Wiecher Lever maakt de knipkunst weer populair Deftig UW PROBLEEM 00K HET ONZE „Heel vroeger had moeders keukenschaar al grote aantrekkingskracht" Nat Oostenrijk V A MAANDAG 1 AUGUSTUS 1977 VARIA Trouw/Kwartet P 6RH7 door Fred Lammers WESTERBORK Het is enige tientallen jaren geleden dat mijn grootmoeder voor mij uit oude kranten poppetjes knip te: boertjes en boerinnetjes, die elkaar stevig bij de hand hiel den in een vrolijke rondedans. Hoe zij het klaarspeelde in een handomdraai al die verschil lende poppetjes te maken weet ik niet, maar ik vond het heel knap. Het was steeds weer een attractie. Aan mijn poppetjes knippende oma moest ik denken toen ik vorige week in het Drentse Westerbork Wiecher Tjeerd Lever deze kunst zag beoefe nen. Wiecher, de 59-jarige turfschip- perszoon uit het Groningse Munten dam, laat het niet bij het knippen van poppetjes. De knipsels die hij vnrvaardigt zijn zo mooi dat je ze zo aan de wand zou hangen, en dat gebeurt dan ook. In een boerderijtje aan het Burgemeester Gualtherie van Wezelplein, waar sinds 1965 het door hem gestichte Nederlands mu seum van Knipkunst is gevestigd, heeft Wiecher er een groot aantal geëxposeerd. Dagelijks komen velen er een kijkje nemen, Wiechers bezig-zijn met schaar en papier bewonderen en tus sen de bedrijven door luisteren naar de uitleg die hij geeft. Een van de attracties voor de bezoekers is k rai- son van een rijksdaalder hun portret in silhouet te laten knippen. Wiecher heeft dat evenals zijn collega's op de Parijse Place du Tertie in een paar minuten voor elkaar. Er<züllen wei nig Nederlanders zijn. die-nog nooit een werkstuk van. Wiecher Lever on der ogen hebben gekregen, want via prentbriefkaarten en de laatste tijd ook op ondertrouw- en geboorteaan kondigingen worden ze in grote hoe veelheden verspreid. Alleen op prentbriefkaarten worden jaarlijks al zo'n half miljoen Lever-knipsels in gedrukte vorm in omloop gebracht. Levend vak Wiecher verdient er een goede boter ham mee. Maar belangrijker is voor hem het plezier dat het beoefenen van de knipkunst geeft. „Het is een levend vak en daardoor kun je rustig meer uren maken dan mensen in veel andere beroepen. Soms ben ik zo druk bezig, dat ik vergeet te eten," zegt Wiecher, terwijl weer een aantal bezoekers in zijn museum arriveert, dit keer mensen in invalidewagen tjes die door hun begeleiders over de drempel worden geholpen. Dat knip pen leerde Wiecher als kind „al spe lende" haar hij me vertelt. „Als kleu- daar maak ik knipsels over. Als mensen een beetje minachtend over mijn werk doen, denk ik bij mezelf: kletsen Jullie maar. Zo lang er bij mij jaarlijks nog zo'n 25.000 mensen komen kijken, ik in alle delen van het land word gevraagd lezingen te houden en demonstraties te geven, maak Uc me geen zorgen. Voor mij hoeft die abstracte kunst niet. Veel wat als kunst wordt aangekondigd is een vlucht in het abstracte, omdat men de macht over het gereedschap niet heeft. Kunst is een ambacht met een vleugje originaliteit. Als je het ambacht niet meester bent, kun je je originaliteit niet kwijt." Ook voor de overheid was het lange tijd de vraag of het kunst is wat Wiecher Lever maakt. „Jarenlang vond men van niet en moest ik het volle tarief voor de omzetbelasting betalen in plaats van het verlaagde kunstenaarstarief. Maar ik ben een doordrammer, een echte Groninger. Als ze me dwars zitten ga ik er tegenin. Ik heb het voor de rechter gegooid en twee jaar geleden