Iets heel bijzonders uit Groningen De lijdende mens en ons dienstbetoon Een heel verschil met tien jaar terug VANDAAG door prot. dr. J. W. Schutte Nordholt Wij leven in een land dat zoals dat tegen woordig heet bol staat van de theologen, dogmatici, de ethici, de dlepdenkers. de gedegenen, de horizontaiisten en de *rtica- Iisten In een blad als Trouw kan mer. «Is men niet de moed heelt tegen de onafgebro ken stroom van hun publlkaties op te zwem men toch heel redelijk op de hoogte blijven van hun wel en wee over en weer. alleen al een reden om deze krant te lezen. Maar hoeveel is er nu in ai die theologie, al die boeken, al die bladen te vinden over wat toch één van de meest essentléle uitingen is van het christelijk geloof, het christelijk vergaderen ook, namelijk het zingen! Frisla non cantat, Hoilandia non cantat. In elk geval; het theologische Nederland zingt niet. Het redeneert en twist en beschouwt zulke zaken als lied en beeld eigenlijk als vriendelijke ontspanningen, waar men hoogstens op moet letten om ze vooral bin nen de perken van de eige dogmatiek te houden. Er zijn natuurlijk een Van der Leeuw, een Mikot lik. en nog een paar, maar gemiddeld worci; de gedachte dat de essentie pas in de ex pressie bestaat, en de waarheid in woord n. <>n de mens in zijn verbeelding, en dat dat de glorie van het mens-zijn is. als een ketterij of dweperij afgedaan. Wij leven in een land van ideeën, niet van beelden. Zeldzaam,, id Deze boutade komt mij uit de pen nu ik mag schrijven over een hymnologisch boek. Dat is namelijk, lieve lezers, in ons vaderland een geweldige zeldzaamheid. Ik ben niet zo dol op de statistiek, maar lk neem aan dat er tegenover elk boek over de liederen der kerk honderd verschijnen over de dogmatiek of. tegenwoordig, over de sociale opdracht. Boeken over liederen zijn daarom iets heel bijzonders En nu bedoel lk zeker niet de dwaze publlkaties over het wel of niet geoor loofd zijn van het zingen van gezangen, of Tulke zaken, want dat gaat dus ook nog altijd niet over liederen. Nee. boeken bedoel ik, die iets vertellen over de gezangen zelf. over hun dichters, hun componisten, hun gebruik, hun herkomst en zo meer. Er is zelfs in Nederland nauwelijks een theologische faculteit waar men werkelijk aandacht be steedt aan deze dingen Elke faculteit heeft zijn dogmatici en ethici, maar er is maar één plaats met een hele hymnoloog. en God geve dat zijn standplaats bewaard blijft als hij zou aftreden Bundel Maar wat helpt het te klagen, wij zijn nu eenmaal een volk van theologen, niet van dichters. Laat ik tot de zaak komen waarover lk het heb ben zou. De theolo gische faculteit van Groningen heeft een instituut voor litur giewetenschap en daar wordt de ex pressie van de kerk. de kerkbouw, de li turgie. de hymnolo gie met mthou- me toewij dend. Dat ilteit, en „•.•.St .an de gro te Gerarcus van der Leeuw zal zeker over haar waken. Dat kan niet anders1 Dat instituut heeft het nu gewaagd een bundel studies over het kerklied te laten verschijnen, onder de titel ..Het lied en de kerk. hymnologi- sche opstellen". Het is een zeer boei end, zij het ook zeer bont boek gewor den. Het bevat, om u een idee te geven, de volgende hoofdstuk ken. Het opent met een studie van drs. A. Sturm over een aantal psalmen en hun berijming van Datheen af tot onze nieuwe versie toe. Dan volgt er een essay van dr Jan Wit over Luthers eerste lied. dat hij schreef ter ere van de eerste martelaren van de Reformatie in de Neder landen, de Augustijner monniken Hendrik Voes en Jan van Essen. Dat is een kort maar interessant stuk, alleen al omdat het de mooie moderne vertaling van het lied door ds C M de Vries uit Genève toegankelijk maakt. Zwingli Van veel betekenis is het lange en gedegen opstel van Ad den Besten over de strijd om het kerklied bij Zwingli en zijn geestverwan