Een jaar lang boeken over hond en kat
Nood en deugd
Spaarpandbrieven
O West land Utrecht
Uit brieven van
1
lezers
Man overleden aan
gevolgen messteken
Hypotheekbank nv
3
BINNENLAND
Trouw/Kwarlet
door Henk van Halm
„Hebt u zich wel eens afge
vraagd hoe Uw katten het liefst
Kerstmis zouden vieren? Zij
houden er stellig andere ideeën
over na dan U. Daar ik mij al
jaren verbeeld dat ik ze kan
verstaan, heb ik hun eerlijke
mening gevraagd. Maar net als
bij de mensen: zoveel kopjes
zoveel zinnen.' Dit humoris
tisch bedoelde prozafragment
uit een kattenfokkersblad,
waarvan de omslag een foto
toont van een kat met een
kerstbal om, is tekenend voor
de manier waarop velen hun
liefde voor huidieren in een
menselijk vlak trekken. Kat-
tenbladen staan er bol van,
waarschijnlijk omdat de ronde
kop van de kat moedergevoe
lens wekt en daardoor wel heel
typisch appelleert aan het ver
zorgingsinstinct, dat velen op
een andere manier niet kwijt
kunnen. Zo schrijft men zeer
zeker niet over goudvissen.
Er zijn heel wat redenen op te geven
om een huisdier te houden, maar
wellicht is de verzorgingsdrang het
meest voorkomende motief. Van een
hond is het niet de ronde kop. maar
de aanhankelijkheid waarop de baas
altijd aanspraak kan maken, ook al
keert voor diens gevoel de hele we
reld hem de rug toe. Is het een won
der dat in een maatschappij waar
contactstoornissen een algemeen
verschijnsel zijn, het houden van
huisdieren een grote vlucht neemt?
Dieren helpen de eenzaamheid
draaglijk maken en dat is een niet te
onderschatten psychologisch nut
van huisdieren. Een jaar volgen wat
er op huisdierengebied is uitgege
ven, onthult heel aardig de interesse
van het ogenblik.
Over katten
Howard Loxton: Elseviers kattenboek
in kleuren. Uitg. Elsevier, Amster
dam/Brussel. 96 blz., 19,50
Siamezen behoren tot de populairste katterassen. Weinig mensen kunnen de charme weerstaan van de grote blauwe ogen in het
gemaskerde gezicht, links Kind en hond, een onbedorven vriendschap, rechts. Foto: Henk van Halm.
Dit is niet zozeer een boek over de
geschiedenis of de verzorging van de
kat, hoewel de auteur ook aandacht
aan deze onderwerpen besteedt,
maar vooral een fotoboek met meer
dan 150 kleurenfoto's. Deze geven de
schoonheid, de kracht en de vriende
lijkheid van de kat weer, juist op die
momenten die elke kattenminnaar
van zijn eigen huisdier zou willen
vastleggen. Onbetwiste toppers zijn
opnamen van een jong Abessijntje,
van een over een sloot springende
Siamees, van een loerende Cornish
Rex, van een met haar jong spelende
moederkat, van katten in een Parijse
vensterbank, en zo zou ik nog lang
door kunnen gaan. De tekst is geluk
kig gespeend van elke 'meligheid' en
stelt de kat voor als een huisdier met
deugden en ondeugden. Hoofdstuk
ken: De alomtegenwoordige kat
De kat en zijn zintuigen De kat
kan niet gemist worden De kat als
roofdier De kat en haar jongen
De kat als vriend De kat en zijn
intelligentie De kat is speels De
nieuwsgierige kat De kat die boos
is De kat en het water.
Howard Loxton: Elseviers katten-
gids. Uitg. Elsevier, Amster
dam/Brussel. 176 blz., 17,50.
Van dezelfde schrijver is de katten-
gids van Elsevier, in tegenstelling
tot het vorige boek gericht op prak
tische kattenkennis. Aan de hand
van 160 perfecte kleurentekeningen
wordt een afgeronde beschrijving
gegeven van alle katterassen ter we
reld, in totaal meer dan negentig.
