Botulismegevaar is nu groter l.ll.l,Ui»fc—I Grote partij hasj in beslag genomen De tekening van een lezer Lang uitblijven zomers weer hield vogelsterfte tot nu toe in toom In haven van Amsterdam Hele week zomer drie koningen en kolengas gratis tlNSDAG 5 JULI 1977 BINNENLAND Trouw/Kwartet 5 - /wee busjes van de politie waren nodig om de enorme hoeveelheid pakken lasj te vervoeren. AMSTERDAM (ANP) De rijkspolitie te water heeft in de nacht van zondag op maandag in de Amsterdamse haven een partij van bijna tweeduizend kilo hasjiesj m beslag genomen. De waarde ervan wordt geschat op enkele miljoenen guldens. De hasj bevond zich op een klein jachtje. De drie mannen die aan boord waren, zijn aangehouden. Het rijn een 28-jarige en een 27-jarige Stuurman en een 22-jarige automon teur, allen uit Amsterdam. De partij hasj is vermoedelijk af komstig uit Turkije of Libanon. Ze is naar Nederland gevaren op een klein zeeschip en ergens voor de Neder landse kust overgeladen op het jachtje, dat zondagavond om negen uur in IJmuiden aankwam. Het schip is gevolgd tot Amsterdam, waar het omstreeks middernacht de Oranjesluizen binnenvoer. Toen een begin werd gemaakt met het lossen ran de lading, werd de bemanning aangehouden. Verband De politie ziet verband tussen deze jasjvangst en de vangsten die begin dit jaar in Breskens en Hellevoet- sluis/werden gedaap. Ook toen wer den de verdovende middelen van het oostelijk Middellandse-zeegebied uit aangevoerd met een klein zeeschip en overgeladen in door Nederlanders bemande Jachtjes. De bemanningen van de zeeschepen zorgen er steeds angstvallig voor niet in Nederlandse territoriale wateren terecht te ko men. De politie vermoedt dat een groep buitenlanders de hand heeft in deze aanvoer van hasj. Zij zegt niet te weten waar de nu in beslag geno men partij heen zou gaan. De inbeslagneming van de partij hasj in Amsterdam is langdurig voorbereid. De recherche van de rijkspolitie te water heeft daarbij samengewerkt met onder andere de douanerecherche, de gemeentepoli tie in Amsterdam en enkele andere politiekorpsen in het land. door Barend Mensen DORDRECHT Aan het tot voor enkele dagen lang uitblij ven van zomers weer is het te danken dat het botulisme anders dan vorig Jaar om deze tijd nog maar sporadisch is voorgekomen. Het Centraal Diergeneeskundig Instituut in Rotterdam heeft tot dusver slechts meldingen ontvangen uit Rotterdam, Schiedam, Nieuw-Lekkerland, Alkmaar, Haarlem en Hoge Zwaluwe. Ze betroffen incidentele gevallen van vogelsterfte. Men puurt hier overigens geen optimistische ver wachtingen uit. De kwaadste maan den moeten namelijk nog komen. Op veel plaatsen ligt de watertempera tuur nog aanzienlijk onder de 20 graden, maar het is niet waarschijn lijk dat dit zo zal blijven. Als het werkelijk zomer gaat worden komt het stellig weer tot uitbarstingen. Het trieste effect daarvan zal dan enkele weken later merkbaar wor den. De kritieke maanden zijn Juli, augustus en september. „We hebben dus in feite heel het seizoen nog voor ons," aldus drs. E. A. ter Laak van het CDI. Al zou men dit op grond van de zich de laatste jaren geopenbaard heb bende narigheid misschien denken, het botulisme is niet enkel een Ne derlands probleem. Ons land is er wel bijzonder kwetsbaar voor gewor den. De bacterie Clostridium botuli- num komt in zijn zeven types (eigen lijk is er sprake van zeven verschil lende soorten die bij vermeerdering elk hun eigen gif vormen) overal ter wereld