Fidel Castro praat twee uur lang met kerkmensen Vredig Bemmel acht eeuwen oud eraamde Julius Civilis er de Batavieren-opstand tegen Rome? --JaG 17 FEBRUARI 1978 H14J r BINNENLAND vorig jaar was er hoog bezoek op Cuba. pcretaris-generaal van de wereldraad van jn, dr. Philip Potter, was op visite bij de anse kerken. En zoals het een bezoeker lit plan betaamt, ging hij ook langs bij het ringshoofd, Fidel Castro. Bij deze ontmoe ting stopte de revolutionaire leider bij de zwar te dominee een papier in de hand. Dat was omdat dr. Potter aan Castro allerlei ragen had gesteld over politieke gevangenen, de moeilijk heden voor de kerk in het socialistische suiker eiland en de dialoog tussen marxisme en chris tendom. Castro vertelde: hij was net de vorige maand op Jamaica geweest. Hij was daar ontvangen door premier Michael Manley, een groot vriend van de wereldraad en een overtuigd christen. Manley is bezig op Jamaica wat te leren van Cuba voor wat betreft de verdeling van de goederen. Bij de kerken is men dan al gauw bevreesd voor christenvervolging en zo geviel het dat Manley ter gelegenheid van Castro's bezoek een gesprek tussen een handjevol mensen van de raad van kerken van Jamaica rens de Cubaanse premier Fidel Castro onderscheidt de revolutie die hij ijn eiland heeft ontkentend zich van andere omwentelingen doordat zij lard ging met betrekkelijk weinig conflicten met de kerken. Castro it dat er geen tegenstelling is tussen de revolutie en het chistelijke of, omdat hij meent dat er veel overeenkomst is tussen de leer van stus en het socialisme. Volgens hem zouden de kerk en de socialisti- staat moeten samenwerken in het verbeteren van de wereld. ro zei dit alles in een gesprek dat hij amaica had met ds. Sam Reid, de eitter van de raad van kerken op dat d. enkele andere vertegenwoordigers le raad en de premier Michael Manley Jamaica. ley leidde het gesprek. Hij zei dat de een belangrijke rol te spelen heeft bij ot stand brengen van economische en tschappelijke gerechtigheid. Ds. Sam legde er de nadruk op dat Jamaica vrij land is, waar je zelfs de premier kunt kritiseren, „zoals ik enkele ma- [edaan heb. Maar dat verhindert mij nu aan zijn linkerzijde te zitten". Reid iot zijn speechje met te zeggen: „Wij ten Begrepen dat u niet van plan bent fze groep discipelen te maken en wij ikeren u dat wij niet op het punt staan dopen." ro: Dat mag u ook niet, want ik ben al topt. Dan kunnen we straks aan het eind het gesprek goed maken, wat we aan >egin hebben nagelaten, een gezamen- gebed. tro: Geachte kameraad Manley, geach- iend Reid ik stond op het punt u kameraad te noemen, maar we hadden sproken geen discipelen hier te maken ich) geachte vertegenwoordigers van erken van Jamaica: ik beginnen door te zeggen dat op ons id een diepgaande omwenteling heeft tsgehad, die een radicale verandering fid gebracht heeft in de produktie- iingen en in maatschappelijke ver gen Uit de geschiedenis blijkt dat ipii geval allerlei conflicten ontstaan, met de kerk. Dat is gebeurd bij de __Jise revolutie, bij de Mexicaanse en bij ussische revolutie. Dat is ook op Cuba gekomen, in het begin. Dat kwam sns mij door de leiding van een be de kerk of door de maatschappelijke p waar zo'n kerk mee verbonden was. erzeker u dat de revolutie nooit door ■religieuze gevoelens werd geleid. Wij kn er ten diepste van overtuigd dat er fe tegenstellingen hoefden te bestaan pa de maatschappelijke omwenteling fdt godsdienstige gevoelens van de men- Ook gelovigen deden mee aan onze 1. Enkele priesters waren bij de guer- in de bergen en er waren ook een .al niet veel niet-katholieke chris- n bij ons in Sierra Maestra.Zij waren vrienden. Ik denk aan hen als erg tndelijke mensen met een edel hart. Er nooit een conflict met hen en zij p eten met ons samen. Er waren wèl tfULjfïle problemen met de katholieke