Ho Tsji Minhstad is nog steeds Saigon
Martelingen doen
Israël geen goed
Grote verschillen tussen Noord en Zuid Vietnam
N
BUITENLAND
Een stille, maar wat bete-
re straat in Saigon (offid-
eel Ho Tsji Minhstad) en
een kenmerkend stads
beeld in Hanoi, waar het
krioelt van de fietsen.
[et verschil tussen (vroeger) Noord- en Zuid-Vietnam is nog
eds te zien aan de twee hoofdsteden. Saigon (of Ho Tsji
h-stad, zoals het nu eigenlijk heet) lijkt een westerse stad
iet zeer druk verkeer vooral opgelapte Amerikaanse sleeën
i blauw-gele Renault-taxi's, waarvan het portier met een
luwtje sluit. In Hanoi krioelt het van de driehonderdtachtig
end fietsen, waartussen de paar auto's met levensgevaar-
snelheden hun weg zoeken.
ime mag dan gelijkheid in-
iouden: de zeldzame automobilist
Hanoi voelt zich heer en meester
het verbaast alleen maar dat
[jn wagen op de motorkap niet
ïeds vier fietsertjes heeft met een
arsstreepje erdoor. Langs de
lat zitten jongetjes met een fiet-
»mp te wachten op een band
voor een paar centen lucht in
worden gepompt. Wat je
want windhandel. Ook fietsen
//ji, gerantsoeneerd (zoveel per ge-
/I JI ja) en een goede kost al gauw
HJ\[ fskele maandsalarissen. Er rijdt in
>i één tram, die van ellende uit
valt, maar waarvoor de
n nog steeds een vergoeding
Verder zijn er de fietstaxi's,
alleen voor ouderen bestemd
iden zijn en voor zwaar beladen
insen, wat niet waar is.
aigon kent nog steeds een bloei-
nd uitgaansleven, zij het dat er.
ier en daar wat dorre plekken be-
innen te vallen. Er zijn uitsteken-
'gse> t restaurants waarvan de drijven-
e eetgelegenheid in de Saigon fi
ler nog steeds de beste krab ser-
eert (eten met stokjes „handigde"
aan(j a een paar dagen weer redelijk:
:ven. laar krab, nee) en uit bars en clubs
klinkt nog steeds luid westerse mu
ziek. De borden van de Coca Cola
Company zijn nog lang niet overal
verdwenen, hoewel de drank zelf
niet meer te krijgen is. In Hanoi
zijn de schaars voorziene restau
rants op de vingers van één hand te
tellen en er is één nachtclub, waar
een gitarist speelt en waar koffie
kan worden gedronken. Maar toen
wij er de laatste avond naar toe
wilden, was de club gesloten omdat
er gewit werd.
De beste uitgaansmogelijkheld is
hand in hand ook veel mannen
slenteren rond het meer of met een
boek aan het water gaan zitten.
Want Hanoi is behalve puriteins
ook leergierig. Als wij 's avonds
laat met een Franse collega een
van de twee Westerse Journalisten
in Hanoi door de stad rijden,
schiet dertig meter voor de auto
plotseling een schim omhoog: een
jongen die bij het licht van een
straatlantaarn lag te leren omdat
het licht thuis al uitgevallen was.
En tegen de schemering zitten op
de dijkjes tussen de rijstvelden
rond de stad tientallen jongeren
met een boek voor hun neus.
In Saigon lopen veel vrouwen in
snel gesneden spijkerbroeken, of in
ao dai, de lange ragfijne tunieken
met een split opzij. In Hanoi dra
gen vrijwel alle vrouwen een wijde,
vormeloze zwarte broek.
Straathandel en bedelarij bestaan
nog steeds in Saigon, er is een
bloeiende zwarte markt (waar niet
trekkende sigaren voor woekerprij
zen te krijgen zijn) en een levendige
handel in dure elektronische arti
kelen en fotospullen. Ook in Hanoi
worden op straat groenten en fruit
aan de man gebracht, en dat in het
socialistische Noord-Vietnam. Bur
gemeester Ti an Duy Huang vindt
die kleinhandel iets voor ouderen.
De Jongeren moeten met de han
den werken werk is er altijd wel
en degenen die dat niet doen zijn
„parasiteurs", zegt de burge
meester.
