Steenkoolproduktie EG moet worden opgevoerd lang van zaken bij Shell erbeterde vorig jaar Bonden vragen EG steun voor textiel Visie op mens stelt teleur Staatsrederij Inkomsten gingen omhoog Standard Brands wil alle Van Nelle-aandelen casal Ter vermindering afhankelijkheid energie-invoer Ittoresultaat steeg aanzienlijk -scale aftrek rte blijft Slotuitkering 5,50 (5,-) Ontslagen bij ASW (Fasto) Vervoersverbod voor biggen „Import uit lage-lonen landen beperken" erlijk thuis Verantwoordelijkheid niet aan de orde ET IOAG 11 MAART 1977 FINANCIËN EN ECONOMIE Trouw/Kwartet 19 BRUSSEL Steenkool Is veruit de belangrijkste binnenlandse haar afhankelijkheid van energle lnvoer wil energiebron van de Gemeenschap. Zij draagt voor ongeveer 20 procent bij in de totale energievoorziening. Het is van vitaal belang, dat de produktie zoveel mogelijk binnen economisch verantwoorde grenzen wordt opgevoerd indien de Gemeenschap haar afhankelijkheid van energie-invoer wil verminderen tot beneden het niveau van de huidige 60 procent. N HAAG De gang van zaken in alle belangrijke sectoren van het bedrijf van Koninklijke Shell Groep verbeterde in 1976. Dit ondanks het feit, dat het Stel van de wereldeconomie in de eerste maanden van het jaar naderhand ats maakte voor een tragere groei. Vloeibaar aardgas wordt in Bru- nei (Borneo) aan boord van een gastanker van de Shell gepompt met bestemming Japan. Met de levering van deze brandstof aan Japan werd reeds in 1972 begon nen. De gastankers zijn van een speciale Isolatie voorzien om het aardgas vloeibaar te houden bij een temperatuur van 161 graden onder nul. Dit wordt opgemerkt In een medede ling van de Commissie van de Euro pese Gemeenschappen over de situ atie van de steenkolenmarkt In de Gemeenschap. De Commissie stelt vast, dat de produktie, die momen teel 228 miljoen ton (steenkoolequi valent 7000 kcal/kg) per Jaar be draagt, met nagenoeg 9 procent afge nomen ls sedert 1973 en daarmede ver beneden de doelstelling ligt voor 1985 van 250 miljoen ton. Twee soorten van steenkool, zo zegt de Commissie, en hun respectievelij ke produktie en afzet zijn van pri mair belang voor de energiebalans van de Gemeenschap. Coceskolen voor de staalindustrie en ketelkolen voor de opwekking van elektriciteit. In 1976 bedroeg het verbruik van coceskolen 73 miljoen ton en van ketelkolen 119 miljoen ton, of 40 procent van het brandstofverbruik van de conventionele elektrici teitscentrales. Staalindustrie Het verbruik van de staalindustrie wordt in de eerste plaats bepaald door de economische situatie. Het ls sedert 1973 gedaald met 10 miljoen ton, of 13 procent. Het steenkolen- verbruik voor de opwekking van elektriciteit wordt grotendeels be paald door de prijzen en beschikba re hoeveelheden van alternatieve energiebronnen, door het bestaan van de vereiste centrales en door het beleid van regeringen en overheid sinstanties. Met betrekking tot de kookskolen voor de staalindustrie stelt de Com missie vast, dat de belasting door al te grote voorraden of door zware verliezen sterke druk oefenen ln de zin van een vermindering van de huidige produktie en van de Investe ringen in toekomstige produktieca- paclteit, dit afgezien van de ver wachtingen op lange termijn. Daar de bekende economisch-explolteer- bare reserves van goede kookskolen in de wereld beperkt zijn, moet een verkopersmarkt voor deze kolen- soort worden verwacht wat aanlei ding kan geven tot prijzen, die zou den kunnen lelden tot het concurre rend maken op lange termijn van de produktie ln de Gemeenschap. Wat de wereldmarkt voor steenkool ten behoeve van elektriciteitscen trales aangaat merkt de Commissie op, dat deze