Akkoord CDA-VVD spaart kool en geit tekening van een lezer Vergelijking met CDA-program levert geen plus op Stormwervel Politie moest meer schieten zo werd een stad bestuurd sprookjes knappe kip dierendienst ONDERDAG 24 NOVEMBER 1977 BINNENLAND Trouw/Kwartet or prof. dr. B. Goudzwaard t wordt hoog tijd dat er eindelijk een kabinet komt. Boven- <"hn ziet het er naar uit. dat bij het mislukken van een CDA-VVD •-Salitie het CDA niet bereid zal zijn met hangende pootjes, of zo ^"pn wil met de hoed in uc hand, naar de PvdA terug te keren. p twee omstandigheden maken, het nu voorliggende ontwerp- jeerakkoord met grote behoed- imheid en zo welwillend mogelijk t worden beoordeeld. Want het iVi hier wel eens kunnen gaan om de patste kans op de vorming van een rltmentair kabinet. Wanneer im- ^jrs deze poging zou mislukken, en ——vendien onverhoopt elk nieuw ini- ■^jjtief zou uitblijven op het vlak van voorgestelde departementale ver- yling in de andere coalitiemogelijk- 5^i*d, blijft er weinig anders te ver achten dan de komst van het een of -jgdere soort extraparlementaire fSlbinet. ^tar zo'n kabinet stelt reeds door t simpele feit van zijn noodzake- bestaan de parlementariërs en n partijen publiekelijk in gebreke. jP^arom is het bepaald niet iets om P£?t vreugde of leedvermaak naar uit kijken. ^lk wanneer ik vanuit die achter- i fvpnd het regeringsakkoord in eerste Lv'ncept bekijk, moet ik persoonlijk i'vststellen er in feite niet zo goed ffll^e overweg te kunnen. Dat oordeel B; mede gebaseerd op een vergelij king met de inhoud en de strekking het CDA-verkiezingsprogramma laarbij ik overigens wel met enige idruk opmerk, dat ik uiteraard niet it alleenrecht bezit op de uitleg arvan). Verschil in aanpak rflii r serin van de meest kenmerkende ele- enten in het CD A-programma was ijkh constatering, dat de bestaande eriajkte wegen en methoden ter op- g nesing van onze grote maatschappe- :et!ke kwalen aan het doodlopen wa- sekh en dat derhalve een vernieuwde ?n. inpak nodig was. Een aanpak werd ij rtorgesteld die gebaseerd was op latm appèl op de gehele bevolking om •rh<ti aanzien van welvaart en econo- r vie mee te denken en te handelen in lairmen van verantwoordelijkheid en dferbereidheid, dan in termen van hujijblijvendheid en inkomensgroei. I het CDA-programma was dan ook ikozen voor een nauwe aansluiting de oproep van de kerken om te imen tot een nieuwe levensstijl. politieke consequenties daarvan Jrden zo uitgewerkt dat: a. tegen- 'er de gevergde matiging in inko- «ensgroei een doelbewuste vergro- ng diende te staan van de eigen verantwoordelijkheid van bedrijven en van de zeggenschap van de arbei ders daarin (onder meer tot uiting komend in de rechtstreekse verkie zing van één derde van de commissa rissen van een N.V. door de werkne mers); b. de gevergde matiging in de inko mensgroei mede zal moeten worden gebruikt als platform om te komen tot een directe eigen verantwoorde lijkheid van het bedrijfsleven voor werkgelegenheidsbehoud. voor het mogelijk maken van zinvolle arbeid, voor het schoonhouden van het mi lieu, het besparen van grondstoffen en energie enz. Daarbij werd in het CDA-program- ma onder andere gedacht aan de vorming van overlegorganen in elke bedrijfstak, paritair samengesteld, om voor alle betrokken ondernemin gen beleidsnormen te kunnen vast stellen. die achteraf door de overheid verbindend zouden kunnen worden verklaard. Hoofdlijn Van die hoofdlijn van politiek den ker. die zich nog het best laat vangen onder de term gedecentrali seerde verantwoordelijkheid, in on derscheid van zowel de gecentrali seerde verantwoordelijkheidsidea- len van de PvdA, als ook de gede centraliseerde vrijheidsidealen van de WD ben ik in het huidige concept-regeerakkoord maar spora disch iets tegen gekomen. Ook de samenhang met wat de kerken in de actie „nieuwe levensstijl" hebben pogen aan te dragen, is in feite ge heel zoek geraakt. Natuurlijk ik erken graag dat het regeerakkoord spreekt