heeft de rechtbank in Arnhem me in het gelijk gesteld. Waarschijnlijk ben ik nu de enige kunstenaar in Neder land met een gerechtelijke uit spraak waarin staat dat hetgeen hij maakt echt kunst is." Lastig WIECHER LEVER oefenen en nog eens oefenen ter had moeders keukenschaar al grote aantrekkingskracht op mij. Nadat ik als schooljongen bij mijn tante Neeltje in Veendam, waar ik vaak logeerde als mijn ouders met ons turfschip de „Nooit Voldaan" op reis moesten, in een bijbeltje een knipprentje had ontdekt, kreeg ik er helemaal de smaak van te pakken. Sindsdien knipte ik in alle papieren die ik maar te pakken kan krijgen vooral in de blauwe en rode die bij de veiling in Sappemeer werden ge bruikt om er druiven en tomaten in te verpakken. Thuis vonden ze het maar een vreemde liefhebberij. In de familie kreeg ik al gauw de bijnaam „Knip verkeer". Ik bleef knippen ook nadat ik vader als turfschipper moest gaan helpen. Dat werd geen succes. Toen ik op mijn 21e de boot vaarwel zei om vertegenwoordiger te worden in drogisterijartikelen (later werd Wiecher Lever nog enige tijd artsenbezoeker) zag vader mijn toe komst somber in. „Het gaat nooit goed met hem, hij wil niet met zijn handen werken," zei hij tegen goede vrienden." Wiecher moet daar nu vaak om glimlachen als al knippen de met chrirugenschaartje in zijn handen een nieuw kunstwerkje ont staat. Volkskunst In 1947 ging Wiecher Lever demon straties geven in het Nederlands Openluchtmuseum in Arnhem en zo werd dat knippen langzamerhand een volwaardig beroep, al dacht niet iedereen daar zo over." Nog steeds zijn er mensen die mij niet helemaal serieus nemen. In sommige kringen word ik als autodidact nog niet ge accepteerd. In hun ogen ben ik een aardige knutselaar, een volkskun stenaar. Nou, zo mogen ze me best aanduiden. Ik wil volkskunst maken op eigentijdse manier. Ik heb geen scholing gehad en ook geen ver stand van anatomie, maar ik heb mijn ogen leren gebruiken. Ik weet hoe de natuur er uitziet. Ik ken de wereld waarin ik ben opgegroeid en Enige werkstukken van Wiecher Lever Wiecher Lever is geen gemakkelijk heerschap. „Mijn eerste baas zei al tegen me dat ik een lastig karakter had, maar ik mocht toch blijven omdat hij niemand anders kon krijgen." In zijn museum bewaart Wiecher een knipsel van zijn eerste baas met het opschrift: „Hij telt, die telt, want geld, dat geldt en goed maakt goed 't gemeenst gemoed". Het is maar goed dat de betrokkene het niet zelf onder ogen heeft gekregen want dan zou Wiecher er beslist meteen uitge vlogen zijn. Wiecher speelt behalve met schaar en papier graag met woorden. De gereformeerde kerkeraad in Wester bork heeft dat een poosje geleden ook gemerkt., Toen Wiecher met deze instantie in de clinch lag kre gen de kerkeraadsleden het volgen de gedicht in de brievenbus. „Ze zitten in het gelid. Ze denken in het gelid. Zijn het pionnen in dominees hand of schuiven zij de predikant? Je hebt op hen geen zicht. Het ven ster zit potdicht." Het werd de ma ker niet in dank afgenomen. In zijn museum is Wiecher echter een ge moedelijke man die vol grapjes zit en degenen die een beetje onwennig hun portret laten knippen meteen op hun gemak weet te stellen. „Ik probeer bij dat knippen van portretten zo natuurgetrouw moge lijk te zijn. Sommige dingen bena druk ik, vooral de mond is heel be langrijk." De knipkunst is al oud. In Neder land beleefde zij een glorietijd in de gouden eeuw. Ook in de achttiende eeuw werd er veel geknipt. „Jan en alleman knipte toen. Het was net zo in trek als het vergulden, waarover in de Camera Obscura wordt ge schreven! 