Een jaar lang boeken over hond en kat Nood en deugd Spaarpandbrieven O West land Utrecht Uit brieven van 1 lezers Man overleden aan gevolgen messteken Hypotheekbank nv 3 BINNENLAND Trouw/Kwarlet door Henk van Halm „Hebt u zich wel eens afge vraagd hoe Uw katten het liefst Kerstmis zouden vieren? Zij houden er stellig andere ideeën over na dan U. Daar ik mij al jaren verbeeld dat ik ze kan verstaan, heb ik hun eerlijke mening gevraagd. Maar net als bij de mensen: zoveel kopjes zoveel zinnen.' Dit humoris tisch bedoelde prozafragment uit een kattenfokkersblad, waarvan de omslag een foto toont van een kat met een kerstbal om, is tekenend voor de manier waarop velen hun liefde voor huidieren in een menselijk vlak trekken. Kat- tenbladen staan er bol van, waarschijnlijk omdat de ronde kop van de kat moedergevoe lens wekt en daardoor wel heel typisch appelleert aan het ver zorgingsinstinct, dat velen op een andere manier niet kwijt kunnen. Zo schrijft men zeer zeker niet over goudvissen. Er zijn heel wat redenen op te geven om een huisdier te houden, maar wellicht is de verzorgingsdrang het meest voorkomende motief. Van een hond is het niet de ronde kop. maar de aanhankelijkheid waarop de baas altijd aanspraak kan maken, ook al keert voor diens gevoel de hele we reld hem de rug toe. Is het een won der dat in een maatschappij waar contactstoornissen een algemeen verschijnsel zijn, het houden van huisdieren een grote vlucht neemt? Dieren helpen de eenzaamheid draaglijk maken en dat is een niet te onderschatten psychologisch nut van huisdieren. Een jaar volgen wat er op huisdierengebied is uitgege ven, onthult heel aardig de interesse van het ogenblik. Over katten Howard Loxton: Elseviers kattenboek in kleuren. Uitg. Elsevier, Amster dam/Brussel. 96 blz., 19,50 Siamezen behoren tot de populairste katterassen. Weinig mensen kunnen de charme weerstaan van de grote blauwe ogen in het gemaskerde gezicht, links Kind en hond, een onbedorven vriendschap, rechts. Foto: Henk van Halm. Dit is niet zozeer een boek over de geschiedenis of de verzorging van de kat, hoewel de auteur ook aandacht aan deze onderwerpen besteedt, maar vooral een fotoboek met meer dan 150 kleurenfoto's. Deze geven de schoonheid, de kracht en de vriende lijkheid van de kat weer, juist op die momenten die elke kattenminnaar van zijn eigen huisdier zou willen vastleggen. Onbetwiste toppers zijn opnamen van een jong Abessijntje, van een over een sloot springende Siamees, van een loerende Cornish Rex, van een met haar jong spelende moederkat, van katten in een Parijse vensterbank, en zo zou ik nog lang door kunnen gaan. De tekst is geluk kig gespeend van elke 'meligheid' en stelt de kat voor als een huisdier met deugden en ondeugden. Hoofdstuk ken: De alomtegenwoordige kat De kat en zijn zintuigen De kat kan niet gemist worden De kat als roofdier De kat en haar jongen De kat als vriend De kat en zijn intelligentie De kat is speels De nieuwsgierige kat De kat die boos is De kat en het water. Howard Loxton: Elseviers katten- gids. Uitg. Elsevier, Amster dam/Brussel. 176 blz., 17,50. Van dezelfde schrijver is de katten- gids van Elsevier, in tegenstelling tot het vorige boek gericht op prak tische kattenkennis. Aan de hand van 160 perfecte kleurentekeningen wordt een afgeronde beschrijving gegeven van alle katterassen ter we reld, in totaal meer dan negentig. Die beschrijving betreft de geschie denis van het ras, de nu geldende tentoonstellingsstandaard, veel voorkomende afwijkingen daarvan, de verschillende kleurslagen en soms andere bijzonderheden, zoals het kiezen van een fokdier. Daar blijft het niet bij: in het 75 bladzij den tellende gedeelte dat aan de eigenlijke gids voorafgaat, wordt voor beginners onmisbare informa tie gegeven over kattegedrag, de re latie tussen mens en kat. de opvoe ding van kittens, de voeding, ziek ten en de voorkoming daarvan, de tentoonstelling, de eisen voor deel name en de verschillende organisa ties in Nederland en België, waar men lid van moet zijn, als men met raskatten wil fokken en aan ten toonstellingen meedoen. Be langwekkend is zeker ook wat Lox ton meedeelt over de oorsprong en de ontwikkeling in vele soorten van de gehele familie van de katachti- gen en over de geschiedenis van de huiskat. D. Thies: 62 katten in kleuren. Uitg. Thieme, Zutphen. 