tot dusverre niet de omvang en de organisatie van die voor kookskolen heeft bereikt. In tegenstelling tot de markt voor kookskolen bestaan grote onzeker heden met betrekking tot de we reldwijde aspecten van de vraag en aanbod van kolen voor energie centrales. Alhoewel omvangrijke economisch winbare reserves aanwezig zijn ln talrijke delen van de wereld, ls voor hun exploitatie een veel grotere in frastructuur en een investering no dig dan voor een opgevoerde pro duktie en ontwikkeling van de inter ne handel ln de Gemeenschap. In sommige gevallen, aldus de Com missie, zullen deze Investeringen aanzienlijk bijdragen tot de ontwik keling van de betrokken landen, doch er zullen in de Gemeenschap belangrijke steenkolenreserves overblijven die op een economisch verantwoorde wijze kunen en moe ten worden geëxploiteerd. nettoresultaat van het jaar be- g 1230,7 miljoen pond sterling, op basis van de pondenkoers eind 1976 ad 4,18 neerkomt op 4,3 miljoen gulden. Over 1975 oeg het nettoresultaat 899,4 mil- pond, of omgerekend tegen de 1975 geldende pondenkoers van 4 4892,7 miljoen gulden, en Noord-Amerika stegen de en aardgasinkomsten. Er werd neer ruwe olie en olleprodukten meer gas verkocht. De ruwe- osten waren hoger dan in 1975. weerspiegeling van de OPEC- verhoglng ln oktober van dat maar bleven gedurende heel betrekkelijk stabiel. Een betere ittogsgraad van de destlllatleca- telt ln raffinaderijen en van tan- veraachtte het effect van de pe op de bedrijfskosten per een- In deze sectoren. De prijzen ln ïeeste afzetgebieden, met als op- telljke uitzondering het Ver. Ko- rijk, bewogen zich in het alge- h op een meer bevredigend ni- i dan ln 1975. ïmische sector ïsultaten ln de chemische sector n ten opzichte van het lage ni- van 1975 een krachtig herstel te maar stonden in de laatste iden van het Jaar onder druk de tragere economische groei, letaalsector maakte weer winst, ;n klein verlies ln 1975. Onderstaande staat geeft een overzicht van de resultaten van de KoninkllJ- ke/Shell Groep in het algelopen Jaar en in 1975. De bedragen (afgerond) lulden in miljoenen ponden sterling. Inkomsten: Verkopen (netto) Andere inkomsten Opbrengsten deelnemingen Interestbaten Totaal Kosten: Aankoop- en bedrijfskosten Verkoop- en algem. kosten Opsporing en research Afschrijvingen Interest lasten Winstbelasting Aandeel derden in resultaat Totaal Nettoresultaat 1976 1975 19.998 14.452 525 397 158 155 230 184 20.903 15.189 13.592 9.019 2.400 1.860 496 389 535 502 253 197 2.237 2.240 156 80 19.672 14.289 1.231 900 Amsterdam „Ik zie niet ln op korte termijn een einde moten komen aan de fiscale van enelasting. Hoewel de «secretaris erknt dat er sprake n oneigenlijk rentekosten, zo- h de zakelijke als in de privé- Ik zie evenmin in, dat er op f andere manier een grens zou en worden gesteld aan de mo eheden van rente-aftrek". uitspraak doet staatssecreta an financiën drs. M. J. van en deze week ln het ünancieel- ïmlsch weekblad Beleggers Be rn In politieke kringen wordt matig aangedrongen op be per van de fiscale mogelijkheden ■ente-aftrek, omdat steeds gro- jroepen van de bevolking daar aan profiteren waarbij de wel- lden het meeste profijt en. eer Van Rooljen wijst erop, dat )ortvloelt uit de sterke progres- an de Nederlandse inkomsten ting. De kapitaaluitgaven in 1976 waren 1.829 miljoen pond, 37 hoger dan in 1975. Hoewel een deel van deze stijging voortvloeide uit de koersda ling van het pond, was er een aan zienlijke toename van de kapitaal uitgaven voor de produktie van olie en gas, vooral ln de noordzee waar de investeringen thans één miljoen pond per dag bedragen en voor de chemische sector. V alu