kerk. vil hier even eerlijk proberen te zijn als 770fr dan ook. Toen de nieuwe wetten op a de belangen van de rijken in het ng brachten kregen wij problemen de katholieke kerk. Het was de kerk de rijken, in tegenstelling tot Zuid- :rika, waar de kerk meer onder het leeft. Er waren bij ons ook geen arbei- priesters, zoals in Frankrijk. De kef- waren vooral in de steden. Daar waren é-scholen, dure scholen, waar alleen de in heen konden. Ikzelf kom uit een ilie van landeigenaren en ik zat vanaf rste klas op een privé-school. zei dat Cuba een katholiek land was, Ir ik ben het daar niet mee eens; de had veel mensen gedoopt, maar in het een kwam de priester dopen zonder er enige godsdienstles bij te geven. Ik zie godsdienst niet als iets dat je moet worden opgelegd. Het moet ieders persoonlijke beslissing zijn. Bij ons werd een kind van een maand of drie, vier gedoopt. Zijn naam kwam in het doopregister en de rest van zijn leven werd er niet naar omgekeken. Ik kom van het platteland. Daar was bijna iedereen gedoopt, maar er was geen katho lieke overtuiging, ook al waren de meeste mensen gelovig. Waar geloofden zij in? Wel, ik denk dat dat een soort hutspot was. (gelach). Het conflict dat ontstond was niet tussen de revolutie en het geloof, maar tussen de revolutie en een maatschappelijke klasse die de kerk trachtte te gebruiken als wa pen tegen de revolutie. Toch bleven de conflicten tot een minimum beperkt, om dat wij er steeds voor gezorgd hebben, de revolutie niet te maken tot de vijand van de godsdienst, want als wij dat gedaan hadden, dan zouden wij een grote dienst bewezen hebben aan de uitbuiters, niet alleen op Cuba, maar in heel Latijns Ame rika. We deden het dus ook uit strategische overwegingen. Dat zeg ik in alle openheid. We dachten niet in de eerste plaats aan Cuba, want hier vormde de godsdienst geen grote macht. We dachten aan Mexico, Colombia, Chili of Argentinië, waar de godsdienst invloed heeft. We dachten: Waarom zouden de ideeën van maatschap pelijke gerechtigheid moeten botsen met het christendom? Waarom? Ik weet heel wat over de christelijke beginselen en de leer van Christus. Volgens mij was Hij een groot revolutionair (applaus). Zijn hele leer stond ten dienste van de eenvoudige, de arme en hij was tegen uitbuiting, onrecht en de vernedering van de mens. Volgens mij hebben Zijn leer en het socialisme veel gemeen. Hij veroordeelde de rijke, de handelaren en de farizeeën met strenge woorden. Hij wast de voeten van zijn leerlingen. Bestaat er een waardiger voorbeeld? Ik heb zelfs wel eens opgemerkt dat het wonder van de vis en het brood en de verandering van water in wijn iets is dat wij ook graag zouden willen (gelach en applaus). Ik be doel dit zeer ernstig, omdat dit de kern is van wat ik denk en meen. Wie waren de eerste christenen? De armen, de armsten, de eenvoudigsten, de slaven. En zij werden eeuwenlang vervolgd, totdat een keizer besloot christen te worden. De eerste eeuwen van het christendom herin nert mij aan het stadium waarin de strij ders voor maatschappelijke gerechtigheid nu zijn. De situatie op Cuba verbeterde, toen de paus een nieuwe nuntius benoemde, mgr. Zacchi, die de kerk leerde dat zij haar godsdienstige plicht moest doen in plaats van mee te doen aan contra-revolutionaire activiteit, omdat dat niet verstandig was (gelach). Ik zal zeggen waarom. De overgrote meer derheid van de mensen steunde de revolu tie. De tegenstanders vertrokken naar de VS. De revolutie heeft miljoenen mensen goed gedaan. Op zes en een half miljoen Cubanen waren 100.000 prostituées. Drugs kon je hier vrij kopen. De revolutie maakte een eind aan prostitutie, speelholen, drug verslaving. Daar waren miljoenen het mee eens. Wie tegen deze revolutie was. oogstte de Premier Fidel Castro in gesprek met enkele leerlingen van een katholieke school en hun