Kok won, maar Van Veen
verloor maar erg weinig
Dr. Beel: groot in het
conflicten bijleggen
Filosoof van het open gesprek
Indonesië.
batterijen
die gaan
lang mee.
Gedeeltelijk akkoord kan in beide kampen verdedigd worden
Mannequin
kiest Hella.
Staatsman op
74-jarige
leeftijd
overleden
Een onvergetelijke reis.
Viermaal minister,
tweemaal premier
Twee doden bij
frontale botsing
PHILIPS
BINNENLAND
T rouw/Kwartet3
door Johan van Workum
DEN HAAG Het loonconflict is uitgelopen op een duidelijke en royale overwinning voor de
vakbeweging. Toch kan werkgevers voorman Van Veen het gedeeltelijke akkoord, dat dit
weekeinde in Den Haag werd bereikt, bij zijn achterban heel wel verdedigen. De werkgevers
hebben namelijk niet zo'n verschrikkelijke nederlaag geleden op de korte termijn.
Kok en de andere leiders van de
vakbeweging zouden het deel-
vaKDeweging zouaen nel aeei-
akkoord bij. hun achterban kunnen WGrKQGVGrS MGDDGn
aanprijzen als volgt. verkeken 0P
Punt 1: De automatische prijscompen-
satie, de zwaarste inzet van het sta- Q© pUDllGKG 0011116
kingsconflict.
Dit punt is een volledig succes voor
de vakbeweging. De compensatie
blijft tot en met 31 december volle
dig onaangetast, zoals was geëist.
Wel komt er nu een studie naar een
mogelijk beter systeem van prijs
compensatie. Maar de vakbeweging
had steeds al gezegd dat de huidige
compensatie geen heilige koe is. En
de studie wordt een echt „open" stu
die, dus het blijft mogelijk dat ui
teindelijk de huidige manier van
compensatie toch de beste blijkt.
Daarnaast is afgesproken met de
werkgevers dat bij duidelijk tegen
vallende economische ontwikkelin
gen dit jaar een gesprek zal volgen
met de werkgevers en eventueel ook
de regering erbij, hoe die tegenval
lers moeten worden opgevangen.
Dat kan misschien dan gevolgen
hebben voor de lonen in 1978. Maar
de vakbeweging heeft altijd gezegd
dat er bij rampen te praten valt.
Punt 2: de „immateriële eisen", zoals
het aanwenden van winst voor nieuwe
werkgelegenheid, en invloed op inves
teringsbeleid van ondernemingen.
hun achterban melden dat de winst
nog niet helemaal is binnengehaald
De werkgegers willen in de sterkere
bedrijfstakken hoogstens één pro
cent geven.
Maar. zou Kok kunnen zeggen, de
bonden kunnen op dit punt nog best
wat bereiken bij de eigenlijke CAO-
onderhandelingen per bedrijfstak.
Dan moet trouwens ook punt twee
winst-werk en controle op inves
teringen verder ingevuld worden,
want die zaak leent zich niet voor
regeling tot in details op centraal
niveau. Al met al, zo heeft Kok feite
lijk al gezegd, is voor zo'n tachtig
procent nu aan de eisen van de
vakbeweging voldaan. En van die
overige twintig procent kan
misschien ook nog wel heel wat wor
den binnengehaald.
Werkgevers
Maar nu de werkgevers. Hoe moet
Van Veen dit deel-akkoord bij zijn
achterban verdedigen?
Punt 1: hoofdzaak voor de werkgevers
is steeds geweest dat de loonstijging
dit jaar vergeleken met 1976
hoogstens 3,5 procent zou worden.
De werkgevers hielden, zo kunnenNu- Van Veer> kan zijn achterban
Kok en de zijnen hun achterban melden dat deze grens nauwelijks
voorhouden, tot nu toe de deur pot
dicht op deze punten. Maar sinds
zaterdagnacht heeft de vakbeweging
nu een poot tussen die deur. Er komt
een gezamenlijke studie op deze
punten. Dat studeren hoeft boven
dien vakbonden en werkgevers per
bedrijfstak niet te beletten al vast
afspraken te maken of regelingen te
treffen, bijvoorbeeld dat vakbonden
inzage krijgen in investeringsplan
nen. Enkele kleinere winstpunten
die er bij de werkgevers zijn uitge
sleept zijn: het verplicht melden van
vacatures bij arbeidsbureau's, en
meer aandacht bij het personeelsbe
leid in bedrijven voor kwetsbare
groepen als gehandicapten, ouderen,
gedeeltelijk leerplichtige jongeren.