Die beschrijving betreft de geschie
denis van het ras, de nu geldende
tentoonstellingsstandaard, veel
voorkomende afwijkingen daarvan,
de verschillende kleurslagen en
soms andere bijzonderheden, zoals
het kiezen van een fokdier. Daar
blijft het niet bij: in het 75 bladzij
den tellende gedeelte dat aan de
eigenlijke gids voorafgaat, wordt
voor beginners onmisbare informa
tie gegeven over kattegedrag, de re
latie tussen mens en kat. de opvoe
ding van kittens, de voeding, ziek
ten en de voorkoming daarvan, de
tentoonstelling, de eisen voor deel
name en de verschillende organisa
ties in Nederland en België, waar
men lid van moet zijn, als men met
raskatten wil fokken en aan ten
toonstellingen meedoen. Be
langwekkend is zeker ook wat Lox
ton meedeelt over de oorsprong en
de ontwikkeling in vele soorten van
de gehele familie van de katachti-
gen en over de geschiedenis van de
huiskat.
D. Thies: 62 katten in kleuren. Uitg.
Thieme, Zutphen. 72 blz., 9,75.
In de bekende Thieme-serie zakboe
ken voor natuurvrienden verscheen
een boekje met 62 kleurenfoto's van
raskatten. Een aardig en goedkoop
boek om snel een aantal populaire
rassen te leren onderscheiden, met
naast de foto's informatie, die wel
eens wil neigen naar het sentimen
tele.
Hondenboeken
Honden steken katten naar de
kroon in populariteit, als we moeten
afgaan op het aantal boeken van het
afgelopen Jaar. Er verschenen er
niet minder dan vijf, afgezien nog
van een paar boeken die een speci
aal ras tot onderwerp hebben. Verre
weg het belangrijkst voor serieuze
kynologen is:
Fiorenzo Fiorone: Elseviers groot ras
hondenboek. Uitg. Elsevier, Amster
dam/Brussel. 392 blz., 79,50.
Dit handboek geeft 308 volledige
rasbeschrijvingen van honden van
de hele wereld volgens de aller
laatste geldende internationale
standaards. Honderassen zijn name
lijk aan voortdurende veranderin
gen onderhevig. Er wordt steeds ge
streefd naar rasverbetering wat be
treft uiterlijk, karakter en lichame
lijke conditie. Daar komt ook een
wisselende smaak bij, omdat men
bepaalde rassen nu eens groter, dan
weer kleiner of korter wenst, wat
herzieningen van de standaard tot
gevolg heeft. Bij elke rasbeschrij
ving in het rashondenboek worden
de historie van het ras. alles over de
aard, de maat en gewicht, raspunten
van hoofd, ogen, oren, hals, lichaam,
staart, voor- en achterhand,
gangwerk, beharing, kleur en dis
kwalificerende fouten uitvoerig
weergegeven. Tien pagina's kleuren
tekeningen tonen een panorama
van alle hedendaagse honderassen.
Ruim 600 voor het merendeel kleu
renfoto's tonen de hond in houdin
gen waarin zijn kwaliteiten het best
tot hun recht komen, en vaak zijn
dat actiefoto's.
K. Kellner: Handboek voor de hon
denliefhebber. Uitg. Thieme,
Zuthphen. 150 blz., 14,90.
Dit boek geeft richtlijnen en raadge
vingen hoe men de hond moet ver
zorgen en met hem omgaan. Het is
een uitstekend boek voor wie van
plan is een hond te nemen, zodat hij
van tevoren weet wat er allemaal
voor komt kijken en wat hij van een
hond mag verwachten. Een apart
hoofdstuk gaat in op de psyche van
de hond. iets waar toekomstige hon-
debezitters vaak het minst bij
stilstaan of alleen maar idealiserend
over denken. Ondanks het smekend
kijkende terriertje op de omslag Is
het merendeel van de tekst nuchter
geschreven.
Leni Fiedelmeier: Rashonden in
kleuren. Uitg. L. J. Veen, Wagenin-
gen. 256 blz., 21,90.
