Arie Spijkerboer schrijft een brief aan Maarten Luther Zingen in de Dominicus zee A Boeddhis me in de praktijk VANDAAG Voorbijganger In de tang? U KEEK NAAR ME OM!! HELP HEN EEN KANS GEVEN-NUÜ n ZATERDAG 29 OKTOBER 1977 KERK Trouw/Kwartet =5 e= =5Z Hooggeachte broeder Maarten Er zijn maar weinig mensen in de kerkgeschiedenis, van wie we ons zo'n levendige voorstelling kunnen maken als van jou. Want wanneer je schreef, dan wrong Je niet. onmach tig. langzaam de ene zin na de ande re uit Je pen. nee. dan vloog je ganze- veer over het papier. Je zit met Je hele hart in Je woorden, en wanneer ik Je lees. hoor ik je sonore stem. Zo doe je nog helemaal mee in de kerk, maar nu is het gekke, dat er in de ene periode van de kerkgeschie denis veel beter naar je geluisterd wordt dan in de andere. We hebben natuurlijk altijd wel geweten, dat Jij er ook nog bent en de mensen heb ben zich ook altijd wel voor iets op Jou beroepen (het is nu eenmaal niet te versmaden om Jou ..mee" te heb ben! i. maar dat betekende nog niet. dat ze echt naar Je luisterden. Ik heb de tijd nog meegemaakt, waarin mensen zoals Iwand, Wolf en Miskot- te en tot op grote hoogte toch ook Karl Barth. in jouw geest leerden, maar deze leraren van de kerk zijn nu gestorven en het ziet er naar uit. dat Je naar de achtergrond ver dwijnt. Vandaar dat ik je schrijf om afscheid van Je te nemen en Je te groeten. Dat ik je" tegen je zeg. zul Je me niet kwalijk nemen: tenslotte zeggen jullie Duitsers ook Je" tegen God. en dan hoef ik geen ,.U" tegen Luther te zeggen. We hebben natuurlijk altijd wel ge weten. dat Je de plank wel eens mis hebt geslagen, maar daarop wordt de laatste tijd zoveel nadruk gelegd, dat ik voor mij daar de conclusie uit trek. dat ..men" Je helemaal niet meer moet. Daar is dan in de eerste plaats je boekje tegen de opstandige boeren: daarin heb je Jezelf als een ..contra-revolutionair" ontmaskerd, en dat is natuurlijk niet zo best! Nu kan ik wel met je meevoelen, wan neer Je in je tafelgesprekken zegt. dat Je Thomas Müntzer. de profeet van de opstandige boeren, met Je pen hebt neergestoken omdat hij Christus wilde doden, en ik geloof ook niet, dat de mensheid van jouw tijd meer heil van Müntzer en de zijnen te verwachten hadden, dan wij in onze tijd van de Rote Armee Fraktion te verwachten hebben, maar ik vraag me toch af. of het echt nodig was dat je de vorsten aan spoorde om de opstandige boeren te vernietigen. Zulke heren plegen dat uit zichzelf wel te doen en dan slaan ze eerder te hard dan te zacht. Je hebt trouwens zeil na het eind van de boerenopstand geschreven, dat er onder hen ..woedende, razende en waanzinnige tyrannen zijn. die ook na de slag maar niet genoeg van het bloed krijgen". In de tweede plaats zijn daar dan je uitvallen tegen de Joden aan het eind van je leven. In je Jonge Jaren heb Je wel geschreven over Gods trouw aan het volk van het oude verbond, en je begreep, dat het on der het pausdom voor een Jood aan trekkelijker was „zich in een varken te laten veranderen dan Christen te worden". Je wist ook, dat veel Joden in de geldhandel zaten, omdat ze andere beroepen niet uit mochten oefenen. Maar later ben je kwaad geworden omdat de Joden zich niet tot het evangelie bekeerden. Was dat niet eigenmachtig? Waarom heb Je het geding tussen God en het Joodse volk over Jezus Christus niet aan God overgelaten? Waarom heb je je op je oude dag, toen je het toch ook in jouw tijd al uiterst onwaar schijnlijke gerucht hoorde, dat Jo den in Bohemen Christenen ge dwongen hadden zich te laten be snijden. op de Joden gescholden op een manier, waarmee de Nazi's nog hun voordeel hebben kunnen doen? Maar over je wandaden denk ik net zo als Sem en Jaleth over die van