Overheid moet niet in
ziekenhuis-CAO-ingrijpen
Ouder eten
Hoe Amerika zich staande houdt
in het geweld van de natuur
Trinidad en Tobago:
orde, olie en rum
NCBO-voorzitter Wieringa:
Koningin Juliana bezoekt
Caraïbisch eilandenrijkje
WOENSDAG 8 FEBRUARI 1978
T rouw/Kwartet9
Van onze soc. economische redactie
AMSTERDAM NCBO-voorzitter W. Wieringa heeft een dringend beroep gedaan op de overheid
om niet in te grijpen in de zojuist afgesloten CAO voor het ziekenhuiswezen. Bij ingrijpen in deze
CAO is volgens hem de vrijheid van vakvereniging in het geding.
De regering heeft, zoals bekend, gro
te problemen met deze CAO vanwe
ge de kosten die eruit voortvloeien.
Minister Van Aardenne van econo
mische zaken overweegt de zieken
huizen te verbieden deze kostenstij
ging volledig in de verpleegtarieven
door te berekenen. De nieuwe CAO
verooreaakt een loonstijging, die
ruim twee procent méér is dan in
andere bedrijfstakken.
De werkgevers hebben laten weten
dat zij geen kans zien een deel van
deze kostenstijging op te vangen
door besparing op het vlak van de
efficiency. De bonden weigeren op
hun beurt een stukje prijscompensa
tie in te leveren. Het gemiddelde
loon van het overwegend jonge zie
kenhuispersoneel 23.000 gulden
per jaar laat dat niet toe. Als de
doorberekening van de kosten op
last van de overheid niet doorgaat,
zullen de werkgevers weigeren de
CAO te ondertekenen. Er komt dan
geen CAO.
'Vitale belangen'
Volgens bondsvoorzitter Wieringa
moeten er „geweldige vitale belan
gen op het spel staan, wil de over
heid ingrijpen in het vrije onderhan
delen tussen werkgevers de Natio
nale Ziekenhuisraad en werkne
mers.
In het verdrag van de Internationale
Arbeidsorganisatie over de vrijheid
van oprichting van vakvereniging en
bescherming van het vakvereni
gingsrecht. staat dat de overheid
zich steeds moet onthouden van in
menging," aldus de heer Wieringa in
een toespraak tot de bondsraad in
Amsterdam.
Naar zijn mening moet de nieuwe
CAO per 1 januari 1978 doorgaan.
Hij zei niet alleen een ernstig beroep
te doen op de overheid, maar haar
ook ,in alle ernst" te adviseren om in
deze dagen van bedenktijd een juis
te belisslng te nemen, door namelijk
niets te beslissen ten aanzien van
deze CAO.
Voor alle duidelijkheid, zei de heer
Wieringa verder, zeg ik nog eens
zeker nu de huidige staatssecretaris
van sociale zaken blijkbaar met be
paalde ideeën rondloopt ten aanzien
van de verwerkelijking van de be
ruchte éénprocents-bezuinigingsno-
ta van het vorige kabinet dat,
indien van de werknemers matiging
wordt verlangd, dat ook het over
heidspersoneel daarin zal moeten
delen. „Het brengen van extra-offers
wijzen wij op voorhand radicaal af,"
zo voegde hij eraan toe.
Jubileum
De voorzitter van de Nederlandse
door Herman Amelink
AMSTERDAM Koningin Ju
liana brengt vandaag een be-
i zoek aan de republiek Trinidad
en Tobago, als de weersom
standigheden haar toestaan
van New York naar Port of
Spain, de hoofdstad van Trini
dad, te reizen. Koningin Julia
na en prins Bernhard, die mor
gen doorreizen naar Suriname,
zullen in Trinidad de gast zijn
van president Sir Ellis Emma
nuel Innocent Clarke.
Tot 1 augustus 1976 vormde Trini
dad en Tobago een onderdeel van
het Britse Gemenebest. Op die da
tum werd de republiek Trinidad en
Tobago uitgeroepen. De toenmalige
gouverneur-generaal Clarke werd in
datzelfde jaar nog tot president ge
kozen. De twee eilanden voor de kust
van Venezuela tellen ruim één mil
joen inwoners.
