Kok won, maar Van Veen verloor maar erg weinig Dr. Beel: groot in het conflicten bijleggen Filosoof van het open gesprek Indonesië. batterijen die gaan lang mee. Gedeeltelijk akkoord kan in beide kampen verdedigd worden Mannequin kiest Hella. Staatsman op 74-jarige leeftijd overleden Een onvergetelijke reis. Viermaal minister, tweemaal premier Twee doden bij frontale botsing PHILIPS BINNENLAND T rouw/Kwartet3 door Johan van Workum DEN HAAG Het loonconflict is uitgelopen op een duidelijke en royale overwinning voor de vakbeweging. Toch kan werkgevers voorman Van Veen het gedeeltelijke akkoord, dat dit weekeinde in Den Haag werd bereikt, bij zijn achterban heel wel verdedigen. De werkgevers hebben namelijk niet zo'n verschrikkelijke nederlaag geleden op de korte termijn. Kok en de andere leiders van de vakbeweging zouden het deel- vaKDeweging zouaen nel aeei- akkoord bij. hun achterban kunnen WGrKQGVGrS MGDDGn aanprijzen als volgt. verkeken 0P Punt 1: De automatische prijscompen- satie, de zwaarste inzet van het sta- Q© pUDllGKG 0011116 kingsconflict. Dit punt is een volledig succes voor de vakbeweging. De compensatie blijft tot en met 31 december volle dig onaangetast, zoals was geëist. Wel komt er nu een studie naar een mogelijk beter systeem van prijs compensatie. Maar de vakbeweging had steeds al gezegd dat de huidige compensatie geen heilige koe is. En de studie wordt een echt „open" stu die, dus het blijft mogelijk dat ui teindelijk de huidige manier van compensatie toch de beste blijkt. Daarnaast is afgesproken met de werkgevers dat bij duidelijk tegen vallende economische ontwikkelin gen dit jaar een gesprek zal volgen met de werkgevers en eventueel ook de regering erbij, hoe die tegenval lers moeten worden opgevangen. Dat kan misschien dan gevolgen hebben voor de lonen in 1978. Maar de vakbeweging heeft altijd gezegd dat er bij rampen te praten valt. Punt 2: de „immateriële eisen", zoals het aanwenden van winst voor nieuwe werkgelegenheid, en invloed op inves teringsbeleid van ondernemingen. hun achterban melden dat de winst nog niet helemaal is binnengehaald De werkgegers willen in de sterkere bedrijfstakken hoogstens één pro cent geven. Maar. zou Kok kunnen zeggen, de bonden kunnen op dit punt nog best wat bereiken bij de eigenlijke CAO- onderhandelingen per bedrijfstak. Dan moet trouwens ook punt twee winst-werk en controle op inves teringen verder ingevuld worden, want die zaak leent zich niet voor regeling tot in details op centraal niveau. Al met al, zo heeft Kok feite lijk al gezegd, is voor zo'n tachtig procent nu aan de eisen van de vakbeweging voldaan. En van die overige twintig procent kan misschien ook nog wel heel wat wor den binnengehaald. Werkgevers Maar nu de werkgevers. Hoe moet Van Veen dit deel-akkoord bij zijn achterban verdedigen? Punt 1: hoofdzaak voor de werkgevers is steeds geweest dat de loonstijging dit jaar vergeleken met 1976 hoogstens 3,5 procent zou worden. De werkgevers hielden, zo kunnenNu- Van Veer> kan zijn achterban Kok en de zijnen hun achterban melden dat deze grens nauwelijks voorhouden, tot nu toe de deur pot dicht op deze punten. Maar sinds zaterdagnacht heeft de vakbeweging nu een poot tussen die deur. Er komt een gezamenlijke studie op deze punten. Dat studeren hoeft boven dien vakbonden en werkgevers per bedrijfstak niet te beletten al vast afspraken te maken of regelingen te treffen, bijvoorbeeld dat vakbonden inzage krijgen in investeringsplan nen. Enkele kleinere winstpunten die er bij de werkgevers zijn uitge sleept zijn: het verplicht melden van vacatures bij arbeidsbureau's, en meer aandacht bij het