Bandwerk ontluistert de mens
De tekening van een lezer
Threes van Dijck en Jan Peijnenburg ervoeren in fabriek:
32
rd
tiW:W:WfiTEBMBB
Commentaar
~)rfeer winst, géén werk (1)
leer winst, géén werk (2)
Minder koud
alleen voor héél geduldigen
stuur een brief
Wraak
laatste wens
:RDAG 16 APRIL 1977
___^T£RDAC
BINNENLAND
Trouw/Kwartet
-
financiële kringen is het jaarver-
ag over 1976 van Philips met opti-
lisme begroet. Het was geen ver
ging dat de Amsterdamse effec-
nbeurs positief op de financiële
sultaten reageerde. Zo'n reactie is
ok wel begrijpelijk, als men op de
ntwikkeling van de winstcijfers let.
7, >ver 1975 nog een daling van 48
-- rocent en het nu pas verstreken
ockjaar 1976 laat een stijging van
iet minder dan 46 procent zien.
2/ jet name de intern genomen effi-
intie-maatregelen hebben hun uit-
king niet gemist.
fraaie winstontwikkeling zal
r de aandeelhouders betekenen
bt op een, zij het geringe, divi-
jendverbetering kan worden gere-
d. Wie de cijfers van Philips in
n wat breder perspectief plaatst en
i oog heeft voor de sociale kant
i de uitkomsten, wordt met een
tel ander beeld geconfronteerd.
tij het gehele concern (in alle lan-
in) is de werkgelegenheid terugge-
lopen van 397.000 naar 391.500
(-5500); in ons land daalde het aan
tal arbeidsplaatsen van 91.000 naar
87.500 (-3600).
De conclusie ligt voor de hand: meer
winst werd niet omgezet in meer
werk. Was dat wél het geval ge
weest. dan had een stijging van het
aantal arbeidsplaatsen met enkele
duizenden een vrij normaal patroon
opgeleverd.
In wezen is het werkgelegen-
heidsbeeld evenwel nog minder flo
rissant, want er was in 1976 bij
verscheidene onderdelen van Philips
bovendien nog sprake van ar
beidstijdverkorting voor duizenden
arbeiders. En nu al lijkt het zeker
dat ook in 1977 de werkgelegenheid
bij deze multi-national in ons land
verder zal teruglopen met vermoe
delijk zo'n 4.000 man.
Het is begrijpelijk en ook voor de
hand liggend, dat deze ontwikkeling
voor een ieder die op enigerlei ma
nier met de werkloosheid te maken
heeft, bijzonder teleurstellend is.
door Barend Mensen
EINDHOVEN Threes van Dijck en Jan Peijnenburg. die
samen het boek „De blinde hoek" hebben geschreven om de
aandacht te vestigen op de mensonwaardige kanten van onge
schoold produktiewerk, hebben op hun „noodsignaal" veel
reacties gekregen. Het valt hen wat tegen dat de vakbeweging
nog niets van zich heeft laten horen, hoewel zij geruime tijd
voordat „De blinde hoek" in de boekhandel lag, toch al kennis
van het werk heeft kuhnen nemen. Ze betreuren ook dat in de
publikaties over het boek alle nadruk is gelegd op het eerste deel
het „werkboek" maar dat het tweede deel het „kerkboek"
nauwelijks is aangehaald.
lu kan men zich afvragen of de hier
helste ontwikkeling een op
izelf staande zaak is en bij andere
r grote en grote ondernemingen
f winst wèl in meer werk wordt
mgezet.
let komt ons voor dat Philips in
lezen geen negatieve uitzondering
irormt.
ij ijHct beeld dat uit andere reeds ver-
chenen jaarverslagen over 1976
j'k laar voren komt, vertoont in dit
ka° ipzicht veel overeenkomst. Een
bê unstige uitzondering vormt de
uin lienstverlenende sector banken en
na evensverzekeringen.
Natuurlijk is het wel zo dat de
jorzaken die tot de daling van het
antal arbeidsplaatsen hebben ge-
tid, al naar gelang de economische
Jstiuiatie van een bedrijfstak zeer ver
skillend van aard zijn (minder
l'.vrag naar artikelen, goedkoper
produceren elders, noem maar op).