leraressen. Foto uit de periode onmiddellijk na de revolutie. haat van de mensen. Dat begreep de nunti us. Bovendien veranderde er iets in de kerk zelf, door nieuwe wetten, vooral van paus Johannes XXIII. De verhouding tus sen kerk en staat is nu normaal. Maar ik vind dat de samenwerking tussen de kerk en de revolutionairen moet begin nen vóór de revolutie. De revoluties komen toch, niet omdat ik dat wil, of omdat Manley of u dat wilt, of omdat Marx en Engels dat willen of omdat Lenin het ge zegd heeft, maar omdat het een bewijsbare mathematische noodzaak is. Want hoe kan de wereld anders haar huidige en toekom stige problemen oplossen. We hebben nu 4.000 miljoen mensen. Binnenkort zijn er 7.000 miljoen en later 15.000 miljoen. Ik zie niet in hoe de wereldproblemen opgelost kunnen worden zonder dat ieder zich ge draagt als in een grote familie. Wij moeten het individualisme opgeven dat er voor zorgt dat de mensen alles willen hebben voor zichzelf terwijl anderen honger lijden. Tenzij wij de economische planning op wereldschaal doen, komen wij op een punt dat alle hulpbronnen op zijn. het leefmi lieu vergiftigd is en de mensen elkaar opeten. Ik denk niet dat het nu al zover is of over dertig jaar, maar het zal ook niet meer drie eeuwen duren. Over 23 jaar zullen er zeven miljard mensen zijn. Ik vraag mijzelf: waar zullen die van leven? Als wij naar de geschiedenis kijken, zien wij dat het christendom eerst de gods dienst van de slaven was, daarna van de keizers, het hof, de patriciërs. We zien dat er ernstige fouten zijn gemaakt in de naam van de godsdienst. Ik zal u nu niet ver moeien met een verhaal over de nog grote re fouten, die politici gemaakt hebben. Daarom vraag ik: waar ligt de tegenstel ling tussen de christelijke leer en het socia lisme? Waar? Wij willen beide strijden ter wille van de mens, voor het welzijn van de mens, voor zijn geluk. Ds. Sam Reid (bedankt Castro): Betekent de vrijheid van godsdienst dat zij vrije toegang heeft tot de media, de radio, de tv, de pers? Castro: Men moet goed begrijpen, dat wij op alle fronten een strijd op leven en dood met de VS hebben. De VS is niet zomaar een land, het is erg machtig en heeft de mogelijkheid ons economisch en militair te vernietigen. We hebben de media moe ten inzetten voor een politieke strijd. We konden niet anders. Volgens onze grond wet zou de godsdienst vrije toegang moe ten hebben tot de media, maar in feite is dat niet zo. eerlijk gezegd. Zodra de oorlog tegen ons land ophoudt kunnen we deze vragen aan de hand van andere normen beantwoorden. Maar we hebben maar wei nig papier ter beschikking. Er zijn maar twee kranten en die zijn communistisch. Dat zijn niet de geëigende middelen, denk ik, voor godsdienstonderwijs. Maar er is geen formeel verbod tegen godsdienstige lectuur. Reid: Wij zouden graag de band met de Cubaanse kerken verbeteren en bijvoor beeld Spaanse bijbels willen sturen. Castro: Ik kan alleen maar blij zijn met contact tussen de kerken. En wat de bij bels betreft, ik bezocht Chili in de tijd van president Allende. Hij liet me de kardinaal bezoeken. Ik had er niet om gevraagd (gelach) maar Allende wilde de ontmoeting toch. Dus ging ik praten met de kardinaal. En hij zei: U vroeg me te spreken. Waaro ver wilt u mij spreken? Ik antwoordde: Ik weet het niet. Deze ontmoeting stond op mijn programma, maar we vinden wel iets om over te praten. Ik vond dat niet zo leuk. Dat meen ik oprecht. Ik had niets tegen een ontmoe ting met de kardinaal. Mijn kameraden zouden het mij ook niet kwalijk genomen hebben. Maar de kardinaal wilde graag tegen de reactionairen zeggen dat ik om het gesprek gevraagd had (gelach). Hoe dan ook, we praatten. Hij had het over bijbels. Hij wilde 10.000 bijbels naar Cuba sturen. Ik zei: Prima, stuur bijbels, want de bijbel is een fijn boek. Ik hoop dat