'Een grotere bevrijding is niet mogelijk'
jNa 44 jaar werd
im eindelijk
een vrouw
Biologisch ontwikkelingsproces
in het centraal zenuwstelsel
ii-
IZATERDAG 14 JANUARI 1978
ZA1
door Cisca Dresselhuys
iOnlangs heeft een commissie uit de Gezondheidsraad een advies
uitgebracht aan de regering, waarin zij stelt dat het onder bepaalde
voorwaarden verantwoord is om mensen die dat willen van geslacht
te laten veranderen. De commissie vindt dat daar een onderzoek
"ionder transseksuelen aan vooraf moet gaan. Men wil uit dat
-ionderzoek antwoord krijgen op de vraag onder welke voorwaarden
«tot een operatieve ingreep overgegaan moet kunnen worden en
!nl welke consequenties dat moet hebben voor de btirgerlijke staat van
»de transseksueel.
Tot nu toe is het zo, dat een transseksueel, ook na de operatie, in de
burgerlijke stand blijft die hij of zij was, omdat de geboorteakte
*niet gewijzigd wordt. Daardoor is het voor transseksuelen bijvoor
beeld onmogelijk om te trouwen, wat velen van hen juist graag
willen.
In aansluiting op het advies van de commissie uit de Gezondheids
raad hebben de Tweede-Kamerleden Roethof (PvdA) en Nypels
(WD) een minister De Ruiter van justitie gevraagd of hij een
voorstel wil indienen tot wijziging van het Burgerlijk Wetboek, dat
het wettelijk mogelijk moet maken om aanpassingen te registreren
en geboorteakten te wijzigen.
Naar aanleiding van beide zaken op deze pagina een gesprek met
een transseksueel, die vier jaar geleden een de-transseksualisatie
onderging,(wat men met een onjuiste term een „geslachtsverande
ring" noemt) en een artikel van de endocrinoloog dr. O. M. de Vaal,
die al jarenlang betrokken is bij de problemen van transseksuelen.
Velen van hen heeft hij geholpen. Hij schreef ook een boek over
deze materie: „Man of vrouw? Dilemma van de transseksuele
mens".
AMSTERDAM „Toen ik vijf jaar
was, wist ik het al heel zeker: ik was
geen jongen, maar een meisje, al
leen wel een meisje dat in een ver
keerd lichaam zat. Het klinkt mis-
ichien gek, dat je als klein kind
zoiets al heel zeker kunt weten,
maar het is bij mij echt zo gegaan.
Op een vrijdagavond zat ik samen
met een jonger broertje in de teil
voor de wekelijke grote wasbeurt. Ik
Ikeek naar hem en voelde opeens
met schrik dat ik hetzelfde lichaam
had. Hoe je dat als kind toen ge-
I voeler hebt, weet je na zoveel jaren
natuurlijk niet meer precies, ik ver
tel het nu ook in mijn bewoordingen
van een volwassene, maar dat ik
toen al heel goed voelde dat er iets
mis was, dat ik een meisje was en
geen jongen, ook al had ik het li
chaam van een jongen, dat weet ik
heel zeker."
Kim is nu 48 jaar. Sinds vier jaar is zij een
vrouw. Daarvoor heeft zij haar hele leven
als man geleefd, want zo was ze tenslotte
geboren: een lang leven vol spanning, ver
driet en ellende, omdat er voordurend die
obsessie was: ze was uiterlijk een man,
maar innerlijk een vrouw. En die vrouw
wilde helemaal écht vrouw worden, ook
wat de lichamelijke kant betrof). Tot het
44-ste jaar heeft Kim over deze tweespalt
in haar leven nooit een woord gezegd,
tegen niemand, omdat ze doodsbang was
dat men haar voor gek zou verklaren en
onmiddellijk zou laten opnemen in een
krankzinnigen inrichting. In die jaren voor
en vlak na de oorlog had immers nog nooit
iemand gehoord over transseksuelen:
ensen die geboren worden met het ver
keerde lichaam. Bovendien kwam Kim
niet uit een gezin waar veel tijd en aan
dacht besteed zou zijn aan moeilijkheden
van de kinderen: het was een groot gezin
uit de Amsterdamse arbeidersbuurt Oos
tenburg, waarvan de vader een ex-sto
ker op de grote vaart niet meer werkte,
omdat zijn longen slecht waren. Armoe
troef dus, omdat er geen andere inkomsten
waren dan de steun. De vader was een felle
communist,de moeder van afkomst katho
liek, de kinderen werden allemaal katho
liek gedoopt, omdat er dan tenminste
nog wat kleren en levensmiddelen van de
kerk te verwachten waren.
ml
pmi
k Moeilijk
JLMijn vader en moeder waren geen makke-
f lijke mensen Achteraf kan ik wel begrij-
fpen hoe moeilijk ze het gehad moeten
hebben: een groot gezin en geen inkomen.