personeelsbe leid in bedrijven voor kwetsbare groepen als gehandicapten, ouderen, gedeeltelijk leerplichtige jongeren. Punt 3: een „reële" loonsverhoging van twee procent per 1 januari. Op dit punt moeten Kok en de zijnen ADVERTENTIE Laat zich maar al te graag van alle kanten bekijken Zeker ook als ze bij mist achter het stuur zit Liet daarom vooralle zeker heid 'n Hella mlstachterlicht .op haar auto monteren Vraag om gratis produhten folder en cartoon-slicker: Sluyter b.v. Franciscusdreef 40 Utrecht A7r I 1 Q tel 030 61 41 41 V- c H.FT Itst. 28\ overschreden zal worden. De rege ring heeft namelijk eindelijk dan toch voldaan aan de werkgeverseis om bij te springen. Van Veen is zaterdagavond hiervoor nog speci aal naar minister Boersma geweest. En die heeft beloofd dat de sociale premies die de werkgevers moeten betalen, op 1 juli omlaag gaan met anderhalf procent. Zo'n premiever laging komt neer op één procent loonkostendaling. Dat geldt dan voor het tweede halfjaar, dus "op jaarbasis" betekent dit een half pro cent daling van loonkosten. De werkgevers hebben daarmee dus nu vier in plaats van 3,5 procent ruimte voor loonstijging. Die ruimte gaat nu worden besteed als volgt. Prijscompensatie 1 januari 2,5 pro cent. Vervolgens prijscompensatie 1 juli vermoedelijk 2,3 procent. Deze laatste werkt over een half jaar, dus geeft op jaarbasis 1,2 procent loon kostenstijging. Samen met 1 Januari is dan 3,7 van de vier procent ruimte besteed. Er is dus nog 0,3 procent ruimte over voor aanvullende 'ech te' loonsverhoging op 1 januari. De werkgevers hebben hiervoor maxi maal één procent geboden. Dat is dan een kleine concessie, ervan uit gaande dat het gemiddelde van de CAO's uiteindelijk op een half pro cent zou uitkomen. Punt 2: Het automatisme van de prijs compensatie doorbreken. Dat wilden de werkgevers niet als doel op zich, maar omdat zij anders niet binnen hun „totale ruimte" van 3,5 procent konden blijven. Dat die prijscompensatie nu toch doorgaat, is dus geen grote nederlaag, zo zou Van Veen kunnen verdedigen. Welis waar ligt nu ook een nog onbekende prijscompensatie per 31 december vast. Maar die „drukt" niet meer op de ruimte voor 1977 maar op die voor 1978. Dus als die compensatie tegenvalt, zal dat het werkge versbod voor de lonen in 1978 aan tasten. Bovendien kan Van Veen zijn ach terban voorhouden dat hij nu toch bij de vakbeweging een voet tussen de deur heeft inzake die automa tische prijscompensatie. De studie die hierover nu komt, is dan wel „open", maar voor Van Veen staat al wel vast dat zal blijken dat andere, niet vol-automatische, systemen van prijscompensatie te verkiezen zijn boven het huidige systeem. Van Veen ruikt dus al de winst, zij het op termijn. Punt 3: winst, werk en invloed op investeringen. Op dit punt is de vak beweging nog helemaal niets defini tiefs toegezegd, zo kan Van Veen betogen. Er komt nu wel een studie, maar daartoe waren de werkgevers in het najaar al bereid. En ook ston den de werkgevers zaterdagnacht toe dat per bedrijf of bedrijfstak al vast regelingen kunnen worden ge troffen. Maar, aldus zou Van Veen kunnen stellen, de werkgevers moe ten dan maar per bedrijfstak de vakbonden buiten de deur zien te houden. Al met al kan Van Veen volhouden dat aan de belangrijkste voorwaar de van de werkgevers, namelijk géén overschrijding van de ruimte van 3,5 procent, vrijwel volledig kan worden voldaan. En wat de rest be treft. moeten de vakbonden nog waarmaken wat ze denken nog meer binnen te kunnen halen. Machtspositie Meer objectieve waarnemers die geen achterban hebben ten over staan waarvan akkoorden verde digd moeten worden, zien