van de nood zaak van matiging voor alle inko mensgroepen. Ook de verwijzing naar te dragen verantwoordelijkhe den ontbreekt niet: „Niet alleen op nationaal niveau, maar ook in be drijven en sectoren moet de ge meenschappelijke verantwoorde lijkheid voor voldoende werk gestal te kunnen krijgen." En voor wat de bevoegdheid van ondernemingsra den betreft, worden de verruimings- voorstellen van het kabinet-Den Uyl zonder meer overgenomen. Maar wat ik mis, is vrijwel elk ver plichtend, of liever concreet taak stellend element in de richting van prof. dr B. Goudzwaard een verantwoordelijk bedrijfsleven. Ook mis ik ten dele het besef, dat een sterke inkomensmatiging voor alle bevolkingsgroepen pas voldoen de kans van slagen zal hebben, wan neer daar een meer dan norrpale uitbreiding van verantwoordelijk heid en zeggenschap tegenover komt te staan. Of moet ik conclude ren, dat het in dit program met de matigingsvoorstellen voor de vrij beschikbare inkomens nog wel meevalt? Hoe dit ook zij: door dit alles schuift het akkoord wel in de richting van een typisch middenprogram met een traditionele, dus niet hernieuw de politieke aanpak van fundamen tele samenlevingsproblemen. Die algemene indruk wordt ook be vestigd op onderdelen: de middengroepen (tot aan 60.000 gulden) worden in het program voor elke terugval in hun besteedbaar inkomen gevrijwaard; voor zover formuleringen worden gebruikt uit de nota selectieve groei van minister Lubbers, wordt niet over het facettenbeleid gesproken (milieuzorg, grondstoffen, ontwikke lingssamenwerking), maar alleen over het op groei bevordering gerich te speerpuntenbeleid; gezwegen wordt over punten zoals de rol van de reclame in de samenle ving, het consumentenbeleid, en de blo-industrie, punten die de nodige „stekeligheid" in het programma hadden kunnen brengen; op andere moeilijke punten, zoals het inkomensbeleid, en de herzie ning van de raden van commissaris sen, wordt de uitweg gekozen van een studie of van een advies-vragen aan de Sociaal Economische Raad; de vermogensaanwasdeling, die toch een van de mogelijke tegen wichten vormt voor een op loon- en inkomensmatiging gericht beleid, wordt wel genoemd, maar in het geheel niet concreet gemaakt. Klopt het wel? Bij dit alles heb ik evenals anderen een grondige aarzeling ten aanzien van de vraag, of het gehele program intern wel consistent is. dat wil zeg gen of de verschillende onderdelen economisch-flnancieel gezien wel met elkaar kloppen. Het valt im mers op. dat in het program tegelij kertijd de volgende zaken worden bepleit: 1. een herstel van de rendementspo sitie van het bedrijfsleven (zeker no dig, maar in het betoog wel bijzon der centraal gesteld); 2. een „meenemen" van reële inci dentele loonstijgingen in de bereke ningen; 3. een niet achteruit gaan van de inkomens tot aan twee keer het mo dale loon (en het percentage Neder landers dat daarboven zit. is gering); 4. een niet groter financiëringste- kort dan vijf procent (een zeer juiste uitspraak, die in het akkoord met de PvdA helaas niet voorkomt); 5. ombuiging van de overheidsuit gaven die beperkt blijft tot een be drag van vier miljard „plus enkele miljarden". Som klopt niet Ik wil de lezers van Trouw niet ver velen met lange en vervelende re kensommen. Maar naar mijn voorlo pige taxatie is zo'n programma als geheel pas consistent, wanneer de economische groei in de samenle ving zo'n 4'/: a 5 procent per jaar bedraagt. Pas dan is er voldoende ruimte om dit alles naast elkaar te kunnen trekken. Maar juist van die groei zegt het program en terecht dat zich thans een lagere econo mische groei aftekent. Dan is mijn conclusie dat de-reken som niet klopt. Dan zal óf wel ten koste van alles de economische groei geforceerd moeten worden ver groot maar zelfs als men dat zou wensen, is het nog vrijwel onbereik baar óf wel: men zal de conclusie moeten trekken dat een aanzienlijk verder terugdringen van de collec tieve uitgaven nodig is dan „vier