Zoals de titel aangeeft, maken de
150 kleurenfoto's het belang uit van
dit boek. Ze tonen 130 rassen, meest
in houdingen waarin ze op hun voor
deligst uitkomen en waar hun „ge
bruik door de mens" duidelijk van
af te lezen valt. Van elk ras is een
beschrijving gegeven die kenmer
ken. lichaamsbouw, grootte, kleur
en beharing, karakter enzovoort om
vat. Voor wie zich een rashond wil
aanschaffen een bijzonder nuttige
en aantrekkelijke catalogus. In de
inleidende tekst wordt ruime aan
dacht gegeven aan het kiezen en
kopen. De schrijfster betoogt dat
het uiterlijk niet de doorslag mag
geven, maar dat men met alle
omstandigheden, ook de huiselijke,
rekening moet houden. Een verstan
dige regel, die maar al te vaak met
voeten getreden wordt.
C. Adrian: Kleine honden. Uitg.
Thieme, Zutphen. 70 blz., 9,75.
Net zo'n boekje als „62 katten in
kleur" over honden die. ook al is
men klein behuisd, gemakkelijk te
houden zijn. Zestig rassen worden
beschreven en in kleurenfoto's afge
beeld. Het gaat vooral om poedels,
terriers, kleine buldoggen, tekkels,
spaniels, dwergschnauzers, kees
honden, pinschers en luxe hondjes.
De basset die een typische lopende
hond is. vind ik in de stad eigenlijk
misplaatst en ook niet echt tot de
kleine honden behoren, al staat hij
laag op de poten.
Wendy Boorer: Elseviers hondenboek
in kleuren. Uitg. Elsevier, Amster
dam/Brussel. 96 blz., 19,50.
Net als het hiervoor besproken kat
tenboek van Elsevier is dit niet zo
zeer een catalogus van rassen of een
handboek voor hondenverzorging,
hoewel daarover veel informatie
wordt gegeven, maar een ode aan de
hond in al zijn verscheidenheid, tref
fend uitgebeeld door fotografen uit
de hele wereld. Veel foto's zijn zo
kostelijk en humoristisch daar
kan de hond ook niets aan doen
dat je moet lachen of je wilt of niet
Een serie hondeportretten toont sa-
tyrisch hoe de mens de hond naar
zijn smaak heeft vervormd, ais we
bedenken dat hij oorspronkelijk een
wolvekop gehad moet hebben.
Ook het paard
Caroline Silver: Elseviers paarden
boek in kleuren. Uitg. Elsevier,
Amsterdam/Brussel. 96 blz., 19,50.
Hoewel bepaald geen overdreven
paardeliefhebber, kan ik me niet ont
trekken aan de bekoring van de foto's
in dit deel. enerzijds vanwege de
voortreffelijkheid van die foto's zelf,
anderzijds vanwege een soort van
oerverbondenheid met het paard die
ik toch voel. Daarbij zijn het meest
markant die opnamen die het paard
in het landschap tonen, soms
halfwild zoals de kudde IJslands po
ny's op een noordelijke toendra, de
poestapaarden galopperend langs een
oude waterput, de befaamde blanke
paarden van de Camarque. Vaak twij
fel je of dit nu een paardenboek is of
een boek vol landschapsfoto's, waar
van paarden toevallig een motief vor
men. De concpursfoto's spraken me
nog het minst aan, maar dat ligt hele
maal aan mij.
CPN
Graag zou ik even willen reageren
op het artikel: „Communisten lon
ken naar regeringszetels," in uw
krant van 11 maart. De CPN begint
«mee te beweren dat er steeds voor
int CDA wordt gezwicht door PvdA
«PPR.; ik dacht dat het tegendeel
ftn betoog behoeft. Verder worden
(t nog allerlei onjuistheden gedebi
teerd; volstrekt absurd wordt hét
echter wanneer de CPN gaat bewe
ren dat de vakbonden (FNV neem ik
aan) ook regeringsverantwoordelijk
heid moeten gaan dragen. Wanneer
men bedenkt, dat vele aanhangers
van PvdA en PPR, tevens lid van de
vakbond zullen zijn, zou het voorstel
van de CPN betekenen dat deze
mensen in feite allen 2 stemmen in
de politiek zouden gaan krijgen, zo
dat je volgens de CPN tot een meer
derheid komt, maar tegelijkertijd
elke vorm van democratie over
boord gooit.