in de af loop yan het huidige loonconflict echter stellig een duidelijke over winning voor de vakbeweging. Oud- minister Roolvink vond dat de vak beweging dit weekeinde al voor 90 tot 95 procent haar zin had ge kregen. De werkgevers hebben zich verke ken op de publieke opinie. Opinie- onderzoekjes toonden dat een dui delijke meerderheid van de mensen behoorlijk bezorgd is over de econo mische vooruitzichten, en bevreesd voor nog veel meer werkloosheid. De werkgevers speelden op dit publiek wanneer ze betoogden dat "wij, be drijven, met de rug tegen de muur staan", en dat te hoge lonen en prijscompensaties automatisch tot meer werkloosheid zouden leiden. In feite dacht Van Veen dat hij Koks achterban beter kende dan Kok zelf. De vakbondsleiders hanteren wel grote woorden aan de onderhande lingstafel, maar ze krijgen hun ach terban niet mee, zo veronderstelden de werkgevers. Nu komen zij van een zeer koude kermis thuis. De vakbondsleiders hebben bewezen vrij gemakkelijk in staat te zijn hun achterban te mobiliseren en te over tuigen van hun gelijk en van het ongelijk van de werkgevers. Een karakteristieke foto van dr Beel uit 1965. Hier was hij op weg naar de Koningin, aan wie hij zeer vele malen advies over een kabinetsformatie heeft uitgebracht. Van een onzer verslaggevers AMSTERDAM Met het heengaan van dr. Beel is aan Nederland een politicus ontvallen van het formaat van de regenten-patriarchen zoals Drees sr Romme, Schouten, Oud en Tilanus. Prof. dr. Louis Joseph Maria Beel kan dè representant worden genoemd van die generatie staatslieden, die dankzij veel geregel achter de schermen, zich hullend in volstrekte zwijgzaamheid en geheimzin nigheid, de tegenstellingen binnen het zuilen-systeem telkens weer overwonnen en het land bestuurden. Karakteristiek voor de rol, die dr. Beel 27 jaar lang vervulde als reparateur van de staatsmachine, waren zijn twee bijnamen: „onderkoning" en „sfinx". Voor het eerst in zijn leven heeft Kok met werkgevers onderhandeld terwijl zijn achterban voor een ieder goed zichtbaar was, in de vorm van actievoerende werknemers. Tot voor kort bestond die achterban al leen op papier. Zelfs toen dit najaar belangrijke zaken aan de orde wa ren, lieten hooguit enkele procenten van die achterban op ledenvergade ringen van de vakbonden blijken dat ze er waren. Nu heeft de vakbe weging ten overstaan van Van Veen bewezen dat al die afwezige leden er ook nog zijn, en op advies van hun organisatie tot actie komen. Deze wetenschap verleent de vakbewe ging een machtspositie, waarop meerdere jaren kan worden geteerd. In die zin is Koks overwinning vrij wel compleet, evenals Van Veens nederlaag. Dr. Beel, die zich in 1972 geheel te rugtrok uit het openbare leven door zijn ontslag als vice-president van de Raad van State, overleed vrijdag na geruime tijd ziek te zijn geweest. Hij is 74 jaar geworden. Zijn politieke loopbaan begon in de laatste maan den van de tweede wereldoorlog, na dat hij vanuit het bevrijde zuiden des lands naar Londen was gegaan. Tussen 1945 en 1972 is hij viermaal minister geweest, tweemaal minis ter-president, hoge vertegenwoordi ger van de Kroon in Indonesië en dertien Jaar vice-president van de Raad van State, het hoogste advies college van de Kroon. Dr. Beel bleef minister van staat, waartoe hij reeds in 1956 was benoemd. Zwijgzaam ADVERTENTIE De Gordel van Smaragd wacht. Java, Bali èn Sumatra zien. Paleis „Buitenzorg" bezoeken. Op 'n koffieplantage logeren. Borobudur, Tobameer en Bukittinggi. En nog veel meer25 Fantastische dagen. Verblijven in goede hotels. In april, mei, augustus of september, 'n Droomreis tegen de