Mijn vader maakte altijd korte metten bij
onenigheid: hij was hardhandig en sloeg
erop. Mijn moeder was eigenlijk een kille
vrouw, die haar kinderen nooit eens aan
haalde of knuffelde. Och, wanneer ik nu
terugkijk neem ik ze eigenlijk niets kwa
lijk. zij konden ook niet anders, gezien de
omstandigheden en hlin eigen afkomst."
Na de ontdekking op zijn vijfde jaar. dat
hij een meisje was, dat „opgesloten" zat in
een jongenslijf, durfde Kim zich niet meer
uit te kleden met anderen erbij. „Ik kreeg
toen al een enorme afkeer van mijn eigen
lichaam, dat. is later nog veel erger gewor
den. Je kunt je voorstellen, wat een heibel
dat gaf een klein kind, dat zich niet meer
wilde uitkleden met zijn broertjes, zusjes
of zijn ouders erbij. Verschrikkelijk. Maar
dat loste mijn vader dan wel weer op met
slaan."
Vreemd kind
..Ik werd een beetje een vreemd kind.
Itenminste dat vonden ze: heel stil, terugge
trokken, dromerig en wat bangelijk. Op
school werd ik erg gepest door de jongens,
maar ook sommige onderwijzers deden
eraan mee. Die noemden mij „de jongejuf
frouw" Dat was voor de rest van de klas
natuurlijk lachen, gieren, brullen, maar
voor mij niet. Van de jongens mocht ik niet
met voetballen meedoen, ze vonden me
niet goed genoeg. Hoogstens mocht ik de
bal ophalen als hij ver weg getrapt was."
„Die gymnastieklessen waren so wie so
voor mij een verschrikking, want dan
moest je je met een heel stel jongens bij
elkaar, uitkleden. Ik was erg tenger en
beslist niet wat je noemt „-een echte jon
gen". Mijn ouders vonden me ook maar
een vreemd kind; niet flink vechten met
andere jongens, niet buitenspelen, maar
wat binnen rondhangen. Maar ze hadden
toch wel goeie hoop voor de toekomst,
eigenlijk door een absurd iets, dat zij voor
een goed voorteken hielden. De hele man
nelijke familie van mijn vaders kant was
zeeman geweest, mijn vader zelf ook, vóór
z'n longkwaal. Nu schijnt het een gewoon
te te zijn. dat zeelui e$n sterke bak kok'ie
drinken, zonder melk. Omdat ik als kind
een gruwelijke hekel had aan vellen in de
melk, vroeg ik altijd om zwarte koffie.
„Een echt zeemansbakkie", zei mijn vader
dan, heel tevreden. Dat was voor hem het
teken dat het allemaal wel goed zou
komen."
De oorlog
Toen dei oorlog uitbrak woonde het gezin
inmiddels in de Transvaalbuurt een
Amsterdamse wijk, waar veel arme men
sen woonden. De vader, als rasechte com
munist, was fel anti-nazi. Er werd veel over
de oorlog en de Duitsers gepraat thuis. In
1943 stierf de vader. Zo heeft hij niet meer
mee hoeven maken dat een van zijn kinde
ren, degene die zich later Kim zou noemen,
zich op veertienjarige leeftijd vrijwillig
meldde voor de Luftwaffe.
„In die jaren had ik steeds sterkere zelf-
moordgevoelens gekregen. Hoewel de oor
log, hoe vreselijk ook, voor afleiding zorg
de, dacht ik toch eigenlijk voortdurend
aan mijn probleem, vooral toen ik wat
groter werd en de meisjes belangstelling
voor me begonnen te krijgen. Ik voelde me
vreselijk ongelukkig, ik wist dat ik zo niet
m'n hele leven verder zou kunnen, maar ik
wist ook dat ik voor geen goud zou durven
vertellen wat mij zo intens bezighield. Een
uitzichtloze situatie. Dat dienstnemen bij
de Duitsers, terwijl ik thuis anti-nazi was
opgevoed, was een soort ontsnapping, die
bovendien een goeie mogelijkheid leek te
bieden om dood te gaan. Het klinkt cru.
maar zo voelde ik het toen. En zo ging ik
eind 1944 middenin de hongerwinter
weg uit Amsterdam, naar een opleidings
kamp in het Sudetenland. „Hoe vreselijk
in het daar ook gehad heb, toch stak mijn
gevoel voor zelfbehoud tegen mijn eigen
wil in, weer de kop op. Ik wilde niet echt
dood.