taomrekening Valutaomrekeningsverschiilen op voorraden en op monetaire activa en passiva, die tot grote en verwarring stichtende schommelingen ln de kwartaalcijfers aanleiding gaven, de den het nettoresultaat van het jaar met 82 miljoen pond dalen, vergele ken met een daling van 10 miljoen pond in 1975. Anderzijds kwam het nettoresultaat wederom hoger uit door de omrekening van non-sterling resultaten ln (gedeprecleerde) ponden. Het totaal der kasmiddelen en kortlopende beleggingen bedroeg per ultimo 1976 2.393 miljoen pond, of 540 miljoen pond meer dan aan het eind van 1975. Een aanwijzing van de voortdurend toenemende fi nanciële behoeften van het bedrijf. De leningen op lange termijn be droegen per ultimo 1976 ponden ster ling 2.534 miljoen pond, of 26 van het geïnvesteerde kapitaal, tegen 23 per ultimo 1975. Dat ls 598 miljoen pond meer dan per ultimo 1975. Van deze stijging was ongeveer 430 miljoen pond een gevolg van de waardedaling van het pond. DEN HAAG De Koninklijke Ne- derlandsche Petroleum Maatschap pij zal aan de op 12 mei te houden algemene vergadering voorstellen het slotdividend over 1976 te bepa len op 5,50 (v.J. 5,-) op elk van de thans uitstaande aandelen, groot 20. Het totale dividend over 1976 zal dan 10 per aandeel bedragen, vergeleken met 8,75 over 1975. Het netto-resultaat van de „Ko ninklijke" bedroeg 780 miljoen pond sterling, wat omgerekend in guldens neerkomt op 3604 miljoen. In 1975 was dit 570 miljoen pond, of 3175 miljoen gulden. Na toevoeging van Interestbaten en na aftrek van alge mene kosten en diversen was het nettoresultaat van de „Koninklijke" over 1976 3.599 miljoen, of 26,86 per aandeel, tegenover 3.171 miljoen gulden, of 23,66 per aandeel, over 1975. Onmiddellijk na het bekend worden van de jaarcijfers en het voorgestel de slotdividend steeg de koers van het aandeel Kon. Olie ter beurze snel naar 138,50, tegen een officieel slot van 136,80. Daarna begon de koers weer te zakken tot 137,50 welk niveau nadien gehandhaafd bleef. NIJMEGEN - Als sluitstuk van de herstructurering wil Automatic Screw Works (ASW-Fasto-geysers) ln Nijmegen 45 man ontslaan. Een woordvoerder van de Industriebond NKV noemde het besluit „paniek voetbal". Volgens hem beschikt het bedrijf over voldoende werk. ASW is begin 1976 overgenomen door de Westduitse geyseriabrikant Vaillant. Het bedrijf ls enige tijd in moeilijkheden geweest, waardoor de personeelssterkte met ongeveer 150 man ls verminderd. Er werken nu 450 mensen. ROTTERDAM Standard Brands wil een openbaar bod uitbrengen op alle nog niet in het bezit van het Amerikaanse concern zijnde aandelen van Van Nelle. Standard Brands wenst op korte termijn hierover te overleggen. Standard Brands had oorspronkelijk een belang in Van Nelle van 39,1 pet. In september van het vorige Jaar maakte de Amerikaanse aandeel houder bekend, dat men in de perio de 1966-1972 het belang had vergroot tot 58,7 pet., door aankopen op de Amsterdamse beurs. In maart 1969 bleek Standard Brands zodoende al meerderheidsaandeelhouder. De Amerikaanse roededeling kwam zelfs voor het bestuur van het Rot terdamse concern als een volslagen verrassing. Standard Brands heeft een Jaa romzet van ongeveer 2 miljard dollar en circa 20.600 man personeel. De produkten zijn thee, koffie, margari- neprodukten, pindaprodukten, des serts, bakkerijgrondstoffen, zoetwa ren, gedistilleerd en wijnen. Een groot deel van de fabrieken (35) staat in de VS, terwijl 48 bedrijven bulten het thuisland staan. BANK NEDERLANDSCHE GE- MEENTEN heeft het bedrag van de 8,25 pet 10-Jarige obligatielening 1977 vastgesteld op 200 miljoen gul den. De toewijzing is gering. SLAVENBURG'S BANK