's Avonds, gezellig geze ten rondom het knappende haard vuur, ging men knippen. Iemand die de kunst daarvan verstond was een geziene persoonlijkheid in de hele familie," vertelt Wiecher. Als mensen Wiecher Lever vragen hoe ze dat knippen kunnen leren is zijn antwoord: „Neem een huishoud- schaar en een vel schrijfmachinepa pier een kladblokvelletje mag ook en ga gewoon beginnen." Al heeft Wiecher voor geïnteresseerden een handleiding geschreven 'Op nieuwe wijs, naar oude trant' die al aan de zevende druk toe is, toch is zijn advies: „Je moet niet teveel theorie lezen. De praktijk moet het doen. Je moet oefenen en nog eens oefenen. Zo heb ik het ook geleerd." door Mink van Rijsdijk Lina zat in dc keuken en wachtte tot ze binnen mocht komen voor het bijbellezen en dankgebed. Dat vond ze niet ongewoon of vernederend, zo waren de verhoudingen nu eenmaal geregeld in de dertiger jaren. Wat ze wel vervelend vond was dat ze nog niet met de vaat mocht beginnen. Ze had het stukje pudding al op en de familie in de eetkamer deed daar altijd erg lang over. Graag zou ze vast het zilver en glaswerk gaan afwassen, maar dat wilde mevrouw niet. „Je moet leren rustig te eten en niet zo te schrokken," had ze gezegd. Maar als Lina klaar was, leek het wachten zo zinloos. Ze legde de verschillende droogdoeken toch maar vast in de goede volgorde. Onzin eigenlijk, waarom konden de borden niet met dezelfde doek gedroogd worden als de glazen? Daar hoorde ze de bel, ze nam haar stoel mee en verhuisde naar de eetkamer. Wat praatte meneer toch deftig. Morgen bij vader en moeder thuis kon ze veel beter luisteren. Ze durfde het tegen niemand te zeggen, maar als meneer over God las, leek het net of hij gat zei. Dat deftige praten was vooral in het begin dat ze in Den Haag diende erg moeilijk geweest. Werken zoals mevrouw het graag wilde, daar had ze wel gevoel voor gehad, vooral als het even werd voor gedaan. Als er mondelinge opdrachten kwamen, ontstonden er nogal eens problemen. Soms verstond ze er niets van, trouwens dat was omgekeerd ook het geval. De kinderen plaagden haar en noemden haar boeretrien. Ach, ze wisten niet beter en echt gemeen waren ze nooit. Het plechtige amen van meneer deed haar schrikken. Ze had helemaal niet geluisterd, foei toch. Meestal bad meneer ook voor de nooddruftigen en dan probeerde ze heel sterk aan de arme mensen op haar dorp te denken.- Het had nog niet veel geholpen, ze bleven nooddruftig. Jammer. Wat zou het fijn zijn als er niet zoveel armoe was. Ze werkte zich toegewijd door de vaat heen. Morgen na dc koffiemaaltijd mocht ze naar huis. Koffiemaaltijd, gek woord, er kwam geen druppeltje koffie bij te pas, alleen chocolademelk en thee. Het was alweer drie maanden 1 geleden dat ze een zondag over bij haar vader en moeder was. Met een beetje geluk zou ze best de pont van vijf uur uit Gorcum kunnen halen. Dat had ze ook naar huis geschreven. Ze verlangde naar vader en moeder, dc broer tjes en haar eigen streektaal. Het meest verlangde ze er naar dat iedereen Hendrik zou zien. Haar Hendrik, met wie ze sinds twee maanden vaste verkering had. Ze zouden hem best aardig vinden. Alles liep gesmeerd de volgende dag. Stijf gearmd zat ze met Hendrik in de trein en vertelde hem over haar ouders en over opoe die ook in het kleine huisje woonde. Af