miljard plus enkele miljarden". Maar wanneer men die kant op wil die inderdaad nodig kan zijn, ze ker wanneer de samenleving zich niet zal matigen in loon- en inko menseisen dan dient dit in een akkoord met zoveel woorden ook te worden gezegd. De eigenlijke strijd tussen het CDA en de WD op dit punt is dus nog steeds niet gestre den. Zoals het er nu staat, wordt er toch weer te veel beloofd. Dat wil zeggen: er is getracht de collectieve kool en de particuliere geit tegelij kertijd te sparen. Andere elementen Het sociaal-economisch beleid is het moeilijkst in de greep te krijgen, en daarom gaat daarnaar in elke pro gramvergelijking haast vanzelf de hoofdaandacht uit. Maar beleid is meer dan economie. Daarom moet de vraag naar de andere onderdelen van het voorgestelde programak koord ook uitdrukkelijk mee in de overweging worden betrokken. In het algemeen is mijn indruk dat deze delen van het akkoord dichter aansluiten bij het CDA-program dan de sociaal-financieel economi sche paragraaf dat doet, enkele mar kante uitzonderingen (waarover straks meer) daargelaten Zeker geldt dit voor de paragraaf inzake de burgerlijke veiligheid en die inza ke het onderwijs De teksten daar van zijn te verkiezen boven die in het akkoord met de PvdA en D'66 ai mis ik in de onderwijsparagraaf de noodzaak van het verlagen van toegangsdrempels. Iets twijfelachtiger zijn voor mij persoonlijk de formuleringen in de paragraaf van het grondbeleid (het eerherstel van de motie-De Bekker) en in die terzake van het milieu. In de milieuparagraaf schuilen stellig goede elementen, maar jammer is bijvoorbeeld dat het stilstandprinci pe en dat van de „beste praktische middelen" als min of meer gelijk waardig aan elkaar worden opge voerd. Tekeningen, bij voorkeur in liggend formaat, sturen aan Trouw, jury politieke prent. Postbus 859. Naam en adres aan achterzijde vermelden Voor geplaatste prenten is er een boekenbon. HET WEER door Hans de Jong Het weer wordt gedirigeerd door een diepe depressie. Hij is af komstig uit het IJslandse en ging uitdiepend naar het zuid oosten. Om vier uur gistermid dag visten wij uit de binnenko mende. weerrapporten een scheepswaarneming op die bij na acht millibar luchtdrukda ling doorgaf over drie uur. Dit schip, niet erg ver ten zuidwes ten van Stavanger, zal ongetwij feld de mening over bedoelde depressie hebben aangescherpt. Het is waarschijnlijk dat op grond van de waarnemingen van dit deel van de Noordzee het KNMI in de vooravond de stormwaarschuwing opschroef de tot kracht tien (zware storm). Ik herinner er hier even aan. dat de Engelse computers daags te voren de depressiediepte al op 960 millibar hadden gepeild: po sitie afgelopen nacht om één uur: 58 graden N.Br., 6 graden O.L. Voor het koufront uit zakte het weerglas aan de Engelse oost kust gistermiddag drie tot vijf millibar, het sterkst op de breed te van de Waddeneilanden. Het regende in dat gebied uitgebreid en achter het tront deden zich winterse buien met hagel en sneeuw voor bij stormachtige noordwesten winden. Op de Fa- röer was de wind noordoost bij plus twee graden. Ook aan de zuidzijde van de depressiekern wakkerde de zuidwest- tot wes ten wind op de Noordzee aan en als u dit onder ogen krijgt, kan in uw woonplaats misschien al wel kracht acht zijn voorgeko men. dichterbij zee kracht ne gen en in het Waddengebied mo gelijk kracht tien, maar dan wel tijdens de passage van enkele buien. Verder ten noorden van de de pressie zint de poollucht op wraak. Op IJsland is het volko men winter met aan de zuidkust een station op min twee graden bij een noordooster storm, el ders sneeuwval bij min vijf tot min zes graden in het noorden. Er deden zich tussen IJsland en de Füröer drukstijgingen van drie tot vijf millibar in drie uur tijd voor en er zat dan ook een Noordpool-hogedrukgebied te dringen, waarvan een afzonder lijke cel zaterdag van de Noorse Zee tot Schotland wordt ver wacht. Vrijdag en zaterdag zal ons land opnieuw