72 blz., 9,75. In de bekende Thieme-serie zakboe ken voor natuurvrienden verscheen een boekje met 62 kleurenfoto's van raskatten. Een aardig en goedkoop boek om snel een aantal populaire rassen te leren onderscheiden, met naast de foto's informatie, die wel eens wil neigen naar het sentimen tele. Hondenboeken Honden steken katten naar de kroon in populariteit, als we moeten afgaan op het aantal boeken van het afgelopen Jaar. Er verschenen er niet minder dan vijf, afgezien nog van een paar boeken die een speci aal ras tot onderwerp hebben. Verre weg het belangrijkst voor serieuze kynologen is: Fiorenzo Fiorone: Elseviers groot ras hondenboek. Uitg. Elsevier, Amster dam/Brussel. 392 blz., 79,50. Dit handboek geeft 308 volledige rasbeschrijvingen van honden van de hele wereld volgens de aller laatste geldende internationale standaards. Honderassen zijn name lijk aan voortdurende veranderin gen onderhevig. Er wordt steeds ge streefd naar rasverbetering wat be treft uiterlijk, karakter en lichame lijke conditie. Daar komt ook een wisselende smaak bij, omdat men bepaalde rassen nu eens groter, dan weer kleiner of korter wenst, wat herzieningen van de standaard tot gevolg heeft. Bij elke rasbeschrij ving in het rashondenboek worden de historie van het ras. alles over de aard, de maat en gewicht, raspunten van hoofd, ogen, oren, hals, lichaam, staart, voor- en achterhand, gangwerk, beharing, kleur en dis kwalificerende fouten uitvoerig weergegeven. Tien pagina's kleuren tekeningen tonen een panorama van alle hedendaagse honderassen. Ruim 600 voor het merendeel kleu renfoto's tonen de hond in houdin gen waarin zijn kwaliteiten het best tot hun recht komen, en vaak zijn dat actiefoto's. K. Kellner: Handboek voor de hon denliefhebber. Uitg. Thieme, Zuthphen. 150 blz., 14,90. Dit boek geeft richtlijnen en raadge vingen hoe men de hond moet ver zorgen en met hem omgaan. Het is een uitstekend boek voor wie van plan is een hond te nemen, zodat hij van tevoren weet wat er allemaal voor komt kijken en wat hij van een hond mag verwachten. Een apart hoofdstuk gaat in op de psyche van de hond. iets waar toekomstige hon- debezitters vaak het minst bij stilstaan of alleen maar idealiserend over denken. Ondanks het smekend kijkende terriertje op de omslag Is het merendeel van de tekst nuchter geschreven. Leni Fiedelmeier: Rashonden in kleuren. Uitg. L. J. Veen, Wagenin- gen. 256 blz., 21,90. Zoals de titel aangeeft, maken de 150 kleurenfoto's het belang uit van dit boek. Ze tonen 130 rassen, meest in houdingen waarin ze op hun voor deligst uitkomen en waar hun „ge bruik door de mens" duidelijk van af te lezen valt. Van elk ras is een beschrijving gegeven die kenmer ken. lichaamsbouw, grootte, kleur en beharing, karakter enzovoort om vat. Voor wie zich een rashond wil aanschaffen een bijzonder nuttige en aantrekkelijke catalogus. In de inleidende tekst wordt ruime aan dacht gegeven aan het kiezen en kopen. De schrijfster betoogt dat het uiterlijk niet de doorslag mag geven, maar dat men met alle omstandigheden, ook de huiselijke, rekening moet houden. Een verstan dige regel, die maar al te vaak met voeten getreden wordt. C. Adrian: Kleine honden. Uitg. Thieme, Zutphen. 70 blz., 9,75. Net zo'n boekje als „62 katten in kleur" over honden die. ook al is men klein behuisd, gemakkelijk te houden zijn. Zestig rassen worden beschreven en in kleurenfoto's afge beeld. Het gaat vooral om poedels, terriers, kleine buldoggen, tekkels, spaniels, dwergschnauzers, kees honden, pinschers en luxe hondjes. De basset die een typische lopende hond is. vind ik in de stad eigenlijk misplaatst en ook niet echt tot de kleine honden behoren, al staat hij laag op de poten. Wendy Boorer: Elseviers hondenboek in kleuren. Uitg. Elsevier, Amster dam/Brussel. 