Hoe men er ook tegen aan kijkt, het
begint er steeds meer op te lijken
dat de werkloosheid van zeer lang
durige aard zal zijn, als er geen
geheel andere maatregelen worden
getroffen.
Van een snelle omzetting van meer
winst in meer werk, nu er hier en
daar sprake is van een opleving,
moet men niet te veel heil ver
wachten. Dat geldt ook voor de
nogal vaak gehoorde bewering dat
de dienst-verlenende sector nog veel
arbeidskrachten zou kunnen
opnemen.
Dit zo zijnde is het hoogst noodza
kelijk, dat veel meer aandacht wordt
besteed aan studies en onderzoekin
gen die een betere, lees rechtvaardi
ger, verdeling van de bestaande hoe
veelheid arbeidsplaatsen ten doel
hebben.
„Wij vinden dat op zichzelf wel be
grijpelijk, omdat in het „werkboek"
de arbeidssituatie van mensen, die
gedoemd zijn dag in dag uit onge
schoolde produktie arbeid te ver
richten, op nogal schokkende wijze
aan de kaak wordt gesteld. Maar het
„kerkboek" is niet minder belang
rijk. Dat is als het ware naar de
kerken toegeschreven. Vooral als je
het probleem vanuit de christelijke
mensvisie bekijkt, moet je wel
constateren hoe afschuwelijk het is
dat aan grote groepen mensen ar
beid is toegeschoven die hen af
stompt, verruwt en hun het beeld
van zichzelf als mens doet verliezen.
„Nóg erger is dat wij met zijn allen
hetzij uit gebrek aan belangstelling
of uit gevoelloosheid dat gewóón
vinden en er wel bij varen. De bedoe
ling van het „werkboek" is de feiten,
zoals wij die zelf dagelijks ervaren, te
signaleren. Het „kerkboek" vraagt
de kerken met klem zich in het pro
bleem te verdiepen en er hun hou
ding tegenover te bepalen.
„Wij zijn door onze wijze van werken
zij aan zij met de mensen over wie
het gaat de kerk anders gaan
ervaren dan vroeger. We begonnen
ons werk in de fabriek om te kunnen
gaan begrijpen waardoor juist de
grote groep arbeidende bevolking
het eerst geneigd is met de kerk te
breken. We wilden achter de oorzaak
van de dagelijks te constateren ver
vreemding komen. Al zijn we de
laatste zes jaar zeer praktisch bezig
geweest, we zijn toch ook nogal be
spiegelend van aard. Vandaar dat
wij in ons boek een aan de basis
ontwikkelde „levenstheologie" ver
talen, die de kerk een ander gezicht
zou kunnen geven. We noemen het
schertsend maar met grote ernst be
doeld: „een theologie van de koude
grond". De kerk mist namelijk op dit
wijde terrein de aansluiting op men
sen in nood. Zij heeft geen zicht op
een mens-ontluistering waartegen
zij zich juist met kracht zou moeten
verzetten".
Maatschappelijk werkster Threes
van Dijck (51) en pastor Jan Peijnen
burg (47) weten waar zij over praten.
Jarenlang al zijn ze bezig met de
werkende jeugd. Peijnenburg sinds
1960 als door wijlen bisschop
Bekkers benoemde „aalmoezenier
voor de werkende jeugd", Threes van
Dijck aanvankelijk als hoofdleidster
van een „meisjeslevensschool" in
Helmond.
Het viel hen op dat de werkende
jongeren het in de tijd waarin zich
veel vernieuwingen voltrokken, de
tijd ook waarin kreten opklonken als
„God is dood", het niet meer konden
volgen. In tegenstelling tot de stude
rende jeugd, die meer informatie
kreeg, hadden zij eigenlijk geen kans
om van het kindergeloof naar een
volwassen geloof toe te kunnen le
ven. Dat trof hen beiden zo. dat ze
besloten zich geheel aan de
godsdienstige vorming van de jonge
ren te wijden.