heeft de winst zien toenemen van 23,2 tot 26,1 miljoen. Het dividend ls bepaald op 19 per aandeel van 100. NORSK HYDRO (chemisch con cern in Noorwegen) stelt vandaag de inschrijving open op een obligatiele ning van 50 tot 60 miljoen gulden. De rente zal 8,75 bedragen. De koers van uitgifte wordt 16 maart bekend gemaakt. VERDUGT (Intematio) en AA- GRUNOL (Akzo) gaan praten over een fusie. Ze doen dat op verzoek van minister Lubbers. Aagrunol verzocht eerder om overheidssteun voor het doen van de noodzakelijke Investe ringen. Ook Verdugt klopte bij de overheid aan om steun. Vorig Jaar was het bedrijf ln het nieuws in ver band met een gifongeluk. HOOGOVENS zal een belang nemen van 49 pet ln De Plaatknlppe- rij in Roermond. BIJ dit bedrijf wer ken 240 mensen. HAL heeft het hele aandelenkapi taal overgenomen van een Ameri kaans wlntersportbedrijf. DEN HAAQ Minister Van der Stee van landbouw heeft voor de periode 11 tot en met 25 maart het vervoer van biggen en varkens met een gewicht tot en met 35 kilo ln het hele land verboden. Het verbod is Ingesteld omdat ls gebleken, dat de verspreiding van varkenspest onder meer plaatsvindt door het vervoer van biggen van fok- naar mesterij- bedrijven. Tevens heeft de bewindsman beslo ten ln het gebied ten zuiden van de lijn Breda-Tliburg tot de Belgische grens een enting tegen varkenspest te laten uitvoeren. Deze enting zal ln eerste Instantie gelden voor varkens ouder dan twee weken en wordt uit gevoerd eveneens ln de periode 11 t/m 25 maart. Vervolgens zullen tot nader order nieuwe dieren ln het gebied (zowel aanwas als nleuw- aangekocht) geënt moeten worden. STRAATSBURG Vertegenwoordigers van Nederlandse vak bonden hebben in Straatsburg bij de Europese Commissie en het Europees parlement aangedrongen op maatregelen om de Wes- teuropese textiel- en kunstvezelindustrie voor verdere teruggang te behoeden. ADVERTENTIE thuis. lekker relaxen bij zo'n gezellig open lisje wijn, wal tijdschriften inkijken, ifeermakcr; het open vuur. dat geheel inuw put maken wij in overleg met u of uw toonkarrer ruit u met plezier rondkijken. IVetenngdijk 18, Ocnc bij Epc. tel.. 05784- "ma. t/m vr. 9-12 uur en 2-5 uur. zal. 2-5 we u rijdt vanuit het dorp Ocnc de Hon- tg af naar de Wctcringdijk). p OPEN VUUR ARCHITECTUUR Ondanks de belangwekkende uitspraken over de positie van de moderne onderneming en de plaats van de leiding, stelt de discussienota van de werkgevers over de structuur, van de onderneming toch te leur. Ik meen, dat dit komt door hun visie op de werken de mens. Hoe ziet hun visie op de werkende mens er uit? Er ls veel begrip voor de belangen van de mens. De nota staat er vol van. Er ls ook veel begrip voor de behoeften van de mens; behoefte aan zekerheid, ont plooiing. prettig werk, erkenning e.d. Kan het nog beter? Is hier niet het maximaal haalbare gesteld? Volgens alle geschreven en onge schreven regels van modern sociaal beleid? Mijn teleurstelling wil Ik toelichten aan de hand van de vi sie, die de schrijvers hebben op leiderschap. Uit de nota komt een leiding naar voren, die weliswaar oog heeft voor alles en nog wat, maar die uiteindelijk zelf wil beslis sen en alleen zichzelf verantwoor delijk stelt voor het beleid. De ondernemingsraad mag advise ren en op bepaalde punten Instem ming betuigen. In het werkoverleg mag eveneens geadviseerd worden. Maar ook hier blijft de leiding uit- eindelijk verantwoordelijk. De werknemers hebben belang bij een goede controle op de leiding en mogen derhalve kandidaten stellen voor de raad van commissarissen, maar zelf benoemen mogen zij niet. Het argument, dat de schrijvers voor deze structuur naar voren brengen