Fidel Castro praat twee uur lang met kerkmensen
Vredig
Bemmel acht eeuwen oud
eraamde Julius Civilis er de Batavieren-opstand tegen Rome?
--JaG 17 FEBRUARI 1978
H14J r
BINNENLAND
vorig jaar was er hoog bezoek op Cuba.
pcretaris-generaal van de wereldraad van
jn, dr. Philip Potter, was op visite bij de
anse kerken. En zoals het een bezoeker
lit plan betaamt, ging hij ook langs bij het
ringshoofd, Fidel Castro. Bij deze ontmoe
ting stopte de revolutionaire leider bij de zwar
te dominee een papier in de hand. Dat was
omdat dr. Potter aan Castro allerlei ragen had
gesteld over politieke gevangenen, de moeilijk
heden voor de kerk in het socialistische suiker
eiland en de dialoog tussen marxisme en chris
tendom.
Castro vertelde: hij was net de vorige maand
op Jamaica geweest. Hij was daar ontvangen
door premier Michael Manley, een groot vriend
van de wereldraad en een overtuigd christen.
Manley is bezig op Jamaica wat te leren van
Cuba voor wat betreft de verdeling van de
goederen. Bij de kerken is men dan al gauw
bevreesd voor christenvervolging en zo geviel
het dat Manley ter gelegenheid van Castro's
bezoek een gesprek tussen een handjevol
mensen van de raad van kerken van Jamaica
rens de Cubaanse premier Fidel Castro onderscheidt de revolutie die hij
ijn eiland heeft ontkentend zich van andere omwentelingen doordat zij
lard ging met betrekkelijk weinig conflicten met de kerken. Castro
it dat er geen tegenstelling is tussen de revolutie en het chistelijke
of, omdat hij meent dat er veel overeenkomst is tussen de leer van
stus en het socialisme. Volgens hem zouden de kerk en de socialisti-
staat moeten samenwerken in het verbeteren van de wereld.
ro zei dit alles in een gesprek dat hij
amaica had met ds. Sam Reid, de
eitter van de raad van kerken op dat
d. enkele andere vertegenwoordigers
le raad en de premier Michael Manley
Jamaica.
ley leidde het gesprek. Hij zei dat de
een belangrijke rol te spelen heeft bij
ot stand brengen van economische en
tschappelijke gerechtigheid. Ds. Sam
legde er de nadruk op dat Jamaica
vrij land is, waar je zelfs de premier
kunt kritiseren, „zoals ik enkele ma-
[edaan heb. Maar dat verhindert mij
nu aan zijn linkerzijde te zitten". Reid
iot zijn speechje met te zeggen: „Wij
ten Begrepen dat u niet van plan bent
fze groep discipelen te maken en wij
ikeren u dat wij niet op het punt staan
dopen."
ro: Dat mag u ook niet, want ik ben al
topt.
Dan kunnen we straks aan het eind
het gesprek goed maken, wat we aan
>egin hebben nagelaten, een gezamen-
gebed.
tro: Geachte kameraad Manley, geach-
iend Reid ik stond op het punt u
kameraad te noemen, maar we hadden
sproken geen discipelen hier te maken
ich) geachte vertegenwoordigers van
erken van Jamaica:
ik beginnen door te zeggen dat op ons
id een diepgaande omwenteling heeft
tsgehad, die een radicale verandering
fid gebracht heeft in de produktie-
iingen en in maatschappelijke ver
gen Uit de geschiedenis blijkt dat
ipii geval allerlei conflicten ontstaan,
met de kerk. Dat is gebeurd bij de
__Jise revolutie, bij de Mexicaanse en bij
ussische revolutie. Dat is ook op Cuba
gekomen, in het begin. Dat kwam
sns mij door de leiding van een be
de kerk of door de maatschappelijke
p waar zo'n kerk mee verbonden was.