de bijbels naar de bibliotheken gaan. Ik houd van de bijbel. Het is een teken van cultuur om hem te lezen en het is een van de beste boeken die er ooit geschreven zijn. We waren het eens. En er kwam een boot met bijbels (gelach). Wat konden wij er voor bezwaar tegen hebben dat er bijbels naar de Cubanen gestuurd werden? In het ge heel niet (gelach). Vraag: Ik wil iets over mensenrechten vra gen. Ik geloof als christen in de heiligheid van de mens, net zoals u. Daarom ben ik bezorgd over broeders die om politieke redenen In de gevangenis zijn. Wat is hun lot? Castro: U hebt het over broeders. Bedoelt u dat godsdienstig of politiek? Vragensteller: Ik geloof dat er onder de gevangenen christenen zijn. Castro: Goed. Laat mij u zeggen dat ik het niet met u eens ben. Er is bij ons niemand in de gevangenis om zijn politieke overtui ging. Dat is punt een. Punt twee: wij onderscheiden politieke en contra-revolutionaire gevangenen. Vol gens onze wetten is een politieke gevange ne iemand die gearresteerd en veroordeeld wordt omdat hij de maatschappij wil ver beteren. Dat is niet hetzelfde als terugkeer naar de oude omstandigheden. Wie dat wil noemen wij contra-revolutionaire gevan genen. Die gaan naar de gevangenis omdat zij ernstige misdaden hebben gepleegd. We deden deze mensen in de gevangenis en wie loste hun problemen op? Niet de VS, maar wij. Hebt u het rapport van de Ame rikaanse senaatscommissie gelezen over de plannen om de leiders van andere sta ten te doden? Nee? U zou het moeten doen. Er staat een lijst van pogingen in om de en de Cubaanse premier organiseerde. Dat gesprek is opgeschreven en toen dominee Potter bij premier Castro op bezoek was, kreeg hij de tekst met het verzoek het in het vliegtuig maar eens te lezen. Deze tekst volgt hier in een bewerking door Aidert Schipper. Cubaanse leiders te doden en alle pogin gen staan er niet eens in. Er waren onge veer tachtig samenzweringen tegen mij. Maar weet u dat veel van de mensen die tegen mijn leven iets ondernamen nu vrij zijn en in Havana op straat lopen? Wie liet hen uit de gevangenis? De CIA en de Amerikaanse regering? Nee. de revolutie. Vraag: Toen ik op Cuba was. zag ik in de nieuwe wijken geen kerken. Waarom zijn die er niet? Castro: Kerken staan niet op ons bouwpro gramma. Wij bouwen scholen, ziekenhui zen en alles, maar als een bepaalde ge meenschap de revolutionaire regering zou vragen om een kerk. omdat de gemeen schap die nodig zou hebben, dan zouden we hem bouwen. Vraag: Hier op Jamaica is een revolutie aan de gang die het patroon van de Cu baanse revolutie volgt. Betekent dat dat Jamaica ten slotte ook lid wordt van het Sowjet-blok? Castro: Is dat een politieke of een gods dienstige vraag? (gelach) U kunt er op vertrouwen dat we geen lid geworden zijn van de orthodoxe kerk. hoor! Ik vind nietik vind dat dit gepraat over Cuba als model voor Jamaica en dat u alles net zo gaat doen als wij een stukje propaganda tegen Jamaica en tegen de regering van premier Manley is. Twee processen zijn nooit precies gelijk. Er zijn de laatste tijd veel omwentelingen en veel veranderingen in de wereld geweest en geen enkele is gelijk geweest aan een andere. Ik denk niet dat Manley zin heeft om naar Cuba te kijken als een model en wij hebben er ook geen behoefte aan dat Manley zo naar ons kijkt. Vraag: In uw grondwet staat dat de staat verantwoordelijk is voor het onderwijs aan de kinderen. En in een schoolboekje las ik: „Ongeveer 2.000 jaar geleden ging er een gerucht over Christus, waarvan men dacht dat hij de zoon van God was Maar de wetenschap heeft bewezen dat Christus nooit bestond." Deze tekst wordt in het geschiedenisonderwijs op Cuba gebruikt. Castro: Wij gaan weliswaar uit van de leer van het marxisme-leninisme, maar we leg gen de nadruk op de sociale kanten er van. Ik denk dat door vroegere spanning