hun vader Noach. Toen die dronken en naakt in zijn tent lag, namen ze een mantel, legden die op hun schouders, liepen achterwaarts naar hun vader toe. en bedekten hem. Zo doe je wanneer je de zonde van je vader ziet! Maarzoon Cham stond te kraaien van de pret toen hij vader Noach dronken en naakt zag liggen, en het is slecht met hem algelopen. Je hebt zelf eens geschreven, dat het uitermate moeilijk is om goed te spreken over de verhouding tussen de wet, die ons veroordeelt, en het evangelie, dat ons vrij spreekt, en Je voegde daaraan toe. dat je die kunst niet helemaal meester was. Als Je ergens aan kunt zien. dat jij op het ogenblik buiten spel gezet bent, dan is het, dat wet en evangelie voor ons geen probleeem meer zijn: voor de een is de wet oudergewoonte een hek rondom het evangelie, waar nauwelijks een mens overheen komt. en de ander verklaart, dat de wet zelf „bevrijdend" is, en dus ei 'DlZcuocfvtesn JjuMjuk. op &JXjLq OLOJy\ genlijk „gewoon" het evangelie. Zo is het besef, dat God toornig kan zijn, juist omdat Hij liefheeft ons volkomen vreemd geworden. Je hebt zelf eens gezegd: „De wet zegt: je moet Christus hebben!, en het evangelie zegt: hier zijn Christus en zijn Geest!" Ik vind dat prachtig, want hoe zouden wij naar het evan gelie kunnen verlangen, als de wet dat verlangen niet in ons opriep, en Christus en zijn Geest slaan als tang op varken, wanneer ze niet antwoor den op de vraag die de wet oproept. Duister is mij ook hoe je het Oude Testament kunt lezen, zonder óf naar de rabbi te gaan om hem te vragen om toelating tot het Joodse volk (en daar piekert niemand over!), óf bij de prediking van Pau- lus terecht te komen (en die apostel is al evenmin in trek als jij!). Bij Iwand, leerling van jou en van Barth, las ik het zo: „Het gebod lief te hebben dwingt ons ertoe naar het geloof te vragen, omdat het geloof de bron, de wortel van de liefde is. Het gebod lief te hebben wordt niet vervuld door goede werken te doen, maar door het geloof in Christus, door A. J. Klei Op het secretariaat van onze redactie zit een aardige jonge man. die van gereformeerde komaf is maar zich sinds jaar en dag genesteld heeft inde Dominlcus-gemeente, met als onvermijdelijk gevolg dat hij beter op de hoogte is van het doen en laten der bastsgroep-achtige dominicanen in Amsterdam dan met de hoedanigheden van het hoofdstedelijke gereformeerdendom. Teneinde hierin enige verandering te brengen, moedigde ik hem aan. de gereformeerde Keizersgrachtkerk eens te bezoeken. Daar zingen ze dezelfde versjes als bij jou in de Dominicus. sprak ik animerend Onlangs heeft hij aan mijn wenk gevolg gegeven (ik zei al dat 't een aardig jongmens is) en de maandag na zijn gereformeerde kerkgang rapporteerde hij. dat hij in de Keizersgrachtkerk Inderdaad de snit van de diensten in de Dominicus had herkend en luidkeels de hem vertrouwde liederen van Huub Oosterhuis en Bernard Huijbers mee had kunnen zingen. Ik verhaal dit niet om de indruk te wekken dat ik het als mijn taak beschouw. Jongelieden van roomse dwaalwegen af te houden, al zou dat met hervormingsdag voor de deur natuurlijk wel een mooie gedachte wezen Eerlijk gezegd is er niet zo bar veel verschil tussen de jongens van de Dominicuskerk en de werkgroep van de Keizersgrachtkerk. De afstand tussen de mensen die de dienst uitmaken in de Dominicus en de man die dat doet in het bisdom Roermond is aanzienlijk groter, net zoals de kloof die gaapt tussen de Keizersgrachtkerkgangers en de kerkeraad van Genemuiden aanzienlijk wijder is. Vandaar dat (en nu kom ik waar lk zijn wil) de pas verschenen dubbel-elpee „Tijd van leven" (ondertitel: 18 gezangen, psalmen, liederen, tafelgebeden, opgenomen in de Dominicuskerk. Amsterdam) niet