Filippijnen in
greep van
buitenlands kapitaal
Achter Manila's fraaie
buitenkant schuilt heel wat ellende
FILIPINAS
ter bedrieglijk en Manila is (geluk
kig) niet de Filippijnen.
Inderdaad, de mensen maken een
vrolijke en blije indruk en ze zien er
naar „Westerse" maatstaven goed
gekleed uit. De ouderen in een broek
met daaroverheen de „Polo Barong"
of de officieel door Marcos goedge
keurde „Barong Tagalog", een be
werkt lang uitgevallen overhemd,
dat in duurdere uitvoeringen van
zijde is. De jongeren in jeans en een
T-shirt, maar dit is slechts uiterlijke
schijn. Wie met Filipino's en Filipi-
na's in gesprek raakt, krijgt heel
voorzichtig en soms fluisterend
ook de andere kant te horen.
Andere kant
Trouwens, iemand die zijn ogen
goed openhoudt, de krottenwijk
Tondo ingaat of het centrum, zoals
Pasay City en een paar provincies
bezoekt, komt die andere kant van
zelf tegen. Daar is een werkelijk
heid, die heel wat minder rooskleu
rig is dan Marcos de buitenwereld
wil doen geloven. Hij mag dan op 1
mei 1976 het minimum-loon hebben
verhoogd tot tien pesos 3,20) per
dag, maar dit bedrag is volkomen
ontoereikend voor een enigszins
menswaardig bestaan. In een metro
pool als Manila is voor het levenson
derhoud van een gezin, bestaande
uit man, vrouw en zes kinderen min-
stes 45 pesos per dag nodig, wil het
een beetje kunnen rondkomen. Iets
wat door een officiële regeringsin
stantie als het Neda, het nationaal
economisch ontwikkelingsbureau
zelf is becijferd.
De gezinsleden moeten van alles bij
eenscharrelen om het inkomen te
vergroten. Een arbeidersgezin is per
maand aan voeding, huur, vervoer,
huishoudelijke artikelen, water en
elektriciteit omgerekend in Ne
derland geld een kleine tweehon
derd gulden kwijt, maar als vader al
werk heeft krijgt hij per maand nau
welijks honderd gulden, zodat er een
constant gevecht plaats heeft om
het hoofd boven water te houden. Je
ziet overal in Manila kleine kinderen
tot 's avonds laat in de straten bezig
met de verkoop van losse sigaretten,
kranten en stripboekjes, om iets bij
te verdienen voor thuis. Sociale
voorzieningen, pensioenen en ziek
teverzekeringen, zaken die in Neder
land haast als vanzelfsprekend wor
den ervaren, ontbreken daar ten ene
male.
De enorme hotel-kolos van Silahis aan de President Roxas Boulevard.
Sinds het uitroepen van de staat
van beleg heeft Marcos niets nagela
ten het multinationale ondernemin
gen naar de zin te maken. Hij liet
daarvoor zelfs een advertentie
plaatsen in de Britse Times onder de
kop „We houden van multina
tionals" en somde daarin alle voor
delen voor deze bedrijven op om
zich op de Filippijnen te vestigen.
Ze zijn vrijgesteld van alle vormen
van plaatselijke vergunningen, be
talingsverplichtingen en belastin
gen. Er is onbeperkte uitvoer moge
lijk van winsten en gedane investe
ringen, terwijl daarnaast presiden
tiële decreten bemiddeling en arbi
trage bij arbeidsconflicten hebben
De advertentie besluit met de zin:
„De loonkosten voor buitenlandse
ondernemingen in Manila liggen 35
tot 50 procent lager dan die in Hong
kong of Singapore". Met andere
woorden: voor buitenlandse inves
teerders is de Filippijnen een onder
nemingsparadijs, waar men zich
niet gehinderd door stakingen en
andere arbeidsonlusten rustig
kan verrijken. De Filipjno's zelf zijn
er echter wel de dupe van. En ook
hier stelt „FM" de zaken wel iets
mooier voor dan ze in werkelijkheid
zijn.