Er zijn heel wat parasiteurs in Ha
noi. Van oudsher vertelt de bur
gervader is Hanoi een stad van
klein-negotle. Op het ogenblik
moet Hanoi het vooral hebben van
de industrie, in tegenstelling tot
Saigon dat tijdens de oorlog vol
met mensen liep maar zelf nauwe
lijks iets voortbrengt. Loco-burge
meester (ofwel vice-president van
het Volkscomité, zo heet dat daar)
Le Quang Chanh, vertelt dat van
de vier miljoen inwoners in 1975 er
1.1 •miljoen geen werk hadden.
Inmiddels zijn zevenhonderddui
zend mensen naar nieuwe economi
sche zones gegaan; op het ogenblik
wonen er nog 3,5 miljoen mensen in
Saigon, waarvan er vierhonderd-
Nico Kussendrager
duizend geen werk hebben. De
meesten wonen er in de allerbelab
berdste omstandigheden, in arm
zalige krotten tussen stinkend
water. Of gewoon op straat: vlak
voor mijn hotel had een heel gezin
vader, moeder, kinderen huis
vesting gevonden op wat oude mat
ten. Wie 's avonds laat door Saigon
loopt, krijgt de vieze smaak van de
erfenis van de vorige regeringen in
zijn mond: pure armoede en ellen
de uiten zich pas in het duister van
de nacht
Dan zien we ook de enige kennelij
ke oorlogsinvaliden,, die volgens de
regering voor het merendeel zijn
overgebracht naar aangepaste so
ciale werkplaatsen. Ook halfbloe
den kinderen van Vietnamese
moeders en Amerikaanse vaders
lopen bedelend op straat. Volgens
de Vietnaroezen worden ze behan
deld als alle andere kinderen, maar
het heeft er veel van dat ze met de
nek worden aangekeken.
Wie door het laagje vernis in Sai
gon heenkijkt, ziet dat de welvaart
slechts schijn is; de grote meerder
heid is er nog steeds veel slechter af
dan in Hanoi, hoe arm die stad ook
is en hoe beperkt de hulsvesting.
Zo is er voor buitenlandse diploma
ten geen woonruimte; de drie man
sterke staf van de Nederlandse am
bassade werkt, net als die van de
meeste andere landen en internati
onale instellingen, in een paar ka
mers in het Thong Nhat Hotel. De
schaarste is nog steeds groot, zowel
in Saigon als in Hanoi. Levensmid
delen zijn er op de bon. Zodra er
een winkeldeur opengaat, verdrin
gen de mensen zich er met hun roze
bonkaarten. We zagen dat gebeu
ren voor een zaak waar net wat
meel was aangekomen. Vooral aan
het volksvoedsel rijst bestaat een
groot tekort; per persoon is niet
meer dan 13 tot 20 kilo per maand
beschikbaar, wat veel te weinig is.
Op papier zijn Noord- en Zuid-Viet
nam herenigd, maar uit de twee zo
verschillende stadsbeelden wordt
duidelijk dat ze nog steeds niet één
zijn. Ho-Tsji-Minh-stad is nog
steeds Saigon, Hanoi is nog steeds
het Hanoi van Jaren her. Eenheid
wordt niet geschapen door een
vlag, het herstellen van de spoor
verbinding en de weg tussen noord
en zuid en het openen van een
luchtlijn. Toen wij van Saigon naar
Hanoi vlogen hadden de Vietname-
zen voor vertrek van alles het toes
tel binnengesleept: van versterkers
tot naaimachines, van translstorca-
dlo's tot bromfietsonderdelen, van
kleine tv-toestellen tot ventilators.
De Vietnamezen die vanuit het
noorden naar Saigon gaan, mogen
even aan „luilekkerland" ruiken en
nemen er van mee wat ze kunnen.
De Vietnamese regering is nogal
huiverig voor die zuidenwind over
het noorden. Het zou een „ongezon
de" behoefte aan luxe kunnen
scheppen, die de socialistische op
bouw in de weg staat.
Uit het noorden blaast er ook een
wind naar het zuiden, een politieke
wind. Tienduizenden noordelingen
zitten in het zuiden op de politieke
en economische sleutelposten om
dat het.kader" van de vorige rege
ring vertrokken is of niet ver
trouwd wordt. Vice-presidenten
van volkscomité's uit het noorden
werden de presidenten in het zui
den, onderdirecteuren van boven
de 17e breedtegraad kwamen daar
beneden op de hoogste stoel. De
Vietnamese regering zal op moeten
passen dat Zuld-Vietnamezen zich
niet opnieuw gekoloniseerd gaan
voelen. Ook al om die reden gaat
het „communistisch" maken van
Zuid-Vietnam met de grootste om
zichtigheid.