alleen een aangelegenheid is van en voor die katholieken, wier zaligheid niet vastgebakken zit aan 't kerklatijn met bijbehoren. maar belangstelling mag hebben van ieder die. in welke kerk ook, doende is met een nieuw verstaan van wat in de bijbel staat Kortom, echt iets voor neo-christenen. zou bisschop Gtjsen zeggen Vrijwel alle teksten op deze platen zijn van Huub Oosterhuis en voor de muziek tekent ln de meeste Dominicuskerk in Amsterdam. gevallen de eveneens al eerder genoemde Bernard Huijbers (die ook bemoeienis heeft gehad met de muziekgroep van de Keizersgracntkerk. dus kun je nagaan) Er zijn verrukkelijke meezingers onder het prachtige tafelgebed „GIJ die weet", het lied „Die naar menselijke gewoonte de canon „Die zal leven".Ik heb even geaarzeld, of ik het woord „meezinger" wel zou gebruiken. De muziek van Huijbers is voor 't merendeel gemakkelijk toegankelijk, maar ik wil niet de richting uit van een bekommerd persoon, die beweerde dat er commerciële kantjes aan zitten. Dat is een misselijke opmerking. getuigend van misplaatste muzikale preutsheid. Laatst hoorde ik iemand bij de kassa van Albert Heijn het begin van het vioolconcert in E van Bach fluiten. dat is dan zeker ook een commercieel stukje! Laat overigens alsjeblieft niemand, wanneer ik het heb over dié aanstekelijkheid van Huijbers' muziek, denken aan een vrome meestamper. Trouwens, dan zou Huijbers ook niet passen bij Oosterhuis, wiens teksten oneindig ver uit de buurt liggen van vlotte stichtelijkheid. Hij, Oosterhuis, brengt onder woorden wat er in een modem mens leeft aan twijfel en hoop, aan vragen en geloof, en hij doet dat op een manier die me soms bijzonder aanspreekt, maar me ook wel eens boven m'n weinig dichterlijke pet gaat. Als op dit moment iemand uitroept: zie je wel, allemaal élitair gedoe in de Dominicus en in aanverwante kerkdiensten, dan ga ik niet gehaast uitleggen dat er toch verschil mag zijn in geloofsbeleving en zo, nee, ik reageer kortweg met een woord dat ik onlangs uit een professorale mond opving: het is élitair om niet élitair te willen zijn. Om op „Tijd van leven" terug te komen, het is jammer dat de opnamen gemaakt zijn op een korendag en niet tijdens de kerkdiensten. Nu hoor je alleen het koor, hetgeen vreemd is, want Pieter van der Ven zegt in zijn inleiding op de teksten dat een en ander „het liefst met velen samen" gezongen dient te worden. Merkwaardig dat, nu de stevigheid van een zingende gemeente ontbreekt, de zaak zoeter.nee, dat is het woord niet.dat 't róómser klinkt dan in de bedoeling kan liggen (ook al schaamt Bernard Huijbers zich bijwijlen het gregoriaans niet). Beide platen zitten in een fraaie doos. die een erg geflatteerde indruk geeft van het exterieur van de Dominicus. De afbeelding is namelijk van een ontwerp-tekening, compleet met de toren die nooit voltooid is. Ook ontvangt de argeloze koper de indruk dat de kerk aan een ruime, nette straat ligt, wat geenszins het geval is. Dat de Dominicus een van de mooiste kerken van de grote Cuypers is met een waarlijk meeslepend interieur, heb ik al eens op deze plaats geestdriftig verhaald Ik houd me thans in en meld alleen nog dat „Tijd van leven" op een dubbeltje na veertig gulden kost en een uitgave is van Gooi en Sticht te Hilversum. want dit geloof heeft de liefde nodig om geloof te kunnen zijn. Het gebrek aan liefde is een gebrek aan geloof. Wat ons ontbreekt is ieder besef van God, en ik denk, dat dat komt door dat we teveel geld hebben. Geld, waarvan jij bang was, en je hebt ook nooit een cent voor je geschriften willen hebben, omdat je vond, dat een mens niet mocht verkopen wat hij van God had geleerd. Wij zijn allerbelabberdste, en in de grond van de zaak