Stakingen
door Kees de Leeuw
vergemakkelijkt. Stakingen en wer-
kweigering zijn verboden en het
werkverbod op zon- en feestdagen is
opgeheven, waardoor ruimere gele
genheid ontstaat voor het tewerk
stellen van vrouwen en kinderen.
Ondanks het stakingsverbod bre
ken er nog wel degelijk stakingen
uit. zoals in oktober 1975 de staking
van de La Tondena-arbeiders, waar
bij vijfhonderd werknemers bijna
twee dagen de fabriek bezet hielden,
terwijl ook daarna, zoals op 1 mei,
nog regelmatig protestmarsen, sit-
down demonstraties en andere ac
ties, plaatsvonden. Hieraan namen
niet alleen arbeiders deel, maar ook
studenten, krotbewoners en reli
gieuzen. Er is sprake van een groei
end verzet tegen het Marcos-regiem
en dat is niet zo verwonderlijk in een
land, waar het congres aan de kant
is gezet, alle burgerlijke vrijheden
zijn ingetrokken, geen vrijheid van
vergaderen is. de oppositie achter
slot en grendel zit of wordt gezet en
van persvrijheid geen sprake is.
Naast stakingen en betogingen in
met name de grote steden is er ge
wapend verzet op het platteland.
Daar wordt strijd gevoerd tegen het
leger. De twee belangrijkste groepe
ringen. die daarvoor verantwoorde
lijk zijn. zijn het marxistische ge
oriënteerde Nieuwe Volksleger
(NPA) met naar schatting een paar
duizend guerilla-strijders. die met
steun van kleine boeren gevechten
leveren in de bergen van Luzon, de
Visayas en in Mindanao en de strij
ders (27.000) van het Moro National
Liberation Front (MNLF) die in het
zuidwesten van Mindanao al sinds
1972 ijveren voor meer zelfstandig
heid in dit gebied, waarbij het om
dertien provincies gaat voor de
moslims.
Tijdens mijn verblijf in de Filippij
nen verschenen regelmatig grote
stukken in de kranten over deze
strijd en de gevechten in het zuiden.
Opgemerkt moet worden, dat de be
richten hierover soms spectaculair
der worden gebracht dan de gebeur
tenissen in werkelijkheid zijn. Je
krijgt de indruk, dat deze berichtge
ving Marcos en de zijnen niet geheel
onwelgevallig is. temeer daar hij
steeds laat weten best bereid te zijn
de staat van beleg op te heffen,
maardan moet het eerst wel
rustig zijn in het zuiden. En zolang
daar geen sprake van is kan men het
opheffen van deze „uitzonderings
toestand" wel vergeten.
Wat de NPA betreft zijn mij meer
dan eens geruchten ter ore geko
men. als zou president Marcos som
mige leden daarvan zelf betalen met
de opdracht onrust te zaaien onder
de plattelandsbevolking. Dat recht
vaardigt én het zenden van leger
eenheden naar deze gebieden om de
bevolking te „beschermen" en op
nieuw de staat van beleg. Let wel.
het zijn geruchten die je nergens
bevestigd krijg, maar ze zijn hard
nekkig en gezien Marcos' reputatie
zou er best een kern van waarheid in
kunnen zitten.
Buitenlander
Wie in Manila verblijft, zal overigens
behalve de berichten in de kranten
over rebellie in het zuiden en af en
toe een NPA-actie weinig van de
staat van beleg merken. Je ziet over
het algemeen weinig militairen op
straat en Marcos is er alles aangele
gen om deze stad de schijn mee te
geven van een prettig oord voor toe
risten, waar het met buitenlands
geld (Amerikaanse dollar en Japan
se yen) goed toeven is. 's Avonds en
's nachts kun je in de uitgaanswijk
Malate rustig over straat lopen zon
der te worden lastig gevallen behal
ve dat je om de haverklap aanbie
dingen krijgt voor een meisje en/of
massage.
De mensen die je tegenkomt zijn
vriendelijk en aardig, maar je moet
niet uit het oog verliezen dat je
buitenlander bent en blank en dat er
voor de Filipino altijd een mogelijk
heid inzit iets aan je te verdienen.