Binnen de regering is de Invloed
van Zuid-Vietnam gering. In het
kabinet zitten slechts twee minis
ters van de voorlopige revolutionai
re regering van Zuid-Vietnam, die
zich tijdens de oorlog met steun
van het noorden verzette tegen de
oude regering in Saigon. Een van
die twee bewindslieden is mevrouw
Blnh; in de voorlopige revolutionai
re regering minister van buiten
landse zaken, bekend van de PariJ-
se onderhandelingen over vrede in
Vietnam en op het ogenblik minis
ter van onderwijs in het verenigd
kabinet
Volgens haar is er helemaal geen
sprake van een geringe invloed van
het zuiden in het nieuwe Vietnam.
Het gaat niet aan nog langer te
spreken over noord en zuid, zegt
mevrouw Blnh. „Dit is geen verzoe
ningsregering, maar de regering
van een herenigd land. Ik wil u
verzekeren dat het praten over het
noorden en zuiden heeft afgedaan.
Er is één Vietnam met één regering,
en daarin is plaats voor geschikte
mensen die geliefd zijn bij het
volk". Zaten er dan in de voorlopi
ge regering slechts twee mensen
die geschikt waren en geliefd bij
het volk? Mevrouw Blnh kijkt dui
delijk vermoeid, laat de tolk de tolk
en zegt in het Frans: „U bent be
hept met een vooroordeel en u
heeft de rol van de voorlopige revo
lutionaire regering niet goed begre
pen. ZIJ vertegenwoordigde het
volk van Zuid-Vietnam in de strijd
tegen de Amerikaanse bezetters.
Nu is Vietnam herenigd en één,
voor altijd".
n enkel land ter wereld kan
«huldigingen van het mar-
van politieke gevangenen
egulnaar op zich laten zitten.
and it er in tientallen landen en
apnDral landen met militaire of
cistoïde dictaturen de men-
irechten met voeten worden
reden is geen geheim meer.
1 is het zo dat men vaak in
el aarzelend tegenover
«huldigingen van martelin-
staat, die niet met bewij-
„hard" kunnen worden ge-
ikt, juist omdat oppositie
iepen in vele landen vaak
argument van overdreven
^gegeven voorbeelden van
schending van de mensen-
hten gebruiken om het heer-
ide regime in een kwaad
[licht te stellen.
vele jaren worden onder meer de
tëlische politie en veilighelds-
nst beschuldigd martelpraktij-
toe
die vrij-
pro-Israël
werden geveegd
argumenten als het „kleine Is-
dat alleen maar streeft naar een
van zijn bestaansrecht,
volk dat zoveel door de
heen geleden heeft zou tot
praktijken niet in staat
en de verwijzing naar de „libera-
Israëlische bezettingspolitiek
1967.
1 iderzoek
weken geleden publiceerde het
Britse zondagsblad
de vier krantenpagi-
neerslag van een onder-
rtjf maanden duurde, van
Poep Journalisten naar de vraag
in Israël politieke gevangenen
gemarteld. Eerder hadden
organisaties zoals de
Naties en Amnesty Inter-
zich kritisch uitgelaten over
van politieke gevan-
Het „Insight-team"
8unday Times was echter de
eerste groep die een langdurig onder
zoek in Israel en de bezette gebieden
zelf instelde.
Tijdens hun onderzoek voerden de
Britse journalisten urenlange ge
sprekken met 49 Palestijnen, die in
Israël in hechtenis waren genomen;
22 van hen hadden geen bezwaar dat
hun getuigenissen met naam en toe
naam openbaar zouden worden ge
maakt. Gebaseerd op deze gesprek
ken komt de Sunday Times tot de
volgende conclusies:
De Israëlische veiligheids- en ge
heime diensten mishandelen Arabie
ren die in hechtenis zitten.
Een deel van de mishandeling is
slechts primitief: onophoudelijk
slaan bijvoorbeeld. Maar ook geraffi
neerdere technieken zoals elektri
sche schokken, marteling en opslui
ting in speciaal gebouwde cellen
worden gebruikt. Het bestaan van
het apparaat om dergelijke praktij
ken uit te voeren en de hoge organi
satiegraad ervan haalt Israël uit de
categorie landen waar incidentele
wreedheid wel eens voorkomt en
plaatst Israël duidelijk in de rij van
landen waar gemarteld wordt.