ls heel eenvoudig en al eerder genoemd. Alleen de leiding ls ln staat de diverse belangen te overzien en naar een evenwicht te zoeken. Belanghebbenden kunnen met andere woorden niet uiteinde lijk beslissen, omdat zij nooit over het eigenbelang kunnen heenstap pen. Zij zullen uiteindelijk zichzelf zoeken. Ondernemingsraad Typerend vind lk hetgeen op pagi na 71 wordt gezegd over de onder nemingsraad. Hoewel ln de nota herhaaldelijk wordt gezegd, dat de ondernemingsraad zowel be drijfsbelang ais werknemersbelang te behartigen heeft, wordt op de bewuste pagina gezegd, dat de on dernemingsraad niet kan meebe slissen, omdat bij beleidsbeslissin gen primair zal beoordelen ln het licht van de werknemersbelangen. Werknemers komen ln deze redene ring naar voren als mensen, die niet over hun eigenbelang kunnen heenstappea Het zijn mensen, die niet ln staat zijn het eigenbelang even zwaar te laten wegen als het belang van anderen. Is dat dan niet erg realistisch? Het ls niet zo moeilijk dit te beamen. Voor veel werknemers althans, ook voor veel werkgevers wellicht. Maar het punt ls juist, ln hoeverre men zich hierbij wil neerleggen. De nota noemt ln de Inleiding hu manisering ln één adem met demo cratisering. Wat houdt de humani sering van het modeme bedrijf dan ln? Toch ook, dat mensen niet al leen worden bekeken vanuit hun belangen en behoeften, hoe belang rijk ook? Is het dragen van ver- antwoordelljkheld alleen een kwes tie van het eigen werk en dient de rest uiteindelijk te worden overge laten aan de leiding? Medeplichtigheid Het ls mogelijk dit probleem ook nog anders te stellen. Werknemers zijn door hun werk betrokken bij het produkt of de dienst. Die be trokkenheid ls er een van oorzaak en gevolg. Oeen enkele werknemer kan zich onttrekken aan een zekere medeplichtigheid aan produkt of dienst. Het ls alleen maar een kwes tie van afspraak, wanneer we zeg gen dat de leiding uiteindelijk ver antwoordelijk ls. In feite zijn alle werknemers, Inclusief de leiding, verantwoordelijk. Wanneer werknemers dit niet zo voelen, ls dat vooral het gevolg van opvoe ding (thuis, op school en ln het bedrijf) waarin het vanzelfspre kend wordt gevonden dat de ver antwoordelijkheid erg beperkt wordt. De nota van deze groep werkgevers stelt teleur, omdat het fundamen tele probleem van de menselijke verantwoordelijkheid niet aan de orde wordt gesteld. Toch ls dit vooral na de tweede wereldoorlog een van de meest centrale antropo logische problemen. De gevolgen zijn naar mijn mening duidelijk. De nota vraagt om vertrouwen ln de leiding. Dat vertrouwen zal op kor te termijn wel worden verkregen, als maar voldoende wordt Inge speeld op belangen en behoeften. Er ls echter naar mijn mening al leen maar toekomst voor de vrij a ondernemingsgewijze produktie. wanneer de leiding inspeelt op dit centrale antropologische pro bleem. Oeen vrijheid zonder ver antwoordelijkheid. Het gaat om het verzet tegen een menstype, dat alsmaar vraagt en wenst zonder ■zich ln wezen verantwoordelijk te weten voor de gevolgen van die wensen. Aan dit verzet draagt de nota van de werkgevers onvol doende bij. Dit la het vierde artikel in een aerie van vijf. Dit zou ln het algemeen kunnen ge beuren door het beheersen van de Invoer uit wat wordt genoemd de „pseudo-ontwikkellngslanden" als Taiwan, Hong Kong en Zuld-Korea en uit Oosteuropese landen als Hon garije, Roemenië en Tsjechoslowa- klje, en door beheersing van de pro- duktlecapaclteit ln WestrEuropa zelf. De Industriebond-CNV. de Unie BLHP en de Vereniging Hoger Per- soneel-AKZO hebben eind novem ber ln een brief aan het Europees parlement aangedrongen op „spoe dige drastische