ten. Daar in Zürich is in de zestiende eeuw in' het geding geweest wat altijd weer in het geding is als wij zingen; wat bete kent het geestelijk lied? Hoe kan de kunst God dienen? Waar ligt de grens tussen emotionele opwinding en dorre dogmatiek, tussen zinnelijkheid en ver geestelijking? Zwingli's afwijzen van alle muziek en zang in de kerk wordt door de schrij ver interessant be licht als een gevolg van deels zijn huma nistische, neo-plato- nische opleiding, deels zijn slechte ge weten. want hij was zelf zeer muzikaal begaafd. Vervolgens wordt verteld hoe la ter door het werk van mannen als de gebroeders Haurer en Thomas Zwich het lied toch een plaats kreeg in de Zwingliaanse ge meenten. een grote plaats zelfs, volgens wat mijn leermees ter Jan Romein de dialectiek van de vooruitgang noemde. Een volgend opstel, van drs. H. C. Ende- dijk, bespreekt grondig en goed een aantal in het lied boek voorkomende vertalingen van Ger hard Tersteegen. Dan komt een inte ressant, zij het wat brokkelig geschreven stuk van drs. A. Ypma over het lied bij de Afgescheidenen. Dat was dan natuurlijk in gemeenten alleen het psalmboek, maar het interessante ver schijnsel. later zo kenmerkend voor het ge reformeerde leven, deed zich daar al duide lijk voor, namelijk dat men in de particulie re kring de verschraling van het theologi sche leven compenseerde met zeer piëtisti sche en sentimentele liederen. Groenewe- gen's Lofzangen Israels (1751) waren zeer populair, maar sommige algeschelden her ders waagden zich ook zei1 aan geestelijke liederen, zoals ds Ledeboer, die de gezangen bundel van de hervormde kerk in zijn tuin in Benthuizen plechtig begroef, en zelf gezan gen maakte van een haast perverse sensuali teit, waarvan enkele voorbeelden zijn gegeven. Vluchtheuvelzangen Hoeveel aantrekkelijker dan de wat be nauwde en twistzieke geest van deze afge scheidenen is die van de Vluchtheuvelzan gen van Ds. Plerson, waarover het volgendè opstel, van de hand van drs. A. Le Cocq handelt. Pierson leefde en werkte vanuit een persoonlijke relatie tot Christus, zette zich af tegen zowel een dorre orthodoxie als een oppervlakkige vrijzinnigheid, en schreef lie deren die in hun oorspronkelijkheid zeer aantrekkelijk zijn. Ze zijn hier heel aardig beschreven. Er is voorts nog een opstel van dr A. C. Honders over de zeldzame Nederlandse hymnoloog uit de 19e eeuw. Roelof Bennink Janssonius, en ten slotte geeft ds B. Smilde. de enige man die in ons nieuwe liedboek zowel als dichter en als componist voor komt. een verslag van het werk aan het Friese Liedboek, dat hij met een aantal geestverwante vrienden heeft gemaakt, met grote toewijding en enthousiasme. Het re sultaat van dat werk moet hier in Trouw wel besproken worden; mij als niet-Fries ont gaan zelfs de citaten in Smilde's opstel. In elk geval begrijp ik er uit dat Frisia cantat. En wat zit ik ook te mopperen, de oplage van het liedboek overtreft die van alle theo logische tractaten! En dft mooie boek van het Groningse Instituut bewijst dat er nieu we aandacht en interesse is voor het lied in de kerk. Moge het zo voortgaan, steeds minder theologische twisten, steeds meer liederen, steeds meer hymnologie. Want de Heilige troont op de lofzangen Israëls en niet op hun redeneringen. En in de hemel wordt er niet meer gepreekt en betoogd maar alleen maar gezongen, lezen wij in de bijbel. ,,Het lied en de kerk, een bundel hym- nologische opstellen" studies van het Instituut voor Liturgiewetenschap nr. 3. Redactie: dr A. C. Honders, dr R. Steensma, dr J. Wit; 342 blz. prijs 35 gulden (plus verzendkosten). Besteladres: Instituut voor Liturgiewe tenschap, Nieuwe Kijk in 't Jatstraat' 104, Groningen. De afbeelding van zin gende kerkgangers is van de lSe-eeuw- er S. H. Grimm. door dr C. Rijnsdorp De gebroeders Verkuyl, Arie en Johan, de arts en de zen dingshoogleraar. hebben sa men een boekje geschreven over de lijdende mens en ons dienstbetoon. De hoofdtitel luidt: Lijden en begeleiden (ultg Kok, Kampen. 