voor. Voor de oorlog had vooral Amerika er onder te lijden, thans schijnt Europa onder de golf slag van het botulisme door te moe ten gaan. De deskundigen zijn over het algemeen van mening dat er wei nig tegen te doen is. De ziekte moet gewoon uitwoeden. Maar dat weinige moet in elk geval gedaan worden om althans te trachten de snelle ver spreiding van de ziekte tegen te gaan. Het komt er op neer dat de dode lichamen van vogels en andere ver giftigde dieren zo snel mogelijk uit de natuur moeten worden verwij derd en in een verbrandingsoven moeten worden vernietigd. Verbran ding in het veld geeft niet de garan tie dat de bacterie onschadelijk wordt gemaakt. Het mag bekend worden geacht dat het kadaver van een aan botulisme ten gronde ge gaan dier een uiterst gevaarlijke ver- giftigingshaard is. Vogels gaan dood aan vergiftiging tengevolge van het binnen krijgen van het toxlne C. Dat is het gif dat ontstaat als de bacterie Clostridium botulinum van het type C de kans krijgt zich te vermeerderen. Dit ge beurt om het ingewikkeld te zeg gen op een zuurstofloos eiwitrijk groeisubstraat bij temperaturen van 20 graden en hoger. Een kadaver is zo'n groeisubstraat: eiwitrijk en in tegenstelling tot een levend organis me zuurstofloos. Ligt zo'n kadaver in ondiep, stilstaand water (waarin 's zomers al gauw een constante tem peratuur van boven de 20 graden heerst) dan zijn de omstandigheden voor de bacterie Ideaal om zich te vermeerderen. Bij die gelegenheid wordt het gif gevormd dat op voedsel azende vogels hetzij met naar de bodem gezonken weefseldeeltjes van het dode lichaam hetzij met vliege- maden binnen krijgen. Dan is het met die vogels gauw gedaan en vol trekt zich de volgende fase van een trieste kringloop. Het is namelijk zo dat zeer veel wa tervogels dragers van de bacterie zijn. Men noemt ze „gezonde dra gers" omdat niet de bacterie zelf maar het bij vermeerdering er van ontstane gil dodelijk is. Zolang de vogel leeft en er dus sprake is van een zuurstofrijk organisme krijgt de bacterie geen kans. Heeft de vogel echter bij het innemen van voedsel botulisme-vergiftiging opgelopen dan sterft het dier en wordt zijn lichaam, indien althans ook de tem peratuur meewerkt, in een minu- mum van tijd een besmettingshaard. Vliegemaden zijn zelf ongevoelig voor het gif. Zij kunnen er echter zoveel van bevatten dat de con sumptie van een ervan een volwas sen eend op de dood komt te staan. De opsporing van dode vogels zal nog zorgvuldiger moeten gebeuren dan vorig jaar gebeurd is. Toen wer Door botulismevergiftiging getroffen vogels. De lijdensweg begint met onzeker en fladderend vliegen, hij eindigt met verlamming van de ademhalingsorganen. den ruim 60.000 vogellijken verza meld en verbrand. Men neemt echter aan dat er enkele honderdduizenden vogels aan het botulisme ten offer zijn gevallen. Daaraan de conclusie te verbinden dat men er dan kenne lijk toch met de pet naar gegooid heeft is onjuist. Een ziek dier pleegt zich te verschuilen en het is uiterst moeilijk in plassengebleden met rietkragen of in een op veel plaatsen ontoegankelijk watergebied als de Biesbosch alle kadavers die er liggen te vinden. Rijks- en provinciale in stanties hebben zich beraden op wat tegen het botulisme kan worden ge daan. Dat blijken geen, vorig jaar wel toegepaste of aanbevolen techni sche kunstgrepen te zijn om het wa terpeil te verlagen of te verhogen of om fouragerende vogels op plaatsen die gevoegelijk als besmet kunnen worden