96 blz., 19,50. Net als het hiervoor besproken kat tenboek van Elsevier is dit niet zo zeer een catalogus van rassen of een handboek voor hondenverzorging, hoewel daarover veel informatie wordt gegeven, maar een ode aan de hond in al zijn verscheidenheid, tref fend uitgebeeld door fotografen uit de hele wereld. Veel foto's zijn zo kostelijk en humoristisch daar kan de hond ook niets aan doen dat je moet lachen of je wilt of niet Een serie hondeportretten toont sa- tyrisch hoe de mens de hond naar zijn smaak heeft vervormd, ais we bedenken dat hij oorspronkelijk een wolvekop gehad moet hebben. Ook het paard Caroline Silver: Elseviers paarden boek in kleuren. Uitg. Elsevier, Amsterdam/Brussel. 96 blz., 19,50. Hoewel bepaald geen overdreven paardeliefhebber, kan ik me niet ont trekken aan de bekoring van de foto's in dit deel. enerzijds vanwege de voortreffelijkheid van die foto's zelf, anderzijds vanwege een soort van oerverbondenheid met het paard die ik toch voel. Daarbij zijn het meest markant die opnamen die het paard in het landschap tonen, soms halfwild zoals de kudde IJslands po ny's op een noordelijke toendra, de poestapaarden galopperend langs een oude waterput, de befaamde blanke paarden van de Camarque. Vaak twij fel je of dit nu een paardenboek is of een boek vol landschapsfoto's, waar van paarden toevallig een motief vor men. De concpursfoto's spraken me nog het minst aan, maar dat ligt hele maal aan mij. CPN Graag zou ik even willen reageren op het artikel: „Communisten lon ken naar regeringszetels," in uw krant van 11 maart. De CPN begint «mee te beweren dat er steeds voor int CDA wordt gezwicht door PvdA «PPR.; ik dacht dat het tegendeel ftn betoog behoeft. Verder worden (t nog allerlei onjuistheden gedebi teerd; volstrekt absurd wordt hét echter wanneer de CPN gaat bewe ren dat de vakbonden (FNV neem ik aan) ook regeringsverantwoordelijk heid moeten gaan dragen. Wanneer men bedenkt, dat vele aanhangers van PvdA en PPR, tevens lid van de vakbond zullen zijn, zou het voorstel van de CPN betekenen dat deze mensen in feite allen 2 stemmen in de politiek zouden gaan krijgen, zo dat je volgens de CPN tot een meer derheid komt, maar tegelijkertijd elke vorm van democratie over boord gooit. Rotterdam H. Walinga Slecht gebit Over „het verstandige gedrag, dat de meeste mensen niet op kunnen bren gen" gesproken: Ik heb twee kinde ren met pracht gebitten, en twee kinderen, bij wie we proberen er voor later nog iets goeds van te maken! Oorzaak: de oudste twee werden ge saneerd vanaf het prilste begin. De jongste twee (na verhuizing, de nieu we tandarts véél te druk) werden pas gesaneerd bij 't blijvende gebit!) Vier jaar geen behandeling. Kauwen niet meer stevig en poetsen niet meer stevig als 't eerste kleine gaatje di rect behandeld zou worden, zoals bij onze oudsten, dan kauwen en boe- oen ze wel stevig! Een tandarts graag! Op kleuterzorg Ctussen twee en zes jaar!). Delft M. de Bruijn Korte duidelijk geschreven, liefst aan één kant getypte, brieven kunnen worden gestuurd naar: Secretaris Hoofdredactie Trouw/Kwartet, Postbus 859. Amsterdam. Bij publikatie wordt de naam van de schrijver vermeld. EO en Swapo (5) Mevrouw Visscher-Dekker, stelt In deze rubriek dat de meeste Afrikaan se staten dictaturen zijn. Inderdaad, en aangezien Zuid-Afrika ook een dictatuur is, die bovendien een on rechtmatig bewind over Namibië ui toefent, strijdt de Swapo tegen de Zuidafrikaanse overheersing van hun land. In de SWAPO zijn ver scheidene kerken vertegenwoordigd en ze wordt door diverse christelijke organisaties gesteund. Daarom moe ten we het rechtvaardige streven van de SWAPO