Later hebben ze tegen me gezegd dat
ik een echte vechtersnatuur heb, een
drang om te overleven. Bij de bevrijding
ben ik door de Engelsen op transport ge
steld naar België, waar ik een tijdje in een
enorm groot kamp voor collaborateurs heb
gezeten. Vandaar naar Den Helder, weer in
zo'n kamp. Eind 1945 hebben ze me vrij
gelaten, omdat ze wel zagen, dat ik al met
al nog een kind was; ik was toen net
zestien jaar.
over de drempel gestapt of al mijn oude
angsten kwamen weer in alle hevigheid op
me af. Ik moest voor mijn gevoel snel
wegwezen en zo ben ik zeeman geworden:
machinist op de „wilde vaart" met reizen
van een of anderhalf jaar. Dat ik juist zo'n
typisch mannelijk, stoer beroep koos.
kwam omdat ik dacht, een vrouw kan ik
toch nooit worden, je zult je leven als man
moeten doorbrengen, dus ook werk moe
ten doen van een man. Nou, dan maar
meteen zo mannelijk mogelijk: ik wilde me
aanpassen, omdat ik geen andere moge
lijkheid meer zag."
Huwelijk
Oude angsten
En zo kwam het doodgewaande kind,
graatmager, weer thuis. Ik was nog niet
Vijftien jaar heeft Kim gevaren, tot 1961.
In 1957 was hij inmiddels getrouwd. „Tij
dens een verlof tussen twee reizen in, had
ik thuis een schoonzusje ontmoet; een erg
eenzaam kind, net zoals ik zelf. Ik trok me
haar lot aan, ging eens met haar naar de
bioscoop. Ik zag haar niet zozeer als vrouw,
maar als iemand die hulp nodig had; die
net als ik in het hoekje zat, waar de slagen
vallen. Ze ging zich aan me vastklampen
en werd verliefd op me. Daar werd ik
doodsbenauwd van en ik ging maar gauw
weer lang op reis. Maar in elke haven
lagen brieven van haar, waarin ze steeds
weer schreef hoe gek ze op me was. „Toen
ik weer thuis kwam, bleek ze al een hele
uitzet klaar te hebben en viel het woord
„trouwen". Ik wilde het beslist niet, maar
ik was zo bang om te moeten vertellen
waarom ik niet wilde trouwen, dat ik het
toen gewoon gedaan heb. Achteraf zeg je:
natuurlijk had je dat nooit moeten doen.
voor jezelf niet, maar ook voor haar niet,
want ons hele huwelijk, dat ruim zestien
jaar geduurd heeft, is één marteling ge
weest voor ons alletwee. Pas een jaar voor
onze scheiding heb ik haar stukje voor
stukje iets durven te vertellen van mijn
probleem, maar nog lang niet alles. Haar
wereld stortte in één klap in elkaar Ja. we
hebben een vreselijke tijd gehad. In 1961
ben ik opgehouden met varen en aan de
wal gaan werken, weer zo'n mooie manne
lijke baan. bij Werkspoor als machinist.
We hebben drie kinderen gekregen, vraag
niet hoe. want op seksueel gebied stelde
ons huwelijk niets voor. Ik had een hekel
aan mijn eigen lichaam en helemaal aan
de mannelijke functies ervan. Ach ja, het
is allemaal achter de rug, maar wanneer ik
erover praat, lijkt het net pas gisteren
gebeurd te zijn, de herinneringen zijn nog
zo levend."
Ingestort
In het begin van 1974 stortte Kim die
toen nog geen Kim heette, want deze naam
dateert pas van vier jaar terug, maar haar
vroegere voornaam wil Kim beslist niet
noemen, die krijgt ze niet over haar lippen
op het werk in elkaar „Eindelijk was de
klap gekomen, na 44 jaar van spanning,
angst en verdriet. Ik kwam na een tijdje bij
zinnen maar was volkomen over m'n toe
ren Ik voelde dat ik toen moest praten,
want dat ik anders echt gek zou worden.