Dat is niet onaardig bedoeld, maar
het is wel de realiteit. Ga je bij
voorbeeld op zondag wandelen in
het al eerder genoemde Rlzal-park.
waar op zo'n dag hele gezinnen naar
toe trekken, krijg je als buitenlan
der meteen gezelschap. In mijn ge
val een jongen, die naast me komt
lopen en vraagt waar ik vandaan
kom. Het antwoord „Uit Nederland"
T rouw/Kwartet19
roept meestal een wereld van onbe
grip op Soms denkt men. dat het de
zoveelste staat van de VS is. maar
als je dan uitlegt dat Nederland in
Europa ligt, wordt er geknikt Dat is
geen blijk van herkenning, maar be
leefdheid.
Dezelfde Jongen nodigde me uit met
hem mee naar huis te gaan. Aanvan
kelijk denk je, dat is toch wel gast
vrij. maar bij nader doorvragen
blijkt het om een afme zuster te
gaan die daar zit. Je moet hem dan
duidelijk te verstaan geven dat je er
weinig voelt en nog een afspraak
hebt. want anders kom je moeilijk
van hem af. Aan de andere kant kun
je je best voorstellen gezien de ar
moede waarin de meesten verkeren,
dat een Filipino op zijn manier pro
beert iets aan Je te verdienen, want
elke peso is er één.
Jeepney mm^
Manila met zijn zeven voorsteden is
een inmens grote stad met onvoor
stelbaar veel mensen en een vorm
van openbaar vervoer, die schitte
rend is te noemen. Ben je ln het
begin geneigd één van de vele
taxi's te nemen, veel leuker en
goedkoper is het je per jeepney te
laten vervoeren, waarvan er duizen
den rondrijden. Een jeepney is een
omgebouwde Amerikaanse leger-
jeep uit de Tweede Wereldoorlog,
waarmee je voor ongeveer een dub
beltje zo'n vijf kilometer van het ene
naar het andere stadsdeel wordt ge
bracht. Je steekt je hand op. stapt in
en op de plaats van bestemming
aangekomen tik je tegen het dak.
betaalt de bestuurder en stapt uit.
Het systeem werkt prima, is goed
koop en je hoeft nooit langer dan
een paar minuten te wachten voor
dat er een langskomt. Bovendien
geven de Jeepney's Manila e|n
kleurrijk aanzien, ze zijn beschil
derd in alle mogelijke en onmogelij
ke kleuren en op de motorkap ver
sierd met verchroomde paarden
Veel jeepney's hebben ook kopspie-
gels voorop Niet zozeer om het ach
teropkomende verkeer in de gaten
te houden als wel voor de bestuur
der en naast hem zittende passagier
om zich in te spiegelen, 's Avonds
met kleurige verlichting zijn het net
opgetuigde kerstbomen en het zou
treurig zijn, als gouverneur Imelda
Marcos in haar „verfraaiingsdrift"
erin zou slagen deze voertuigen uit
het stadsbeeld te laten verdwijnen.
En dat alles ten gunste van haar op
gas rijdende „Love"-bussen met air
conditioning, die in Manila rondrij
den en waarmee het naar verluidt
niet al te best zou gaan.
Het talrijke gemotoriseerde verkeer
in de metropool, zoals taxi's, jeep
ney's en auto's, waaronder Chevro-
lets. Opeis en Buicks uit de jaren
vijftig, die vaak met kunst en vlieg
werk lopend worden gehouden, zor
gen wel voor enorme verkeersop
stoppingen en een indringende
stank van uitlaatgassen. Met name
rond het spitsuur 's avonds, als de
toegangswegen potdicht zitten en er
vaak geen doorkomen aan is. Voor
rang krijg je niet, maar moet je
nemen en wie gewend is aan het
toch vrij ordelijk verloop van het
verkeer in Nederland, weet niet wat
hem in de Filippijnen overkomt.