Rotterdam H. Walinga
Slecht gebit
Over „het verstandige gedrag, dat de
meeste mensen niet op kunnen bren
gen" gesproken: Ik heb twee kinde
ren met pracht gebitten, en twee
kinderen, bij wie we proberen er voor
later nog iets goeds van te maken!
Oorzaak: de oudste twee werden ge
saneerd vanaf het prilste begin. De
jongste twee (na verhuizing, de nieu
we tandarts véél te druk) werden pas
gesaneerd bij 't blijvende gebit!) Vier
jaar geen behandeling. Kauwen niet
meer stevig en poetsen niet meer
stevig als 't eerste kleine gaatje di
rect behandeld zou worden, zoals bij
onze oudsten, dan kauwen en boe-
oen ze wel stevig! Een tandarts
graag! Op kleuterzorg Ctussen twee
en zes jaar!).
Delft M. de Bruijn
Korte duidelijk geschreven, liefst aan één kant getypte, brieven kunnen worden
gestuurd naar: Secretaris Hoofdredactie Trouw/Kwartet, Postbus 859. Amsterdam. Bij
publikatie wordt de naam van de schrijver vermeld.
EO en Swapo (5)
Mevrouw Visscher-Dekker, stelt In
deze rubriek dat de meeste Afrikaan
se staten dictaturen zijn. Inderdaad,
en aangezien Zuid-Afrika ook een
dictatuur is, die bovendien een on
rechtmatig bewind over Namibië ui
toefent, strijdt de Swapo tegen de
Zuidafrikaanse overheersing van
hun land. In de SWAPO zijn ver
scheidene kerken vertegenwoordigd
en ze wordt door diverse christelijke
organisaties gesteund. Daarom moe
ten we het rechtvaardige streven van
de SWAPO steunen! Briefschrijfster
gelooft niet. dat Rusland met zijn
steun de zwarte Afrikaan wil bevrij
den. Is dat niet een reden voor chris
tenen om de zwarte Afrikaan wel te
steunen in zijn streven naar
zelfbeschikking?
Groningen Bert Westerink
CDA-lied
Het CDA-lied is slechts een onschul
dig ludiek gebeuren. Maar Aantjes is
er tegen. Wel het kille, koude, niet
voor humor vatbare lichte zoge
naamd „progressieve". Voor mij
hoeft dat dus niet. Voor mij blijft het
„CDA-lied" een leuk incident, dat
„onschuldig" van aard is
Voorburg J. Keijzer
Boomfeestdag
Volgens Trouw van 16 maart zou ln
1957 in Apeldoorn de eerste „boom
feestdag" zijn gehouden. Hierbij
Dieren
Khilder
dient opgemerkt te worden, dat
boomplantdagen voor de school
jeugd al veel eerder bestonden. Zo
herinner ik mij, dat er in Vriezen-
veen langs de nieuw aangelegde weg
ln de Weitemanslanden door de
schoolkinderen bomen werden ge
poot. Aan elke boom kwam een hou
ten label met de naam van de jonge
planter. De kinderen zongen het
Boomplantlied, dat op de scholen
was ingestudeerd. Initiatief
neemster was de Nederlandse Hei
demaatschappij.
Breda R. Klunder
Volksunie
Hoewel het niet mijn gewoonte is te
reageren op de verslaglegging van
strafzaken waarin ik het openbaar
ministerie heb vertegenwoordigd,
meen ik gelet op de aard der
materie daarop in dit geval een
uitzondering te moeten maken.