tussen de kerk en de revolutionaire staat de rol van de godsdienst onder druk is gekomen. Een verbond, een toenadering zou de beide partijen in de toekomst dwingen dit onder ogen te zien. Als de mens de vrijheid heeft in godsdien stig opzicht te kiezen hoeft er geen tegen stelling tussen revolutie en godsdienst te bestaan. Indien het socialisme opkomt voor de menselijke vrijheid, waarom zou het dan de vrijheid van de mens om godsdienstige overtuigingen te hebben uitsluiten? We dwingen niemand tot marxistische-leni- nistische gedachten, want wat geef ik om een revolutionair met opgedwongen ge dachten? Ik was zelf eigenlijk nooit een goede gelo vige doordat het geloof mij opgelegd werd. Ik denkt dat je door dwang slechte gelovi gen en slechte marxisten krijgt Ds. Sam Reid: Meneer de voorzitter, ik wil graag zeggen dat ik deze twee uur zeer belangwekkend heb gevonden. We zijn als kerkleden blij met deze open discussie. En ik denk dat deze zal leiden tot verder begrip van de problemen van de regering en het volk van Cuba en tot verdere sa menwerking. Laat ons bidden. —fir Jac. Lelsz IMEL Soms bevindt men zich op plaatsen waarvan de chiedenis veel verder teruggaat dan men had vermoed. Dezer :en waren we in Bemmel, gelegen tussen Arnhem en Nijme- enige kilometers van de rijksweg. We gingen er heen in band met het achthonderd g bestaan van dit vriendelijke Betuwedorp. Ter plekke kre- we echter een bundeltje historische schetsen over dit gebied P. A. M. Kehl in handen. En daarin lazen we dat op de plaats, u^r nu Bemmel ligt, 1900 jaar geleden waarschijnlijk al belang- ;e zaken plaats hebben gevonden. Het moet hiér zijn geweest ai4 Julius Civilis met de Bataven an andere volkeren de opstand aamde, die in 69 na Christus tegen de Romeinen werd lernomen. loeJ genoeg de gehele bekende we- lag gebogen onder den hiel van veroveraar. .Zoowel de heerlijke Astreek welke bespoeld werd de Euphraat, als de koele kus- van de Noordzee, had de Romein reden, den cijns van onderwer- ontvangend der bevolking. Pat- Q en Joden en met dezen een ge ile stoet van volkeren waren ge- tit aan den zegekar van den Ro- nschen adelaar. Ook ons voorge- •ht, de Batavieren, had een ver gesloten met de geweldige, i edelste zonen, de fiere Bataaf- r jongelingschap, betraden in de neinsche legioenen de verste hoe der wereld. Waren de Batavieren bondgenooten der Romeinen, ze en niettemin een onderdrukt Aldus genoemde Kehl. een imelse drogist met grote belang- 'ing voor de historie van de Over fiwe. in zijn boekje dat voor het eerst in 1914 uitkwam. Enige jaren geleden is het fotografisch herdrukt ten bate van een carillonfonds. De ingebruikname van het klokkespel midden mei is een van de meer dan tachtig onderdelen, die het feestprogramma, uitgesmeerd over heel 1978, vermeldt. Ontoegankelijk Volgens de amateur-historicus Kehl heeft Julius Civilis (Claudius was zijn tweede voornaam) zijn plannen tegen Rome gesmeed in wat nu Bem mel is. omdat men daar veiliger was dan in Nijmegen, waar het bestuur van de Romeinen was gevestigd. Im mers, nu kon dat gebeuren in een gebied van bijna ontoegankelijke bossen en moerassen. Bovendien was men zó van elkaar gescheiden door een breed en woest stromende Waal. Bemmel tijdens zijn internationaal bekende ponyjaarmarkt in augustus Civilis had aanvankelijk succes, drong zelfs door tot Trier, maar toen was het afgelopen. Hij was tot zijn vereet tegen de Romeinen gekomen om zijn volk „te verlossen van een juk dat zijns inziens ondraaglijk was geworden," maar ook omdat zijn broer Paulus onder Nero wegens weerspannigheid werd ter dood ge bracht terwijl hij zelf in gevangen schap werd weggevoerd. Civilis was van koninklijken huize en wellicht heeft hij gewoond op een punt in Bemmel, waar nu kasteel De Kinke lenburg (koninklijke burg) staat en waar thans het gemeentenhuis