De bevolking is nogal gemêleerd van
samenstelling. Het land telt 43 pro
cent negers, 37 procent Aziaten, 17
procent mulatten en 2 procent Euro
peanen. Het land wordt in feite al
meer dan twintig jaar geregeerd
door de leider van de Nationale
Volksbeweging (PNM), dr. Eric Willi
ams. Zijn positie is nog steeds on
aangetast door de onderlinge ver
deeldheid van de oppositie.
Democratie
Trinidad en Tobago vormt met een
democratische structuur een uitzon
dering op de meer autoritair gere
geerde landen in dit deel van de
wereld. Hoe fel de oppositie, die 12
van de 36 parlementszetels heeft,
zich ook tegen het beleid van Wil
liams keert, zij moet toegeven dat
het land democratisch geregeerd
wordt.
Overigens kampt het land met ty
pisch Latijnsamerikaanse proble
men. Het heeft een extreem ongelij
ke inkomensverdeling en een werk
loosheid van meer dan 15 procent,
die onder jongeren zelfs oploopt tot
40 procent. De regering van premier
Williams verwacht alle heil van de
uitvoer van olie, waarover dit voor de
kust van de oliestaat Venezuela lig
gend land in ruime mate beschikt.
Geld is geen probleem voor ons, zo
merkte Eric Williams onlangs nog
op. Andere uitvoerprodukten zijn
suiker, asfalt en rum.
De oppositie, die na de verkiezingen
van 13 september 1976 bestond uit
tien leden van het Verenigd Arbeids
front (ULF) en twee leden van het
Democratisch Actie Congres (DAC),
probeert de toenemende ontevre
denheid van de bevolking uit te bui
ten voor vergroting van de politieke
aanhang.
Korte mouwen
Het Verenigd Arbeidersfront werd
acht maanden voor de verkiezingen
van september 1976 opgericht en
slaagde er ondanks de korte aan
looptijd tien zetels in de wacht te
slepen. De nieuw gekozen leden van
de ULF zorgden voor nogal wat con
sternatie in het op Britse leest ge
schoeide parlement van Trinidad en
Tobago door met korte mouwen en
zonder das in het parlement te ver
schijnen
Christelijke Bond van personeel
werkzaam bij overheid en in de sec
toren gezondheidszorg en maat
schappelijk welzijn besteedde op
deze bondsraadsvergadering aan
dacht aan het feit dat het gisteren
driekwart eeuw was geleden dat de
christelijke ambtenarenvakbewe-
ging in ons land werd opgericht.
„Het zijn 75 jaar vol zorg, maar ook
met veel zegen geweest. De jeugd
van nu heeft aan de strijders van
toen veel te danken. Maar, zo zei hij,
dat legt ons allen wel de verplichting
op om met elan te strijden voor de
idealen van de christelijke vakbewe
ging"
Wieringa merkte op, de beginselver
klaring van het CNV citerend, dat
moet worden meegewerkt „aan de
opbouw van een samenleving waarin
gerechtigheid en naastenliefde de
grote drijfveer zijn.
Daarbij als uitgangspunt voor het
beleid, de doelstellingen en de werk
zaamheden aanvaardend de bijbel
die de mens oproept tot dienst aan
God en aan de naasten."
Is ouder worden nu zo erg?
Of is iedere leeftijd de fijn
ste? Dat ligt er maar aan
wat we ervan maken. Ou
der worden kan erg fijn
zijn. Als je er maar niet
over zeurt en ervan geniet.
Dat kan alleen als je ge
zond bent. Toch wordt er
vaak ook door gezonde
mensen gezeurd over de
voeding bij het ouder wor
den. Wat mag wel, wat
mag niet? „Verstandig
eten" is dan het wacht
woord en daarmee moet
alles veranderd worden.
Soms is dat nodig maar
lang niet altijd. Moet je nu
alles laten staan wat je
eerst (soms je hele leven)
zo lekker vond? Welnee.
Maar een feit is, dat ie
mand, die eerst met een
gezin leefde en later alleen
achterbleef, zichzelf en
vooral het eten op gezette
tijden verwaarloost. Als
een echtpaar alleen is ach
tergebleven gaat het soms
vrij goed. Ze vangen el
kaar op. Maar wat als één
van de twee overlijdt? Bij
het klimmen der jaren ver
lopen de levensprocessen
langzamer, aldus ver
meldt een folder van het
voorlichtingsbureau voor
de Voeding. Dat klopt.