Eerst deden zij dat indirect via een
wat Threes van Dijck noemt „mo-
derne religieuze leefgroep", een soort
commune van gelijkgestemde jonge
ren van 20 22 jaar. Na vier jaar
kregen zij de handen vrij zelf te gaan
doen wat zij de jonge mensen van
hun groep hadden gevraagd: de fa
briek Ingaan om met de arbeiders
één te worden.
„Wij stelden daarbij voorop dat het
ons niet in de eerste plaats te doen
was apostolair bezig te zijn, maar om
zelf geschikt te worden met deze
mensen om te gaan en hen te ver
staan. Alleen door hetzelfde werk te
doen als zij, door dagelijks met hen
samen te zijn, zouden wij hen en zij
ons kunnen gaan begrijpen. Eerst
hadden we geen besef van wat het is
als arbeidskracht te functioneren in
het bedrijfsleven, maar al gauw kwa
men we er achter dat ongeschoolde
produktie arbeid, met name het
bandwerk, ruwe sporen achterlaat
op de menselijke geest. Net als onze
collega's kregen wij eindeloos zich
herhalende „deelarbeid" te doen van
Een lopende band in een van de Philipsbedrijven.
drie of van vijf of van tien minuten.
We schrokken ervan dat in zo'n mo
dern geoutilleerd bedrijf als Philips
de arbeidende mens in het geheel
niets betekent. Hij heeft zich aan te
passen aan het werk. het is niet
andersom. Dat kan doordat de visie
van het bedrijfsleven op die mens
zeer armzalig is; dat kan doordat die
mens daar volslagen machteloos te
genover staat. We kwamen dingen
tegen, die we niet voor mogelijk had
den gehouden".
Steeds scherper
Gesprekken met de mensen op de
afdeling maakte het beeld van de
negatieve invloed van deze
stompzinnige langdurig en in hoog
tempo verrichte arbeid steeds scher
per. Zintuiglijke afstomping, geeste
lijke nood. klachten over de gezond
heid, geen vermogen of lust om bui
ten werktijd nog iets creatiefs te
doen, onvrede met de wereld en met
zichzelf of volslagen onverschillig
heid, Threes van Dijck en Jan Peij
nenburg herkenden het als duidelij
ke tekenen van menselijke neer
gang.
„Natuurlijk Is het zo dat wij die van
buiten gekomen zijn, scherper zien
dan de mensen zelf. Zij ervaren niet
wat wij ervaren, wij aan het werk
met hen daarentegen wel wat zij
ervaren. Wanneer de mensen ertoe
komen met ons te praten, herken
nen wij ln hun klachten wat wij zelf
ook zijn gaan voelen. Je kunt het
probleem niet afdoen door te bewe-
HET WEER door Hans de Jong
Tekeningen, bij voorkeur m figgend formaat, sturen aan: Trouw, jury politieke prent.
Postbus 859. Amsterdam. Naam en adres aan de achterzijde vermelden.
WAPEN0RD6R. VAN DE EEUW
HieRTeKBNeN n.u.e.
(op oe sTippeiTjes)^
r*=7F ffllu f i
Gisteren waren er nog buien met
strooigoed (Rozendaal tot nu toe
op alle 15 aprildagen neerslag),
vandaag zullen de condities voor
al aanvankelijk beter zijn met
royalere opklaringen. Het sys
teem dat het iets beter met ons
voor heeft is een hogedruk gebied
bij zuidwestrEngeland. Het had
gisterenavond nog 1025 mb in de
kem maar vertoonde tekenen wat
te verzwakken. Het vertoonde te
kenen wat te verzwakken. Het
trok naar het zuidoosten en gaat
dus iets dichter bij ons komen.
Het veroorzaakte een verwarming
in de bovenlucht en dat was giste
ren boven de Britse eilanden al
duidelijk merkbaar. Vergeleken
met donderdagmiddag was de
temperatuur in oost-Schotland 8
en aan de Engelse zuidoostkust 7
graden gestegen. De voor
jaarsbuien zijn hierdoor gedwon
gen de aftocht te blazen maar het
andere voorjaarsverschijnsel
nachtvorst bleef ons nog wel bo
ven het hoofd hangen ook al wer
den er minder scherpe tempera
tuurdalingen verwacht dan op
Paaszondag. En nu de hamvraag:
Hoe zal het weer zondag zijn?