Eerst heb ik wat tegen een maatschappe
lijk werker gezegd, die daar in het bedrijf
werkte. Met die man trof lk het. want die
werkte ook voor de NVSH en keek dus niet
zo heel erg op van mijn verhaal. Daarna
heb ik met de bedrijfsarts gepraat. Ik ging
In alle tijden zijn er mensen ge
weest die opgevallen zijn door
een voor de medemens onbegrij
pelijk, soms verbijsterend ge
drag. Ze gedroegen zich. op aller
lei wijzen, alsof ze tot de andere
sekse behoorden. In kleding, hou
ding en manier van doen waren
ze anders dan als men van her
verwachtte. Soms kwam het pas
na hun dood uit dat ze anders
geleefd hadden dan ze waren. Ve
len lieten tijdens hun leven van
dit anders zijn blijken, of werden
al vroeg ontdekt. Vooral in vroe
ger tijden was het riskant om
zo n gedrag te hebben; vaak was
het leven ermee gemoeid. Er
moeten dus wel sterke drijfveren
voor het gedrag zijn geweest,
want liever werden de grote risi
co's ervan genomen dan dat het
gedrag werd opgegeven.
Lang heeft men met die situatie,
die zowel bij mannen als vrouwen
bleek voor te komen, en soms al
bij kinderen was waar te nemen,
geen raad geweten. Er werd aan
een geestelijke stoornis gedacht,
een perversie, misdadigheid, etc.
Het hing van de maatschappelij
ke ontwikkeling en cultuur af hoe
men er tegenover stond. In sterk
behoudende, conservatieve tij
den was de intolerantie voor dit
vreemde, kennelijk met seksuali
teit te maken hebbende gedrag,
heel groot. Het was duidelijk dat
het 't beste was om het gedrags
patroon te onderdrukken en ver
borgen te houden.
Nu er een moderne maatschappij
is gekomen met meer tolerantie
voor anders zijn, en meer moge
lijkheden om anders-zijn te ver
klaren, krijgen mensen als boven
bedoeld meer aandacht, en daar
mee meer kansen om sociaal een
leefbare situatie te bereiken. On
danks de ontwikkeling van de
psychologie en psychiatrie, die
ruim een eeuw aan de gang is,
bleef het gedrag van seks-rolver-
wisseling toch in het zondaars-
hoekje hangen. Pas sedert dertig
jaar is daar verandering in geko
men. en dat is in de Verenigde
Staten van Amerika begonnen.
In Europa heeft dit probleem tot
voor kort muurvast gezeten, en in
Nederland is er pas de laatste
tien jaar belangstelling voor
gekomen.
Wat is er met mensen aan de
hand, die zich gedragen alsof ze
tot de andere sekse behoren en
zich daarmee doorgaans de
grootste ellende op de hals halen.
Zijn ze geestesziek, 2ijn het psy
chopaten, criminelen, seksuele
misdadigers? Dit alles is overwo
gen. beproefd, gecontroleerd.
Vooal in de V S. zijn er onderzoe
kers geweest die, omdat alle vor
men van psychotherapie en an
dere behandelingen faalden, er
vanuit zijn gegaan om eens te
onderstellen dat die mensen ge
woon de waarheid vertelden: dat
ze het onveranderlijke gevoel
hadden dat hun geest niet be
hoorde bij het lichaam. Een zich
vrouw voelende geest zat in een
lichaam van een man. en omge
keerd. een zich man voelende
geest bezat een vrouwelijk
lichaam.
We zullen hier niet ingaan op het
aantal benamingen dat dit ver-
door dr. O. M. de Vaal
schijnsel in de loop der tijden
gehad heeft. Op dit ogenblik is de
algemeen door de wetenschappe
lijke en gezondheidsinstanties of
ficieel vastgestelde benaming:
transseksualiteit. De mensen die
het gevoelsleven en gedragspa
troon hebben, zijn transseksuele
mensen. De woorden transseksis-
ten, travestiten enz. zijn afge
schaft, en niet meer gecodeerd in
de medische Codex die voor de
hele wereld geldt.
Als men veel mensen met trans
seksualiteit leert kennen, dan er
vaart men dat er een kerngroep is
met een vrij gelijkluidende le
vensloop. Maar er zijn ook tal van
mensen die niet passen in zo'n
schema. Ieder van deze groep
transseksuele mensen heeft een
eigen aard, geschiedenis en lot.