erzeker u dat de revolutie nooit door
■religieuze gevoelens werd geleid. Wij
kn er ten diepste van overtuigd dat er
fe tegenstellingen hoefden te bestaan
pa de maatschappelijke omwenteling
fdt godsdienstige gevoelens van de men-
Ook gelovigen deden mee aan onze
1. Enkele priesters waren bij de guer-
in de bergen en er waren ook een
.al niet veel niet-katholieke chris-
n bij ons in Sierra Maestra.Zij waren
vrienden. Ik denk aan hen als erg
tndelijke mensen met een edel hart. Er
nooit een conflict met hen en zij
p eten met ons samen. Er waren wèl
tfULjfïle problemen met de katholieke kerk.
vil hier even eerlijk proberen te zijn als
770fr dan ook. Toen de nieuwe wetten op
a de belangen van de rijken in het
ng brachten kregen wij problemen
de katholieke kerk. Het was de kerk
de rijken, in tegenstelling tot Zuid-
:rika, waar de kerk meer onder het
leeft. Er waren bij ons ook geen arbei-
priesters, zoals in Frankrijk. De kef-
waren vooral in de steden. Daar waren
é-scholen, dure scholen, waar alleen de
in heen konden. Ikzelf kom uit een
ilie van landeigenaren en ik zat vanaf
rste klas op een privé-school.
zei dat Cuba een katholiek land was,
Ir ik ben het daar niet mee eens; de
had veel mensen gedoopt, maar in het
een kwam de priester dopen zonder
er enige godsdienstles bij te geven. Ik zie
godsdienst niet als iets dat je moet worden
opgelegd. Het moet ieders persoonlijke
beslissing zijn. Bij ons werd een kind van
een maand of drie, vier gedoopt. Zijn naam
kwam in het doopregister en de rest van
zijn leven werd er niet naar omgekeken.
Ik kom van het platteland. Daar was bijna
iedereen gedoopt, maar er was geen katho
lieke overtuiging, ook al waren de meeste
mensen gelovig. Waar geloofden zij in?
Wel, ik denk dat dat een soort hutspot was.
(gelach).
Het conflict dat ontstond was niet tussen
de revolutie en het geloof, maar tussen de
revolutie en een maatschappelijke klasse
die de kerk trachtte te gebruiken als wa
pen tegen de revolutie. Toch bleven de
conflicten tot een minimum beperkt, om
dat wij er steeds voor gezorgd hebben, de
revolutie niet te maken tot de vijand van
de godsdienst, want als wij dat gedaan
hadden, dan zouden wij een grote dienst
bewezen hebben aan de uitbuiters, niet
alleen op Cuba, maar in heel Latijns Ame
rika. We deden het dus ook uit strategische
overwegingen. Dat zeg ik in alle openheid.
We dachten niet in de eerste plaats aan
Cuba, want hier vormde de godsdienst
geen grote macht. We dachten aan Mexico,
Colombia, Chili of Argentinië, waar de
godsdienst invloed heeft. We dachten:
Waarom zouden de ideeën van maatschap
pelijke gerechtigheid moeten botsen met
het christendom? Waarom? Ik weet heel
wat over de christelijke beginselen en de
leer van Christus. Volgens mij was Hij een
groot revolutionair (applaus). Zijn hele leer
stond ten dienste van de eenvoudige, de
arme en hij was tegen uitbuiting, onrecht
en de vernedering van de mens. Volgens
mij hebben Zijn leer en het socialisme veel
gemeen.
Hij veroordeelde de rijke, de handelaren
en de farizeeën met strenge woorden. Hij
wast de voeten van zijn leerlingen. Bestaat
er een waardiger voorbeeld? Ik heb zelfs
wel eens opgemerkt dat het wonder van de
vis en het brood en de verandering van
water in wijn iets is dat wij ook graag
zouden willen (gelach en applaus). Ik be
doel dit zeer ernstig, omdat dit de kern is
van wat ik denk en meen.
Wie waren de eerste christenen? De armen,
de armsten, de eenvoudigsten, de slaven.