Uw verslaggever vangt zijn artikel
in Trouw van woensdag 16 maart,
waarin hij een weergave geeft van
de op 15 maart te Rotterdam gehou
den terechtzitting, waarop o.a. de
leider van de Nederlandse Volksunie
J.G. zich moest verantwoorden
voor de verspreiding in Schiedam in
augustus 1976 van racistische
pamfletten, aan met de zinsnede:
„Kennelijk met tegenzin heeft de
officier van justitie bij de Rotter
damse rechtbank volgt mijn
naam gisteren een onvoorwaarde
lijke gevangenisstraf van een
maand geëist tegen Joop G. voor
noemd".
Ik hécht eraan u kenbaar te maken,
dat deze gesuggereerde tegenzin
van het openbaar ministerie ónjuist
is en dat de gekozen bewoordingen
bijzonder ongelukkig zijn, omdat
deze ten onrechte de indruk
kunnen wekken, als zou het O M.
niet voor 100 procent achter deze
vervolging staan.
Ik meen, dat er géén twijfel over
móg bestaan, en het gehouden re
quisitoir daarvoor ook géén
grondslag bood. dat het O.M. de
pamfletten qua inhoud verwerpelijk
en de verspreiding daarvan in strijd
met de wet acht.
Het O.M. heeft slechts voortbou
wend op hetgeen ter sprake kwam
bij de parlementaire behandeling
van het wetsontwerp, dat leidde tot
de totstandkoming van de Wet van
18 februari 1971, waarbij de huidige
artikelen 90quater (definitie begrip
discriminatie), 137c, d en e in het
Wetboek van Strafrecht werden op
genomen, op welk laatste artikel
(137e-verspreidingsdelict) de onder
havige strafvervolging was geba
seerd gewezen op de beperkte
mogelijkheid van het strafrecht om
door strafoplegging mensen met ra
cistische denkbeelden zelf wézenlijk
te veranderen. Daarvoor zit de wor
tel van het kwaad te diep: gevoelens
van rassuperioritelt en rassenvoor
oordelen vergen een mentaliteitsbe-
strijdlng, waaraan wij allen kunnen
en moeten meewerken. Voorkomen
moet zo mogelijk worden, dat bo
venbedoelde mensen zich door straf
oplegging gaan vastbijten in hun
heilloze visie en daarmee aantrek
kingskracht gaan uitoefenen op an
dere mensen: het zgn. martelaarsef
fect.
Dit is hetgeen het O.M. méde aan de
orde heeft gesteld. Het strafrecht
heeft echter in dit soort gevallen
en dót was de hóófdstrekking van
het requisitoir, daarbij geheel in de
lijn blijvend van voormelde parle
mentaire behandeling vooral een
normmarkérende functie voor ólle
rechtsgenoten, en kan er tevens in
belangrijke mate toe bijdragen, dat
het maken van propaganda voor de
ze ongezonde ideeën, die op de sa
menleving een vergiftigende wer
king kunnen hebben, zoveel moge
lijk wordt belemmerd en tegenge
gaan.
Daartoe diende deze strafzaak.
Rotterdam Mr A. G. Korvinus
(Mevrouw mr A. G. Korvinus is offi
cier van justitie in Rotterdam).
Rectificatie De in ons blad van
vrijdag 18 maart gepubliceerde brief
over „Klassejustitie" was geschre
ven door de Groningse prof. dr R. W.
Jongman (en niet Jongsma. zoals er
abusievelijk stond). Red.
Van een verslaggever
AMSTERDAM Een 46-jarige man
uit Krommenie is zaterdag in het
Amsterdamse Binnengasthuis over
leden aan de gevolgen van twee
messteken in het bovenlichaam. Wie
de steken heeft toegebracht is nog
onbekend.
Het slachtoffer zakte voor de ogen
van twee voorbijgangers bloedend
Ineen op de brug voor het centraal
station. Niet ver van deze plaats
moet hij zijn gestoken-
Het slachtoffer bleek niet beroofd te
zijn. Hij kwam van een receptie en
wilde bij het station een taxi nemen,
zo had hij zijn vrouw telefonisch
laten weten.
Door dr. C. Rijnsdorp
Iedereen kent de uitdrukking: van de nood een deugd maken. Daarin zit een stuk praktische
levenswijsheid. Het lukt niet immer, want er is vindingrijkheid voor nodig. Maar men doet er
verstandig aan het altijd te proberen. Want stelt men zich tevreden met alleen maar een uitweg te
zoeken uit de moeilijkheid, dan is die moeilijkheid niet echt overwonnen, alleen maar ontweken.