Ondanks aanwezigheid van een
nog altijd krachtige hoogtestro
ming uit noordwest denk ik dat
het over het geheel gezien wel zal
meevallen. Met name in het zuid
en van het land. De temperatuur
kan daar wat hoger worden tot 11
12 graden vooral als de zon
doorbreekt. Ook België ziet het
met dat hogedruk gebied wel zit
ten en tipt de hoogste temperatu
ren op 13 graden. De kans op
regen en motregen zal daar ver
moedelijk in de loop van zondag
toch ook wel groter worden maar
in de eerste plaats in het noorden
en noordwesten van het land.
Vooral deze gebieden zijn
kwetsbaarder nu zich langs
Schotland storingen in de rich
ting van de Noordzee en Dene
marken wringen. Ze worden daar
opgepikt door de eerder genoem
de noord-westelijke hoogtestro
ming, die evenwel een wat meer
west-oost richting kan krijgen. En
daardoor zal het misschien nog
wel even duren alvorens ons hele
land in de nattige sfeer komt.
Gunstig is dat er zachtere oceaan-
lucht in aantocht is. Het is deze
lucht die zich ten westen en
noorden van het eerder genoemde
hogedrukgebied tot een nieuw of
fensief heeft samengebald dat ge
steund wordt door een depressie
ontwikkeling bij IJsland.
Het is te hopen dat het Ierse hoge
drukgebied niet te snel verder
trekt, anders vallen we in de loop
van de volgende week snel terug
in een volgende koude golf van de
Noordpool. Op IJsland en in de
zeegebieden ten noorden ervan
zijn gisteren sneeuwstormen op
gestoken bij -1 tot -5 graden. De
barometers stijgen daar. Een
west-Duitse trailer ten noordwes
ten van IJsland rapporteerde vrij
dagmiddag een oost-noordooster
storm van kracht 9 Beaufort bij
aanhoudende sneeuwval. Ook op
het eilandje Jan Mayen is het
weer bijna niet te harden met -13
graden bij een krachtige noorde
lijke wind. De barometer is daar
tot boven 1025 mb gestegen.
Een andere uitdiepende dpressie
bivakkeerde gisteren in het zuid
en van Joegoslavië. Titograd
kreeg uit een onweerzöne maar
even 35 mm regen in 6 uur tijd.
Volop zomer was het aan de Costa
del Sol met al om één uur 's
middags een temperatuur van 26
graden. Op hetzelfde moment
meldde Bordeaux maar 8 graden.
Dr. H. ten Cate, nu nog klimato-
loog van het KNMI, maar binnen
kort met pensioen, wees mij er op
dat de koudste Pasen van deze
eeuw niet die van 1964, maar van
1908 is geweest. „Ik geef toe, dat
Pasen in 1964 erg koud was, maar
de gemiddelde temperatuur was
in 1908 nog later, hoewel het toen
toch een echte late Pasen was
Die Paasdagen van 1908 (19 en 20.
april) zullen in dit opzicht moei
lijk te overtreffen zijn".
Gelet op de gemiddelde tempera
tuur is dit zo. maar gekeken naar
de maxima (4,5 graden C in 1964
tegenover 7,5 graden C in 1908)
speelt Pasen 1908 bepaald niet de
eerste viool. Het bericht betref
fende de koudste Paas van de
eeuw ln 1964 had ik overgenomen
uit een krant van 31 maart 1964:
„Koudste Pasen in deze eeuw".
De Bilt heeft de koudste Paasda
gen tot dusver in deze eeuw ach
ter de rug en men kan veilig aan
nemen, dat dit in vrijwel het gehe
le land het geval is geweest, zo
heeft het KNMI meegedeeld In
de Bilt is de temperatuur op beide
feestdagen niet hoger dan 4,5
graden C. boven het vriespunt
gekomen: Een waarde die onge
veer normaal is voor januari.
ren dat de meesten hun situatie als
iets vanzelfsprekends aanvaarden,
al is het wel zo dat zij zich de nood
waarin zij verkeren niet altijd be
wust zijn. Wat hun dwars zit kunnen
zij vaak zelf niet herkennen, laat
staan verklaren. Er zijn er zelfs bij
die hun werk wel fijn vinden. Dat is
het ergste wat wij geconstateerd
hebben: het langzamerhand verlie
zen van je eigen persoonlijkheid, het
niet meer beseffen dat Je als mens te
goed bent om als verlengstuk van
een machine te dienen.