En zij werden eeuwenlang vervolgd, totdat
een keizer besloot christen te worden. De
eerste eeuwen van het christendom herin
nert mij aan het stadium waarin de strij
ders voor maatschappelijke gerechtigheid
nu zijn.
De situatie op Cuba verbeterde, toen de
paus een nieuwe nuntius benoemde, mgr.
Zacchi, die de kerk leerde dat zij haar
godsdienstige plicht moest doen in plaats
van mee te doen aan contra-revolutionaire
activiteit, omdat dat niet verstandig was
(gelach).
Ik zal zeggen waarom. De overgrote meer
derheid van de mensen steunde de revolu
tie. De tegenstanders vertrokken naar de
VS. De revolutie heeft miljoenen mensen
goed gedaan. Op zes en een half miljoen
Cubanen waren 100.000 prostituées. Drugs
kon je hier vrij kopen. De revolutie maakte
een eind aan prostitutie, speelholen, drug
verslaving. Daar waren miljoenen het mee
eens.
Wie tegen deze revolutie was. oogstte de
Premier Fidel Castro in gesprek met enkele leerlingen van een katholieke school en hun leraressen. Foto uit de periode onmiddellijk na
de revolutie.
haat van de mensen. Dat begreep de nunti
us. Bovendien veranderde er iets in de
kerk zelf, door nieuwe wetten, vooral van
paus Johannes XXIII. De verhouding tus
sen kerk en staat is nu normaal.
Maar ik vind dat de samenwerking tussen
de kerk en de revolutionairen moet begin
nen vóór de revolutie. De revoluties komen
toch, niet omdat ik dat wil, of omdat
Manley of u dat wilt, of omdat Marx en
Engels dat willen of omdat Lenin het ge
zegd heeft, maar omdat het een bewijsbare
mathematische noodzaak is. Want hoe kan
de wereld anders haar huidige en toekom
stige problemen oplossen. We hebben nu
4.000 miljoen mensen. Binnenkort zijn er
7.000 miljoen en later 15.000 miljoen. Ik zie
niet in hoe de wereldproblemen opgelost
kunnen worden zonder dat ieder zich ge
draagt als in een grote familie. Wij moeten
het individualisme opgeven dat er voor
zorgt dat de mensen alles willen hebben
voor zichzelf terwijl anderen honger lijden.
Tenzij wij de economische planning op
wereldschaal doen, komen wij op een punt
dat alle hulpbronnen op zijn. het leefmi
lieu vergiftigd is en de mensen elkaar
opeten. Ik denk niet dat het nu al zover is
of over dertig jaar, maar het zal ook niet
meer drie eeuwen duren. Over 23 jaar
zullen er zeven miljard mensen zijn. Ik
vraag mijzelf: waar zullen die van leven?
Als wij naar de geschiedenis kijken, zien
wij dat het christendom eerst de gods
dienst van de slaven was, daarna van de
keizers, het hof, de patriciërs. We zien dat
er ernstige fouten zijn gemaakt in de naam
van de godsdienst. Ik zal u nu niet ver
moeien met een verhaal over de nog grote
re fouten, die politici gemaakt hebben.
Daarom vraag ik: waar ligt de tegenstel
ling tussen de christelijke leer en het socia
lisme? Waar? Wij willen beide strijden ter
wille van de mens, voor het welzijn van de
mens, voor zijn geluk.
Ds. Sam Reid (bedankt Castro): Betekent
de vrijheid van godsdienst dat zij vrije
toegang heeft tot de media, de radio, de tv,
de pers?