maatregelen" om het evenwicht te herstellen tussen vraag en aanbod, dat thans is verstoord door overcapaciteit en massale Im port uit zgn. „lage Ionen-landen". De afgelopen dagen hebben zij, tegen over ln het bijzonder Nederlandse leden van de sociale en economische commissies van het Europees parle ment en Ir Henk Vredellng, ln de Europese Commissie belast met so ciale zaken, hun verlangens toege licht. Ook vertegenwoordigers van de FNV, die geen hooggespannen ver wachtingen hebben van de mogelijk heid dat de Instellingen van de Euro pese gemeenschap Iets kunnen doen, zagen ln het feit dat Ir Vredeling thans de sociale portefeuille in het „dagelijks bestuur" van de ge meenschap beheert, aanleiding om naar 8traatsburg te komen. Het ICF, het Internationaal verbond van vakverenigingen voor de che mische Industrie acht het realis tischer om aan te dringen op indirec te capaciteitsbeperking (o.a. door het achterwege laten van investe ringspremies). een verlaging van het groeipercentage van de invoer, en het Invoeren van een meldingsplicht voor de produktiecapaciteit. Met de Westduitse ls de Nederlandse textielindustrie de afgelopen jaren het zwaarst getroffen. In- Duitsland is de werkgelegenheid ln de textiel- en kledingindustrie ln de jaren 1965- 1974 met 27 procent verminderd, in Nederland met circa 50 procent, d.w z. met 33.000 arbeidsplaatsen. In de kunstvezelindustrie zijn ln Neder land ruim 7.000 arbeidsplaatsen ver dwenen. Vervolg van pagina 1 Volgens Van der Dussen verdient elk schip zich zelf terug ln een ge middeld tijdsbestek van 10 15 Jaar. Daarbij dient dan echter wel aan een aantal voorwaarden te worden voldaan. De rederij moet „goed en voorzichtig" worden geleld, waar voor Vlnke en Co. haar diensten aanbiedt. De vloot moet bij voor keur bestaan uit een normaal type schepen teneinde zoveel mogelijk opdrachten uit te kunnen voeren. Voorts moet er voldoende werkkapi taal zijn om een aantal magere jaren te kunnen overbruggen. Dit omdat depressies ln de scheepvaart soms zeer lang duren. Tenslotte zullen de staatsschepen niet voor lange tijd vercharterd moeten worden om de mogelijkheid open te houden van de .zeker eens komende pieken ln de vrachtenmarkt op tijd te kunnen profiteren". Van der Dussen meent wel dat de staatsrederij zich uitsluitend zal moeten toeleggen op de wilde vaart en niet op de lljnvaart. zodat zij nooit ln concurrentie zal raken met bestaande Nederlandse rederijen. „Uiteraard dient de staatsrederij". aldus- Van der Dussen, „onderge schikt te blijven aan het doel van haar oprichting, namelijk hulp aan de scheepsbouw". Dit betekent naar zijn mening dat scheepsbouworders van derden steeds voorrang moeten hebben. „Het positieve effect hier van ls, dat de scheepswerven op langere termijn van nieuw werk zul len zijn voorzien en toch orders voor prompte aflevering kunnen aanne men. Ook wordt hierdoor de onder handelingspositie van de werven aanzienlijk versterkt" Wanneer voor de scheepsbouw bete re tijden aanbreken en de staatsre derij aan haar hoofddoel heeft be antwoord, kan de rederij desge wenst worden opgeheven, meent Van der Dussen. Op zo n moment zal zij tevens de mogelijkheid heb ben haar schepen tegen goede prij zen te verkopen. Aan het adres van principiële tegenstanders van een staatsrederij richt mr Van der Dus- aen de opmerking, dat de huidige crisis ln de scheepsbouw niet zonder overheidsinmenging kan worden op gelost En aangezien die hulp ge schiedt roet geld van de ge meenschap „ls het dan ook niet an ders dan Juist, wanneer deze ge meenschap hiervan ook, Indien mo gelijk, de vruchten plukt".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 19