79 blz., 10,90). Het zijn oorspronke lijke lezingen geweest voor de Protestants Christelijke Art sen Organisatie Bij lijden voelt de mens zich als geheel betrokken; lijden heeft een totalitair karakter. Het leven kan erdoor ineenschrompelen Het be strijden van de pijn levert veel te leurstelling op en ondertussen wordt de betrekking tussen de pijn- lijder en zijn omgeving ernstig be moeilijkt. Het is al heel wat, als de man of vrouw die enkel pijn is, kan worden tot een mens die pijn heeft Pijn is een teer punt. en welk deel van de pijn is echt en welk deel psychisch9 Hoe meer de mens zich enkeling voelt, des te vatbaarder is hij voor pijn Maar ook: naarmate de wereld voller wordt en men meer weet heeft van eikaars leed. wordt de kans op lijden groter. Onbe doeld voegt zelfs de moderne ge neeskunde lijden toe aan de mens heid, omdat ze pijn, ziekte en dood in technische problemen wil om zetten. Schijnievend De mens kan schijndood zijn, maar ook schijnievend, namelijk wan neer iedereen op hem uitgekeken is en hem kwijt wil. De zieke wordt dan een soort bedrijfsstoornis. Overigens kan het rekken van het leven koste wat kost tot wreedheid worden Maar het is gewoon niet waar, dat lijden nooit zin heeft. Wie nooit geleden heeft, wat wéét hij eigenlijk9 Tot zover de arts De theoloog spreekt over de oecumene van het lijden. Het Hindoeïsme ziet het lij den veroorzaakt door bepaalde fou ten in het verleden. Leg Je neer bij de feiten, zonder haast, zonder ra deloosheid. zonder wanhoop. Het Boeddhisme zoekt opheffing van het lijden in de prijsgave van alle begeerte; geen verlossing maar op-lossing. De Islam, het Joden dom en het Christendom daarente gen leggen sterke nadruk op de werkelijkheid van leed en ellende. Dr. A. Verkuyl (links) en prof. dr. J. Verkuyl Ondertussen verliezen de gods diensten aan invloed en geraken we meer en meer in de macht van ideologieën. Dit gaat gepaard met een verlies aan diepgang; de socia le. economische en politieke noden raken het diepste in de mens niet. Gelukkig treedt binnen de christe lijke oecumene de bezinning op het lijden met nieuwe kracht naar vo ren Dit geldt vooral voor Latijns Amerika en Azië. De goede schepping is een bitter raadsel Van het begin af roept de schepping om herschepping. In de Psalmen en Job is de schepping Slachtoffpr een worsteling van God met de chaos door de 3chepper-Geest. Noordmans zei: scheppen is schei den, een uiteenwerpen van het oor spronkelijk materiaal in de lange geschiedenis van schepping naar herschepping. Zonde is niet het eni ge en alomvattende verklarings principe van alle ellende. Dit alles neemt evenwel de mense lijke schuld niet weg, evenmin als Gods oordeel en gericht daarover. De profeet Amos ziet zelfs bepaal de natuurrampen als gerichten van Godswege. Er is onverklaarbaar en onbegrijpelijk leed en het typeren de van Israël is, dat het daarover met God twist. „Om zo te twisten moet je God wel zeer liefhebben", zei een rabbijn. In wat ons krankzinnig lijkt in het lijden, kan diepe wijsheid verbor gen liggen en zeker is dat we meer hebben aan problemen dan aan goedkope oplossingen. In onbegre pen lijden kan een reden verborgen zijn, die alleen aan God bekend is. De ranken moeten worden ge snoeid en het ergste dat God een mens kan aandoen is hem altijd voorspoed geven. Niet wat je lijdt is het belangrijkste, maar wat dat lij den aan je doet. Jezus was ook het slachtoffer van wat mensen en samenlevingen hem aandeden. Hij paste niet in de structuren van de samenleving: niet in de status quo en niet bij de revolutie. Aan het kruis zijn alle Wegen opengebroken en gebarrica deerd. In het duister van de verla ting is Jezus eenzaam zoals