Castro: Men moet goed begrijpen, dat wij
op alle fronten een strijd op leven en dood
met de VS hebben. De VS is niet zomaar
een land, het is erg machtig en heeft de
mogelijkheid ons economisch en militair
te vernietigen. We hebben de media moe
ten inzetten voor een politieke strijd. We
konden niet anders. Volgens onze grond
wet zou de godsdienst vrije toegang moe
ten hebben tot de media, maar in feite is
dat niet zo. eerlijk gezegd. Zodra de oorlog
tegen ons land ophoudt kunnen we deze
vragen aan de hand van andere normen
beantwoorden. Maar we hebben maar wei
nig papier ter beschikking. Er zijn maar
twee kranten en die zijn communistisch.
Dat zijn niet de geëigende middelen, denk
ik, voor godsdienstonderwijs. Maar er is
geen formeel verbod tegen godsdienstige
lectuur.
Reid: Wij zouden graag de band met de
Cubaanse kerken verbeteren en bijvoor
beeld Spaanse bijbels willen sturen.
Castro: Ik kan alleen maar blij zijn met
contact tussen de kerken. En wat de bij
bels betreft, ik bezocht Chili in de tijd van
president Allende. Hij liet me de kardinaal
bezoeken. Ik had er niet om gevraagd
(gelach) maar Allende wilde de ontmoeting
toch. Dus ging ik praten met de kardinaal.
En hij zei: U vroeg me te spreken. Waaro
ver wilt u mij spreken? Ik antwoordde: Ik
weet het niet. Deze ontmoeting stond op
mijn programma, maar we vinden wel iets
om over te praten.
Ik vond dat niet zo leuk. Dat meen ik
oprecht. Ik had niets tegen een ontmoe
ting met de kardinaal. Mijn kameraden
zouden het mij ook niet kwalijk genomen
hebben. Maar de kardinaal wilde graag
tegen de reactionairen zeggen dat ik om
het gesprek gevraagd had (gelach).
Hoe dan ook, we praatten. Hij had het over
bijbels. Hij wilde 10.000 bijbels naar Cuba
sturen. Ik zei: Prima, stuur bijbels, want de
bijbel is een fijn boek. Ik hoop dat de
bijbels naar de bibliotheken gaan. Ik houd
van de bijbel. Het is een teken van cultuur
om hem te lezen en het is een van de beste
boeken die er ooit geschreven zijn. We
waren het eens. En er kwam een boot met
bijbels (gelach). Wat konden wij er voor
bezwaar tegen hebben dat er bijbels naar
de Cubanen gestuurd werden? In het ge
heel niet (gelach).
Vraag: Ik wil iets over mensenrechten vra
gen. Ik geloof als christen in de heiligheid
van de mens, net zoals u. Daarom ben ik
bezorgd over broeders die om politieke
redenen In de gevangenis zijn. Wat is hun
lot?
Castro: U hebt het over broeders. Bedoelt u
dat godsdienstig of politiek?
Vragensteller: Ik geloof dat er onder de
gevangenen christenen zijn.
Castro: Goed. Laat mij u zeggen dat ik het
niet met u eens ben. Er is bij ons niemand
in de gevangenis om zijn politieke overtui
ging. Dat is punt een.
Punt twee: wij onderscheiden politieke en
contra-revolutionaire gevangenen. Vol
gens onze wetten is een politieke gevange
ne iemand die gearresteerd en veroordeeld
wordt omdat hij de maatschappij wil ver
beteren. Dat is niet hetzelfde als terugkeer
naar de oude omstandigheden. Wie dat wil
noemen wij contra-revolutionaire gevan
genen. Die gaan naar de gevangenis omdat
zij ernstige misdaden hebben gepleegd.
We deden deze mensen in de gevangenis en
wie loste hun problemen op? Niet de VS,
maar wij. Hebt u het rapport van de Ame
rikaanse senaatscommissie gelezen over
de plannen om de leiders van andere sta
ten te doden? Nee? U zou het moeten doen.
Er staat een lijst van pogingen in om de
en de Cubaanse premier organiseerde. Dat
gesprek is opgeschreven en toen dominee
Potter bij premier Castro op bezoek was, kreeg
hij de tekst met het verzoek het in het vliegtuig
maar eens te lezen. Deze tekst volgt hier in een
bewerking door Aidert Schipper.
