonlijke zaken, tot de zuiver particuliere sfeer zijn er nauwelijks in te vinden. Een echte biografie is het boek dan ook niet. De Engelsman Nicolas Walter, die het boek heeft ingeleid en zeer uit voerig geannoteerd, wijst hierop. Hij voegt daarom aan het boek een aan tal historische bijzonderheden toe, die voor de lezer van belang zijn. Men zou na dit alles kunnen denken, dat het boek niet van groot belang is. Niets is echter minder waar. Het enige dat ik ernstig heb gemist, en waarover ook Nicolas Walter niets vertelt, is de reactie van Kropotkin op het verloop van de revolutie, die Wij moeten ons van die lijfeigen schap niet een verkeerd beeld vor men. Het was niet een vorm van horigheid. De Russische lijfeigen schap was pure slavernij. Lijfeigenen konder verkocht worden, geruild, in casino's verspeeld of verdobbeld De meester maakte uit wie met wie hu wen zou en de gesanctioneerde straf fen waren eenvoudigweg barbaars. Het regiem was zonder meer gruwe lijk. Kropotkin geeft daarvan talloze voorbeelden. In 1863 werd de afschaffing van de lijfeigenschap een feit. het gebeurde onder Alexander II. Maar die af schaffing bracht' nog geen vrijheid. De lasten die de boeren werden op gelegd om tot bezit te geraken van hun akkers en. huizen, warén zo zwaar, dat de boerenstand wel ver pauperen moest. En de regering, met aan het hoofd de sadistische en op macht beluste tsaren, bleef zichzelf gelijk. Het is dan ook geen wonder, dat de humanist Kropotkin lang zaam maar zeker het staatsbestel als de gTOte oorzaak van de Russische ellende ging zien. Hij werd anarchist. Deze ontwikkeling wordt in het boek op boeiende wijze geschetst tegen de achtergrond van de historische bin nen- en buitenlandse gebeurte nissen. Het zal duidelijk zijn. dat alleen daarom al het boek van grote waarde is. Het leven dat de hoge adel leidde en door T. van Deel Het plezierige van romans die in het heden spelen, is dat er niet in uitgelegd hoeft te wor den hoe een deur opengaat, wat het betekent als het sneeuwt, hoe het menselijk li chaam in elkaar zit en hoe men zich verplaatst. Ik be doel: zo'n roman doet een be roep op ons aller kennis van de wereld en wat wij weten hoeft geen verder betoog. Het verhaal kan de diepte in. Dat ligt anders bij een historische roman. De wereld van toen is een andere wereld, die in allerlei op zichten meer in extenso beschre ven zal moeten worden dan de hui dige. wil hij ons overtuigen. Wel zijn we allen behept met een vaag historisch besef van het leven in vroeger tijd. Het wil nog wel luk ken, met zo'n roman. Uitleg Toekomstromans vragen, meer nog dan historieverhalen, om uitleg van vaak de meest gewone dingen Ze spelen in een wereld die we ons niet kunnen herinneren, hoogstens ver beelden. Bij dat laatste moet de auteur ons behulpzaam zijn. Dat maakt. naar mijn gevoel, toekomstromans altijd een beetje onbeholpen: de relatie met de ons bekende wereld moet er telkens nadrukkelijk ingelegd worden. Want geheel nieuw kan die nieuwe wereld nooit aangeboden worden, dan zou hij ons niets meer te zeg gen hebben. Er moet altijd een dui delijk verband blijven bestaan, of beter een duidelijk verschil, met onze huidige wereld Hugo Raes' nieuwste boek is een toekomstroman. Het verhaal speelt een paar eeuwen na „de Ramp", ik schat ongeveer in 2300. Na die Ramp hebben enige overlevenden de stad Hyperion gesticht. De men sen die daar wonen zijn hoogont wikkeld, ze hoeven niet te sterven, via Multi Dimensionals kunnen zij zich in elke gewenste omgeving plaatsen, ze maken tientallen jaren durende rulmtevluchten, et cetera. Buiten de poorten van Hyperion bevinden zich bloemenplantages, met reuzebloemen. Die worden be werkt door zogenaamde rensen, dat zijn tot bijna-mens gemuteerde ratten. De meest ontwikkelde ren sen kunnen met de mensen com municeren, de laagst ontwikkelde brengen alleen fluittonen voort die gedecodeerd moeten worden. Naast