Onder niveau
„Is het niet tekenend dat een afde
lingschef er met voldoening over
sprak dat in een bij een sociale
werkplaats ondergebrachte monta
ge-afdeling precies hetzelfde werk
als dat van ons voortreffelijk wordt
verricht door geestelijk gehandicap
ten? Je schrikt er toch wel even van,
dat zo'n man er helemaal aan voor
bijgaat dat geestelijk valide mensen
dus gedwongen zijn werk to doen
dat ver onder hun niveau ligt. Men
staat daar niet eens bij stil. En
waarom zou men ook? De mens
speelt geen belangrijkere rol in het
massaproduktieproces dan die van
een radertje in een machine. Valt hij
uit, dan wordt hij vervangen."
Jan Peijnenburg en Threes van
Dijck zeggen met nadruk dat hun
kritiek op de ongeschoolde produk-
tiearbeid en de systemen die daarbij
worden gevolgd niet alleen Philips
raakt. Je komt het overal tegen, het
is een wereldprobleem. „Wanneer",
aldus Peijnenburg. „het totale be
drijfsleven maar iets van zijn koude
materialistische mensvisie zou op
geven, wanneer de arbeidende mens
alleen nog maar een tikkeltje hoger
zou worden gewaardeerd, zou er al
veel ten goede keren. Men zou dan
vanzelf naar oplossingen zoeken om
de mens niet aan het werk kapot te
laten gaan. Terwijl men theoretisch
verdedigt dat de mens wel degelijk
serieus wordt genomen, blijkt dit in
de harde praktijk gewoon niet waar
te zijn.
De arbeid is zijn scheppende waarde
ontnomen en leeg geworden doordat
hij wordt opgedeeld in vele kleine
doeltaken, losstaand van het resul
taat. Als je dergelijk werk, dat als
menselijke creativiteit ls gedood,
dag in dag uit moet doen, sterf je
zelf ook stilaan af. Waarbij dan nog
komt, dat zij die het beroerdste
werk moeten doen ook nog het
slechts worden betaald. Dit schreeu
wende onrecht is onder ons even
eens een normale zaak. Je wordt
betaald naar gelang je verstand
hebt en niet naar je inzet of Je per
soonlijk waarde. Zo is dat.
'Basis' machteloos
De schrijvers van „De blinde hoek"
zien wel oplossingen, maar geen di
recte mogelijkheden tot verwezen
lijking daarvan. Zeker niet in een
tijd van internationale economische
spanningen zal er van „boven" Iets
ten goede te verwachten zijn. De
„basis" is te machteloos om zelf Iets
in het meedogenloze robotsysteem
te kunnen doorbrkeen. Maar het is
al heel wat als de mensen zichzelf
weer bewust gaan worden, dat zij
zich ertegen gaan wapenen hun
mens-zijn in deze zinloosheid te ver
liezen. De kerken, maar zeker ook de
vakbeweging (die naar de mening
van Jan Peijennburg in tegenstel
ling tot vroeger vrijwel geen sociaal
gerichte aandacht meer schenkt aan
de arbeider als individu) moeten hen
daarbij helpen.
„Ondanks alles bevat ons boek
hoopvolle perspectieven", zegt Peij
nenburg. „We zien om ons heen vele
veranderingen zich voltrekken. Alle
narigheid van het ogenblik kan een
vingerwijzing zijn naar een nieuwe
periode voor de mensheid, waarin zij
ook al wil zij dat misschien zelf
niet gedwongen wordt te komen
tot andere waarden, tot een andere
levenswerkelijkheid. Ik zie daarin
Gods zorg, die toch herstelt wat wij
hebben bedorven. De uitkomst van
dat hele proces zou kunnen zijn dat
wij in een andere levensstijl gaan
ervaren dat wij met minder hébben
meer kunnen zfjn."