Cubaanse leiders te doden en alle pogin
gen staan er niet eens in. Er waren onge
veer tachtig samenzweringen tegen mij.
Maar weet u dat veel van de mensen die
tegen mijn leven iets ondernamen nu vrij
zijn en in Havana op straat lopen? Wie liet
hen uit de gevangenis? De CIA en de
Amerikaanse regering? Nee. de revolutie.
Vraag: Toen ik op Cuba was. zag ik in de
nieuwe wijken geen kerken. Waarom zijn
die er niet?
Castro: Kerken staan niet op ons bouwpro
gramma. Wij bouwen scholen, ziekenhui
zen en alles, maar als een bepaalde ge
meenschap de revolutionaire regering zou
vragen om een kerk. omdat de gemeen
schap die nodig zou hebben, dan zouden
we hem bouwen.
Vraag: Hier op Jamaica is een revolutie
aan de gang die het patroon van de Cu
baanse revolutie volgt. Betekent dat dat
Jamaica ten slotte ook lid wordt van het
Sowjet-blok?
Castro: Is dat een politieke of een gods
dienstige vraag? (gelach) U kunt er op
vertrouwen dat we geen lid geworden zijn
van de orthodoxe kerk. hoor! Ik vind
nietik vind dat dit gepraat over Cuba
als model voor Jamaica en dat u alles net
zo gaat doen als wij een stukje propaganda
tegen Jamaica en tegen de regering van
premier Manley is. Twee processen zijn
nooit precies gelijk. Er zijn de laatste tijd
veel omwentelingen en veel veranderingen
in de wereld geweest en geen enkele is
gelijk geweest aan een andere. Ik denk niet
dat Manley zin heeft om naar Cuba te
kijken als een model en wij hebben er ook
geen behoefte aan dat Manley zo naar ons
kijkt.
Vraag: In uw grondwet staat dat de staat
verantwoordelijk is voor het onderwijs aan
de kinderen. En in een schoolboekje las ik:
„Ongeveer 2.000 jaar geleden ging er een
gerucht over Christus, waarvan men dacht
dat hij de zoon van God was Maar de
wetenschap heeft bewezen dat Christus
nooit bestond." Deze tekst wordt in het
geschiedenisonderwijs op Cuba gebruikt.
Castro: Wij gaan weliswaar uit van de leer
van het marxisme-leninisme, maar we leg
gen de nadruk op de sociale kanten er van.
Ik denk dat door vroegere spanning tussen
de kerk en de revolutionaire staat de rol
van de godsdienst onder druk is gekomen.
Een verbond, een toenadering zou de beide
partijen in de toekomst dwingen dit onder
ogen te zien.
Als de mens de vrijheid heeft in godsdien
stig opzicht te kiezen hoeft er geen tegen
stelling tussen revolutie en godsdienst te
bestaan.
Indien het socialisme opkomt voor de
menselijke vrijheid, waarom zou het dan
de vrijheid van de mens om godsdienstige
overtuigingen te hebben uitsluiten? We
dwingen niemand tot marxistische-leni-
nistische gedachten, want wat geef ik om
een revolutionair met opgedwongen ge
dachten?
Ik was zelf eigenlijk nooit een goede gelo
vige doordat het geloof mij opgelegd werd.
Ik denkt dat je door dwang slechte gelovi
gen en slechte marxisten krijgt
Ds. Sam Reid: Meneer de voorzitter, ik wil
graag zeggen dat ik deze twee uur zeer
belangwekkend heb gevonden. We zijn als
kerkleden blij met deze open discussie. En
ik denk dat deze zal leiden tot verder
begrip van de problemen van de regering
en het volk van Cuba en tot verdere sa
menwerking.
Laat ons bidden.