nog nooit iemand eenzaam is geweest. Maar zo heeft Hij een vrede-basis, een vredessfeer geschapen tussen God en mensen. Oorlogen zijn explosies van mense lijke schuld, die leiden tot ver schrikkelijke ontwrichting op alle gebied. Revoluties en burgeroorlo gen zijn symptomen van het gemis aan bereidheid om met elkander samen te leven in gerechtigheid en vrede. Er is geen deel hebben aan Christus zonder dat men deel heeft aan zijn strijden en lijden. Tot zover de theoloog. Het boekje is er een voorbeeld van. dat men pretentieloos van een levenslange ervaring uit belangrijke dingen kan zeggen. Dat men over het lijden kan nadenken, spreken, schrijven, discussiëren, twisten, desnoods met God zelf. bewijst dat in deze bedeling het lijden niet volstrekt is. Pastoraal gesproken is de stomme smart het ergste, want ze onttrekt zich aan de waarneming. Laten we nooit vergeten bij het waarneem bare leed het verborgen verdriet op te tellen. door A. J. Klei Gedekt door de duisternis en de mist slopen zij die vroege winter ochtend onder de struiken van daan in de richting van het ge bouw. waar de niets vermoedende gereformeerde synode zojuist een nieuwe zittingsdag was begon nen In deze trant kun je schrij ven over de bezigheden van wijlen de actiegroep „Synoodkreet". wel ke zich t<n doel had gesteld de generale synode der gereformeerde kerken hinderlijk te volgen en in het prille begin van het jaar 1968 aan dit opmerkelijke streven ge stalte gaf. door gewapend met de monstratieborden de vergaderzaal van het hoogeerwaarde college bin nen te marcheren Dat waren zo de manieren in de woelige jaren zpstig. maar tot veler opluchting behoren deze tot het verleden en wij zien dan ook dat gereformeerde jonge ren. die zich anno 1977 opmaken om zich met de gereformeerde sy node bezig te houden, daarvoor niet de straat op gaan met span doeken. doch zich naar een catechi- satielokaal (of een ruimte van gelij ke strekking) begeven met synoda le stukken onder de arm Indertijd vertelde Rob Rutgers mij in café Keyzer naast het Concertge bouw in Amsterdam over de oog merken van ..Synoodkreet"' en nu. tien jaar later, zit lk In dit lokaal met Dick van Elk. die aan de wieg heeft gestaan van de op I oktober beginnende gereformeerde Jonge- rensynode Omdat lk Iemand ben van in het oude spoor vooruit, had ik mijn conversatie met de heer Van Elk graag gevoerd aan hetzelf de tafeltje ais waaraan ik tien jaar geleden met de heer Rutgers zat, maar dit is me helaas niet gelukt Over Rob Rutgers gesproken, deze is toch nog netjes terecht gekomen Hij werd advocaat en ik zie hem wel eens met zijn gezin in de Kei- zersgrachtkerk Maar nu Dick van Elk. Hij is 32 jaar, woont te Haastrecht en om aan de kost te komen, rommelt hij naar eigen zeggen wat in compu ters. Hij draagt een smetteloos zo- merkostuum. dus t zal wel een fatsoenlijke broodwinning zijn. Be langrijker voor dit moment is ech ter. dat Dick van Elk lid van de gereformeerde synode is geweest en deswege met kennis van zaken kon spreken met een aantal Zuid hollandse jongeren, die tevergeefs geprobeerd hadden, één van hen ais synodelid verkozen te krijgen. Hij had in onze krant over deze zaak gelezen en ging er toen achter heen. Waarom? Dick van Elk vertelt dat hij het jammer zou vinden wanneer het enthousiasme van die jongelui zou verwateren Ze wilden meedraaien en nou kon het niet. Om te begin nen heeft hij hen getroost met de opmerking dat het mislukken van hun plan nu ook weer niet zo'n ramp was. omdat Je van één jonge re. of desnoods een paar. in de synode geen wonderen kunt ver wachten. Voorts dacht hij dat er wel een andere weg moest zijn om tot het synodaal bedrijf door te dringen. Zoals gezegd, vliegen we niet meer met leuzen beladen de barricaden op, en aldus is het ge schied dat uit vele overleggingen het denkbeeld van een jongerensy- node