beschouwd te verjagen. De op het botulisme gepromoveerde dr. J. Haagsma van het CDI ziet daar slechts in incidentele gevallen iets in. Meestal toch zullen de problemen er alleen door worden verplaatst. Het CDI is bezig met een nationaal onderzoek over het botulisme. Het doet dit in samenwerking met het Rijksinstituut voor natuurbeheer. Het is een ecologisch onderzoek in twintig watergebieden dat zich over een aantal Jaren uitstrekt. Drs. Ter Laak verwacht niet dat het zoveel resultaat zal opleveren dat het botu lisme met werkelijke bestrijdings middelen zal kunnen worden aange pakt. In feite is er niet één deskundi ge die zo optimistisch is dat hij dit nog eens in het verschiet ziet liggen. Er is alleen maar een passieve be strijding mogelijk. Het menselijk organisme is onge voelig voor het toxine van het type C. Het is dat wel voor de types A, B en E. In 1943 hebben zich in Nijme gen gevallen van botulisme bij de mens voorgedaan. Vierentwintig mensen, die voedsel hadden gegeten uit dezelfde keuken, werden ziek. Er stierven er negen van Volgens dr. J. Huisman, hoofd van de afde ling infectieziekten en quarantaine van de Rotterdamse GG en GD, zijn in Amerika voor de oorlog tal van slachtoffers gevallen doordat in de conserverlngindustle niet de nodige zorgvuldigheid in acht werd geno men. De op hoog peil staande con- servenindustrle in Nederland staat er borg voor dat van uit die sector van de voedselvoorziening niets te vrezen is. Anders kan het liggen als men zelf onoordeelkundig voedsel conser veert waarbij dan vooral te denken is aan het roken of stomen van vis zoals paling waarbij de verhitting te laag kan zijn om eventueel aanwezig gif onschadelijk te maken. Van bete kenis is de naam van de ziekte, die ontleend is aan het Latijnse „botu- lus", wat in rond Nederlands „worst" betekent. Het eten van rauw vlees is en niet alleen met het oog op het botulisme! geen geslaagd voorbeeld van vooizlchtig- heid. Drs. Ter Laak en dr Huisman zijn van oordeel dat het botulisme zoals dit zich in Nederland manifesteert geen direct gevaar voor de volksge zondheid betekent maar dat wel voorzorgen moeten worden geno men. Bij de bereiding van etenswaar is nodig een voldoende lange verhit ting tot minstens 100 graden. Men rake dode dieren ook niet met blote handen aan. Sporen van de bacterie- types A, B en W zijn vorig jaar in enkele door toxine C afgestorven dieren gevonden. Gelukkig werd slechts in een geval van het type B ook het gif aangetoond Het botulis me is een voedselvergiftigingsziekte van een bijzondere soort Zij speelt zich n.L niet af in het maag-darm- stelsel maar tast het centrale zenuw stelsel aan waardoor verlammings verschijnselen optreden. Zodra daardoor het ademhalingsmecha nisme wordt getroffen is het einde nabij. Anti-serum Bij de behandeling van een door botulisme getroffen patiënt ge bruikt men een anti-serum. In Ne derland Is dat voldoende voorhan den. „Het is een intrigrerende vraag of we ooit nog eens van het botulis me zullen afkomen aldus drs Ter Laak. „Door al die uitbraken zitten we met een intensieve terreinbes- metting waardoor een onnoemelijk aantal vogels bacteriedragers zijn geworden. Daardoor Is de kans op toxinevormlng geweldig groot. Daar komt bij dat in een dichtbevolkt land als Nederland onnatuurlijke si tuaties in de hand worden gewerkt. Afgezien van het koelwater produ ceren we bijvoorbeeld met z'n allen heel wat warm afvalwater dat we naar buiten lozen. Dat heeft