zielige conformis ten geworden. We huilen mee met de wolven in het bos buiten de kerk. Omdat we heel uitéénlopende voor keuren hebben en die gaan van John Vorster tot Fidel Castro huilen we met heel verschillende wolven mee, en schreeuwen dus te gen elkaar in. Maar een echt kerke lijk geluid? Ho maar! Dat krijg je wanneer je je niet „loodrecht van boven" door God laat aanspreken. God, van Wie jij gezegd hebt: „In Zijn barmhartigheid wil Hij alle hoogmoedige mensen bij elkaar, omdat ze leugenaars, onrechtvaar- digen, dwazen en zondaars zijn, door Zijn waarheid, gerechtigheid, wijs heid, kracht en reinheid waarachtig, rechtvaardig, wijs, sterk en rein ma ken, en hen op zo een manier van de leugen, de ongerechtigheid, de dwaasheid, de zwakte en de zonde vrijmaken, dat Zijn waarheid, ge rechtigheid. wijsheid, kracht en reinheid in hen en door hen verheer lijkt worden." Ik moet afscheid van je nemen. He lemaal weg ga je natuurlijk niet, want er zijn altijd wel een paar men sen, die naar je luisteren. Maar veel echte aandacht krijg je niet meer, en daarom eindig ik met: „Vaarwel, tot betere tijden!" Als steeds met groot respect, 39' .e< S>° ,e< ADVERTENTIE. HANDBIJBEL MET FLAP Vorig jaar introduceerde het bijbelge nootschap zijn eerste bijbel met opzoek- (lap. een combinatie van een alfabeti sche inhoudsopgave en bladwi)zer. Daarom zijn zojuist twee nieuwe uitgaven in de NBG-Vertaling-1951 verschenen. Formaat 9,5 x 14,5 cm. Omvang 1436 blz. ƒ22,50 (exclusief verzend kosten) Luxe editie op dundrukpepter. Pnjs f 42,50 (exclusief verzend kosten) ook verkrijgbaar bij de boekhandel. Nederlands Bijbelgenootschap Postbus 620. Haarlem Tel 023-259501 door dr R. Kranenborg Het boedhisme is in Nederland rede lijk goed bekend: er zijn verschillen de groepen die zich toeleggen op de bestudering van de leerstellingen van Boeddha en ieder boek over de wereldgodsdiensten geeft een prachtig beeld van deze religie. Wie nu het boekje Boeddhisme in de praktijk" van B. J. Terwiel (uitg. Van Gorcum, Assen. 119 pag., prijs 22,75) leest, beseft dat we in het westen meestal maar één kant van het boeddhisme kennen: de officië le. theoretische en elitaire kant. Het boeddhisme wordt namelijk afge schilderd naar hoe het volgens de leer van Boeddha moet zijn en hoe het in enkele van de beste en meest strenge kloosters beoefend wordt. Veel minder weten we van het boeddhisme in de dagelijkse prak tijk. Terwiel beschrijft in zijn boeiende studie het volksboeddhisme van Thailand; hij noemt het „het boedd histische animisme" en laat zien hoezeer de oude pre-boeddhistische godsdienst overal aanwezig is en hoe weinig de officiële leringen van Boeddha's religie doorgedrongen zijn en hoe deze beide religieuze tradities vermengd zijn geraakt. Bij het lezen van dit boekje komt de volksreligie van Thailand met de rituelen, de goden, het voortdurende streven naar „goed karma", de grote plaats van de monniken en het klooster in het dorpsleven helder naar voren. Het is goed dat iedereen die zich met het boeddhisme bezig houdt een boekje als dit leest. Daar om, en ook vanwege de heldere stijl en goede opzet, warm aanbevolen. Een symbool van het boeddhis me: het wiel der wet. Onze adressen: AMSTERDAM: Postbus 859 Wibautstraat 131 Tel. 