Punt 3: een „reële" loonsverhoging
van twee procent per 1 januari. Op
dit punt moeten Kok en de zijnen
ADVERTENTIE
Laat zich maar al te graag van
alle kanten bekijken Zeker ook
als ze bij mist achter het stuur
zit Liet daarom vooralle zeker
heid 'n Hella mlstachterlicht
.op haar auto monteren
Vraag om gratis produhten folder
en cartoon-slicker:
Sluyter b.v.
Franciscusdreef 40
Utrecht A7r I 1 Q
tel 030 61 41 41 V- c H.FT
Itst. 28\
overschreden zal worden. De rege
ring heeft namelijk eindelijk dan
toch voldaan aan de werkgeverseis
om bij te springen. Van Veen is
zaterdagavond hiervoor nog speci
aal naar minister Boersma geweest.
En die heeft beloofd dat de sociale
premies die de werkgevers moeten
betalen, op 1 juli omlaag gaan met
anderhalf procent. Zo'n premiever
laging komt neer op één procent
loonkostendaling. Dat geldt dan
voor het tweede halfjaar, dus "op
jaarbasis" betekent dit een half pro
cent daling van loonkosten.
De werkgevers hebben daarmee dus
nu vier in plaats van 3,5 procent
ruimte voor loonstijging. Die ruimte
gaat nu worden besteed als volgt.
Prijscompensatie 1 januari 2,5 pro
cent. Vervolgens prijscompensatie 1
juli vermoedelijk 2,3 procent. Deze
laatste werkt over een half jaar, dus
geeft op jaarbasis 1,2 procent loon
kostenstijging. Samen met 1 Januari
is dan 3,7 van de vier procent ruimte
besteed. Er is dus nog 0,3 procent
ruimte over voor aanvullende 'ech
te' loonsverhoging op 1 januari. De
werkgevers hebben hiervoor maxi
maal één procent geboden. Dat is
dan een kleine concessie, ervan uit
gaande dat het gemiddelde van de
CAO's uiteindelijk op een half pro
cent zou uitkomen.
Punt 2: Het automatisme van de prijs
compensatie doorbreken.
Dat wilden de werkgevers niet als
doel op zich, maar omdat zij anders
niet binnen hun „totale ruimte" van
3,5 procent konden blijven. Dat die
prijscompensatie nu toch doorgaat,
is dus geen grote nederlaag, zo zou
Van Veen kunnen verdedigen. Welis
waar ligt nu ook een nog onbekende
prijscompensatie per 31 december
vast. Maar die „drukt" niet meer op
de ruimte voor 1977 maar op die
voor 1978. Dus als die compensatie
tegenvalt, zal dat het werkge
versbod voor de lonen in 1978 aan
tasten.
Bovendien kan Van Veen zijn ach
terban voorhouden dat hij nu toch
bij de vakbeweging een voet tussen
de deur heeft inzake die automa
tische prijscompensatie. De studie
die hierover nu komt, is dan wel
„open", maar voor Van Veen staat al
wel vast dat zal blijken dat andere,
niet vol-automatische, systemen
van prijscompensatie te verkiezen
zijn boven het huidige systeem. Van
Veen ruikt dus al de winst, zij het op
termijn.
Punt 3: winst, werk en invloed op
investeringen. Op dit punt is de vak
beweging nog helemaal niets defini
tiefs toegezegd, zo kan Van Veen
betogen. Er komt nu wel een studie,
maar daartoe waren de werkgevers
in het najaar al bereid. En ook ston
den de werkgevers zaterdagnacht
toe dat per bedrijf of bedrijfstak al
vast regelingen kunnen worden ge
troffen. Maar, aldus zou Van Veen
kunnen stellen, de werkgevers moe
ten dan maar per bedrijfstak de
vakbonden buiten de deur zien te
houden.
Al met al kan Van Veen volhouden
dat aan de belangrijkste voorwaar
de van de werkgevers, namelijk
géén overschrijding van de ruimte
van 3,5 procent, vrijwel volledig kan
worden voldaan. En wat de rest be
treft. moeten de vakbonden nog
waarmaken wat ze denken nog meer
binnen te kunnen halen.