en toe drukte Hendrik even haar arm extra tegen zich aan. Hij begreep haar wel en het deed goed nu eens wat langer de tijd te hebben om samen te praten. Vader stond bij dc aanlegplaats. Vreemd vond ze wel dat hij dc kruiwagen bij zich had. Gemakkelijk was dat wel. dan hoefde ze het rieten koffertje de hele weg niet te dragen. Een half uur moesten ze minstens lopen. De kruiwagen piepte vreselijk. Toen ze daar iets over opmerkte, zei haar vader verstrooid: „Ja ja." Verder werd er niet veel gepraat onderweg, dat kwam straks bij de koffie thuis wel. Toch leek alles een beetje anders dan ze verwacht had. Moeder deed lang niet zo uitgelaten bij dc begroeting als de vorige keer. Zelfs opoe leek veel minder blij dan normaal was. Om dc stemming een beetje gewoon te maken zei ze: ,,En dit is noir Hendrik hè over wie ik jullie geschreven heb." Toen begonnen vader en moeder te lachen op zo'n allergekste manier dal Lina zich geneerde. Wal was er om haar jongen te lachen? Waarom had ze zich eigenlijk zo verheugd om thuis te komen? „Meske, meskc." begon moeder tenslotte bestraffend, „waarom ben jij in Den Haag toch Zo deftig geworden? Je schreef dat je je galant mee zou nemen. Ik zei tegen vader: „wat is een galant? Nou, het zal best een zwaar ding wezen, neem de kruiwagen maar mee als je naar de pont gaat." Het ijs was gebroken. Hendrik voelde zich erg op zijn gemak en geen wonder. HET WEER door Hans de Jong Weerrapporten Wie vorige week vrijdag met de Bergland Expres is vertrokken, heeft in zijn vakantieoord een veel slechtere zondag meegemaakt dan hij of zij in zijn vaderland zou heb ben gehad. De vakantiegangers in Oosternrijk zaten gisteren de hele dag tegen een verstopte lucht aan te kijken waaruit het onophoudelijk regende. Om acht uur gisteravond was er in Innsbruck 32 mm en Salz burg 57 mm, gevallen in twaalf uur. Maar ook de vakantiegasten in Zwitserland zagen en hoorden het gieten: Zürich 31 mm, Bern 29 mm in zes uur tijds. Verder 23 mm in Udine (Noord-Italië) en 13 mm in Mulhouse, 6 mm in Straatsburg en 10 mm in Clermont-Ferrand. Ook in Zuid-Duitsland was het niet zo best met München op 33 mm water in twaalf uur. Tot in het zuiden van de DDR en in Zuid-Polen regende het. In Maagdenburg waar het zaterdag nog 27 graden werd, wees het kwik zondagmiddag maar 13 gradeh aan. Nu weet u zo ongeveer wat er in- Midden-Europa, in het Alpengebied, is voorgevallen. Om een zo goed mogelijk in- en overzicht te krijgen van dat lucht- drukkelijke gebeuren heb ik gister middag maar wat extra stationsge- gevens uit die regio's op de weer kaart geplot. Toen bleek dat het centrum van lagedruk om twee uur met 995 millibar halverwege tussen München en Wenen lag. Aan de oos telijke flank ervan werd hete lucht aangezogen (piek 36 graden in het Bulgaarse Roussé), die in de hogere lagen opliep tegen koelere lucht bo ven het continent. Dat gaf aanlei ding tot uitgebreide condensatie. Op circa vijfduizend meter hoogte bevond de depressiekern zich ten noorden van Udine, waar min acht tien graden werd gemeten tegenover min vijftien boven De Bilt en min negen boven Sardinië. droog 18 j cC^/ 19 Verder veel warmte in Midden- en Noord-Rusland met dertig graden aan de boorden van de Witte Zee maar ook plaatselijk daar een on weersbui van 25 tot 20 mm en lokale afkoeling tot negentien graden. Het weer in ons land was gisteren afgezien van een lokaal buitje wel droog maar toch veel minder fraai dan daags