Daarom de volgende re
cepten om gezond te blij
ven. U bent oud genoeg
om zelf te weten wat u wilt
eten. Geen mens mag u
daarin wat voorschrijven,
tenminste zoals al ge
zegd als u gezond bent.
Maar een paar tips van het
voorlichtingsbureau kun
nen misschien helpen om
een ideetje te geven. Daar
gaan we dan:
Een halve liter melk per
dag (mag karnemelk of
yoghurt zijn) is altijd
goed. Eén schijfje kaas als
boterhambelegging. Dan
75 gram vlees of vis. Aard
appelen al naar gelang u
er zin in hebt of trek in
hebt. Maar dat zijn in het
algemeen niet veel. Oude
ren eten niet veel aardap
pelen. Groente: wel een
flinke portie, als het even
kan. Groente hoeft niet
duur te zijn. Kies de
groente die goedkoop is,
dat hangt vaak van het
jaargetijde af. Vitaminen
zitten er altijd in. Boon
tjes, worteltjes, bietjes,
andijvie, lof. spinazie of
postelein is allemaal ook
in diepvries te krijgen en
daardoor niet zo bewerke
lijk. Wie liever geen vlees
eet. kan in plaats daarvan
peulvruchten gebruiken.
Zout mag normaal ge
bruikt worden, tenzij de
dokter iets anders voor
schrijft.
Menu
Een klein menu is het vol
gende: vermicellisoep
(kan uit een pakje ge
maakt worden), een run
derlapje. wat aardappelen
en winterpeen. Die laatste
in schijfjes gesneden even
koken. Wie niet zo goed
kauwen kan dat ge
beurt bij het ouder wor
den moet toch maar
doorzetten en de groente,
die nooit „doodgekookt"
mag worden, met het mes
heel fijn snijden. Gebak
ken bloedworst met ge
bakken appel, aardappe
len en rode kool, past ook
goed bij elkaar Eens in de
week een gebakken eitje
met een boterhammetje
en sla van witlof is voed
zaam.
Ook boontjes uit blik kun
nen een maaltijd vormen
met wat aardappeltjes en
een onsje rosbief. Vaak
maken ouderen de vergis
sing dat eten uit blik ol uit
de diepvries minder voed
zaam is dan „verse" groen
te. Dat gaat lang niet al
tijd op. In diepvriesgroen-
te zitten behoorlijk wat vi-
taminenen. Maar ook hier
geldt weer: de zaak moet
niet doodgekookt worden.
Elke dag een sinaasappel,
een grapefruit, wat uitge
perst vruchtensap, een ba
naantje of peertje zorgen
voor de nodige vitaminen.
Vruchten mogen eigenlijk
nooit op het menu ontbre
ken. Evenmin mag vis ver
geten worden. Met vis is
heel wat variatie in het
menu te brengen.
De leden van Williams Nationale
Volksbeweging probeerden nog een
compromis te sluiten over de kledij
in het parlement door open kragen
toe te staan mits men dan lange
mouwen wilde dragen. Maar de op
positie dacht er niet over zich anders
te kleden dan de gewone man in de
straat.
Verder dan de kleding bleek de eens
gezindheid van het Verenigd Ar
beidsfront niet te reiken. Begin okto
ber van het afgelopen jaar spleet het
ULF in tweeën. De voorzitter van de
parlementsfractie van het ULF, Bas-
dee Panday, een vroegere leider van
de vakbond van arbeiders in de sui
kerwinning, werd vervangen door
Raffique Shah, een 31-jarige voorzit
ter van de suiker-verbouwende-boe-
ren-bond. Drie leden van de oor
spronkelijke fractie stapten met
Panday uit de fractie van het ULF.
Panday heeft nu uitgeroepen dat het
ULF is overgenomen door links radi
calen.