—fir Jac. Lelsz
IMEL Soms bevindt men zich op plaatsen waarvan de
chiedenis veel verder teruggaat dan men had vermoed. Dezer
:en waren we in Bemmel, gelegen tussen Arnhem en Nijme-
enige kilometers van de rijksweg. We gingen er heen in
band met het achthonderd
g bestaan van dit vriendelijke Betuwedorp. Ter plekke kre-
we echter een bundeltje historische schetsen over dit gebied
P. A. M. Kehl in handen. En daarin lazen we dat op de plaats,
u^r nu Bemmel ligt, 1900 jaar geleden waarschijnlijk al belang-
;e zaken plaats hebben gevonden. Het moet hiér zijn geweest
ai4 Julius Civilis met de Bataven an andere volkeren de opstand
aamde, die in 69 na Christus tegen de Romeinen werd
lernomen.
loeJ genoeg de gehele bekende we-
lag gebogen onder den hiel van
veroveraar. .Zoowel de heerlijke
Astreek welke bespoeld werd
de Euphraat, als de koele kus-
van de Noordzee, had de Romein
reden, den cijns van onderwer-
ontvangend der bevolking. Pat-
Q en Joden en met dezen een ge
ile stoet van volkeren waren ge-
tit aan den zegekar van den Ro-
nschen adelaar. Ook ons voorge-
•ht, de Batavieren, had een ver
gesloten met de geweldige,
i edelste zonen, de fiere Bataaf-
r jongelingschap, betraden in de
neinsche legioenen de verste hoe
der wereld. Waren de Batavieren
bondgenooten der Romeinen, ze
en niettemin een onderdrukt
Aldus genoemde Kehl. een
imelse drogist met grote belang-
'ing voor de historie van de Over
fiwe. in zijn boekje dat voor het
eerst in 1914 uitkwam. Enige jaren
geleden is het fotografisch herdrukt
ten bate van een carillonfonds. De
ingebruikname van het klokkespel
midden mei is een van de meer
dan tachtig onderdelen, die het
feestprogramma, uitgesmeerd over
heel 1978, vermeldt.
Ontoegankelijk
Volgens de amateur-historicus Kehl
heeft Julius Civilis (Claudius was
zijn tweede voornaam) zijn plannen
tegen Rome gesmeed in wat nu Bem
mel is. omdat men daar veiliger was
dan in Nijmegen, waar het bestuur
van de Romeinen was gevestigd. Im
mers, nu kon dat gebeuren in een
gebied van bijna ontoegankelijke
bossen en moerassen. Bovendien
was men zó van elkaar gescheiden
door een breed en woest stromende
Waal.
Bemmel tijdens zijn internationaal bekende ponyjaarmarkt in augustus
Civilis had aanvankelijk succes,
drong zelfs door tot Trier, maar toen
was het afgelopen. Hij was tot zijn
vereet tegen de Romeinen gekomen
om zijn volk „te verlossen van een
juk dat zijns inziens ondraaglijk was
geworden," maar ook omdat zijn
broer Paulus onder Nero wegens
weerspannigheid werd ter dood ge
bracht terwijl hij zelf in gevangen
schap werd weggevoerd. Civilis was
van koninklijken huize en wellicht
heeft hij gewoond op een punt in
Bemmel, waar nu kasteel De Kinke
lenburg (koninklijke burg) staat en
waar thans het gemeentenhuis in is
gevestigd.
Bemmel wil zich niet meer druk ma
ken over die roerige tijd. en boven
dien is het gebied tussen Rijn en
Waal. door Caesar in zijn Belli Galli-
ci ..Insula Batavorum" genoemd,
daarna zo vóók toneel van oorlogs
handelingen geweest. Bemmel, zo
wordt gezegd, betekent toren. Op
een hooggelegen deel van Bemmel
zou destijds een toren zijn opgericht.