De onderlinge verschillen kun
nen enorm zijn, en worden na
tuurlijk mee bepaald door de
kansen die de persoon verder had
zowel die van psychologische
en intellectuele, als van sociale,
economische en culturele kant.
Natuurlijk blijft het voor ieder
een die een ruime ervaring heeft
verkregen in het omgaan met
transseksuele mensen, en geleerd
heeft het gemeenschappelijke
probleem te onderkennen dat
hen, met alle onderlinge verschil
len, toch weer samenbrengt, een
raadsel hoe zoiets kan ontstaan
We kunnen op dit ogenblik wel
zeggen dat de oude inzichten dat
het alleen door „opvoedingsfou
ten" tevoorschijn geroepen is.
hebben afgedaan. Vooral de psy
choanalyse heeft aan dit idee
sterk vastgehouden, want alleen
deze mogelijkheid past in „de
leer". Maar deze leer is snel op
haar retour. Er is een crisis in
deze psychiatrie omdat ze te ou
derwets en te beperkt is de
nieuwe gegevens uit de moderne
psychologie, de erfelijkheidsleer,
de leer van seksuele ontwikke
ling en invloed van hormonen
vóór de geboorte op het centraal
zenuwstelsel hebben de zuiver op
filosofie berustende, niet tot de
exacte wetenschappen behoren
de leer van de psychoanalysti-
sche psychiatrie klem gezet.
Het verschijnsel transseksualis-
me wordt nu gezien als een biolo
gisch ontwikkelingproces in het
centraal zenuwstelsel. Heel ele
mentair gezegd: er is zoiets als
mannelijke en vrouwelijke herse
nen. Uit de erfmassa afkomstige
informatie maakt dat bij dieren
en mensen zowel de seksuele or
ganen als het daarbij behorende
gevoelsleven en gedrag in één
zelfde richting gaan. Dit onge
looflijk ingewikkelde mechanis-
me is de laatste twintig jaar ver
regaand ontrafeld. De daaruit
voortkomende conclusies zijn
niet meer te weerleggen en kun
nen niet meer genegeerd worden.
Foutjes in de erfelijke informatie
kunnen maken dat er geheel of
grotendeels een niet bij de sexor-
ganen kloppend zenuwstelsel
ontstaat. Gevoelsleven en daar
op stoelend gedrag passen niet
bij de lichaamsbouw.
Voor de mens heeft dit rampzali
ge gevolgen er is immers geen
mogelijkheid om die ontwikke
ling terug te draaien, het nog
eens over te doen. Dit blootgeleg
de mechanisme maakt ook dui
delijk dat iedere psychiatrische
interventie volslagen mislukt,
ook al wil menig psychiater, zelfs
in 1978, dit nog niet onder ogen
zien. Het was daarom voor enkele
voorlopers in de V S. geen punt
om de transseksuele mens vanuit
een andere hoek dan praten te
gaan helpen pas het lichaam
aan bij de onveranderlijke geest,
voor zover mogelijk. De plasti
sche chirurgie kan niet alles,
maar wel veel. Tegen deze aan
pak is groot verzet geweest. Ook
in Nederland was en is dit
het geval. Toch zijn er medici
geweest die de „verbodssfeer" die
om het transseksuele probleem
gelegd was. doorbraken Wettig
was dat overigens volkomen
terecht.
De doorbraak heeft ons bijzonder
veel geleerd. Een heel moeilijk
punt is het legaliseren van de
nieuwe, normale, mens die uit zo
een détransseksualisatie tevoor
schijn komt. Onbegrip met het
wezen van zo een ingreep, die
doorgaans abusievelijk „ge-
slachtsveranderende operatie"
wordt genoemd, maakt het voor
de overheidsinstanties moeilijk
hier de juiste procedure snel en
correct voor de vinden en te laten
uitvoeren. Laten we hopen dat.
zoals de hulpverlening ineens een
sprong naar de reallteitgemaakt
heeft, ook de wettige aanpassing,
met geboorteakte, paspoort en
alle andere paperassen, zo'n
sprong naar de realiteit gemaakt
om veie honderden mensen en
ze worden jaarlijks met tiental
len geboren.
om elf uur 's ochtens bij die man naar
binnen en kwam er om zeven uur 's avonds
uit. Ik wist toen dat ik die dag voor het
laatst op m'n werk was geweest, dat ik er
nooit terug zou komen."