rensen en mensen telt de wereld die Raes zich verbeeld heeft ook nog ratten (ratniks, ratsies), een oervorm van de rensen, die geheel ongeciviliseerd is gebleven Schema In dit schema speelt de roman zich af. Niemand hoeft benauwd te zijn dat hem de constellatie zal ont gaan, want Raes doet talloze malen dit schema uit de doeken. Er is een hiërarchie mee gegeven: mensen het hoogst, ratten het laagst. De rensen bewegen zich in de richting van de mensen. Zowel geestelijk als lichamelijk zijn de mensen de top van de ontwikkeling. Zij hebben de rensen als arbeiders in dienst. De roman verhaalt dan ten slotte de verwoesting van Hyperion door horden oprukkende ratten, die aan sluiting vinden bij zekere „terug naar de natuur"-bewegingen in de rensen-wereld. Deze revolutionaire opstand tegen het Hyperion-ideaal weten de mensen niet te keren en de Hyperionbeschaving gaat ten onder Het geweld en de onkunde van de primitieve massa ratachti- gen zegeviert. Althans, dat lijkt zo. maar een paar bladzijden voor het eind van de roman laat Raes, als bij toverslag, nog een paar Hyperianen het overleefd hebben. Zij vernieti gen dan de armzalige wereld van rensen en ratachtigen, met behulp van allerhande nog in werking te stellen machinerie, en bouwen een nieuw Hyperion op. Spannend Een spannend verhaal, zou u den ken. Dat is het soms ook wel, maar toch ook heel dikwijls niet. Het aanvankelijke idee van mensen, rensen, ratten roept iets als een strijd vanzelf op Dat is, in dit type literatuur, ook een gebruikelijk ge geven. Bovendien krijgt daardoor het verhaal een strekking die van toepassing is op onze huidige we reld. Erg verrassen doet Raes' con structie zeker niet. In zijn eigen werk is het thema van de stijd tussen twee werelden, tussen „geest" en „lichaam", tussen „goed" en „kwaad", tussen „hoog" en „laag", al talloze malen aan de orde gesteld. In deze Hyperion-ro man ligt dat thema er weer dui- mendik op. Raes heeft herhaaldelijk de ver beelding geroemd. Toch stelt hij die, in deze roman, bepaald niet in dienst van de conceptie van het geheel. Het is alsof hij blij is dat zijn verhaal in de toekomst speelt: dan kan er een driss (een reusachti ge eetbare worm) in het strandzand gevonden worden, dan kan hij de fenixkuur introduceren (oude men sen jong maken), dan kan hij een museum Boekland verzinnen, of een natuurlijke woestenij op de plek waar vroeger Parijs lag. Het zijn allemaal mogelijkheden die zo'n schema met zich meebrengt, maar die alleen zin hebben als ze nauw samenhangen met het the ma. En dat is vaak niet zo. Raes evoceert geen toekomstige wereld, hij legt die wereld omstandig en vaak naïef uit: „bij al lang niet meer bestaande oosterse volkeren, in Azië. zoals dat toen heette. „Voelt u wel. we zijn aan een toe komstroman bezig! De nadruk die Raes op de eigen verzinsels legt een nadruk in feite op het verschil tussen ons heden en deze verbeelde toekomst maakt zijn roman ui terst doorzichtig. Kitsch Eigenlijk geloof ik dat Raes met dit boek de grens van literaire kitsch dicht nadert. Naast de noodzakelij ke hoeveelheid opzienbarend nieuws (Bloemenvelden, MD-beel- den, rejuvenatlekamer, Rens-4500. etc), kent de roman een heuse lief deshistorie tussen maar liefst een mens en een rens. Op een 2eker ogenblik wordt via Dichter een dichtende rens omstandig de mogelijkheid uitgebuit om de we reldliteratuur zoals wij die kennen, via projectieschermen en holografi sche beelden, al of niet in vertaling, de revue te laten passeren. Het lijkt vaak of Raes zich ter plekke be wust wordt van de pikante moge lijkheden die zijn schema oproept. Worden de mensen bijna verblind, dan creëert hij ogenblikkelijk in de volgende zin een „anti-verblin- dingsbril". Hyperion overwint, al wordt het eerst verwoest. Wat dat precies be tekent, ik weet het niet. Bedoelt Raes dat de technocratie het ten slotte tegenover allerlei „natuurlij ke' krachten blijft uithouden? Want Hyperion mag dan getypeerd worden als het vrede-rijk, waarin wetenschap en verbeelding bloei en. het blijft een puur technisch hoogontwikkelde mensensamenle ving. En daarmee hebben we eigen lijk zulke gunstige ervaringen niet. Hugo Raes. De verwoesting van Hy perion. Amsterdam. De Bezige Bij. 1978. 