Vanaf die toren hadden de bewakers
in de dagen van de Romeinse over
heersing door seinen, onder meer
vuur, contact met collega's, die zich
elders bevonden. Als Bemmel een
toren is, dan worden de mannen, die
de toren bewaakten, bemmelsen ge
noemd. Dappere krijgers op een
vooruitgeschoven post ten dienste
van de gemeenschap. Tegen die ach
tergrond hebben B en W een onder
scheiding ingesteld, de Bemmel, die
wordt uitgereikt aan personen, die
de gemeenschap grote diensten be
wijzen. Helemaal los van het verste
verleden is Bemmel dus toch ook
weer niet, maar voor het overige wil
de burgerij dit Jaar in alle vrede
feestvieren.
Vertederend
Bemmel moet van inborst wel een
vredig dorp zijn. Aan het begin van
het dorp staat een vertederend
beeldje van Ed van Teeseling. Een
meisje met pony, symbool van dit
dorp. Sinds enige tientallen Jaren is
Bemmel internationaal bekend om
zijn pony jaarmarkt in augustus, de
grootste van West-Eruopa.. Begin
'70 beleefde men het hoogtepunt:
Tot uit Amerika, Afrika, Scandina
vië en het Midden-Oosten komen de
kooplui. Aanvoer zo'n tweeduizend
pony's. Nu is het verzadigingspunt
bereikt en draait de aanvoer om een
duizend pony's. Het gebied is rijk
aan ponyfokbedrijven en met elkaar
vormen ze een van Bemmels econo
mische pellers.
Per traditie is de fruitteelt altijd een
belangrijke welvaartsbron geweest,
maar jammergenoeg is de betekenis
ervan de laatste Jaren evenals elders
achteruit gegaan. Vele Bemmelaars
zitten voorts in de landbouw. In
Bemmel zelf heeft zich een moderne
middenstand ontwikkeld zonder de
charme van het plaatsje al te zeer
aan te tasten. Bemmel zelf telt ze
venduizend inwoners. Inclusief de
dorpen, die er toe behoren, heeft de
gemeente Bemmel meer dan 14.000
ingezetenen. Eén van die dorpen is
Doornenburg. In die omgeving staat
ook een kasteel van die naam. Een
middeleeuws kasteel van grote allu
re, in 1945 tot puin geschoten, tus
sen '47 en '64 fraai hersteld. Achter
het poortgebouw loopt een sloot, het
begin van de Linde. Op enige af
stand daarvan zouden dan de eerste
Bataven, een Germaanse volksstam
uit het Taunusgebied, uit hun holle
boomstammen zijn gestapt.
Zoals gezegd, heeft Bemmel een
feestprogramma met meer dan 80
punten in elkaar gezet. Dat loopt
van 22 februari tot 28 oktober en is
uitermate gevarieerd. Op zondag 9
april is de officiële viering met een
oecumenische kerkdienst, waaraan
de r.k. kerk, de hervormde gemeente
en de Zuidmolukse gemeenschap
meewerken, en met een buitengewo
ne raadsvergadering. Tot de hoogte
punten behoort het 75ste concours
hippique in augustus, voorafgaande
aan de ponyjaarmarkt; lang voordat
de pony's Bemmel tot ver over de
landsgrenzen bekendheid gaven
was dit dorp al een hippisch cen
trum van importantie.
Ter gelegenheid van het jubileum
worden gelegenheidsmunten uitge
geven in tombak, zilver en goud,
mede om de onderneming te finan
cieren. De munten hebben als rand
schrift: „Weest reyn hout u altyd
kleyn". Het randschrift is ontleend
aan wat boven de Ingang van de uit
1277 daterende hervormde kerk
staat geschreven Dat Bemmel een
aardig dorp is. blijkt ook uit het feit
dat dit jaar in verband met het 800-
Jarig bestaan iedere tachtig jarige
Bemmelaar acht rozen ontvangt. De
grond voor het Jubileum ligt in een
akte gedateerd 9 april 1178, waarin
Oodfried van Reenen, bisschop van
Utrecht, spreekt van „Bemmele lux-
ta Noviomagum". Bemmel nabij
Nijmegen.