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM/DORDRECHT: Postbus 948 Westblaak 9. Rotterdam Tel. 010-115588 DEN HAAG/LEIDEN: Postbus 101 Parkstraat 22. Den Haag Tel. 070-469445 ZWOLLE/GRONINGEN: Postbus 3 Melkmarkt 56. Zwolle Tel. 05200-17030 Waar wij van leven Hij stond op en ging vandaar naar de sterken van Tyrus. Hij ging een huis binnen met de bedoeling dat niemand het zou weten, en Hij kon niet verborgen blijven. (Markus 7,24) De bedoeling van Jezus wordt niel -! vervuld. Want onmiddellijk daaroi lezen we van een Griekse vrouw di met haar dochtertje bij Hem kwai Een kind met een onreine geest, J zoals het vol mildheid heet. De vrouw spreekt later zelf blijkbaar van een demon. En nog later zal Jezus dat woord overnemen. Wat| Heer wil lukt niet. Dat betekent ni dat Hij op die manier geen rust in anonimiteit mocht hebben. Hij zocht die zelf meermalen en had dj nodig om datgene te zijn wat Hij onder ons van plan was. De stilte de ontmoeting. Maar Markus is de man die haast heeft. Dat kan O eigenlijk niet, die rust. Er wacht nj va zoveel. Hier, een vrouw met zo'n kind. Dat is toch ondraaglijk. Dati dreigt toch een leven te I verscheuren. Het breekt in. in de V plannen van Jezus. Hij wordt opgezogen door onze nood. 't Is oa t haast geen doen om hier te zijn. hi te komen met die vreemde verlossende macht. Er is een hele wereld van leed die op Hem wacht en de handen naar Hem uitstrekt. Het is goed zo. Het kan op die manier. Daarvoor is Hij gekomen om tot een uiterste, om tot het ein 1 lief te hebben en te verlossen. Daa S leven wij van. Beroepingswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Oude Tonge R. E. Ki! te Putten. Aangenomen naar Benthuizen: d K. Exalto te Hasselt. GEREF. KERKEN (VRIJG.) Beroepen te Rotterdam C: A. Vf kind. te Rijswijk (ZH); te Heerd Wapenveld: P. H. van der Li kand. te Groningen. CHR. GEREF. KERKEN Beroepen: te Zierikzee: J. Planti 'te Dronten. Prof. Dr. H. Gollwitztr OVER DE ZIN VAN HET LEVEN LJc 184 bit., 22,50 Va Een venqkend boek dal laai zien hoe do Dgbei fjn boodschap de kernvragen van hel leven raa „Wie hel doorgenomen hee" Q^j] boekennieuw Dr. Rudolf Boon ONTMOETING MET ISRAÉL 200 blz., geb. 27,75 Hel volk van de Thora „DM boek zouden 4 dominees moeten lezen' En allen die zich wh verdiepen in Israels gedachlenwereldald' Evangelie en Israel. Prol. Dr. J. Verkuyl INLEIDING IN DE NIEUWERE ZENDINGSWETB 572 blz gab. 69.' Prol Verkuyl was de aangewezen man vc schrqven van dit magistrale slandaardwe beoogt een gedateerde inleiding m do m zendingswetenschap Ie zijn Prol. Dr. A. J. Rasker DE NEDERLANDSE HERVORMDE KERK V 1795 456 blz., geb. 51,90 Haar geschiedenis en theologie in hende een twintigste eeuw. Het is goed lui naar onze geestelijke voorouders, omdat ort overleggingen en beslissingen in verandeVaJl omstandigheden een voortzetting zqn van t» tv*t Kalk» h,in diVI CNV-bonden zijn belangen-organi- saties van werknemers. Ook nu Nederland sleutelt aan z'n economie. Wat doen we: regering en werkgevers extra in de tang nemen en harde noten kraken of ...juist: gemotiveerd meebouwen aan werkgelegenheid en welvaart voor allen. Uw idee - allicht! Sta sterk met't CNV' Bel 030-941041. Chr. Nationaal Vakverbond.Utrecht, Ravellaan I, Postbus 2475. ADVERTENTIE Dankzij Uw hulp konden wij, de Stichting Comité Hulp verlening ZUID-OOST-AZIE, helpen. Duizenden vluchtelingen uit Vietnam - Laos - Cam bodja in Thailand en Frankrijk kregen dankzij Uw giften nieuwe levenskansen, materiële en geestelijke hulp. Ze mochten horen van het verlossende Evangelie van onze Here Jezus. Maar De hulp moet doorgaan, elke dag. De mensen die in de vluchtelingenkampen wonen, mogen we niet in de steek laten. De honderden ontheemden, die dagelijks Thailand binnenkomen evenmin. Vietnamezen, Laotianen en Cambodjanen, ze blijven nog steeds komen, op de vlucht voor het keiharde communisme dat geen mededogen kent. Stort Uw gift vandaag nog op gironummer 29.14.600 t.n.v. STICHTING COMITÉ HULPVERLE NING ZUID-OOST-AZIE, Postbus 15Z7, Groningen. an iRNl An en I esse; ;nde jna 2 iekwi orven .stem ankzi ■erst i keld ur: tn 3ge eft s plafi

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 2