steunen! Briefschrijfster gelooft niet. dat Rusland met zijn steun de zwarte Afrikaan wil bevrij den. Is dat niet een reden voor chris tenen om de zwarte Afrikaan wel te steunen in zijn streven naar zelfbeschikking? Groningen Bert Westerink CDA-lied Het CDA-lied is slechts een onschul dig ludiek gebeuren. Maar Aantjes is er tegen. Wel het kille, koude, niet voor humor vatbare lichte zoge naamd „progressieve". Voor mij hoeft dat dus niet. Voor mij blijft het „CDA-lied" een leuk incident, dat „onschuldig" van aard is Voorburg J. Keijzer Boomfeestdag Volgens Trouw van 16 maart zou ln 1957 in Apeldoorn de eerste „boom feestdag" zijn gehouden. Hierbij Dieren Khilder dient opgemerkt te worden, dat boomplantdagen voor de school jeugd al veel eerder bestonden. Zo herinner ik mij, dat er in Vriezen- veen langs de nieuw aangelegde weg ln de Weitemanslanden door de schoolkinderen bomen werden ge poot. Aan elke boom kwam een hou ten label met de naam van de jonge planter. De kinderen zongen het Boomplantlied, dat op de scholen was ingestudeerd. Initiatief neemster was de Nederlandse Hei demaatschappij. Breda R. Klunder Volksunie Hoewel het niet mijn gewoonte is te reageren op de verslaglegging van strafzaken waarin ik het openbaar ministerie heb vertegenwoordigd, meen ik gelet op de aard der materie daarop in dit geval een uitzondering te moeten maken. Uw verslaggever vangt zijn artikel in Trouw van woensdag 16 maart, waarin hij een weergave geeft van de op 15 maart te Rotterdam gehou den terechtzitting, waarop o.a. de leider van de Nederlandse Volksunie J.G. zich moest verantwoorden voor de verspreiding in Schiedam in augustus 1976 van racistische pamfletten, aan met de zinsnede: „Kennelijk met tegenzin heeft de officier van justitie bij de Rotter damse rechtbank volgt mijn naam gisteren een onvoorwaarde lijke gevangenisstraf van een maand geëist tegen Joop G. voor noemd". Ik hécht eraan u kenbaar te maken, dat deze gesuggereerde tegenzin van het openbaar ministerie ónjuist is en dat de gekozen bewoordingen bijzonder ongelukkig zijn, omdat deze ten onrechte de indruk kunnen wekken, als zou het O M. niet voor 100 procent achter deze vervolging staan. Ik meen, dat er géén twijfel over móg bestaan, en het gehouden re quisitoir daarvoor ook géén grondslag bood. dat het O.M. de pamfletten qua inhoud verwerpelijk en de verspreiding daarvan in strijd met de wet acht. Het O.M. heeft slechts voortbou wend op hetgeen ter sprake kwam bij de parlementaire behandeling van het wetsontwerp, dat leidde tot de totstandkoming van de Wet van 18 februari 1971, waarbij de huidige artikelen 90quater (definitie begrip discriminatie), 137c, d en e in het Wetboek van Strafrecht werden op genomen, op welk laatste artikel (137e-verspreidingsdelict) de onder havige strafvervolging was geba seerd gewezen op de beperkte mogelijkheid van het strafrecht om door strafoplegging mensen met ra cistische denkbeelden zelf wézenlijk te veranderen. Daarvoor zit de wor tel van het kwaad te diep: gevoelens van rassuperioritelt en rassenvoor oordelen vergen een mentaliteitsbe- strijdlng, waaraan wij allen kunnen en moeten meewerken. Voorkomen moet zo mogelijk worden, dat bo venbedoelde mensen zich door straf oplegging gaan vastbijten in hun heilloze visie en daarmee aantrek kingskracht gaan uitoefenen op an dere mensen: het zgn. martelaarsef fect. Dit is hetgeen het O.M. méde aan de orde heeft gesteld. Het strafrecht heeft echter in dit soort gevallen en dót was de hóófdstrekking van het requisitoir, daarbij geheel in de lijn blijvend van voormelde parle mentaire behandeling vooral een normmarkérende functie voor ólle rechtsgenoten, en kan er tevens in belangrijke mate toe bijdragen, dat het maken van propaganda voor de ze ongezonde ideeën, die op de sa menleving een vergiftigende wer king kunnen hebben, zoveel moge lijk wordt belemmerd en tegenge gaan. Daartoe diende deze strafzaak. Rotterdam