Pro-westers
Het onderling geruzie van de opposi
tionele ULF, de eerste partij die
openlijk werkte aan vereniging van
de arbeidsklasse ongeacht raciale af
komst, geeft premier Williams de
vrijheid om zich weinig aan te trek
ken van het oppositionele gesputter
tegen zijn beleid. Hij heeft tot dusver
een duidelijk pro-westerse koers ge
varen, hetgeen onlangs nog weer
eens duidelijk werd toen hij de Mo-
zambicaanse president Samora Ma-
chel, die op reis was in het Ca
raïbisch gebied, uitdrukkelijk niet
ontving.
Sinds het bezoek van Williams aan
Cuba in 1975 zijn de betrekkingen
met dit eiland aanzienlijk bekoeld.
Ook de relatie met Jamaica, dat tot
1962 in een federatie met Trinidad en
Tobago verbonden was, is niet meer
wat het geweest is. Het land krijgt op
uitgebreide schaal steun van het
westen.
In september verwierf de regering
Williams een lening van 150 miljoen
Eurodollars onder zeer gunstige
voorwaarden van een consortium
van Amerikaanse. Europese en Ja
panse banken De olie staat garant
voor de terugbetaling
door J. W. Schulte
Nordholt
Iedereen weet dat zulke
dingen gebeuren kunnen,
moeten misschien, want wie
doorgrondt de geheimen van
het weer, van de overheden en
machten in de lucht? Hij
zendt zijn ijs daarheen in
stukken, of hoe staat het er
ook alweer in de
statenvertaling van Psalm
147?
Maar als ze gebeuren worden ze
begeleid, beantwoord door een
andere storm, een echo, een
vreemde snel aanzwellende emotie
in de harten der mensen. Iedereen
raakt opgewonden, in de ban van
de barre winter die toeslaat. Hoe
ontstaat zoiets, hoe komt het op
drift?
Ik bedoel niet de storm zelf, de
weerkundigen weten daar wel iets
van waarschijnlijk, praten over
depressies hier en stormbanen
daar, en voorspellen het weer soms
wel eens goed. Zo'n storm
bijvoorbeeld zien ze aankomen.
Voor een leek blijft het
geheimzinnig. Ik hoor het geluid, ik
weet niet vanwaar het komt
ergens uit de enorme vlakten en
rotsgebergten van het Westen,
duizenden kilometers bedekt met
ijs en sneeuw of waar het heen
gaat ergens naar het Oosten,
naar de weerloze stedelingen van
New York of Boston, of allebei, of
noordelijker. Hoe hetzij, de storm
komt, onverbiddelijk.
Maar de opwinding komt al eerder,
dat is het wonderlijkst. Heb je de
radio gehoord? zegt een collega al
een dag van te voren. Ze
verwachten een „blizzard", een
sneeuwstorm. Vannacht krijgen we
veertien „inches" sneeuw. En
daarna zal de temperatuur tot
onder 0 dalen (in Fahrenheit
gerekend, als je bedenkt hoeveel
dat in Celsius is, bibber je al).
Een ogenblik later komt een ander
met hetzelfde verhaal. We zullen
ondersneeuwen, de radio heeft het
Een straatbeeld in Chicago tijdens de zware sneeuwstormen van de afgelopen weken.
Het begint met de radio, daar zit de
oorzaak van alle emoties en
angsten. Het is een vreemd
verschijnsel. De beste beschrijving
ervan kan men lezen in het laatste
boek met essays van E. B. White.
Dat is trouwens toch een zeer
lezenswaardige bundel, wie meer
wil weten van het dagelijkse
bestaan met zijn wijsheid en
dwaasheid in deze samenleving
kan daar uitstekend terecht.
White's stukken, oorspronkelijk
verschenen in de New Yorker, gaan
over de natuur en de mensen, de
grote steden, speciaal New York, en
het platteland, over humor en pijn,
ze zijn uitstekend.
Goed dan, White heeft in zijn
laatste boek een stuk over een
storm, niet over de storm zelf die
bar en vreselijk is, bomen
ontwortelt, maar over de
wonderlijke, ophitsende manier
waarop de radio-stations zo'n
natuurverschijnsel aankondigen
en begeleiden.