is geboren Om zo'n synode overeind te krij gen. is de volgende werkwijze toe gepast De gereformeerde kerken tellen veertien zogenaamde parti culiere synodes, die elk een provin cie of een deel van een grote provin cie beslaan. Binnen het gebied van iedere particuliere synode is (of wordt nog) een werkgroep van jon geren gevormd. Dit levert veertien werkgroepen op. die stuk voor stuk één lid mogen leveren voor de jon- gerensynode Daartoe dient elke groep met drie kandidaten te ko men, waaruit er dan via een door het instituut voor praktische theo logie van de Vrije Universiteit op gesteld vragenlijstje één aangewe zen wordt. Die éne behoeft niet degene te zijn, die de belijdenisge schriften het meest hartelijk om helst, deze methode is gekozen om te voorkomen dat de jongerensyno- de straks uit louter aanhangers van Youth for Christ of alleen maar uit wereldwinkeliers zou bestaan. Er wordt gemikt op een zo veelzijdig mogelijke samenstelling en als het aan Dick van Elk ligt, loopt de lijn van randkerkelijk tot verontrust De jongerensynode (veertien jonge ren dus, plus een paar adviseurs en een vertegenwoordiger van de ge nerale synode) zal telkens twee da gen vóór een zittingsweek van de gewone synode vergaderen. Op 10 oktober begint de eersfe zittings week van de nieuwe generale syno de Welnu, zaterdag 8 en zondag 9 oktober is de jongerensynode dan bijeen om de stukken te bespreken, welke op de „echte" synode aan de orde komen Het is niet zo. dat er wat in 't wilde weg over gezwetst wordt, de zaak is voorbereid in de werkgroepen en de afgevaardigden komen met een in hun werkgroep voorbereid verhaal. De jongerensy node legt haar bevindingen neer in rapporten en die neemt dan de sy nodale vertegenwoordiger mee naar Lunteren. het vergaderoord van de generale synode. Een ver rukkelijke bijkomstigheid is dat de jongeren telkens in het ressort van een andere particuliere synode sa menkomt. net zoals de generale sy node dat deed alvorens weg te krui pen in een gerieflijk congresoord in een bos. Zo zien we maar weer. dat alles terugkomt, er is niets aan te doen Maar hoe mooi het ook wezen moge. dat jonge hoofden zich bui gen over synodale stukken en dat zij dit voor de eerste maai zullen doen in Dordrecht, de stad der ge reformeerde vaderen (mooier kan het haast niet). hoe mooi dit alles ook is. de vraag blijft; wat haalt het uit? Maar eerst vraag ik aan Dick van Elk wat die jongelui eigenlijk van een synode verwachten? Ik zou namelijk niet weten, wat en ik draaf door: dat een synode niets anders hoeft te doen dan de huisre gels van een kerkgemeenschap op stellen en dat ik me niet door een synode laat vertellen hoe ik me moet gedragen Dick van Elk antwoordt, dat een synode het beleid van een kerk bepaalt en dat dit vandaag niet meer bekeken kan zijn met gefrun- nik aan kerkorde-artikelen. Of je het nu leuk vindt of niet, gaat hij voort, een synode is het gezicht van de kerk. Zo ervaren de jongeren die meedoen, het ook en ze zijn er, ieder op eigen manier, zó bij be trokken dat ze mee willen doen als de kerk om zo te zeggen een gezicht trekt. Kijkt de kerk te somber? Te eenzijdig naar boven of naar bin nen? Te zelfgenoe^aam of alleen maar naar buiten? Daar hebben ze een oordeel over en dat willen ze te bevoegder plekke kwijt En wat het uithaalt? Dat is nu. nu 't allemaal nog beginnen moet. niet te zeggen Dick van Elk hoopt vurig, dat het niet bekeken zal zijn met wat vrij blijvende waardering vanuit Lun teren. Hoe dan ook, de inschake ling van de werkgroepen brengt mee dat ruim driehonderd gerefor meerde jongeren synodale rappor ten gaan bestuderen. Niet alle, ze zullen zich bijvoorbeeld niet stor ten op verhandelingen over de toe passing van financiële regels voor geëraeriteerde dominees, maar wel de rapporten van grote deputaat- schappen: zending, evangelisatie, industriepastoraat. recreatie Dan zullen ze zien. wat een berg werk hun kerk verzet en wat een grote hoeveelheid mogelijkheden er is om ergens in te springen Dit alleen ai. betoogt Dick van Elk. is een resultaat van jewelste En 't verschil met tien jaar terug dat hij graag onderstreept is, dat een groep jongeren hier öngepolarieerd aan de gang gaat alleen Hij maakte zich van hen los en ging de berg op om te bidden. En toen de avond op het meer gevallen was bevond het schip zich middenop en Hij was alleen op het land. (Markus 6.45 tot 47) Een eenvoudige positiebeschrijving Jezus wil duidelijk alleen zijn, laat de discipelen voor zich uitvaren en gaat dan ergens aan land, de berg op. om te bidden. We kennen Jezus telkens opnieuw tussen de mensen. Een mens. zozeer betrokken op zijn medemensen, dat we even moeite hebben. Toch Is hij ook daarin juist mens, dat hij de eenzaamheid nodig heeft. Je kunt nog zo goed met de mensen zijn. je bij ze thuisvoelen en ook weten dat je daar hoort, en dan nog is daar die behoefte om even op een afstand te verkeren. De ene mens gaat niet op in de gemeenschap. Waar dat gebeurt is er ook geen gemeenschap, maar massa. Die ene mens die ieder is moet vooral ook die ene unieke, om zo te zeggen onvervangbare mens blijven. Maar ook God gaat niet in de gemeenschap op. We kunnen er oog voor hebben gekregen dat wij God mogen ontmoeten. We kunnen er oog voor hebben gekregen dat wij God mogen ontmoeten in de medemens ik denk aan het verhaal van Mattheus 25; watje aan b.v. gevangenen gedaan hebt. heb je Mij gedaan! en dan nog gaat God niet op in de mensen. Hij staat ook apart. Hij is als God minstens zo uniek als wij mensen stuk voor stuk uniek zijn. Dat is hier aan de orde Daarom laat Jezus de discipelen voor zich uitvaren en gaat Hij alleen aan land. Om te bidden. Om ook op die manier gemeenschap met God te hebben. Iets onmisbaars voor een mens ADVERTENTIE toelichtingen - woordenlijst - register - kaarten Formaat: 11 18 cm. Prijs: f18,50 (exclusief verzendkos ten). Het nieuwe testament in omgangstaal voorzien van: - "vele foto's in kleur - kaarten - plattegronden - achtergrondinformatie - duidelijke letter Ook verkrijgbaar bh *e boekhandel Nederlands Bijbelgenootschap Postbus 620. Haarlem. Tel. 023-259501 \f»ef IB boekennieuws Dezer degen verschenen: Or. Allan Boesak AFSCHEID VAN OE ONSCHULD 156 blz f18 90 Een sociaal-ethische studie over zwarte theologie en zwarte macht. Oo indringende wijze wordt inzicht oeoeven in de zwarte bcvrijdrngstheo logie en haar gevolgen voor de verhouding tussen blanken en zwarten Dr. R. Kranenborg TRANSCENDENTE MEDITATIE 132 blz.. f 14.90 Verlangen naar zinvol leven en religie Een uitstekend boek dat op heldere wijze informatie geeft ovet TM Od zowel wetenschappelijke als bubelse gtonden neemt de auteur uiteindelijk afstond van deze beweging. Da. A.Th. Rothfuaz (eindredactie) DAGBOEK BIJ HET LIEDBOEK 416 blz geill. geb. f39.50 Oit unieke dagboek volgt de gang van het kerkelijk jaar. De dagelijkse meditatie is geschreven aan dc hand van een Psalm ol Gezang. Medewerkers zijn: Os BJ Aalben. Or C P van Andel Azn Pro!. Or J.P Boendermaker. Wim Ramaker e.a. Dr. Erril ven der Velde REDE EN VREDE 32 blz.. f9.90 Over wi/sbegeerte en openbaring. Enkele onderling samenhangende ge zichtspunten over de vraag wat wesbe geerte is en welke functie zij kan hebben ten oozichtc van de theologie (Serie Kamper Cahiers1 Verkrijgbaar in de boekhandel KOK KAMPEN Onze adressen: AMSTERDAM: Postbus 659 Wibautstraat 131 Tet. 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM/DORDRECHT: Postbus 948 Westblaak 9. Rotterdam Tel. 010-115588 DEN HAAG/LEIDEN: Postbus 101 Parkstraat 22. Den Haag Tel. 070-469445 ZWOLLE/GRONINGEN: Postbus 3 Melkmarkt 56. Zwolle Tel. 05200-17030

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 2