Machtspositie
Meer objectieve waarnemers die
geen achterban hebben ten over
staan waarvan akkoorden verde
digd moeten worden, zien in de af
loop yan het huidige loonconflict
echter stellig een duidelijke over
winning voor de vakbeweging. Oud-
minister Roolvink vond dat de vak
beweging dit weekeinde al voor 90
tot 95 procent haar zin had ge
kregen.
De werkgevers hebben zich verke
ken op de publieke opinie. Opinie-
onderzoekjes toonden dat een dui
delijke meerderheid van de mensen
behoorlijk bezorgd is over de econo
mische vooruitzichten, en bevreesd
voor nog veel meer werkloosheid. De
werkgevers speelden op dit publiek
wanneer ze betoogden dat "wij, be
drijven, met de rug tegen de muur
staan", en dat te hoge lonen en
prijscompensaties automatisch tot
meer werkloosheid zouden leiden.
In feite dacht Van Veen dat hij Koks
achterban beter kende dan Kok zelf.
De vakbondsleiders hanteren wel
grote woorden aan de onderhande
lingstafel, maar ze krijgen hun ach
terban niet mee, zo veronderstelden
de werkgevers. Nu komen zij van
een zeer koude kermis thuis. De
vakbondsleiders hebben bewezen
vrij gemakkelijk in staat te zijn hun
achterban te mobiliseren en te over
tuigen van hun gelijk en van het
ongelijk van de werkgevers.
Een karakteristieke foto van
dr Beel uit 1965. Hier was hij
op weg naar de Koningin, aan
wie hij zeer vele malen advies
over een kabinetsformatie
heeft uitgebracht.
Van een onzer verslaggevers
AMSTERDAM Met het heengaan van dr. Beel is aan Nederland een politicus ontvallen van het
formaat van de regenten-patriarchen zoals Drees sr Romme, Schouten, Oud en Tilanus. Prof. dr.
Louis Joseph Maria Beel kan dè representant worden genoemd van die generatie staatslieden, die
dankzij veel geregel achter de schermen, zich hullend in volstrekte zwijgzaamheid en geheimzin
nigheid, de tegenstellingen binnen het zuilen-systeem telkens weer overwonnen en het land
bestuurden. Karakteristiek voor de rol, die dr. Beel 27 jaar lang vervulde als reparateur van de
staatsmachine, waren zijn twee bijnamen: „onderkoning" en „sfinx".
Voor het eerst in zijn leven heeft
Kok met werkgevers onderhandeld
terwijl zijn achterban voor een ieder
goed zichtbaar was, in de vorm van
actievoerende werknemers. Tot
voor kort bestond die achterban al
leen op papier. Zelfs toen dit najaar
belangrijke zaken aan de orde wa
ren, lieten hooguit enkele procenten
van die achterban op ledenvergade
ringen van de vakbonden blijken
dat ze er waren. Nu heeft de vakbe
weging ten overstaan van Van Veen
bewezen dat al die afwezige leden er
ook nog zijn, en op advies van hun
organisatie tot actie komen. Deze
wetenschap verleent de vakbewe
ging een machtspositie, waarop
meerdere jaren kan worden geteerd.
In die zin is Koks overwinning vrij
wel compleet, evenals Van Veens
nederlaag.
Dr. Beel, die zich in 1972 geheel te
rugtrok uit het openbare leven door
zijn ontslag als vice-president van de
Raad van State, overleed vrijdag na
geruime tijd ziek te zijn geweest. Hij
is 74 jaar geworden. Zijn politieke
loopbaan begon in de laatste maan
den van de tweede wereldoorlog, na
dat hij vanuit het bevrijde zuiden
des lands naar Londen was gegaan.
Tussen 1945 en 1972 is hij viermaal
minister geweest, tweemaal minis
ter-president, hoge vertegenwoordi
ger van de Kroon in Indonesië en
dertien Jaar vice-president van de
Raad van State, het hoogste advies
college van de Kroon. Dr. Beel bleef
minister van staat, waartoe hij reeds
in 1956 was benoemd.
Zwijgzaam
ADVERTENTIE
De Gordel van Smaragd wacht.
Java, Bali èn Sumatra zien. Paleis
„Buitenzorg" bezoeken. Op 'n
koffieplantage logeren. Borobudur,
Tobameer en Bukittinggi. En nog
veel meer25 Fantastische dagen.