in is gevestigd. Bemmel wil zich niet meer druk ma ken over die roerige tijd. en boven dien is het gebied tussen Rijn en Waal. door Caesar in zijn Belli Galli- ci ..Insula Batavorum" genoemd, daarna zo vóók toneel van oorlogs handelingen geweest. Bemmel, zo wordt gezegd, betekent toren. Op een hooggelegen deel van Bemmel zou destijds een toren zijn opgericht. Vanaf die toren hadden de bewakers in de dagen van de Romeinse over heersing door seinen, onder meer vuur, contact met collega's, die zich elders bevonden. Als Bemmel een toren is, dan worden de mannen, die de toren bewaakten, bemmelsen ge noemd. Dappere krijgers op een vooruitgeschoven post ten dienste van de gemeenschap. Tegen die ach tergrond hebben B en W een onder scheiding ingesteld, de Bemmel, die wordt uitgereikt aan personen, die de gemeenschap grote diensten be wijzen. Helemaal los van het verste verleden is Bemmel dus toch ook weer niet, maar voor het overige wil de burgerij dit Jaar in alle vrede feestvieren. Vertederend Bemmel moet van inborst wel een vredig dorp zijn. Aan het begin van het dorp staat een vertederend beeldje van Ed van Teeseling. Een meisje met pony, symbool van dit dorp. Sinds enige tientallen Jaren is Bemmel internationaal bekend om zijn pony jaarmarkt in augustus, de grootste van West-Eruopa.. Begin '70 beleefde men het hoogtepunt: Tot uit Amerika, Afrika, Scandina vië en het Midden-Oosten komen de kooplui. Aanvoer zo'n tweeduizend pony's. Nu is het verzadigingspunt bereikt en draait de aanvoer om een duizend pony's. Het gebied is rijk aan ponyfokbedrijven en met elkaar vormen ze een van Bemmels econo mische pellers. Per traditie is de fruitteelt altijd een belangrijke welvaartsbron geweest, maar jammergenoeg is de betekenis ervan de laatste Jaren evenals elders achteruit gegaan. Vele Bemmelaars zitten voorts in de landbouw. In Bemmel zelf heeft zich een moderne middenstand ontwikkeld zonder de charme van het plaatsje al te zeer aan te tasten. Bemmel zelf telt ze venduizend inwoners. Inclusief de dorpen, die er toe behoren, heeft de gemeente Bemmel meer dan 14.000 ingezetenen. Eén van die dorpen is Doornenburg. In die omgeving staat ook een kasteel van die naam. Een middeleeuws kasteel van grote allu re, in 1945 tot puin geschoten, tus sen '47 en '64 fraai hersteld. Achter het poortgebouw loopt een sloot, het begin van de Linde. Op enige af stand daarvan zouden dan de eerste Bataven, een Germaanse volksstam uit het Taunusgebied, uit hun holle boomstammen zijn gestapt. Zoals gezegd, heeft Bemmel een feestprogramma met meer dan 80 punten in elkaar gezet. Dat loopt van 22 februari tot 28 oktober en is uitermate gevarieerd. Op zondag 9 april is de officiële viering met een oecumenische kerkdienst, waaraan de r.k. kerk, de hervormde gemeente en de Zuidmolukse gemeenschap meewerken, en met een buitengewo ne raadsvergadering. Tot de hoogte punten behoort het 75ste concours hippique in augustus, voorafgaande aan de ponyjaarmarkt; lang voordat de pony's Bemmel tot ver over de landsgrenzen bekendheid gaven was dit dorp al een hippisch cen trum van importantie. Ter gelegenheid van het jubileum worden gelegenheidsmunten uitge geven in tombak, zilver en goud, mede om de onderneming te finan cieren. De munten hebben als rand schrift: „Weest reyn hout u altyd kleyn". Het randschrift is ontleend aan wat boven de Ingang van de uit 1277 daterende hervormde kerk staat geschreven Dat Bemmel een aardig dorp is. blijkt ook uit het feit dat dit jaar in verband met het 800- Jarig bestaan iedere tachtig jarige Bemmelaar acht rozen ontvangt. De grond voor het Jubileum ligt in een akte gedateerd 9 april 1178, waarin Oodfried van Reenen, bisschop van Utrecht, spreekt van „Bemmele lux- ta Noviomagum". Bemmel nabij Nijmegen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1978 | | pagina 15