Mel Brooks doet het zonder geluid Politiek verdrinkt in vette lach Voortreffelijke politiefilm De pest rijdt naar Polen Levendige voorstelling door Nieuwe Scene „Muziektheater is een kreupelcultuur" KUNST FILM SILENT MOVIE door W. Wielek-Berg MIMI DE BANKWERKER PYTHON 357 Prolongatie en reprisee», BESTEMMING CASSANDRA VRIJDAG 4 FEBRUARI 1977 Trouw/Kwartet_PS 12 -iAG 4 De Amerikaanse regisseur Mei Brooks heeft de laatste jaren furore gemaakt met vier slapstick-films: „The Produ cers", „Twelve Chairs", „Bla zing Saddles" en „Young Fran kenstein". Wie daarbij denkt aan de legendarische „Hellza- poppin" heeft het niet mis. In zijn nieuwste ..Silent Movie" („Stomme Film") doet hij afstand van het geluld en meet zich zodoen de met de clowns uit de tijd toen alle films nog stom waren. Hij maakt daarbij gebruik v«n tus sentitels. zichzelf. Mu% Némscd Dom deLuise als zijn trouwe trawan ten. Bernadette Peters als komische vamp. Sid Caesar als wanhopige filmproducent die zijn studio met faillssement ziet bedreigd en een vijftal grote sterren (Burt Reynolds. James Caan, Liza Minelll. Anne Bancroft. Paul Newman en Marcel Marceau) die een parodie op zichzelf spelen. Het spul begint met drie mannen, die in een kleine open auto door Los Angeles razen en het dient gezegd dat in die openingsscènes het geluid deerlijk wordt gemist, temeer omdat de tussentitels te uitgebreid zijn en niet geestig. Het duurt wel even (te lang) voor Je van de stomme gein gaat genieten en ook dan vallen er diverse dode plekken. Daarmee wil niet gezegd zijn, dat Mel Brooks en zijn mede- scenarioschrijvers Ron Clark, Rudy DeLuca en Barry Levinson niet me nige goede gag hebben verzonnen. Er zijn er genoeg: het kioskmannetje dat de komst van een dik pak kran ten sidderend verbeidt, omdat die hem altijd pal in het gezicht of de bulk raken; de verwisseling van een geleidehond met een Jonge, dartele, ongedisciplineerde herder; de ver geefse pogingen van Marty Feldman om In de lift te geraken; het net niet overrijden van twee ln het wit gekle de mannen, die samen stelten heb ben bestegen. De leukste inlassen zijn de ontmoe tingen met grote sterren, die omzich tig worden benaderd en allemaal (op één na) blijken te popelen om mee te doen. Burt Reynolds Is een vriendelijke nareist, die geen spiegel met rust kan laten, James Caan een behaarde bokser, die in een wankele caravan woont; Anne Bancroft een chique dame die gruwelijk scheel kan kij ken en Paul Newman een slachtoffer van een verkeersongeluk, die met een ver uitstekend gipsbeen in zijn super-de-luxe rolstoel als een gek door de dreven van het ziekenhuis raast. De beroemde mime Marcel Marceau is de enige die spreekt en weigert, Liza Minelll de enige die onder de maat blijft, ondanks haar levensech te bordje vermageringssla. Het feit, dat „Silent Movie" niet op één lijn kan worden gesteld met Brooks' meesterstukken „The Pro ducers" en „Young Frankenstein" is te wijten aan het feit, dat hij te hoog heeft gemikt. Als men in deze tijd een stomme film tot een lachsucces wil maken, moet men zorgen dat de ene superieure visuele grap op de andere volgt, zonder onderbreking, en dat is een bijna bovenmenselijke taak. Overigens houdt Brooks zich (geluk- Scène uit Silent movie" kig) niet geheel aan de geluidloos heid. Gaandeweg gaat de muziek een rol spelen, maar dat was in de stomme tijd natuurlijk ook het geval. lenige let CN 'och is laaron loodgt Omdat Amsterdam-City 2 en Saskia; Ai Euro Cinema; Den Haag- Calypso er Groningen-Camera; RoUedam-Luiij„» PK u-k.li,...1 rici w' Tot zul Het Cl» "Van h( Lijnbaan; Utrecht-Camera, a.l. Giancarlo Giannini (links) in „De