Verblijven in goede hotels. In april, mei, augustus
of september, 'n Droomreis tegen de nuchtere,
lage prijs van f 4.450,-. Bel 023-280659 voor
uitgebreide documentatie of ga naar één van de
Amro Banken met dit vignet.
Als minister van staat en als vice-
president van de Raad van State was
dr. Beel nauw betrokken bij vele
kabinetsformaties. Hij adviseerde
niet alleen, maar was in het Neder
land van de wederopbouw de forma
teur en informateur, die altijd weer
een oplossing vond. Bij zijn afscheid
in 1972 noemde onze parlementsre-
dacteur Jac. S. Hoek hem de „zaak
waarnemer, storingzoeker, trouble
shooter of Ausputzer" bij uitstek.
Toch was hij niet populair. Het grote
publiek kende hem als een stijf heer
met het gebrilde, vrijwel haarloze
hoofd van het type „rechtlijnige in
tellectueel", zoals dat in karikaturen
voorkomt. Beel was bovendien een
zwijgzame figuur: hij heeft geen me
moires geschreven. Wel heeft hij
dagboeken nagelaten; hij bepaalde
zelf het tijdstip, waarop de inhoud
ervan bekend mag worden.
Tot begin 1945 waren er geen aanwij
zingen voor een vooraanstaande po
litieke carrière van dr Beel. Hij was
ambtenaar op gemeentesecretarieën
in Roermond en Eindhoven, op de
provinciale griffie van Overijssel, se
cretaris van de bisschoppelijke in
spectie voor het lager onderwijs en
advocaat.
Principieel
In 1942 kreeg Eindhoven een NSB-
burgemeester. Beel was daar toen
referendaris. Hij stapte direct op de
burgemeester af, zei dat hij niet met
hem zou kunnen samenwerken en
bood zijn ontslag aan. Het was type
rend voor de „rechtlijnige, stroeve
man, die sprak als een notariële ak
te" en uiterst principieel kon zijn.
De bevrijding bracht voor Beel een
adviseurschap voor het militaire be
wind in zuidelijk Nederland. Een
gevraagd advies over oorlogsslacht
offers voerde Beel naar Londen en
daar had hij een gesprek met konin
gin Wilhelmina. Vanaf dat eerste
contact had hij het vertrouwen van
de vorstin gewonnen. De vertrou
wensband tussen staatshoofd en dr.
Beel bleef bestaan, ook nadat konin
gin Juliana de troon had bestegen.
De korte Londense periode bracht
voor Beel reeds een ministerschap
met zich mee, dat van binnenlandse
zaken in het tweede ministerie
Gerbrandy. In het na de oorlog ge
vormde ministerie Schermerhorn-
Drees kreeg Beel dezelfde porte
feuille. De eerste na-oorlogse verkie
zingen, in 1946, leverden een over
winning op voor de KVP, de partij
van dr. Beel. Hij formeerde als ge
volg daarvan het kabinet en nam
zelf het premierschap op zich. In het
ministerie-Beel werd de samenwer
king met de PvdA voortgezet. De
nieuwe premier, die meende dat de
samenwerking nodig was om het
land de slagen van de oorlog te
boven te laten komen, noemde de
rooms-rode coalitie een „nieuw be
stand."
Indonesië
Beel was bevriend met De Quay, en
deelde diens binnen de Nederlandse
Unie in de oorlogsjaren uitgebroede
denkbeelden van een elite, die de
Nederlandse politiek had moeten
zuiveren. Beel is het ook geweest,
die De Quay in 1959 na de val van
Drees het minister-presidentschap
bezorgde.
In 1948 werd Beel als hoge vertegen-
-
„Omdat u geen kleuren-tv hebt, komt
er een kwartje per uur bij voor het
oppassen".
Van een verslaggever
WERKENDAM Bij een verkeers
ongeluk in Werkendam zijn twee
mensen omgekomen. Het zijn de
vijftigjarige J. H. Willemen uit Oos
terhout en de negentienjarige A.
Burgers uit Gorkum. De heer Wille
men die volgens de politie al kilome
ters met zijn auto op de verkeerde
weghelft reed, botste eerst tegen een
auto waarin een gezin zat en reed
daarna frontaal op de wagen van de
heer Burgers.
FRANEKERADEEL - In het Frie
se Midlum is de twintigjarige A.
Bloemsma uit Franeker omgeko
men. Met zijn auto kwam hij in de
rechterberm, waarna de wagen door
een sloot en een hekwerk reed en
tegen een muur botste.