Martelingen
Je hebt het leven echter te nemen
zoals het is. Je bent er uiteindelijk
als gast en daar past alleen een
bescheiden opstelling bij. Boven
dien is drie weken goed beschouwd
veel te kort om Je een weloverwogen
oordeel over wat ook aan te mati
gen. Het zou getuigen van een verre
gaande mate van arrogantie. Toch
zijn er zaken die je als journalist niet
kunt en wil negeren, omdat van on
verdachte zijde meer dan eens is
vastgesteld, dat ze onder het bewind
van Marcos plaatsvonden en on
danks aanvankelijke ontkenningen
nog plaats vinden Ik doel nu op
het bestaan van politieke gevange
nen van wie er, zoals Marcos heeft
toegegeven, zo'n zesduizend opge
sloten zitten in acht kampen, waar
onder Olivas en Bicutan.
Amnesty International, die eind
1975 naar hun lot een onderzoek
instelde, meent, zich daarbij base
rend op onafhankelijke waarne
mers, dat het er in ieder geval veel
meer zijn. Uit dat onderzoek bleek
tevens, dat deze gevangenen lang
durig en afschuwelijk worden ge
marteld zonder dat ze in staat van
beschuldiging werden gesteld. Toen
ontkennen niet meer baatte, ging
Marcos er verschillende keren toe
over aan te kondigen een aantal
gevangenen te hebben vrijgelaten
en gratie te hebben verleend, maar
achteraf bleek dat daar heel weinig
politieke gevangenen bij waren, al
dus Amnesty. Deze organisatie, die
in september wegens de vijfjarige
staat van beleg nog actie voerde
voor de politieke gevangenen in de
Filippijnen, dringt er voortdurend
bij Marcos op aan, de folteraars te
berechten en de gedetineerden óf
een eerlijk proces te geven óf in
vrijheid te stellen.
Tegen deze sociale, economische en
politieke achtergrond moet dan ook
het werk worden beoordeeld van de
36 Nederlandse vrijwilligers, die in
de Filippijnen zijn ingezet in tal van
projecten, waarvan ik er een aantal
heb bezocht. In een volgend artikel
meer hierover.
Dit is het eerste van
Wrcn serie van vier
verhalen over de Fi
lippijnen).
ZATERDAG 17 DECEMBER 1977
da
Di
'.I i„i
.Wij strijden voor meer recht-
digheid en vrijheid, voor
de heilige rechten van de mens.
Wij vragen niets voor ons zelf,
maar offeren alles voor het wel-
:ijn van allen. Wat zouden we
tan nog behoeven te vrezen",
lit verklaarde Jose Rizal, een
fider van de Filippijne elite,
ijdens zijn strijd tegen de
ipaanse overheersing in 1889.
[ij werd later uitgeroepen tot
Ie „officiële" nationale held
van de Filippijnen.
let heeft overigens weinig geholpen,
•ant na de kolonisatie door de Span
aarden (1521-1898) namen de Ameri-
anen het karwei over en ook al
len de Filippijnen in 1946 for-
1 onafhankelijk, het is nog steeds
semi-koloniale en semi-feodale
naatschappij. waar Amerikaans ka-
litaal de dienst uitmaakt. De tweede
nacht is tegenwoordig Japan, dat
e^Jzich een zeer sterke economische po
rtie heeft verworven in Zuidoost-
Azië.
i; De huidige dictator Ferdinand E.
Marcos (60), die op 21 september
1972 de staat van beleg uitriep over
ie zijn land om de belangen van zich-
zelf, familie en vrienden en buiten-
1 landse investeerders, veilig te stel-
22J len. laat zich weinig gelegen liggen
aan de woorden van Rizal. Er staat
m een overigens schitterend park
n dat zijn naam draagt in Manila voor
jeze held een enorm standbeeld dat
permanente bewaking geniet, maar
lat is ook het enige. Alleenheerser
■erdinand Marcos, in de gelijkge-
ichakelde pers in koppen kortweg
aangeduid met „FM", doet in werke-
ijkheid bitter weinig voor de Filipi
no's. In plaats van een „offeren van
alles voor het welzijn van allen" wor
den het land en zijn bewoners onder-
hikt gemaakt aan de financiële
ngen van zeer weinigen: onge-
vierhonderd vooraanstaaande
lilies onder wie Marcos en zijn
iuw Imelda (47) die zo'n negen
procent van de bezittingen in
iden hebben.