tevoren, toen Roosendaal nog juist een zomerse dag van 25 graden had binnengehaald. De waarnemer daar telde in juli over het geheel toch nog dertien van der gelijke dagen tegenover Gorredijk maar vier en Ten Post twee. Zelfs foerd het in het verre zuidwesten op één dag nog 30 gTaden. De gemiddel de temperatuur was daar over het etmaal 0,9 graad boven normaal bij wind overwegend uit noordwest tot noordoost. De neerslag in Roosen daal was 42 millimeter over juli. Ten Post 37, Gorredijk 53, Rozenburg 67 en Ede 76 millimeter. Waarnemer Henk Veldman uit Ten Post gaf nog enkele curieuze bijzonderheden door: het tijdvak juni/Juli was daar met 74 millimeter het droogste se dert 1949. Den Helder bleef nog la Amsterdam zwaar bew 17 De BUt zwaar bew. 18 Deelen zwaar bew. 18 Eelde zwaar bew 17 Eindhoven geheel bew. 18 Den Helder licht bew 17 Rotterdam licht bew 18 Twente zwaar bew. 17 Vhsaingen haJi bew 16 Zd Limburg half bew 18 Aberdeen geheel bew. 18 Berlijn zwaar bew. 19 Bordeaux onbewolkt 22 Brussel geheel bew. 17 Frankfort half bew 20 Genève geheel bew. IS Kopenhagen zwaar bew. 14 Lissabon onbewolkt 29 Locamo zwaar bew 18 Londen zwaar bew. 19 Luxemburg Malaga licht bew 17 onbewolkt 25 München regen 15 Oslo half bew 22 Parijs zwaar bew 19 Rome half bew 25 Spilt licht bew. 30 Stockholm licht bew 22 Wenen zwaar bew. 22 Zürich geheel bew. 16 Casablanca onbewolkt 24 Tunis licht bew. 29 ger met 54, Zuid-Limburg kwam veel hoger met 162 millimeter. On danks die geringe juliregen werden er in Ten Post twintig regendagen vastgesteld en dat was twee meer dan normaaL Strandweer Maandag en dinsdag zonnige perio den en droog dank zij een rug van hoge druk. Wind: noordoostelijk, ge leidelijk afzwakkend, later zuid to zuidwest. Morgen iets warmer: 18 tot 22 graden, in het binnenland tot circa 25 graden. Verdere vooruitzichten: woensdag bewolkt met regenkans, later opkla ringen en een bui en koeler. Hoogwater dinsdag 2 augustus: Vlis* singen 4.44-16.58, Haringvlietsluizen 4.52-17.19, Rotterdam 6 54-18 58 Scheveningen 6.45-18.15. IJmuiden 6.19-1849. Den Helder 11.04-23 03 Harlingen 0.46-13.08. Delfzij 2.52-1459. VRAGEN uitsluitend in envelop sturen neer postbus S07. Voorburg Per vreeg een gulden in postzegels, het liefst In wssrden vsn SS en 45 ets. bijvoegen, en beslist niet san de buitenkant opplakken Geheimhouding verzekerd Brlefkaerten worden terzl|de gelegd VRAAG: Kunt u me een eenvoudi ge methode aan de hand doen om forellen te roken? ANTWOORD: Forel kan op vele manieren allerheerlijkst worden klaargemaakt en velen van onze lezers hebben herinneringen aan eenvoudige eettentjes of zeer ver zorgde maaltijden, maar er zijn er niet veel, die in de gelegenheid zul len zijn zelf forellen te vangen en, zoals u schreef, ook op een zeer primitieve manier te roosteren of op een andere manier ergens bui ten klaar te maken. Mijn expert moest wel even nadenken en hij hoopt dat zijn idee voor u het juiste zal zijn. Leg een ring van stenen. Daarop komt een omgekeerde ijze ren ton of vat. De bodem heeft u daar uitgehaald en vervangen door een deksel met gaten. Uw forellen heeft u de vorige dag, van graat en ingewanden ontdaan (niet van de kop), met zout ingewreven en bij de staart met een ijzerdraadje aan een stevige stok vastgebonden en er gens in de buitenlucht gehangen, buiten bereik van uw honden of andere dieren. Tussen de keien niaakt u nu een vuurtje (Dit moet ongeveer een hele dag blijven bran den!) van