uiter aard ook een temperatuurverho- gend effect. Ons onderzoek houdt onder meer de opsporing van derge lijke onnatuurlijke situaties in. Maar de vraag is of er ook altijd iets tegen te doen zal zijn. Nederland neemt met zijn uitzonderlijke vogel rijkdom in West-Europa een voor het botulisme gevoelige plaats in. Of de natuur zelf tot correctie over zal gaan is niet te voorspellen. Tekeningen, bij voorkeur in liggend formaat, sturen aan: Trouw, jury politieke prent. Postbus 859, Amsterdam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden. Voor geplaatste prenten is er een boekenbom CjóKL, HET WEER door Hans de Jong J> Weerrapporten Het lijkt de natuur niet om een grapje te doen te zijn. Als de teke nen niet bedriegen, blijft het de hele week warm en zomers. Dag in dag uit mogen we rekenen op middagtemperaturen tussen vie rentwintig en negenentwintig graden en dat is toch niet niks. Bovendien is de warmte, nu er sinds gisteren weer eens een (dro ge) wind waait, goed te verdragen. Een tempteratuur van 29 graden bij een gering vochtgehalte in de atmosfeer en wat wind, is veel minder onaangenaam dan een ge ringere warmte van 22 graden in een stille bedompte atmosfeer. Zo zie je maar weer de uitstalkast van de natuur biedt veel variëtei ten. Dat er sinds gisteren met grotere stelligheid over aanhou den van de juli-warmte kan wor den gesproken, heeft te maken met ontwikkelingen boven de Noordzee en tegelijk toch ook in Frankrijk. Het liefst nemen we daarbij de hoogtekaarten ter hand, bijvoorbeeld die van het 500-milllbarvlak, dat is ruim vij fduizend meter hoogte. Daar waaien de winden namelijk het minst gestoord. Er zijn niet zoals op de grond obstakels zoals ber gruggen, even min heb Je te ma ken met land- en zee-effect die de winden doet afwijken. Daarboven stroomt alles volgens zeer regel matige lijnen en bovendien kun je er vaak uit afleiden, hoe het later aan de grond zal worden. Wel, vergeleken met zondagmiddag is de hogedrukontwikkeling boven de Noordzee duidelijk sterker ge worden. Er ligt daar een maxi mum dat een toonbeeld van sta biliteit is. Het geeft een depressie boven zuidwest-Frankrijk geen kans, bij ons de bloemetjes water te geven. Dat valt af te leiden uit de in de hogere niveaus verder naar het zuiden doordringende noordoostelijke winden. Boven De Bilt reikten die giste renmiddag al tot op zijn minst twintigduizend meter. De tempe ratuur op vijfduizend meter hoog te boven het KNMI was -11 gra den Celsius, tegen -15 graden nor maal. Verrassend was, als tenmin ste de instrumenten geen fout hebben gemaakt, de -6 graden Celsius op datzelfde niveau boven Hannover. Als deze temperatuur reëel is geweest, zou deze veroor zaakt kunnen zijn door het ver warmende effect van sterk dalen de stromingen langs de oostelijke rand van het Noordzee-maxi mum: een soort dynamische ver warming dus. Er omheen kwa men, behalve in De Bilt, ook lage re temperaturen voor: in Slees- wijk -12 en Berlijn -13. In de kou de put was het op datzelfde ni- E>ldc Eindhoven Den Hrtdrr Rotterdam Vlmmgcn Zd Limburg Aberdeen Barcelona Berlijn Bordeaux Brunei Frankfort veau in zuid-Frankrijk -14 graden. Om vijf uur gisterenmiddag on weerde het in Bretagne, rondom Parijs en in zuidoost-Frankrijk. De buien volgden geen noordelij ke maar een oostelijke koers, rich ting oceaan. Geen gedonder bij ons dus, vooreerst. Het opvallen de is dat wij in de komende dagen uit noordoostelijke richting war me lucht krijgen aangevoerd, vanuit