rekening moe ten houden met winterse buien van hagel en natte sneeuw bij vooral aanvankelijk nog veel wind: stormachtig, later krach tig uit noordelijke richtingen. Na een klein vleugje „warmte" staat er dus opnieuw kouder weer aan te komen, maar de poollucht wordt uiteraard in de onderste niveaus wel getemperd door het Noordzee water. Het is niet ondenkbaar dat een volge ï- de oceaandepressie zondag weer via de Britse eilanden invloed tracht uit te oefenen, bij ons later tot uiting komend in meer bewolking, wellicht gevolgd door wat nattigheid. Hetzelfde weerritme blijft dus doorgaan. Daart kan de min 28 graden van noord-Zweden (gistermiddag) niets aan veranderen. In Oslo vroor het tien graden. Papendrecht heeft zich woens dagmorgen gemeld met een no- vemberneerslag van 245.6 millimeter! Vergeleken met de 345 mm van Westfriese Sluis in november 1944 zou dit een nieuw eeuwrecord betekenen, maarde Papendrechtse waarneming is verricht met een regenglas en die van de Wierin- germeerpolder destijds met een officiële KNMI-regenmeter. Wr«rr»j>portfn (isIrravoDd 19 u station Amsterdam De Bilt Deelen Eelde Eindhoven Den Helder Rotterdam Twente Vlissingen Zd Limburg Aberdeen Athene Barcelona Berlijn Bordeaux Brussel Frankfort Genève Helsinki Innsbruck Klagenfurt Kopenhagen Lissabon Locarno Londen Luxemburg Madrid Malaga Mallorca Munchon Nice Oslo Parijs Rome Split Stockholm Wenen Zurich geheel bew Istanbul Las Palmas New York Tel-Aviv hchfbcvT onbewolkt onbewolkt half bew onbewolkt half bewolkt onbewolkt onbewolkt zwaar beu regen licht bew onbewolkt half bew geh bew onbewolkt regen licht bew /waar bew gehee bew onbewolkt geh bew half bew half bew licht bew onbewolkt geh bew De meeste moeite heb Lk met de paragrafen die handelen over defen sie en ontwikkelingssamenwerking. BIJ defensie schuilt die moeite bij mij niet in het zich oriënteren op het plafond van de defensienota; dat is vergeleken met de innerlijk tegen strijdige tekst van het akkoord met de PvdA en D'66 zelfs winst te noemen. Maar wat in het program niet door loopt, is de zorg voor de ontwikke ling van de wapentechnologie, die een steeds demonischer karakter vertoont en die in het CDA-program bijvoorbeeld leidde tot een duidelij ke hint in de richting van een .jion- first use"-verklaring. (dat men wa pens niet als eerste deel zal gebrui ken - red. Trouw). In de uitgangspunten van het CDA staat onder artikel 11 vermeld: „dat er een perfectionering van het wa pentuig gaande Is die de Schepping als zodanig bedreigt," en dat dit de noodzaak versterkt van een wereld omvattende bezinning over de grens van toegestaan wapengebruik voor overheden Daarover spreekt het programma-akkoord niet. En wat de ontwikkelingssamenwer king betreft is het tenslotte ronduit te betreuren, dat het beleid inzake de concentratielanden kennelijk op een geheel andere leest wordt ge schoeid. Dat dreigt meer te worden georiënteerd op onze eigen vaardig heden en mogelijkheden, dan op wat anderen nodig hebben Zo wordt de voorrang voor de allerarm ste landen In dit akkoord niet langer als een noodzakelijk kriterium genoemd. Slotsom Elk program is een kwestie van plus- en minpunten. Er zijn In het regeer akkoord stellig veel goede elemen ten van het CDA-program terug te vinden. Maar ik aarzel ten aanzien van de vraag of het geheel nog wel op een plus uit komt. Er zal dan ook zeker een aanzienlijke amendering nodig zijn om een geheel aanvaard baar resultaat te krijgen. Dr B. Goudzwaard is hoogleraar in de economie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam. Hij was ook voorzitter van de commissie, die het CDA-verkiezings programma „Niet bij brood alleen" ontwierp. Van onze parlementsredactie DEN HAAG In 1976 heeft de politie meer gebruik moeten maken van vuurwapens dan in het jaar daarvoor. Toen was dat 175 keer tegenover 186 keer in 1976. Vergeleken met 1973 en 1974 is er echter nog steeds een daling te zien. In die jaren moest de politie name lijk