HEDEL De tweejarige Cornelis A.
J. van Erp uit Hedel, overleed nadat
hij in zijn woonplaats door een auto
werd aangereden.
door dr. H.E.S. Woldring
Prof. Dooyeweerd is overleden, 82 jaar oud. Het schrijven over
een groot man heeft haast altijd iets overbodigs. Wat je schrijft is
meestal op een of andere manier refds eens gezegd. Toch
confronteert Dooyeweerds overlijden ons met de betekenis van
zijn persoon en zijn werk.
(ADVERTENTIE)
R000 NORMAL DUTY, G0U0 HEAVY 0UTY. ZWART DOUBLE 0UTY
Dooyeweerd werd 7 oktober 1894 in
Amsterdam geboren. Hij studeerde
rechten aan de Vrije Universiteit en
promoveerde in 1917 op het proef
schrift „De ministerraad in het Ne-
derlandsche Staatsrecht". Na een
ambtelijke loopbaan werd hij in 1922
directeur van de dr. Abraham Kuy-
per Stichting, het wetenschappelijk
bureau van de ARP. In 1926 volgde
zijn benoeming tot hoogleraar in de
juridische faculteit aan de VU. Bijna
veertig jaar heeft hij dit ambt ver
vuld. Twee keer was hij rector mag
nificus, aan verschillende buiten
landse universiteiten gaf hij gastcol
leges, als eminent geleerde werd hij
na de oorlog geëerd met een lidmaat
schap van de Koninklijke Academie
van Wetenschappen; talloze publi-
katies staan op zijn naam.
Werk
Met zijn zwager prof. dr. D.H.Th.
Vollenhoven ontwikkelde Dooye
weerd een eigen wijsbegeerte, de
zgn. Wijsbegeerte der Wetsidee of
calvinistische wijsbegeerte, 't Liefst
sprak Dooyeweerd over reformato
rische wijsbegeerte. Geen kerkelijk
of theologisch stelsel mocht de
grondslag van zijn wijsbegeerte zijn.
Dat misverstand mocht niet gewekt
worden. Reformatorisch noemde hij
zijn wetenschapsbeoefening ten ein
de met dit woord de oecumenische
en vernieuwende betekenis van het
evangelie voor het wetenschappelijk
denken aan te geven.
In de wijsbegeerte van Dooyeweerd
zat iets revolutionairs. Voor de
tweede wereldoorlog vierde de zoge
naamde neutrale of waardevrije we
tenschap hoogtij. Het was uit den
boze levensbeschouwelijke uit
gangspunten in de wetenschap te
laten doorklinken. Dooyeweerd ver
wierp dit standpunt. Vanuit de
christelijke religie wilde hij we
tenschap beoefenen. In de wijsbe
geerte en in de vakwetenschappen
stelde hij de vraag naar de mens in
de wereld, naar de zin van het leven,
de techniek, de cultuur en andere.
De wijsbegeerte aan de VU was haar
tijd ver vooruit. Velen erkennen te
genwoordig, dat Je ln de wetenschap
een eigen keuze moet doen en dat je
daar voor uit moet komen. In zijn
reformatorische wijsbegeerte wilde
Dooyeweerd radicaal zijn. In ge
sprekken met andere wijsgerige
stromingen als het marxisme, exis
tentialisme. fenomenologie en ande
re vroeg hij naar het uitgangspunt,
het diepste motief dat andere den
kers dreef en dat hun argumenten
bepaalde.
Radicaal-kritisch in de betekenis
van radlkaal-christelijk betekende
voor Dooyeweerd niet slechts een
kritisch gesprek met en stel-
lingname ten opzichte van andere
filosofieën. HIJ bedoelde er ln de
eerste plaats een radicale zelfkritiek
mee. 8teeds stelde hij zichzelf de
vraag of zijn uitgangspunt wel vol
doende en op de Juiste wijze ln de
rest van zijn filosofie uitgewerkt
werd.
Omdat Dooyeweerd bijna veertig
jaar aan de VU verbonden geweest
is, heeft zijn wijsbegeerte aan deze
universiteit zeer lang een bijzondere
plaats ingenomen. Op zijn wijze wil
de hij aan het eigen karakter van de
VU gestalte geven.