nuchtere, lage prijs van f 4.450,-. Bel 023-280659 voor uitgebreide documentatie of ga naar één van de Amro Banken met dit vignet. Als minister van staat en als vice- president van de Raad van State was dr. Beel nauw betrokken bij vele kabinetsformaties. Hij adviseerde niet alleen, maar was in het Neder land van de wederopbouw de forma teur en informateur, die altijd weer een oplossing vond. Bij zijn afscheid in 1972 noemde onze parlementsre- dacteur Jac. S. Hoek hem de „zaak waarnemer, storingzoeker, trouble shooter of Ausputzer" bij uitstek. Toch was hij niet populair. Het grote publiek kende hem als een stijf heer met het gebrilde, vrijwel haarloze hoofd van het type „rechtlijnige in tellectueel", zoals dat in karikaturen voorkomt. Beel was bovendien een zwijgzame figuur: hij heeft geen me moires geschreven. Wel heeft hij dagboeken nagelaten; hij bepaalde zelf het tijdstip, waarop de inhoud ervan bekend mag worden. Tot begin 1945 waren er geen aanwij zingen voor een vooraanstaande po litieke carrière van dr Beel. Hij was ambtenaar op gemeentesecretarieën in Roermond en Eindhoven, op de provinciale griffie van Overijssel, se cretaris van de bisschoppelijke in spectie voor het lager onderwijs en advocaat. Principieel In 1942 kreeg Eindhoven een NSB- burgemeester. Beel was daar toen referendaris. Hij stapte direct op de burgemeester af, zei dat hij niet met hem zou kunnen samenwerken en bood zijn ontslag aan. Het was type rend voor de „rechtlijnige, stroeve man, die sprak als een notariële ak te" en uiterst principieel kon zijn. De bevrijding bracht voor Beel een adviseurschap voor het militaire be wind in zuidelijk Nederland. Een gevraagd advies over oorlogsslacht offers voerde Beel naar Londen en daar had hij een gesprek met konin gin Wilhelmina. Vanaf dat eerste contact had hij het vertrouwen van de vorstin gewonnen. De vertrou wensband tussen staatshoofd en dr. Beel bleef bestaan, ook nadat konin gin Juliana de troon had bestegen. De korte Londense periode bracht voor Beel reeds een ministerschap met zich mee, dat van binnenlandse zaken in het tweede ministerie Gerbrandy. In het na de oorlog ge vormde ministerie Schermerhorn- Drees kreeg Beel dezelfde porte feuille. De eerste na-oorlogse verkie zingen, in 1946, leverden een over winning op voor de KVP, de partij van dr. Beel. Hij formeerde als ge volg daarvan het kabinet en nam zelf het premierschap op zich. In het ministerie-Beel werd de samenwer king met de PvdA voortgezet. De nieuwe premier, die meende dat de samenwerking nodig was om het land de slagen van de oorlog te boven te laten komen, noemde de rooms-rode coalitie een „nieuw be stand." Indonesië Beel was bevriend met De Quay, en deelde diens binnen de Nederlandse Unie in de oorlogsjaren uitgebroede denkbeelden van een elite, die de Nederlandse politiek had moeten zuiveren. Beel is het ook geweest, die De Quay in 1959 na de val van Drees het minister-presidentschap bezorgde. In 1948 werd Beel als hoge vertegen- - „Omdat u geen kleuren-tv hebt, komt er een kwartje per uur bij voor het oppassen". Van een verslaggever WERKENDAM Bij een verkeers ongeluk in Werkendam zijn twee mensen omgekomen. Het zijn de vijftigjarige J. H. Willemen uit Oos terhout en de negentienjarige A. Burgers uit Gorkum. De heer Wille men die volgens de politie al kilome ters met zijn auto op de verkeerde weghelft reed, botste eerst tegen een auto waarin een gezin zat en reed daarna frontaal op de wagen van de heer Burgers. FRANEKERADEEL - In het Frie se Midlum is de twintigjarige A. Bloemsma uit Franeker omgeko men. Met zijn auto kwam hij in de rechterberm, waarna de wagen door