respectievelijk 212 en 301 keer schieten, zo blijkt uit een overzicht dat minister De Gaay Fortman aan de Tweede Kamer heeft gezonden Als gevolg van vuurgevechten tussen de politie en „wetsover treders" werden vorig jaar één politieman en één wetsovertre der gedood, en werden 17 wets overtreders gewond, aldus het overzicht. Van 1970 tot 1976 werden er vier politiemensen gedood na vuurgevechten en dertien misdadigers. In antwoord op Kamervragen vermeldt de minister dat de politie binnen afzienbare ter mijn zal kunnen beschikken over een nieuw vuistwapen. HOOOWATER. vrijdag 25 novrmbtr VU*- singeri I 32-13 41. HarlngvlirUlui/'-n I 44 14 01. Rotterdam 3 43-15 45 Srhevrnin- geri 2 47 15 00, IJrtriltfcn 3 20 15 33 Den Hel der 7 18-19 31. Harlingen 8 32 21 53 DelDiJ II 40 1 in de middeleeuwen bestonden gemeentelijke autoriteiten die titel burgemeester of poort- meester voerden. Ze hadden in het £lgemeen een puur administratieve unctie, want voor het overige werk waren er schout en schepenen voor banden. Een ander soort burge meester dus dan zoals wij hem nu Jkennen. En daarmee komen we nog f ven terug op de burgemeester die [vorige week in deze rubriek op- aafde als een 125 jaar ambtske- tendragend persoon. Over de bur gemeesters van vóór „de onze" die [voor het eerst voorkomt in de ge meentewet van 1851 een jaar [voor „de keten" dus valt ook nog meel wat te zeggen. We putten onze informatie uit een artikel in „Het torentje", personeelsblad van het ministerie van binnenlandse zaken. Het is indertijd geschreven door [voorlichter H. A van der Linde van «at ministerie, die dus dicht bij het uur zit en er veel van afweet. t schout en zijn schepenen had den het aanvankelijk in de middel eeuwse stad voor het zeggen. Ze traden op als administrateurs en rechters, maar de schout was toch wel de machtigste, want hij was bovendien commissaris van politie en officier van justitie. De schepe nen vormden zo'n beetje de ge meenteraad; zij vertegenwoordig den, althans in naam, de burgers van de stad. In het begin van de veertiende eeuw krijgt het stads bestuur assistentie van echte ra den, samengesteld uit vooraan staande burgers. Voor die raden in de plaats komen dan de poortmees- ters of burgemeesters, een titel die uit Vlaanderen is overgewaaid. Schout en schepenen konden, als ze dat wilden hun medebestuur ders helemaal naar hun hand zet ten: zij kozen de leden van die raden, maar met de komst van de poort- of burgemeesters hadden ze met zo'n grote vinger meer in de pap; de landheer stelde die laatsten persoonlijk aan. steeds voor één jaar. De „vroedschap" is weer iets later ontstaan, in de Bourgondische tijd. dus tussen het eind van de veer tiende en het eind van de vijftiende eeuw. Deze vroedschap, een college van 24 aanzienlijke burgers, heeft het lang uitgehouden. Tot 1795 vormde die met burgemeesteren en schepenen het stadsbestuur, maar de samenstelling verschilde wel van plaats tot plaats. Zo had je in Deventer twee burgemeesters, tien schepenen en de gemeenteraad, en in de stad Groningen hielden ze er een bestuur van Burgemeesteren. Raad en Wijsheid op na. ter verge lijken met achtereenvolgens schout, schepenen en vroedschap. Het grootste gezag hadden de bur gemeesterskamers tijdens het stadhouderloze tijdperk (1650-1672, 1702-1747). Pas sinds 1814 kreeg de burgemees ter zo'n beetje de functie van zijn tegenwoordige collega, hoewel er in sommige gemeenten in de eerste jaren van het koninkrijk der Neder landen nog meer dan één burge meester voorkwam. Dat is, zoals we vorige week al schreven, onmoge lijk geworden door de gemeentewet van 1851, die voorschreef, dat een gemeente er maar één burgemees ter op na mocht houden. Dat er tegenwoordig maar een paar vrouwen burgemeester zijn, ligt niet (meer) aan de wetgever. Het ambt staat al meer dan 45 jaar ook voor vrouwen open. voor wie dezelf de regels gelden als voor de man nen: een bepaalde opleiding is (for meel) niet vereist, alleen moet de kandidaat