Ik neem het nu zelf waar, al
luisterend (ik bespaar me hier het
verdriet van de televisie compleet
met reclame). Een storm is nieuws
is sensatie, bevrijding uit de
dagelijkse sleur, is heerlijk
angstaanjagend, en met dezelfde
onechte, enerverende stemmen
waarmee reclame wordt gemaakt,
wordt nu het grote onheil
aangezegd. Alles druipt van schrik
en ontroering en gevaar. En dat
gaat almaar zo door, tussen de
tandpasta en de Coca Cola en wat
allemaal meer wordt de storm
verkocht, opgedrongen. Alsof dat
nodig was! Alleen het radio-station
van de universiteit doet het net
andersom, doet aan die wilde
bangmakerij niet mee, maar
probeert de mensen juist kalm te
houden.
Omdat ik vanmorgen veel te vroeg
wakker was om half negen zou ik
al college moeten geven, maar om
half zeven was ik al op de been,
gewekt door het razen en gieren in
de schoorsteeën, het was werkelijk
waar wat er voorspeld was zette
ik de radio aan. Het station van de
universiteit. Daar hoorde ik de
vertrouwde stem, kreeg bedaard de
eerste gegevens: de storm heeft een
breedte van een paar honderd mij,
we zitten in Zuidwest-Michigan net
aan de noordelijke r^nd, de
temperatuur is nu 32 min 0
Celsius-, maar zal dalen vandaag,
er zal op zijn minst zes inches
sneeuw vallen, de wind is 70 80
mijl per uur en zal nog toenemen.
Dat alles wordt rustig opgesomd,
vergezeld van het advies: rij geen
auto als het niet strikt nodig is, en
anders alleen heel langzaam, zo'n
mijl per uur hoogstens.
Bij dat langzame tempo, gaat de
kalme stem voort, past goed de
volgende muziek die we nu
brengen, het largo uit de negende,
de zogenaamde
Nieuwe-Wereld-symphonie van
Dvorék. Straks zullen we meedelen
welke scholen er gesloten zijn. Dat
blijkt dan, na die prachtige muziek,
een hele reeks, of eigenlijk alle,
behalve onze universiteit, die gaat
Dr. J. W. Schulte Nordholt,
hoogleraar in de geschiedenis
en cultuur van Noord-Ameri-
ka aan de universiteit van Lei
den, is gedurende één jaar
gastdocent aan de universiteit
van Ann Arbor in de Ameri
kaanse staat Michigan, in het
gebied dat veertien dagen ge
leden onverwacht door zware
sneeuwstormen werd ge
plaagd.
Uit het rampgebied zond hij
ons deze uiterst persoonlijke
impressie.
altijd door. Verder ligt werkelijk
alles stil, maar de wetenschap is
boven zulke grillen van de natuur
verheven.
Ik zal er dus uit moeten, of ik wil of
niet. Om kwart voor acht sta ik
buiten, in de onwaarschijnlijke
schitterende, ijskoude
sneeuwwereld. Alle zonden der
mensheid zijn bedekt met vrachten
wit op wit op wit. De wind jaagt
witte wolken sneeuw door de
straten, de bomen staan als
bruiden te beven in de storm, de
weg is bedekt met een tapijt waar
je nu al haast kniediep in weg
zinkt. Niets is meer lelijk, zelfs de
wanstaltige auto's gaan op goeiige
ijsberen lijken, ik waad, erg alleen,
in de richting van de grote weg, met
pekel schoongehouden, nu Ja
schoon, berijdbaar, en stel mij in de
vlagen op bij de bushalte, op hoog
van zegen. Die komt vlugger dan ik
denk. Een dappere Amerikaan in
een kolossale auto stopt en neemt
mij mee.
Om half negen sta ik voor de klas
en al mijn studenten zijn er. En
heel bedaard, alsof er niets aan de
hand is, wijden wij ons aan het
verre verleden: Nieuw Nederland.
De Hollandse kolonisten maakten,
vertel ik, van een koude
winternacht, waarin alle sporen
werden uitgewist, gebruik om een
Indiaans dorp te overvallen. Er
ontkwam niemand: 1644. Het is
altijd een bar klimaat geweest hier,
waarom zijn de Europeanen hier in
hemelsnaam ooit heengetrokken?
Het is nu een dag later en het
sneeuw nog steeds. De storm is ons
flink de baas geworden. De wind is
wat minder geworden, maar alles is
nu zo opgewaaid en
ondergesneeuwd, dat er niets, maar
dan ook helemaal niets meer
mogelijk is.