wat u bij de hand heeft: spaanders, zaagsel, enz. Het mag geen grote fik worden, want dan verbrandt alles direct. De stok met de forellen wordt boven in het vat gehangen, een eindje beneden het deksel, in de hitte en in de rook. Tussen vis en vuur moet minstens 35 cm ruimte zijn. Dan het deksel met de gaten er bovenop. We zijn erg benieuwd naar uw ervaringen in dat verre, onherbergzame maar zeer interessante land waar u heen gaat. U zou zelf wel iets anders moeten verzinnen voor die ton. Iets opvouwbaars is natuurlijk gemak kelijker met uw bagage mee te stouwen, maar dat is uw probleem. lALSTGODTtBEHAfiCHT IBETER+BEM UT 4 DANf ll^BEClAECHTI VRAAG: Op de helaas in 1913 afge broken boerderij: Het Hoge Huis in de Poel, onder Goes, daterend van 1624 stond boven de deurpost van het woonhuis de volgende spreuk: „8y moeten my lijden en laten le ven die my benyden en niet en geven." Tot mijn verbazing vond ik in het stadje Buren in Gelderland deze spreuk, ietwat gewijzigd op een gevel van een huis uit 1633. Toegevoegd was: „Wie Godt be- haegt, beter benijdt dan beklaegt." Het is mij niet bekend, waar deze spreuk vandaan komt. Is dat na te gaan? Boven de spreuk was op een gevelsteen een rood hart aange bracht waaruit twee kleine hartjes groeien en naar elkaar toebuigen. ANTWOORD: Bijbels is deze spreuk in elk geval niet Bij de klassieken (Herodotus bv) komt een dergelijk gezegde voor. Jacob Cats. Vondel (in Jephta), Erasmus en Huygens, Samuel Coster e.a. maken van dit gezegde gebruik en het is geen wonder dat in Amster dam, Dordrecht, Oudewater, in Friesland, maar ook in Duitsland, Engeland en Frankrijk gevelstenen met dit opschrift worden gevon den. Volgens K. ter Laan (1950) moet op het stadhuis te Vere ook een dergelijke gevelsteen te vinden zijn. Hoewel we er ijverig naar zochten, hebben we die steen niet ontdekt. Ik laat hier volgen: Huy gens Korenbloemen II. 334: „Jan was eens arm en wierd beklaeght. Nu siet hy zijn geluck benijden. En seght seer wel, als 'Godt behaeght.' Is beter nijd als nood te lijden." Wat de steen van het grote hart, waaruit de kleine hartjes spruiten, betreft Dit gegeven wordt niet aangetroffen bij de emblematlca. Misschien heeft deze steen betrek king op stichters of vroegere bewo ners. Men zou zeggen: De bouwer van het huis had misschien twee kinderen. Misschien is hier iets over te vinden in het Rijksarchief in Zeeland te Middelburg. Vraag: Wie was Bonivard, die in Chlllon gevangen zat? Antwoord: In 1532 werd de prior van St Victor te Genève, Bonivard, wegens zijn reformatorische sym pathieën in een van de kelders aan een pilaar geketend. Na 4 jaren werd hij bevrijd door „die van Bern die al vele Jaren protestants wa ren". De dichter Byron heeft behal ve het gedicht: „The prisoner of Chillon" ook zijn naam in de kelder op de muur geschreven. Elders in het kasteel hangt een groot roman tisch schilderij van de gevangene, indrukwekkend in een zwaar ge waad, zittend in gepeins geleund tegen zijn pilaar. Er is niet veel fantasie nodig om een voorstelling te maken van de jammerlijke ellen de van een gevangene, die vier Jaar lang tussen ongedierte, ratten en eigen vuil in een tochtige kelder, even boven het water van het meer aan een ketting moest vastzitten. Vraag over de schrijfwijze en bete kenis van de naam Aeilt. Antwoord: Daar hebben heel wat lezers ernstig over gestudeerd: de Aulapocket: Woordenboek van Voornamen van dr J. v.d. Schaar noemt: Aeilt, Aeiold, Aeyolt enz. waarschijnlijk uit Agi(w)ald, Agi- lold, waarvan Eg Zwaard en Wald Heerser, dus dat wordt dan Heer ser met het zwaard. A. Huizinga: Encyclopedie van voornamen leidt Aeilt af van Aeiold, Alulfus en dit komt weer van Athulvulf de ede le wolf. Nu willen wij wel verklap pen, dat wij deze boeken ook ln handen hebben gehad, maar wie van de twee geleerden nu gelijk heeft, ja dat zouden we nu ook wel eens willen weten. Vraag: In Exodus 16 vs 36 staat: Een goraer nu is het tiende deel van een efa. Wat is een gomer, wat een efa. Antwoord: Een efa is een inhouds maat voor droge waren, ongeveer 39.38 1. Een gomer dus het tiende deel, 3,93 liter. (De vragenstelster had nog een paar andere vragen bij deze gevoegd en hierbij bij elke vraag een gulden aan postzegels gedaan. Ze schreef: als de PTT niet zo duur was, had ik een gerookte paling naar u gestuurd, maar nu is er in elk geval 5 gulden voor iets- lekkers bij de koffie. Het idee is inderdaad erg aanlokkelijk, me vrouw, en als we in de buurt zouden komen, wat niet waarschijnlijk is. zouden we die paling eens komen proeven, maar die postzegels heb ben we nu eenmaal nodig en ik kan u verzekeren dat daar niets van aan welke strijkstok dan ook blijft hangen. Vraag: Wij verhuizen binnenkort naar Malawi en ik zou zo graag wat in het Nederlands geschreven lees materiaal over land en volk heb ben. Waar vinden we dat? Antwoord: Onze vragenstelster woont in Haarlem, zodat we haar in de eerste plaats verwijzen naar „het KIT', de bibliotheek van het Kon. Inst. voor de Tropen. Maurits- kade 63, Amsterdam. De bibliothe caresse verzekerde mij dat daar boeken in de Nederlandse taal aan wezig zijn. Ook het Afrika Studie centrum te Lelden (Stationsplein 10, tel. 071-148333) heeft natuurlijk lectuur over Malawi, maar u moet wel even informeren, of en wat daarvan in het Nederlands geschre ven is en of dat niet dezelfde wer ken zijn die u van het Kit zou kunnen lenen. Onze ervaring is zo wel bij de ene als bij de andere instantie een zeer prettige en effi ciënte geweest. Vraag: Hoe krijg ik een kristallen karaf met nauwe hals van binnen schoon. Ik probeerde van alles, maar het werd erger. Antwoord: Jammer dat u al die middelen niet nader noemde. Ik kan u de volgende opsommen: 8chud de karaf, waarin u wat lauw water met koffiedik of zand gedaan heeft. Inplaats van dat zand kunt u Blotex, afwasmiddel AJax (met Am+), chloor of bleekwater bij dat lauwe water voegen. Op een van deze manieren maakte ik een kris tallen karaf, waarin zeer zoete bra- menllkeur lange tijd had staan in drogen. schoon. Ik vermoed dat alle methoden even goed zijn. De karaf zal glad zijn. Laat em niet uit de handen glippen! Vraag: In Arizona en Jeffersonville is een Branham Evangelistic Asso ciation. gesticht door William Branham, een soort profeet die in Canada zeer vereerd wordt. Wat is dit voor een groep of sekte? Antwoord: Graag wil ik uw vraag doorgeven aan allen die dit Jaar familie in Canada gaan bezoeken We komen hier niet erg ver me uitpluizen. Mededeling: van de Prot. Kerk te Antwerpen: Dank voor uw advies inzake het vervaardigen van Huge- notenkruisjes uit keramisch mate riaal. We. vonden een geschikt adres, om te laten vervaardigen, dat we u graag doorgeven: Mon sieur Barnavon, Potterie des Grot- les. 26220 Dieuleflt, Frankrijk Kos ten ongeveer 3,50. Ze worden daar ook in tin gegoten. Hartelijk dank w

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 7