Martelingen vinden plaats in ten
minste zes centra.
Alle Israëlische veiligheidsdien
sten zijn hierbij betrokken.
Martelingen zijn zo systematisch
georganiseerd dat zij niet als de uit
spattingen van een aantal brute poli
tieagenten die de voorschriften over
treden van de hand kunnen worden
gedaan.
Martelingen lijken drie doelen te
dienen. In de eerste plaats natuurlijk
het verkrijgen van informatie. Het
tweede doel, dat even belangrijk
lijkt te zijn, is om mensen ertoe te
bewegen „veiligheids"-overtredin*
gen toe te geven waaraan zij zich wei
of niet schuldig hebben gemaakt. De
verkregen bekentenis wordt dan ge
bruikt als het belangrijkste bewijs
stuk in het proces. Ten derde wil
Israël de Arabieren in de bezette
gebieden ervan overtuigen dat pas
sief gedrag het veiligst voor ze is.
Commentaar?
In een hoofdartikel geeft de Sunday
Times toe dat zij de Israëlische au-
Felicia Langer
toriteiten weliswaar op de hoogte
heeft gesteld van de publicatie van
hun bevindingen maar niet om com
mentaar hebben gevraagd. Dit
wordt hen verweten in een deze
week officieel door Israël gepubli
ceerde reactie op het onderzoek. Als
redenen om de Israëli's niet van
tevoren om commentaar te vragen
geeft de Sunday Times op: „Ten
eerste is de meerderheid van de be
schuldigingen bekend bij de Israëli
sche autoriteiten en/of bij de recht
banken die deze beschuldigingen
van de hand hebben gewezen onder
omstandigheden die wij onbevredi
gend vinden.
door James Dorsey
Ten tweede waren een aantal Ara
bieren bereid om bij naam genoemd
te worden, anderen zijn bereid om
zich alleen aan een internationaal
tribunaal bekend te maken en een
paar zijn zelfs bang om dat te doen.
Ten derde, om eerlijk te zijn, zijn wij
niet bereid om nieuwe verklaringen
te aanvaarden, waarin wordt gesteld
dat er geen greintje waarheid zit in
de beschuldigingen."
De beschuldigingen van de Sunday
Times hebben uitsluitend betrek
king op de praktijken in de onder
vragingscentra, waar tot nu toe nog
geen enkele onafhankelijke instan
tie een onderzoek mocht instellen.
Wel mag het Rode Kruis de gewone
gevangenissen bezoeken. Daarom
stelt de Sunday Times: „Gedurende
vele Jaren heeft Israël met succes
zich verzet tegen onderzoeken van
buitenaf in deze zaken en met name
van degenen die beschuldigingen
van martelingen wilden nagaan. Het
werd hierbij geholpen doordat velen
die onderzoek deden bevooroor
deeld en partijdig waren, bijvoor
beeld de mensenrechtencommissie
van de Verenigde Naties, die her
haaldelijk Israël en Zuid-Afrika aan
valt, maar die een verpletterend stil
zwijgen bewaart over Oeganda."
Antwoord
In het officiële Israëlische antwoord
op het onderzoek van de Sunday
Times wordt gewezen op talrijke te
genstrijdigheden, halve waarheden,
onjuistheden en valse beschuldigin-
en veroordeeld werden. Volgens de
Israëlische verklaring ligt de uitleg
voor de beschuldiging misschien in
de hoop deze de betrokken Palestijn
van beschuldiging van verraad van
zijn Palestijnse broeders zal vrij
waren.
Bijzonder fel haalt de Israëlische
verklaring uit naar de Israëlische
advocaten, Felicia Langer en Leah
Tsemel, die in het onderzoek van de
Sunday Times als getuigen worden
genoemd. ZIJ zouden de aanzet tot
het onderzoek hebben gegeven. Bo
vendien noemt de verklaring hen
advocaten „die er een gewoonte van
hebben gemaakt te beweren dat de
bekentenis van hun cliënten tegeno
ver de politie onder dwang tot stand
is gekomen. Ook plegen deze advo
caten klachten te uiten over slechte
behandeling van hun cliënten, maar
als de politie een onderzoek instelt
en verzoekt om getekende verklarin
gen van de cliënten of ander bewijs
materiaal dan blijven deze advoca
ten in gebreke," aldus de Israëlische
verklaring.