Een legpuzzel met vijfduizend
stukjes zoals die kort geleden
van Rembrandts Nachtwacht is ge
maakt heet ontiegelijk moeilijk.
En eentje voor beginnende puzze
laartjes, die uit misschien maar
tien stukjes bestaat, noemen we
kinderlijk eenvoudig.
Ómdat Juist simpel lijkende dingen
vaak het moeilijkst blijken te zijn,
gaat dat onderscheid natuurlijk
lang niet altijd op. Neem bijvoor
beeld „de kabouter": een puzzeltje
met een kinderlijke naam, rood van
kleur zoals het althans een deel
van een fatsoenlijke kabouter
betaamt. Om te zien een doodge
wone rechthoek, die uitzeven onge
lijke stukjes is samengesteld. En
toch een van de ingewikkeldste
Puzzeltjes die we de laatste jaren
zijn tegengekomen. Leg daar maar
een pijp van, of een schortje, een
stropdas, een hoedje of een zespun
tig soort ster. Zelfs met de voor
beelden voor je fieus is dat razend
moeilijk
.J>e kabouter" is dan ook geen ge
wone puzzel. Het is een „tangram",
een Chinees legspel dat veel geduld
van de speler eist. „De puzzelaar
kan het winnen wanneer hij er met
geduld en vernuft in slaagt met de
beschikbare stukjes het gekozen
voorbeeld te leggen; hij kan ook
verliezen als hem dat met al zijn
inzicht en ervaring niet lukt. Hij
kan zelfs door tangram vernederd
worden, wanneer hij de verleiding
niet kan weerstaan om achter in
het boek bij de oplossingen te spie
ken". Zo staat het een beetje op
z'n Chinees gezegd in „het nieu
we tangram boek", een uitgave van
Landshoff in Bentveld-
Aerdenhout. Daar staat ook in, dat
het spel lang geleden, omstreeks
1800, uit China naar Europa is over
gewaaid. Het werd toen vreselijk
populair en de Duitse uitgever
Richter bracht in de tweede helft
van die eeuw zelfs een hele serie
variaties op het Chinese origineel
uit.
Die „Richter-stukken" waren van
rode baksteen, maar de tangrams
van nu zijn van stevig, gekleurd
karton gemaakt. Het boek bestaat
voor 99 procent uit voorbeelden die
uit de stukjes van acht tangrams
gelegd moeten worden. Achterin
staan, zoals inmiddels al duidelijk,
de oplossingen, maar die zijn er
alleen in gezet om achteraf de ge
vonden oplossing te kunnen
controleren, of „omdat zijn
nachtrust op het spel staat", want
de uitgever weet ook wel hoe moei
lijk de puzzels zijn. De grondvor
men van de acht tangrams lijken
meestal niet erg op hun namen: je
hebt het wonderei, de hartebreker,
het cirkelraadsel, de toornstiller, de
bliksemafleider, de dierentuin, de
geduldtoetser en de al genoemde
kabouter. De geduldtoetser een
achthoek wordt de allermoei
lijkste genoemd, maar ook het
wonderei mag er zijn. hoewel zes
van de negen stukjes tamelijk
makkelijk te plaatsen zijn doordat
ze een ronde kant hebben. Maar om
van negen stukjes „elerdop" een
vogel vliegend, omkijkend, pik
kend of zwemmend te maken,
daarvoor heb je evengoed veel ge
duld en doorzicht nodig.
Dit nieuwe tangram kost 29,50,
waarvoor de puzzelaar dan een
boek met honderden voorbeelden
terugkrijgt, waarop hij uren, zelfs
dagen achtereen zijn tanden kan
stukbijten. En dan maar weer over
nieuw beginnen, want wat die
tangrams betreft is dit een „einde
loos" boek.