De radio ik houd me maar bij de
universiteitszender zendt
voortdurend berichten uit over wat
er allemaal afgelast is. De banken,
de meeste winkels, de kantoren,
tenslotte waarachtig ook de
dappere universiteit zelf (Ann
Arbor heeft 100.000 Inwoners,
waarvan 40.000 studenten en zeker
10.000 man staf). Dat is in geen
mensenheugenis voorgekomen.
Maar het is overmacht, eigenlijk
zijn er geen wegen meer
begaanbaar, al probeert de politie
en nationale garde nog iets open te
houden. De radio raadt de mensen
onafgebroken aan niet naar bulten
te gaan, tenzij in dringende
noodzaak. De gouverneur van de
staat Michigan is het hier
heeft de noodtoestand
afgekondigd. Wat dat precies
betekent weet ik niet, maar
tenminste dat er extra afdelingen
staatsgroepen de grote wegen op
moeten om gestrande
automobilisten te redden.
Rondom mijn eigen huis een
bungalowachtig bouwwerkje in een
groot grasveld (maar dat heb ik a)
In weken niet meer gezien) zie ik
hoe de wind en de sneeuw op
meesterlijke wijze samenwerken
om de prachtigste heuvels op te
werpen, beeldschoon, zoals dat
heet, van lijn en schaduwval. Maar
zo hoog dat ik de deur niet uit kan,
zonder eerst de sneeuwschuiver ter
hand te nemen en krachtig aan het
werk te gaan. „Denn das Schóne ist
nichts als des Schrecklichen
Anfang" (want het schone is niets
anders dan het begin van het
verschrikkelijke) heeft Rilke
geschreven.
Ik kan het natuurlijk ook niet
doen, ik heb nog brood en melk en
zelfs Hollandse jenever in huis.
maar laat ik het oplopen tot
morgen, dan kom ik er helemaal
niet meer doorheen. En het
apparaat ligt mij al aardig in de
hand. Mijn buren zijn ook al bezig,
wij wisselen wat ervaringen uit, de
sneeuw verbroedert. Hpt zijn
trouwens gemiddeld een taai en
vrolijk en flink slag mensen,
hartelijk en hulpvaardig.
Amerika graaft zich weer uit, uit de
zoveelste ramp, met een
bewonderenswaardige energie. Wat
dat nu allemaal betekent voor de
grote energie, hoeveel het allemaal
kosten zal, daar durf ik geen zinnig
woord over te zeggen. Deskundigen
zijn misschien wel in staat om de
schade uit te rekenen, in zoveel
miljoenen dollars.
Dat moet heel wat worden, als Je
bedenkt dat zelfs de grote
auto-fabrieken, hier vlakbij in
Detroit, het bijltje erbij neer
hebben gelegd. Maar wat zeggen
getallen, zelfs in deze week nu
Carter zijn miljarden-nota heeft
bekend gemaakt? Mij in elk geval
weinig. Ik ben meer onder de
indruk van de overmacht van de
natuur in deze toch zo hoog
ontwikkelde menselijke
samenleving. Wat zijn wij hier met
z'n allen tegenover het geweld van
de sneeuw! Maar ook, wat is de
mens groot dat hij zich staande
weet te houden in zoveel razernij
der elementen!
Mijn elektriciteit werkt nog. en
weer terug in mijn warme hol,
schrijf ik in de vroeg vallende
schemering onder mijn lamp deze
impressies. Als over een paar dagen
de post weer werkt, stuur ik ze op.
Als die meer dan twintig Inches
sneeuw, want zoveel was het
tenslotte, is opgeruimd. Daarvoor
krijgen we nu federale hulp, want
president Carter heeft ook de
noodtoestand afgekondigd en dat
betekent vooral dat vanuit
Washington extra graafmachines
en dat soort wapentuig tegen de
sneeuw wordt betaald.
Tenslotte: één van de
schadeposten van de storm,
behalve de menselijke ellende de
meeste doden zijn van
hartverlammingen bij het
sneeuwruimen is dat de
staatsloterij geen inkomsten meer
krijgt. Zo'n sneeuwstorm is
geheimzinnig, Je leeft aan de
grenzen van het bestaan, dan valt
er niets meer te gokken blijkbaar.