Wie mikt op het hogere, heeft allicht kans het lagere te treffen.
Emmanuel Levinas, een in 1906 in
Rusland geboren jood, die Frankrijk
als tweede vaderland koos, heeft van
de nood van het jood-zijn en van het
jodendom in de wereld, niet zozeer
een deugd, als wel een deugdelijke
filosofie gemaakt. Van huls uit thuis
in de joodse wijsheid, studeerde hij
westerse wijsbegeerte. Dit zijn twee
totaal verschillende werelden.
Het joodse denken ls getekend door
de slavernij in Egypte, de uittocht,
de wetgeving in de woestijn, de oor
logen in Kanaón, de herhaalde bal
lingschap, de verstrooiing onder de
volken, het eeuwenlange leven in ge
tto's. Het westerse denken daarente
gen ontwikkelde zich vanuit Griekse
stadstaten, later onder de vleugels
van een machtige wereldkerk, weer
later in de sfeer van koninklijke
macht, republikeinse vrijheid, wes
ters superioriteitsgevoel en kolonisa
tie. Bij de joden stond de wet
centraal, de gerechtigheid en het sa
menzijn. Bij de westerlingen, als
geestelijke erfgenamen van de Grie
ken, gaat het om begrijpen, om ken
nis en om de enkeling, die door te
denken het geheel, de totaliteit, in
zijn greep probeert te krijgen.
Heeft de westerse theologie de Jood
se wijsheid in Griekse kaders ge
perst, Levinas komt van de andere
kant. Als volbloed Jood, wlen het
godsbegrip in de ziel is gebrand als
de wet in de stenen tafelen, boven
dien thuis in de Talmoed met zijn
encyclopedisch karakter, studeert
hij in 1928-1929 In Freiburg wijsbe
geerte bij twee groten in het vak:
Husserl en Heidegger. Aan de Parij
se Sorbonne voltooit hij zijn studies
en geraakt er bevriend met be
langrijke denkers als Gabriel Marcel
en Jean Wahl. In 1961 verwerft hij
het staatsdoctoraat aan de Sorbon
ne met zijn boek ToUlité et Infini.
Hij schrijft in het Frans over zijn
Duitstalige leermeesters, maar
houdt ook voordrachten over het Jo
dendom en de Talmoed, die tevens
ln druk verschijnen.
Moeilijk
Nu gaat dit artikel over een boek van
Theo de Boer (geboren 1932), getiteld
Tussen filosofie en profetie, de wijs
begeerte van Ammanuel Levinas (uit
gever Amboboeken, Baarn, 176 blz.,
19.50). Filosofie is een moeilijk vak
dat een levenslange toewijding
vraagt en waarover men in een krant
niet rechtstreeks schrijven kan. Bo
vendien is Levinas extra moeilijk; de
ontwikkelde lezer kan er maar net
bij. Toch h^eft het zin zo'n boek in
een dagblad aan te kondigen. Want
hier is iets heel merkwaardigs aan de
hand.
Men weet dat de Franse revolutie
van 1789 met haar idealen van vrij
heid, gelijkheid en broederschap de
Joden uit hun getto's heeft bevrijd.
Toen kwam voor de Jood de grote
kans, maar ook de grote verleiding
van de assimilatie, het opgaan in de
niet-Joodse samenleving. Menigeen
voegde zich bij de officiële kerk, om
zo toegang te verkrijgen tot de hoge
re functies en ambten. Zo bij voor
beeld ook de ouders van Karl Marx.
Deze hechtte geen waarde aan het
Jood-zijn: hij dacht ln klassen en niet
in rassen. De Jood, die zowat door
alle oude en Jonge culturen was
heengekropen, had voor assimilatie
een eigen talent. Grote Joodse den
kers als Spinoza, en ln een meer
dichtbij verleden Bergson en Hus
serl, voegden zich min of meer in de
bestaande, westerse denktraditie.