Mr A. G. Korvinus (Mevrouw mr A. G. Korvinus is offi cier van justitie in Rotterdam). Rectificatie De in ons blad van vrijdag 18 maart gepubliceerde brief over „Klassejustitie" was geschre ven door de Groningse prof. dr R. W. Jongman (en niet Jongsma. zoals er abusievelijk stond). Red. Van een verslaggever AMSTERDAM Een 46-jarige man uit Krommenie is zaterdag in het Amsterdamse Binnengasthuis over leden aan de gevolgen van twee messteken in het bovenlichaam. Wie de steken heeft toegebracht is nog onbekend. Het slachtoffer zakte voor de ogen van twee voorbijgangers bloedend Ineen op de brug voor het centraal station. Niet ver van deze plaats moet hij zijn gestoken- Het slachtoffer bleek niet beroofd te zijn. Hij kwam van een receptie en wilde bij het station een taxi nemen, zo had hij zijn vrouw telefonisch laten weten. Door dr. C. Rijnsdorp Iedereen kent de uitdrukking: van de nood een deugd maken. Daarin zit een stuk praktische levenswijsheid. Het lukt niet immer, want er is vindingrijkheid voor nodig. Maar men doet er verstandig aan het altijd te proberen. Want stelt men zich tevreden met alleen maar een uitweg te zoeken uit de moeilijkheid, dan is die moeilijkheid niet echt overwonnen, alleen maar ontweken. Wie mikt op het hogere, heeft allicht kans het lagere te treffen. Emmanuel Levinas, een in 1906 in Rusland geboren jood, die Frankrijk als tweede vaderland koos, heeft van de nood van het jood-zijn en van het jodendom in de wereld, niet zozeer een deugd, als wel een deugdelijke filosofie gemaakt. Van huls uit thuis in de joodse wijsheid, studeerde hij westerse wijsbegeerte. Dit zijn twee totaal verschillende werelden. Het joodse denken ls getekend door de slavernij in Egypte, de uittocht, de wetgeving in de woestijn, de oor logen in Kanaón, de herhaalde bal lingschap, de verstrooiing onder de volken, het eeuwenlange leven in ge tto's. Het westerse denken daarente gen ontwikkelde zich vanuit Griekse stadstaten, later onder de vleugels van een machtige wereldkerk, weer later in de sfeer van koninklijke macht, republikeinse vrijheid, wes ters superioriteitsgevoel en kolonisa tie. Bij de joden stond de wet centraal, de gerechtigheid en het sa menzijn. Bij de westerlingen, als geestelijke erfgenamen van de Grie ken, gaat het om begrijpen, om ken nis en om de enkeling, die door te denken het geheel, de totaliteit, in zijn greep probeert te krijgen. Heeft de westerse theologie de Jood se wijsheid in Griekse kaders ge perst, Levinas komt van de andere kant. Als volbloed Jood, wlen het godsbegrip in de ziel is gebrand als de wet in de stenen tafelen, boven dien thuis in de Talmoed met zijn encyclopedisch karakter, studeert hij in 1928-1929 In Freiburg wijsbe geerte bij twee groten in het vak: Husserl en Heidegger. Aan de Parij se Sorbonne voltooit hij zijn studies en geraakt er bevriend met be langrijke denkers als Gabriel Marcel en Jean Wahl. In 1961 verwerft hij het staatsdoctoraat aan de Sorbon ne met zijn boek ToUlité et Infini. Hij schrijft in het Frans over zijn Duitstalige leermeesters, maar houdt ook voordrachten over het Jo dendom en de Talmoed, die tevens ln druk verschijnen. Moeilijk Nu gaat dit artikel over een boek van Theo de Boer (geboren 1932), getiteld Tussen filosofie en profetie, de wijs begeerte van Ammanuel Levinas (uit gever Amboboeken, Baarn, 176 blz., 19.50). Filosofie is een moeilijk vak dat een levenslange toewijding vraagt en waarover men in een krant niet rechtstreeks schrijven kan. Bo vendien is Levinas extra moeilijk; de ontwikkelde lezer kan er maar net bij. Toch h^eft het zin zo'n boek in een dagblad aan te kondigen. Want hier is iets heel merkwaardigs aan de hand. Men weet dat de Franse revolutie van 1789 met haar idealen van vrij heid, gelijkheid en broederschap de Joden uit hun getto's heeft bevrijd. Toen kwam voor de Jood de grote kans, maar ook de grote verleiding van de assimilatie, het opgaan in de