Zweep
.merica, America, you have whip
ped the Filipino", zingt Randy New
man op zijn laatste elpee „Little cri-
inals". „Amerika, je hebt de zweep
/aiover de Filipino gelegd, hem gege
ild". Dat gebeurt nog steeds. Niet
leen in economisch, maar ook in
Itureel opzicht- Ondanks de op-
p van „FM" mee te werken aan
n „nieuwe maatschappij" tiert de
burger- en coca cola-cultuur er
lig. Met name in metropool Mani
la met zijn minstens 12 miljoen inwo-
irs. Maar wat moet een arme Filipi
no. die als hij geluk heeft werk te
den per maand ongeveer 280 pe
sos (95 gulden) verdient, met een
iclamekreet als 'Wij wensen u een
'epsidag' En zeker degene die
dat geldt voor zeer veel arbeiders
niet eens dat minimumloon krijgt.
te Filippijnen zijn een archipel he
inde uit ruim 7100 eilanden met
totale landoppervlakte van
400 vierkante kilometer, wat
eenkomt met negen keer Neder-
_id. Er wonen naar schatting 42
■lljoen mensen, onder wie zo'n
JOO.OOO Chinezen en 9000 Amerika
nen Van de bevolking is ruim 80
rocent rooms-katholiek. Naast
paans en Engels is de belangrijkste
voertaal het Filipino oftewel Taga-
ng, dat met name op Luzon wordt
(esproken. Daarnaast zijn de voor-
laamste gebieden de Visayas en
Mindanao, waar vooral in het Zuid-
vesten de Moslimbeweging zich
roert in haar strijd voor onafhanke
lijkheid.
Wie van het vliegvelö langs de
aai van Manila de hoofdstad bin
nenrijdt wordt in eerste instantie
getroffen door de enorme city-vor
ming hier. Langs deze „national
road" staan enorme hotel-kolossen,
zoals Hilton, Hyatt. Silahis en Holi
day Inn, peperdure nachtclubs en
kantoorgebouwen van internationa-
luchtvaartmaatschappijen. De
meeste hotels zijn hier vorig jaar
neergezet, toen in Manila de confe
rentie van het Internationale Mone
tair Fonds (IMF) werd gehouden en
Marcos wilde laten zien, dat deze
stad echt wel iets te bieden heeft op
het gebied van toerisme en amuse
ment. Hij werd daarbij gesteund
door de gouverneur van Manila, zijn
vrouw Imelda R. Marcos, die nog
steeds bezig is met haar verfraai
ingsproject om de buitenkant van
deze metropool maar op te knappen.
De krotten langs de boulevard wer
den aan het oog onttrokken door
een muur. die van buiten wit werd
geschilderd. Voor de binnenkant
geen geld, zodat de term „ge
pleisterde graven" niet ver bezijden
de waarheid is.
I Daar kom Je wel achter, als je wat
[H langer in deze stad verblijft, die vol
|H »an de tegenstellingen is. Aan de
ene kant een Westers aandoende
rijkdom vol uiterlijk vertoon, zoals
m het stadsdeel Makata, waar bui
tenlanders en gegoede Filipino's wo
nen en de arme bevolking geen toe
gang heeft. Aan de andere kant de
armoede van de Derde Wereld in de
krottenwijk Tondo tegenover het
havengebied van Manila, waar naar
jchatting 300.000 mensen op elkaar
leven in wat wel het grootste slop-
Pengebied van de wereld wordt ge
tornd. Al met al een bedenkelijk
record.
Bruisend
Het beeld, dat Manila de bezoeker
hij eerste aanblik biedt, is dat van
een bruisende stad stampvol ver
keer en chaos, waar de bevolking
ach lachend tussendoor beweegt.
Dit ontlokte een Amerikaanse toe
rist eens de uitspraak: „De Filippij-
°en een ontwikkelingsland? Kom
to. je ziet hier toch geen armoede.
De mensen lopen niet in lompen en'
ochen de hele dag door. Die zijn
gewoon gelukkig". Dit beeld is ech-
De krottenwijk Tondo, waar naar schatting 300.000 mensen op elkaar leven.