noord-Scandlnavië en noordwest-Rusland. Die lucht is op zijn weg naar ons toe flink opgedroogd, maar toch bestaat de mogelijkheid dat zich later, met name in het zuiden en zuid oosten, als gevolg van een verhitr ting tot dicht bij dertig graden, een lokaal warmte-onweer kan ontwikkelen. Strandweer Het fraaie strandweer met veel zon houdt aan. Noordoostelijke winden. Pas op voor afdrijven naar zee op luchtbedden en rub berbootjes. Luchttemperatuur 22 tot 25 graden, zeewater 16 tot 17 graden. Als de warmte voort duurt. zullen weldra de kwallen in grotere getale op komen zetten. Ze worden meegenomen door een van zee naar het land gerichte onderstroming. HeUinkl Innibruck Klagcnfurt Kopenhagen Luxemburg Madrid Malaga Mallorca Munchrn Nice Olio Pariji Rome Split Stockholm Wenen Zurich Casablanca Istanboel Turns hair hew I bew I bew I bew onbew on bew Hoogwater 6 Juli: Vllsslngen 6.29-18.42, Hartng- vlletelulzen 6.44-19.13, Rotterdam 8.49-20.68, 8chevenlngen 7.29-19.58. IJmuiden 8 13-2040. Den Helder 12.24, Harllngen 2.24-14.42. Delfcljl 4.39-16.45. onder redactie van Loes Smit Jn 1836 werden de iepen langs de Amsterdamse grachten ziek. Ge makshalve noemde men de onbe kende kwaal maar de „iepziekte", tn zo is dat tot vandaag gebleven. De oorzaak? De nieuwe gasbuizen In de straten natuurlijk, riepen de tegenstanders van de toen moder- ae gasverlichting. Na onderzoek bleek, dat die veronderstelling non lens was; het was een insekt dat de pekte veroorzaakte. De tegenstan- ters van deze nieuwe energiebron iadden toen weliswaar een argu- hent minder in handen, maar gas bleef nog lang een omstreden zaak. öat gas een goed middel voor de rerlichting was, daar was bijna ie dereen het wei over eens, maar het ting er om wèt voor gas: olie- of (teenkolengas. rr- ir. J. Mac Lean verbonden ian het Centrum Algemene Vor- ping van de Vrije Universiteit He de gasverlichting In Nederland bestudeerd heeft, legt in zijn boek je „Geschiedenis der Gasverlich ting in Nederland" (een uitgave van De Walburg Pers Zutphen) uit wat de beweerde voor- en nadelen van de belde gassoorten waren: oliegas stimuleerde weliswaar de land bouw doordat het onder andere uit zaden bereid werd, maar maakte je gas uit steenkolen, dan kreeg Je tegelijk de beschikking over belangrijke bljprodukten met een grote handelswaarde: cokes, teer en nafta; zodoende zou de kolengasverlichtlng niet al te duur hoeven te worden. Aan de andere kant kwam er bij de verbranding zwaveldioxyde vrij. een giftige stof die ijzeren gaspijpen zou verteren en zilver, goud, meubelen, schilde rijen en alle textiel aantasten. In de huizen van de rijken, die hun ver trekken met gas lieten verlichten, werd dan ook nog lang oliegas ge bruikt, dat al hun kostbaarheden niet beschadigde. Nog een paar bijzonderheden: uit een lening die twee compagnons in Brussel in 1830 kregen voor de uit breiding van hun inrichting voor 8toom- en Gaz-Baden leidt de schrijver af, dat in België blijkbaar een genezende kracht aan gasba- den werd toegeschreven; het kan natuurlijk ook best geweest zijn, dat het gas voor verwarming van het badwater diende. Ook koning Willem (de Eerste, en vermoedelijk ook de Tweede nog even, al wordt die niet met name genoemd) en een predikant, die het laatst in Aker sloot stond en toevallig ook Koning heette, spelen een belangrijke rol: de laatste beijverde zich zo voor de invoering van steenkolengas, dat hij daar persoonlijk al in 1809 proe ven mee deed. een