320 blz. het lot van boeren en bedienden wordt door Kropotkin dusdanig ge tekend. dat het woord „onpartijdig" onwillekeurig opkomt, hoezeer ook bewogenheid te proeven valt Wie studie wil maken van de voorge schiedenis der Russische revolutie, kan echt niet aan dit boek voorbij gaan Het is onder veel meer een aanklacht tegen absolute monarchie en elke andere vorm van dictatuur Anti-communistisch Kropotkin is in Rusland niet verge ten. Dat hoeft ook niet. want hij stierf in 1921. Maar zijn boek is. evenals zijn vele artikelen en pam fletten, anti-communistisch, hoe vreemd het moge klinken. Zo hij iets haatte, dan de macht van een clique, een élite, van een stand of een partij. Maar wat hindert het0 Doden kun nen niet dissidenten zijn. Twee aspecten van dit heel belang rijke boek moeten beslist nog naar voren gebracht. De auteur verhaalt gedetailleerd de strijd die de intel lectuele vrouwen, veelal behorende tot de gegoede burgerstand of de adel, voerden om tot middelbaar en hoger onderwijs te worden toege laten. Maar ook de tegenstellingen tussen de verschillende socialistische stro mingen in het Westen worden door hem behandeld Nogmaals: het boek vindt helaas zijn einde tegelijkertijd met de vorige eeuw. Ik til daar echter niet zwaar aan: geen recensent heeft het recht een auteur te verwijten dat hij zijn boek niet langer heeft ge maakt Ik vind het wel jammer. Niet minder dan zestig pagina's zijn ge vuld met noten en een register Peter Kropotkin: „Memoires van een revolutionair". Ingeleid en geanno teerd door Nicolas Walter. Oorspron kelijke titel: ..Memoirs of a Revolutio nist". Vertaald door Anita C. van de Ven. Bij „Het Wereldvenster" te Baarn. Paperback. Aantal pagina's 446. Prijs 44.50. Berserik brokje dagelijks Ie- door G. KRUIS BERGEN Iedere keer weer een plezierige belevenis, een tentoonstel ling zoals nu tot 28 april in hel KCB in Bergen (NH) van werken van dr Hermanus Berserik. Schilde rijen, etsen, litho's tekeningen en aquarellen van een kunstenaar die ..kraakhelder" wil schilderen, „een beetje „schoon", klaar van exposé, zonder veel geouwehoer, recht toe. recht aan" Berserik valt je— door zijn kunst niet opdringerig lastig met zijn per soonlijke problematiek. Hij heeft, zo als hij het zelf eens zei, geen bood schap en wil ook de wereld, niet veranderen. Althans niet door mid del van zijn kunst Hij wil gewoon doen, wat hij niet laten kan De werkelijkheid verbeelden, brok jes dagelijks leven, die zo gewoon zijn, dat je er maar al te vaak met gesloten ogen aan voorbijgaat. En omdat ze zo gewoon zijn, versiert Berserik ze. Hij noemt dat zelf „de realiteit omzetten, ermee aan de stoei gaan". De manier waarop hij dat vaak doet, kan misschien wel eens tot een. zij het gefluisterde opmerking over surrealisme leiden. Maar daar heeft het helemaal niets mee te maken. En 't is ook niet onder te brengen bij welke richting van de „nieuwe figu ratie" ook. Alles wat Berserik wil is, dat je zijn werk ziet en bewondert als schilde rijen. „Schilderkunst zegt hij, „is schaars" en „Het enige wat ik zoek is rust. evenwicht en een beetje poëzie Dat vind je op deze tentoonstelling Op allerlei verschillende manieren En er is eigenlijk een bijzonder heid in de beeldende kunst ook een goed gedoseerde hoeveelheid hu mor. die overigens meestal in de sfeer van de zelfspot ligt Déze woorden van Berserik ook wil ik tenslotte nog even doorgeven „Al met al hoop ik dat de beschou wer minstens zo veel plezier beleeft aan het zien van al deze zaken, als ik gehad heb om ze te maken

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 25