Voor de handboeken ls hun jood-zijn
niet het voornaamste.
Levinas evenwel, die in Rusland de
revolutie van 1917 heeft meege
maakt en weet wat het is te leven
onder de dreiging van pogroms,
voorvoelde lang van te voren de ge
organiseerde massamoord op de Jo
den, zoals die later onder Hitier een
verschrikkelijk feit werd. Dit heeft
hem om zo te zeggen gestigmati
seerd. Zijn hele voelen en denken ls
ervan doortrokken. Hij kan niet le
ven, als hij niet gelooft aan een die
pere zin van het Joodse lijden, als hij
van die nood niet een filosofie kan
maken waarvan de joodse situatie de
geestelijke basis vormt, ln die zin
zelfs dat de jood te midden van de
nlet-Joden de exemplarische mens
wordt. De aanwezigheid van de jo
den ln de wereld openbaart de zin
van de wereld. In hun lijden ont
vouwt zich de wezenlijke betekenis
der dingen; het ls plaatsbekledend.
ln de geest van Jesaja 53. Het
ethische staat centraal. De mens ls
er voor de ander; plaatsvervanging is
de diepste vorm van solidariteit.
Muziek
Levinas drukt dat uit in de compacte
uitspraak; joodse wijsheid vertalen
in het Grieks. Vanuit zijn oudtesta
mentische en talmoedische gedach-
tenwereld stuit hij op het totaal an
dersoortige denkapparaat dat de
westerse mens in bijna 2500 Jaar
heeft uitgedacht. Hij assimileert er
zich niet mee, hij geeft niets prijs,
maar hij haalt er een muziek uit
waarvoor het niet is gebouwd, zoals
soms bij moderne muziek van een
fluit of een vleugelpiano geluiden
worden afgedwongen die bij de na
tuur van het instrument niet passen.
Wanneer de westerse filosoof over
het bovennatuurlijke en over God
spreekt, doet hij dat van zijn ge
zichtspunt uit.
Dit laatste ls beslissend en zo wor
den ontologie en metafysica, het na
denken over het wezen der dingen en
wat daar eventueel achter ligt, om
een ouderwetse uitdrukking te ge
bruiken, één toet mem (toute mêrne),
één totaliteit. Levinas evenwel komt
van de andere kant Zijn vertrek
punt is het Andere of De Andere.
Voor wie denkend uit deze oneindig
heid komt is al het andere eender,
eenzelfde totaliteit. Vandaar de titel
Totalité et Infini, totaliteit en onein
digheid. Als bij een palimpsest sche
meren hieronder de oerwoorden
door: Ik ben de HERE. Zo ls bij
Levinas het grondfeit van de filosofie
niet het bewustzijn, la conscience
théorique, maar het geweten, la
conscience morale. Chokmah staat
tegenover Theoria. zoals de auteur
uiteenzette ln een voordracht voor
de Vrije Universiteit op 20 november
1975, opgenomen als laatste hoofd
stuk van zijn boek.
Voor mij als belangstellende leek is
Levinas' wijsbegeerte de filosofische
uitbreiding van Psalm 119 vers 96:
.Aan alle volmaaktheid heb ik een
einde gezien, maar Uw gebod is zeer
wijd." Of. met Gerhardt en Van der
Zeyde: „Niets voltooid, of ik zie: het
ls eindig. Uw woord verwijdt zich:
onbegrensd."
ADVERTENTIE
In coupures van f 1.000.- a 100%
Bij aankruip dient opgelopen rente te worden
bijbetaald vanaf 14 2 "77 op basis van 8'
per jaar Spaarpandbrieven zijn aan toonder
en ter beurze genoteerd. Algehele aflossing ad
f 1.550.- per stuk op 24-6-H2. zijnde nominaal
bedrag plus rente op basis van samengestelde
interest. Verkrijgbaar bij handelsbanken,
commissionairs er. onze kantoren
Kantoren door het gehele land Hoofdkantoor.
Amsterdam. Sarphalistraat 1,020 252525,1st. 41 en 42.
In coupures van f L000r a 100%