ONZE WERELD TELT..
ca 6000 soorten wed- ca 3mi!|ard stuks
seiplanten (granen, i vee
vruchten,groen ten eic
Een van de politieke gevangenen in
Tsjechoslowakije voor wie Amnes
ty International een rechtvaardige
behandeling probeert te be
werkstelligen. is de 52-jarige pater
Stefan Jaworsky. Hij was pastoor
in Muran (in het zuiden van Slowa
kije) en werd op 26 november 1975
in zijn woning gearresteerd, toen
hij met ongeveer tien jongeren
godsdienstige onderwerpen be
sprak. De jongeren werden later
vrijgelaten, maar Jaworsky moest
op 31 maart vorig jaar in Roznawa
terechtstaan. De zitting zou open
baar zijn, maar desondanks werd
het publiek onder wie veel fami
lieleden en bekenden niet toege
laten. Er ontstond een relletje, waa
rop de president, dr. Stefan Gacek,
de zitting verdaagde. Het proces
werd op een geheime plaats voort
gezet.
Het vonnis en de precieze beschul
digingen tegen Jaworsky zijn lang
onbekend gebleven. Maar op 26 ja
nuari j.l. berichtte de „Prawda van
Bratislawa", dat pater Jaworsky
door het gerechtshof van Kosice in
hoger beroep veroordeeld was tot
twee jaar vrijheidsstraf, door te
brengen in een „heropvoedings-
groep". Hij werd er van verdacht
Jongeren te hebben aangezet om
naar radio Vatikaan te luisteren en
hun boeken hebben gegeven, en
verder films te hebben vertoond
met het doel „het aantal religieuze
activisten te vermeerderen". Vol
gens de laatste berichten bevindt
de pater zich in de gevangenis van
Ilawa, waar hij zware ondergrondse
arbeid moet verrichten. Zijn ge
zondheidstoestand zou zeer slecht
zijn.
Beleefde brieven, waarin wordt
aangedrongen op het in vrijheid
stellen van pater Stefan Jaworsky.
omdat zijn gevangenschap in strijd
is met artikel 19 (iedereen heeft
recht op vrije meningsuiting) van
de ook door Tsjechoslowakije on
dertekende Universele Verklaring
van de Rechten van de Mens. kun
nen gericht worden aan: Dr. Gus-
tóv Husék President van de
CSSR Praha-Hrad Tsjechoslo
wakije.
Wie kaatst moet de bal verwachten
en als het goed is. heeft baas Jan
van een café ln het Limburgse
Schlnveld dan ook wel op een gein
tje gerekend toen hij van vakantie
thuis kwam. Maar misschien had
hij niet gedacht dat het grapje ver
der ging dan het bordje „werk in
uitvoering" en de rode lamp voor
zijn café: daarachter bleek een ste
vige muur zijn portiek hermetisch
af te sluiten, zodat Jan noch zijn
vrouw met het vu Lie vakantiegoed
en de bagage in huls konden en
zelfs niet ln hun etablissement.
Daar zou nog heel wat aan vooraf
gaan. „De Limburger" weet dat de.
cafébaas met houweel en hamer
aan het werk moest om een door
gang in de vakkundig gemetselde
muur te hakken, en ook dat hij er
waarschijnlijk niet zó kwaad om
was, omdat hij zelf „grossiert" in
grappen.
Nooit had mevrouw Sandra West.
de weduwe van een miljonair uit de
Amerikaanse staat Texas, iets te
wensen over gehad. Vandaar ver
moedelijk dat haar laatste wens
een bijzonder bizarre was: na haar
dood wilde ze. net als de farao's in
het oude Egypte, met haar liefste
bezit begraven worden. Anders dan
die farao's koos zij daarvoor haar
favoriete, snelle Ferran uit. maar
toen ze eenmaal overleden was gaf
haar testament toch wel wat pro
blemen. Uiteindelijk moest de
rechter uitspreken dat haar laatste
wens vervuld kon worden. En zo is
mevrouw West in haar mooiste
kanten japon, in haar auto op een
comfortabele stoel zittend, in een
stalen container gereden, waarna
het geheel is bijgezet in het familie-
ghaf. De rest van haar beztittlngen.
inclusief het lieve sommetje van
zeven miljoen gulden, mocht haar
zwager houden.