niet-Joodse samenleving. Menigeen voegde zich bij de officiële kerk, om zo toegang te verkrijgen tot de hoge re functies en ambten. Zo bij voor beeld ook de ouders van Karl Marx. Deze hechtte geen waarde aan het Jood-zijn: hij dacht ln klassen en niet in rassen. De Jood, die zowat door alle oude en Jonge culturen was heengekropen, had voor assimilatie een eigen talent. Grote Joodse den kers als Spinoza, en ln een meer dichtbij verleden Bergson en Hus serl, voegden zich min of meer in de bestaande, westerse denktraditie. Voor de handboeken ls hun jood-zijn niet het voornaamste. Levinas evenwel, die in Rusland de revolutie van 1917 heeft meege maakt en weet wat het is te leven onder de dreiging van pogroms, voorvoelde lang van te voren de ge organiseerde massamoord op de Jo den, zoals die later onder Hitier een verschrikkelijk feit werd. Dit heeft hem om zo te zeggen gestigmati seerd. Zijn hele voelen en denken ls ervan doortrokken. Hij kan niet le ven, als hij niet gelooft aan een die pere zin van het Joodse lijden, als hij van die nood niet een filosofie kan maken waarvan de joodse situatie de geestelijke basis vormt, ln die zin zelfs dat de jood te midden van de nlet-Joden de exemplarische mens wordt. De aanwezigheid van de jo den ln de wereld openbaart de zin van de wereld. In hun lijden ont vouwt zich de wezenlijke betekenis der dingen; het ls plaatsbekledend. ln de geest van Jesaja 53. Het ethische staat centraal. De mens ls er voor de ander; plaatsvervanging is de diepste vorm van solidariteit. Muziek Levinas drukt dat uit in de compacte uitspraak; joodse wijsheid vertalen in het Grieks. Vanuit zijn oudtesta mentische en talmoedische gedach- tenwereld stuit hij op het totaal an dersoortige denkapparaat dat de westerse mens in bijna 2500 Jaar heeft uitgedacht. Hij assimileert er zich niet mee, hij geeft niets prijs, maar hij haalt er een muziek uit waarvoor het niet is gebouwd, zoals soms bij moderne muziek van een fluit of een vleugelpiano geluiden worden afgedwongen die bij de na tuur van het instrument niet passen. Wanneer de westerse filosoof over het bovennatuurlijke en over God spreekt, doet hij dat van zijn ge zichtspunt uit. Dit laatste ls beslissend en zo wor den ontologie en metafysica, het na denken over het wezen der dingen en wat daar eventueel achter ligt, om een ouderwetse uitdrukking te ge bruiken, één toet mem (toute mêrne), één totaliteit. Levinas evenwel komt van de andere kant Zijn vertrek punt is het Andere of De Andere. Voor wie denkend uit deze oneindig heid komt is al het andere eender, eenzelfde totaliteit. Vandaar de titel Totalité et Infini, totaliteit en onein digheid. Als bij een palimpsest sche meren hieronder de oerwoorden door: Ik ben de HERE. Zo ls bij Levinas het grondfeit van de filosofie niet het bewustzijn, la conscience théorique, maar het geweten, la conscience morale. Chokmah staat tegenover Theoria. zoals de auteur uiteenzette ln een voordracht voor de Vrije Universiteit op 20 november 1975, opgenomen als laatste hoofd stuk van zijn boek. Voor mij als belangstellende leek is Levinas' wijsbegeerte de filosofische uitbreiding van Psalm 119 vers 96: .Aan alle volmaaktheid heb ik een einde gezien, maar Uw gebod is zeer wijd." Of. met Gerhardt en Van der Zeyde: „Niets voltooid, of ik zie: het ls eindig. Uw woord verwijdt zich: onbegrensd." ADVERTENTIE In coupures van f 1.000.- a 100% Bij aankruip dient opgelopen rente te worden bijbetaald vanaf 14 2 "77 op basis van 8' per jaar Spaarpandbrieven zijn aan toonder en ter beurze genoteerd. Algehele aflossing ad f 1.550.- per stuk op 24-6-H2. zijnde nominaal bedrag plus rente op basis van samengestelde interest. Verkrijgbaar bij handelsbanken, commissionairs er. onze kantoren Kantoren door het gehele land Hoofdkantoor. Amsterdam. Sarphalistraat 1,020 252525,1st. 41 en 42. In coupures van f L000r a 100%

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 9