Ook aan andere universiteiten en
buiten de universitaire wereld is be
langstelling voor zijn wijsbegeerte
ontstaan. In 1936 werd een Vereni
ging voor Calvinistische Wijsbegeer
te opgericht. Na de tweede werel
doorlog zag de Stichting Bijzondere
Leerstoelen voor Calvinistische
Wijsbegeerte het licht: aan rijksuni
versiteiten en hogescholen werden
hoogleraren voor deze wijsbegeerte
aangesteld. Onlangs werd het
Centrum voor Reformatorische
Wijsbegeerte opgericht. Voor bezin
ning op wetenschappelijke, maat
schappelijke en politieke problemen
wil dit Centrum aan mensen binnen
en buiten de universiteit stimulan
sen geven.
De eerste generatie van de „school"
voor reformatorische wijsbegeerte
valt weg; het werk gaat door. De
nagedachtenis van Dooyeweerd
wordt het meest geëerd door tot een
open gesprek met andere filosofieën
te komen zonder deze bij voorbaat
te diskwalificeren; daarin zelfstan
dig uitbouwen van de reformato
rische wetenschap ligt in de lijn van
zijn werk.
woordiger van de Kroon in Indone
sië, betrokken bij de afwikkeling
van ons koloniale verleden. Hij
kreeg tot taak de totstandkoming
van de Nederlands-Indonesische
Unie en de Verenigde Staten van
Indonesië te realiseren, desnoods
zonder de medewerking van de re
publikeinse nationalisten. In een
door hem goedgekeurde Journalis
tieke levensschets staat: „Indonesië
moest vrij worden." zo meende Beel,
„maar ook vrij blijven van het com
munisme. Er moest een federatieve
staat ontstaan met vrijheid van
handelen voor de diverse partners"
Politiek faalde Beel in Indonesië,
doordat hij de krachtsverhoudingen
(de invloed van de republikeinen,
van de Verenigde Naties en van
Amerika) niet goed taxeerde en
dacht twee politionele acties te kun
nen uitvoeren.
Adviseur
Na beëindiging van zijn taak in In
donesië keerde dr. Beel niet terug in
de politiek. Hij was enkele jaren
buitengewoon hoogleraar in Nijme
gen en Tilburg. Maar in het jaar 1951
was hij al weer minister. Zijn ambt
legde hij in 1956 neer; met jhr. mr. A.
W. L. TJarda van Starkenborch Sta-
chouwer en prof. mr. P. S. Gerbran
dy kreeg dr. Beel de opdracht de
moeilijkheden aan het hof, ontstaan
door het optreden van de ge
bedsgenezeres Greet Hofmans tot
een oplossing te brengen. Het drie
manschap wist de lucht te klaren.
„Later is Beel voor vrijwel elke
moeilijke en belangrijke staatszaak
bij de Koningin ontboden," aldus
zijn levensschets.
In 1958 volgde zijn benoeming tot
lid van de Raad van State. Hij for
meerde ln de laatste maanden van
1958 een kabinet, dat zijn naam
droeg. Het was een overgangskabi
net. dat vervroegde verkiezingen
uitschreef.
In 1959 ging dr. Beel terug naar de
Raad van State en werd hij vice-
president. Als adviseur van de
Kroon was hij uiteraard betrokken
bij de formatie van de daarna vol
gende kabinetten, het ministerie-
Marijnen, het ministerie-Cals met
opnieuw socialistische bewindslie
den, het overgangskabinet-Zijlstra
en het kabinet-De Jong.
Uit de reacties op het overlijden van
dr. Beel, komt naar voren een type
ring van mr. Andriessen, de fractie
voorzitter van de KVP: „Hij was een
man van de dialoog en daarom bij
uitstek bekwaam in het overbrug
gen van tegenstellingen en het be
middelen in conflicten. Als solide
raadsman van de Kroon en het ko
ningshuis was hij evenzeer verdedi
ger van onze constitutionele instel-
lingen. Beel zal in onze herinnering.-
blijven als een groot man in de Ne
derlandse staatskunde, een voor
beeld van onkreukbaarheid die de
echte staatkundige leider siert."
Hij wordt woensdag in Wassenaar
begraven.
Dr H. E. S. Woldring is docent sociale
wijsbegeerte aan de V.U.
Prof. dr. H. Dooyeweerd (rechts) ontvangt na zijn afscheidscollege van de toenmalige rector
magnificus van de VU, prof. dr. W. F. de Gaay Fortman, een bundel artikelen. Deze foto dateert van
oktober 1965.