eigen ontwerp machine voor de gasproduktie liet uitvoeren, en brief op brief naar de koning en diverse instanties daar over schreef tussendoor schijnt hij ook nog wel eens gepreekt te heb ben. Koning Willem ontving van nog veel meer kanten verzoeken en brieven van ondernemers die gasfa brieken wilden bouwen en 's ko- nings toestemming vroegen. Zo doende was de vorst goed op de hoogte en hij woonde dan ook met zijn familie „enige gasveriichtlngs- proeven" in Amsterdam bij. Wat nog helemaal niet wil zeggen dat er daarom ook naar al 's konlngs wen sen geluisterd werd: toen hij (of wellicht al zijn opvolger) In 1840 bij een Amsterdamse ijzergieter zes gaslantaarns voor het paleis op de Dam bestelde, vond de fabrikant de geboden 400 per stuk te wei nig; eind 1842 had de koning zijn bestelling nog niet binnen. Amsterdam stapte in 1834 uitein delijk definitief op verlichting met steenkolengas over Den Haag zelfs pas in 1846 maar het gehak ketak over olie- of steenkolengas ging door; nog in 1850 draaiden in ons land veel oliegasfabrieken op volle toeren. De uitvinding van de elektriciteit (door Thomas Alva Edison, die in 1879 de elektrische gloeilamp uitvond) maakte er ten slotte een eind aan. Het boekje laat zich allerminst als een boeiende roman lezen. Het is een doorwrochte studie geworden, waarin pagina na pagina vol staat met cijfers, namen en Jaartallen. Je moet wel een speciale Interesse ln de moeizame ontwikkeling van de gasverlichting hebben, wil Je voor 55 pagina's gortdroge leesstof 25 over hebben, want dat is de prijs van dit boekje. Hoe "gratis" te bekomen kopje, de pot en het melk- en suikerkannetje, waarvoor Je eerst tientallen pakjes dure koffie hebt moeten opdrinken om aan de honderden benodigde spaarpunten te komen? Vooral als Je weet, dat de punten op elk pak D.E.-koffle het pak een dubbeltje duurder maken? Het weekblad Margriet kwam daar in een gesprek met deze koffiebrander achter. Echt waar voor elk bonnetje met een waarde van één of meer punten betaalt u in de winkel een dubbel tje extra. Bij een omzet van vier miljoen van die pakjes per week zoveel worden er volgens Margriet van dit merk verkocht verdient D E. dus vier miljoen maal een dub beltje, dat is vierhonderdduizend gulden aan bonnetjes. Mooi meege nomen .want een kwart van de ko pers betaalt er wel voor, maar doet er niks mee. De 75 procent die de punten wél sparen, krijgen het be geerde serviesgoed toch niet zo gra tis als ze dachten, want eerst heb ben ze ettelijke guldens aan dub beltjes voor hun spaarpunten moe ten neerteilen. En een dure koffie zetmachine, die voor maar iets meer dan de inkoopsprijs aan de klanten wordt verkocht, kost bij nader inzien toch ook heel wat meer dan het prikje dat de koffiefa- brikant er voor vraagt. Want behal ve het zachte prijsje moet Je daar ook nog de duizenden opgespaarde en dus al dik betaalde punten bij tellen. Zó goedkoop is dat apparaat dan uiteindelijk toch niet meer. Een Jaar geleden zijn deze zeehondjes in bassins van het natuurrecreatie centrum Texel geboren, waar ze sindsdien opgegroeid zijn. Nu zijn ze groot genoeg om zich bij hun volwassen soortgenoten tc voegen, en daarom hebben ze de vrijheid gekregen. Hier zijn ze net uit hun tranoportkisten losgelaten en zwemmen ze in de richting van de zcehondcnkolonie 't Eijerlandse Gat, tussen Texel en Vlieland. Met de nieuwelingen mee telt die kolonie nu achtentwintig dieren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 5