een sloot en een hekwerk reed en tegen een muur botste. HEDEL De tweejarige Cornelis A. J. van Erp uit Hedel, overleed nadat hij in zijn woonplaats door een auto werd aangereden. door dr. H.E.S. Woldring Prof. Dooyeweerd is overleden, 82 jaar oud. Het schrijven over een groot man heeft haast altijd iets overbodigs. Wat je schrijft is meestal op een of andere manier refds eens gezegd. Toch confronteert Dooyeweerds overlijden ons met de betekenis van zijn persoon en zijn werk. (ADVERTENTIE) R000 NORMAL DUTY, G0U0 HEAVY 0UTY. ZWART DOUBLE 0UTY Dooyeweerd werd 7 oktober 1894 in Amsterdam geboren. Hij studeerde rechten aan de Vrije Universiteit en promoveerde in 1917 op het proef schrift „De ministerraad in het Ne- derlandsche Staatsrecht". Na een ambtelijke loopbaan werd hij in 1922 directeur van de dr. Abraham Kuy- per Stichting, het wetenschappelijk bureau van de ARP. In 1926 volgde zijn benoeming tot hoogleraar in de juridische faculteit aan de VU. Bijna veertig jaar heeft hij dit ambt ver vuld. Twee keer was hij rector mag nificus, aan verschillende buiten landse universiteiten gaf hij gastcol leges, als eminent geleerde werd hij na de oorlog geëerd met een lidmaat schap van de Koninklijke Academie van Wetenschappen; talloze publi- katies staan op zijn naam. Werk Met zijn zwager prof. dr. D.H.Th. Vollenhoven ontwikkelde Dooye weerd een eigen wijsbegeerte, de zgn. Wijsbegeerte der Wetsidee of calvinistische wijsbegeerte, 't Liefst sprak Dooyeweerd over reformato rische wijsbegeerte. Geen kerkelijk of theologisch stelsel mocht de grondslag van zijn wijsbegeerte zijn. Dat misverstand mocht niet gewekt worden. Reformatorisch noemde hij zijn wetenschapsbeoefening ten ein de met dit woord de oecumenische en vernieuwende betekenis van het evangelie voor het wetenschappelijk denken aan te geven. In de wijsbegeerte van Dooyeweerd zat iets revolutionairs. Voor de tweede wereldoorlog vierde de zoge naamde neutrale of waardevrije we tenschap hoogtij. Het was uit den boze levensbeschouwelijke uit gangspunten in de wetenschap te laten doorklinken. Dooyeweerd ver wierp dit standpunt. Vanuit de christelijke religie wilde hij we tenschap beoefenen. In de wijsbe geerte en in de vakwetenschappen stelde hij de vraag naar de mens in de wereld, naar de zin van het leven, de techniek, de cultuur en andere. De wijsbegeerte aan de VU was haar tijd ver vooruit. Velen erkennen te genwoordig, dat Je ln de wetenschap een eigen keuze moet doen en dat je daar voor uit moet komen. In zijn reformatorische wijsbegeerte wilde Dooyeweerd radicaal zijn. In ge sprekken met andere wijsgerige stromingen als het marxisme, exis tentialisme. fenomenologie en ande re vroeg hij naar het uitgangspunt, het diepste motief dat andere den kers dreef en dat hun argumenten bepaalde. Radicaal-kritisch in de betekenis van radlkaal-christelijk betekende voor Dooyeweerd niet slechts een kritisch gesprek met en stel- lingname ten opzichte van andere filosofieën. HIJ bedoelde er ln de eerste plaats een radicale zelfkritiek mee. 8teeds stelde hij zichzelf de vraag of zijn uitgangspunt wel vol doende en op de Juiste wijze ln de rest van zijn filosofie uitgewerkt werd. Omdat Dooyeweerd bijna veertig jaar aan de VU verbonden geweest is, heeft zijn wijsbegeerte aan deze universiteit zeer lang een bijzondere plaats ingenomen. Op zijn wijze wil de hij aan het eigen karakter van de VU gestalte geven. Ook aan andere universiteiten en buiten de universitaire wereld is be langstelling voor zijn wijsbegeerte ontstaan. In 1936 werd een Vereni ging voor Calvinistische Wijsbegeer te opgericht. Na de tweede werel doorlog zag de