Hoewel het Juist is dat Langer en
Tsemel nogal gauw beschuldigingen
over marteling van hun cliënten ui
ten, wil dit niet altijd zeggen dat
hun 'aanklachten bij voorbaat on
juist zijn. Immers, gezien het feit dat
hardhandig optreden de Israëlische
politie en veiligheidsdiensten niet
vreemd is, dienen dergelijke be
schuldigingen ook als een Juridische
tactiek tijdens processen.
Leah Tsemel
gen. Het ministerie van buitenland
se zaken ln Jeruzalem verwijt de
Britse krant dat deze zorgvuldig af
gezien heeft van het vermelden van
de misdaden waaraan de betrokken
personen zich schuldig hebben ge
maakt De beschuldigingen over
martelingen worden „vervormde
verbeeldingen van een zieke geest"
genoemd. De verklaring wijst op het
feit dat martelen in Israël een bij de
wet verboden misdrijf is. Jeruzalem
herinnert aan het feit dat politieoffi
cieren die zich in het verleden aan
excessief geweldadig optreden
schuldig hebben gemaakt vervolgd
Verdediger
Maar professor Joram Dinsteln,
hoogleraar in het Internationale
recht aan de Universiteit van Tel
Avlv, voormalig Israëlisch consul in
New York en de door de Israëlische
regering goedgekeurde voorzitter
van de Israëlische afdeling van Am
nesty International doet nog een
schepje bovenop de Israëlische ver
klaringen. Dinsteln, die zich voorna
melijk als propagandist en verdedi
ger van het Israëlische beleid ln de
bezette gebieden opwerpt, meent
dat een beklaagde al schuld bekent,
wanneer hij beruchte advocaten als
Langer en Tsemel voor zijn verdedi
ging in dienst neemt. Naar zijn zeg
gen zijn de schrikbarende verhalen
van Palestijnen. die in Israël zeggen
gemarteld te zijn, niets meer dan
„vervormde verbeeldingen van een,
zieke geest". Hoe kun Je dan verkla
ren dat getuigenissen van Palestij
nen, die nauwelijks de kans hadden
om hun verhalen met elkaar af te
spreken, identiek zijn? Dat moet
dan zeker het gevolg zijn van „een
Arabische samenzwering, een goed
opgezette propagandacampagne".
Mensenrechten
Vele onafhankelijke waarnemers
zijn al Jaren van het feit overtuigd
dat in de Israëlische ondervragings
centra de mensenrechten met voe
ten worden getreden. Het bewijs
voor een dergelijke overtuiging is
echter nauwelijks te leveren tenzij
de Israëlische regering het openlijk
toegeeft of leden van het Israëlische
veiligheidsapparaat bereid zijn om
een boekje open te doen. Binnen de
Israëlische politie zijn mensen bezig
met een intern onderzoek. Tot nu
toe echter wilde niemand publieke
lijk zijn mond open doen. Zo ook
niet de Israëli die een logboek had
bijgehouden van gebeurtenissen in
een ondervragingscentrum ln de be
zette gebieden. Lange tijd aarzelde
hij of hij mij niet zijn logboek ter
inzage zou geven. Uiteindelijk om
redenen van persoonlijke veiligheid
besloot hij zijn kennis voor zich te
houden.
Terecht stelt The Sunday Times ln
haar hoofdartikel dat het beschuldi
gen van Israël van martelpraktijken
geen aanval op het bestaansrecht
van de staat Israël is. „Het tegen
deel is waar. Israël moet in vrede
leven met de Arabieren. Het lijkt
zich niet bewust te zijn van de diepe
kracht van het gevoel tegen de
voortgezette bezetting... Op den
lange duur is een rechtvaardige vre
de essentieel voor Israël en enige
vorm van fundamentele waarheid is
een voorwaarde daarvoor Martelin
gen van de kant van Israël (net als
terrorisme van de kant van de Pales
tijnen) ondermijnt de waarheid, is
een hindernis op de weg naar vrede
en verzwakt dus Israêl's vooruitzich
ten op overleving"
il-lERDAG 9 JULI 1977
T rouw/Kwartet13
Een paar weken geleden ging
de grens van het verenigde
Vietnam voor het eerst voor
vijf Nederlandse journalisten
open. Trouw-redacteur NICO
KUSSENDRAOER was één
van hen. Vandaag zet hij zijn
serie over dat land voort, ter
wijl het volgende artikel
(over de Nederlandse hulp)
dinsdag verschijnt. Voor
gaande verhalen stonden af
gelopen zaterdag, dinsdag en
donderdag ln de krant.