wel minstens 25 jaar oud zijn. ren" kan spelen en waarvan je het altijd verliest. Dat komt doordat de kop in het hokje dankzij een compu tertje precies weet hoe ze moet win nen. En dat ze de computer kan bedienen komt weer doordat ze, zeg gen haar eigenaars, een bovenmen selijk i.q. van 170 heeft, liet zit er dik in, dat de knappe kip zenuwziek wordt als ze vaak moet optreden. Op een tentoonstelling in de Ameri kaanse stad Chicago was ze kort geleden nog te zien: de kip waarmee je een spelletje „boter, kaas en eie- Er bestaan niet veel onderwerpen die zich zó goed lenen voor het ontstaan van geheimzinnige legen den en spannende sprookjes als wijn en het leven op de wijngaard, vindt uitgeverij Skarabee. Dat mag waar zijn, maar in Skarabee's nieuwste uitgave „8prookjes onder de wingerd" hebben we eerlijk ge zegd nauwlijks iets geheimzinnigs en helemaal niets spannends kun nen ontdekken. De sprookjes zijn geschreven door Rob Kerstens, een autoriteit op het gebied van wijn, en zijn taalgebruik is daar dan ook naar. Hij spreekt van hoog-fljne champagnes, fonkelende, kristalltj- ne, nete-, groene, fluweelrode en parelende rode wijnen, in al zijn flessen zit zonneschijn, dauw en de geur van viooltjes, een fles is be dekt met een fluweelzachte schim meldeken. een boer wordt vermale dijd genoemd evenals een heel ge zelschap dat kleppers van kreeften eist, men wordt door de wijngod bij de arm genomen, en eenmaal wordt een wijn vergeleken met een water val van bewegelijke edelstenen Vermoedelijk allemaal termen die mensen uit het vak aanspreken, ook al omdat Kerstens zijn ver haaltjes doorspekt met namen van beroemde wijnen en wijngebieden, en er wijn-verschijnselen als „heren van de officiële proefcommissie" bijsleept. De Inhoud even daargela ten ziet het boek er mooi uit: vier kant formaat (25 bij 25). prachtig papier, keurig lettertje, nette op maak. Vier kleurige Illustraties staan er in, reprodukties van naald- sculptures van Cécile Dreesmann: viermaal hetzelfde mannetje en vrouwtje, In wel steeds andere hou dingen. maar die niets met de ver haaltjes te maken hebben ondanks een enkel druiventrosje hier en daar. Trouwens, wie van mevrouw Dreesmanns werk houdt, kan het beter in 't echt gaan zien. want afgedrukt ziet het er gewoon als een tekening uit en nog nieteens een bijzondere. Dat de naaldwer ken in dit boek. zoals de uitgever meent, „sprankelen als de goede wijn zelf", lijkt ons wat overdreven, net als de prijs voor dit maar 32 pagina's tellene boek. 26,90 Maar misschien hebben wijnhandelaars het er voor over als relatiegeschenk voor hun wijndrinkende klanten. Wie de kip ln de legbatterij (en andere mishandelde dieren) een warm hart toedraagt, kan nu iets voor haar doen. „Rechten voor al wat leeft" kent u dan vermoedelijk al, want die leus staat ln een oranje vierhoekje op de dozen met ware scharreleieren. Het is ook de naam van de belangengroep in Raalte, die met deze vorm van kippenbe- scherming begonnen is. Die groep heeft nu een kerstactie op touw gezet Er is een eenvoudige kerst stal. de ster, een tekst uit Jesaja en „vergeef ons onze schulden" er op. en natuurlijk het embleem van „Rechten voor al wat leeft". Die is voor twintig cent te bestellen, maar er wordt dan bovendien een stencil- tje met aangenlete kaart meege stuurd. Op het stencil een tekst uit Marcus als inleiding op een briefje aan pastors van alle kerkgenoot schappen Daarin wordt de domi nee of priester gevraagd om -even tueel ln samenwerking met de be langengroep een kerkdienst aan het dierenleed te wijden. Op de bijbehorende kaart wordt duidelijk gemaakt waarom dat zo hoognodig is. De bedoeling Is zo'n kerstkaartje mét briefje en kaart met toelich ting door te sturen naar een domi nee of pastoor in eigen omgeving. Bestellingen bij het centraal bu reau „Rechten voor al wat leeft". Hogeweg la. Raalte, dat ook graag namen en adressen van pastors ontvangt.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 5