Stichting Bijzondere Leerstoelen voor Calvinistische Wijsbegeerte het licht: aan rijksuni versiteiten en hogescholen werden hoogleraren voor deze wijsbegeerte aangesteld. Onlangs werd het Centrum voor Reformatorische Wijsbegeerte opgericht. Voor bezin ning op wetenschappelijke, maat schappelijke en politieke problemen wil dit Centrum aan mensen binnen en buiten de universiteit stimulan sen geven. De eerste generatie van de „school" voor reformatorische wijsbegeerte valt weg; het werk gaat door. De nagedachtenis van Dooyeweerd wordt het meest geëerd door tot een open gesprek met andere filosofieën te komen zonder deze bij voorbaat te diskwalificeren; daarin zelfstan dig uitbouwen van de reformato rische wetenschap ligt in de lijn van zijn werk. woordiger van de Kroon in Indone sië, betrokken bij de afwikkeling van ons koloniale verleden. Hij kreeg tot taak de totstandkoming van de Nederlands-Indonesische Unie en de Verenigde Staten van Indonesië te realiseren, desnoods zonder de medewerking van de re publikeinse nationalisten. In een door hem goedgekeurde Journalis tieke levensschets staat: „Indonesië moest vrij worden." zo meende Beel, „maar ook vrij blijven van het com munisme. Er moest een federatieve staat ontstaan met vrijheid van handelen voor de diverse partners" Politiek faalde Beel in Indonesië, doordat hij de krachtsverhoudingen (de invloed van de republikeinen, van de Verenigde Naties en van Amerika) niet goed taxeerde en dacht twee politionele acties te kun nen uitvoeren. Adviseur Na beëindiging van zijn taak in In donesië keerde dr. Beel niet terug in de politiek. Hij was enkele jaren buitengewoon hoogleraar in Nijme gen en Tilburg. Maar in het jaar 1951 was hij al weer minister. Zijn ambt legde hij in 1956 neer; met jhr. mr. A. W. L. TJarda van Starkenborch Sta- chouwer en prof. mr. P. S. Gerbran dy kreeg dr. Beel de opdracht de moeilijkheden aan het hof, ontstaan door het optreden van de ge bedsgenezeres Greet Hofmans tot een oplossing te brengen. Het drie manschap wist de lucht te klaren. „Later is Beel voor vrijwel elke moeilijke en belangrijke staatszaak bij de Koningin ontboden," aldus zijn levensschets. In 1958 volgde zijn benoeming tot lid van de Raad van State. Hij for meerde ln de laatste maanden van 1958 een kabinet, dat zijn naam droeg. Het was een overgangskabi net. dat vervroegde verkiezingen uitschreef. In 1959 ging dr. Beel terug naar de Raad van State en werd hij vice- president. Als adviseur van de Kroon was hij uiteraard betrokken bij de formatie van de daarna vol gende kabinetten, het ministerie- Marijnen, het ministerie-Cals met opnieuw socialistische bewindslie den, het overgangskabinet-Zijlstra en het kabinet-De Jong. Uit de reacties op het overlijden van dr. Beel, komt naar voren een type ring van mr. Andriessen, de fractie voorzitter van de KVP: „Hij was een man van de dialoog en daarom bij uitstek bekwaam in het overbrug gen van tegenstellingen en het be middelen in conflicten. Als solide raadsman van de Kroon en het ko ningshuis was hij evenzeer verdedi ger van onze constitutionele instel- lingen. Beel zal in onze herinnering.- blijven als een groot man in de Ne derlandse staatskunde, een voor beeld van onkreukbaarheid die de echte staatkundige leider siert." Hij wordt woensdag in Wassenaar begraven. Dr H. E. S. Woldring is docent sociale wijsbegeerte aan de V.U. Prof. dr. H. Dooyeweerd (rechts) ontvangt na zijn afscheidscollege van de toenmalige rector magnificus van de VU, prof. dr. W. F. de Gaay Fortman, een bundel artikelen. Deze foto dateert van oktober 1965.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 3