„Toen is het allemaal erg snel gegaan Ik
ben bij mijn huisarts gekomen, waar net
een vervanger was, die zich mijn lot heeft
aangetrokken. Hij heeft mij geholpen door
me steeds maar te laten praten en daar
naar te luisteren. Mijn vrouw wilde dat ik
onmiddelijk het huis uit ging. Dat is ge
beurd. ik ben in de Bijlmer gaan wonen. In
die tijd kwam ik het boek tegen dat dr. De
Vaal geschreven heeft over transseksue
len Ik wist dat ik bij hem hulp zou kunnen
vinden, omdat hij begreep wat er met mij
aan de hand was En hij heeft me gehol
pen; hij is mijn redding geweest. Hij heeft
met me gepraat, maar me ook daadwerke
lijk geholpen. Eerst met de opdracht om
als vrouw gekleed bij hem te komen (om te
kijken of ik dat zou durven), toen met
hormonen-injecties, die ervoor zorgden
dat ik een vrouwelijk figuur kreeg (als
gevolg van deze vrouwelijke hormonen
ontstaan namelijk borsten» en nog later
met de verwijzing naar een plastisch chi
rurg. die ten slotte eindelijk een eind
maakte aan dat gehate mannelijke li
chaam van me.
Operaties
In twee operaties werden mijn uiterlijke
geslachtsdelen verwijderd en werd er een
vagina gemaakt „Ik ben ook nog een paar
keer bij een psychiater geweest, maar daar
had ik helemaal niets aan. Die man wilde
me er maar van overtuigen dat ik homofiel
was en dat ik gelukkig zou worden, wan
neer ik dat toegaf en een homofiele relatie
aanging. Maar als ik iets zeker wist, was
het wel dat ik geen homofiel was. Ik heb
mijn hele leven voor veel mensen iets
ondefinieerbaars gehad, dat door bepaalde
mannen werd uitgelegd als een homofiele
geaardheid. Heel wat mannen hebben dus
geprobeerd met mij een homofiele relatie
aan te gaan. maar ik voelde heel duidelijk
dat dat beslist niet was, wat ik zocht."
Na haar laatste operatie voelde Kim zich
onbeschrijfelijk gelukkig. „Het is eigenlijk
een absurde verandering Je wordt einde
lijk jezelf. Het is een ontzettende emotie, je
huilt wat af in die tijd, Je bent dan vaak
ook nogal labiel. Maar de opluchting en de
blijdschap hebben de overhand. Eindelijk
ben Je écht, ben je degene die je voor je
eigen gevoel altijd al was. Al zou ik die
operaties zonder narcose hebben moeten
ondergaan, ik had ze toch willen hebben.
Niemand kan zich indenken wat je voelt
na al die jaren van ellende en wanhoop
eindelijk jezelf te worden. Grotere bevrij
ding kan ik me niet indenken. Het was
voor mij éen reïncarnatie".
Eenzaam
Hoewel Kim nu eindelijk bereikt heeft wat
ze haar hele leven al wilde, is ze op het
ogenblik wel eenzaam, omdat haar oude
omgeving: ex-partner, familie, kinderen,
ex-collega's, haar heeft laten vallen. Zij
reageerden bijna allemaal heel geschrok
ken en erg afwijzend op de verandering
van Kim. Als gevolg van die verandering is
Kim nu ook zonder werk.
Het GAK heeft van alles voor haar gepro
beerd, maar niemand wil een transseksu
eel in dienst hebben. Dat kan niet voor de
cliënten of voor de collega's, maar altijd
heeft men wel een verklaring bij de hand.
waarom het niet mogelijk is om haar in
dienst te nemen.
Kim is nu volledig invalide verklaard en
krijgt een WAO-uitkering „Het is te gek
om los te lopen ik ben kerngezond, maar
ben volledig invalide verklaard. Dat is
hard hoor. na dertig jaar werken. Ik zou
Juist zo graag werken, nu ik dat eindelijk
kan doen als vrouw in een vrouwenbaan.
maar dat lijkt er niet in te zitten. Ach Ja. zo
zijn er nog wel een paar handicaps aan
mijn huidige leven, maar ik zie het zo: nu
ben ik een vrouw met een paar handicaps,
vroeger was ik één en al handicap. Ik ben
veel gelukkiger dan vroeger".
I*