verleiding van Mimi de Bankwerker" Una Wertmüller (volle naam: Arcangela Felice Assunta Wertmüller von Elgg Spanol von Braueich Job en desalniet temin een geboren en getogen Italiaanse) is de laatste Jaren vooral in Amerika zeer bekend geworden. De „International Film Guide" koos haar tot een van de vijf regisseurs van het Jaar, maar we kunnen ook dichter bij huis blijven: „het publiek van de Cinemanifestatle Utrecht plaatste haar film: „De verleiding van Mimi de Bankwerker" bovenaan op de lijst van uitverkoren films. De pers was overigens aanmerkelijk koeler. Lina Wertmüller wil geen intellectu ele films maken, maar dicht bij het volk blijven. Ze gaat daarin soms zo ver. dat ze haar hoofdpersonen een in de rest van Italië onverstaanbaar Sicillaans dialect laat spreken. Haar (misschien) progressieve politieke ideeën giet ze ln de beproefde vorm van de lach en de traan, waaraan ze een flinke scheut anarchisme toe voegt. Haar held vaak gespeeld door Giancarlo Giannini, bekend uit Vis- conti's „l'Innocente" is meestal een Chapllneske sjlemlel, die het goede wil maar op het verkeerde pad eindigt. „De verleiding van Mimi de Bankwerker", haar eerste film die in Nederland wordt vertoond, gaat over een Siciliaanse arbeider, die strijk en zet wordt dwarsgezeten door de Ma fia. Hij vlucht naar Turijn, leert daar zijn gTote, zeer politiek geëngageer de liefde kennen, krijgt met haar een kind, wordt weer opgejaagd door de Mafia en terugverplaatst naar Sicilië waar zijn vrouw op hem wacht. Hij bedriegt en wordt bedrogen, ver dedigt zijn eer op een ongebruikelij ke manier, legt tenslotte het strijd- bijltje erbij neer, voegt zich bij de onderdrukkers en verliest geliefde en kind. In dit tragi-komlsche verhaal (van Lina Wertmüller zelf) zitten onge twijfeld politieke tendenzen, maar het is de vraag of de regisseur door haar voorkeur voor de grove klucht niet het kind met het badwater weg gooit. Ze zal heus wel publiek trek ken, doch dat geeft zich waarschijn lijk met graagte gewonnen aan de lol en vergeet te letten op progressieve ondertonen. In het plaatsen van haar effecten is ze bepaald niet kinderachtig. Men behoeft waarlijk geen fervente femi niste zijn om te gruwen van de wijze, waarop in „Mimi de Bankwerker" een dikke, onaantrekkelijke vrouw, die denkt dat ze hartstochtelijk be mind wordt terwijl ze alleen maar het object is van Mimi's wraaklust, door middel van herhaalde naaktshots belachelijk wordt gemaakt. Amsterdam-Leidsepleintheater, 18 jr. Het is beslist geen overbodige luxe om de film „Python 357" van Alain Corneau tweemaal te gaan zien. Want al behoort hij tot een „gemakkelijk" genre, de politie-film, hij is noch ge makkelijk te volgen, noch ge makkelijk op al zijn niveaus te overzien en te doorgronden. Hij speelt nu eens niet ln Parijs maar in Orleans. De sfeer van deze provinciestad, aangepast aan de vele doortrekkende toeristen, maar ln de late herfst vol zachte weemoed, is meesterlijk getroffen. De vervreem ding die de grote buitenhuizen in him druipende tuinen om de stad heen uitstralen loopt parallel met de vervreemding waarin de niet meer Jonge Mare Ferrot, afkomstig uit een weeshuls maar opgeklommen tot in specteur van politie, zijn leven doorbrengt. Kaal is de kamer waarin hij woont, kaal zijn de contacten met zijn colle ga's. maar op een gegeven ogenblik gaat hij houden van een geheimzin nig meisje, dat haar verleden en he den voor hem verbergt Terwijl hij nog geheel in het onge wisse verkeert weten wij, de toeschouwers' al, dat dat zij wordt onderhouden door Ferrot's baas, commissaris Ganay. Die vermoordt haar in een vlaag van woede en even later gaat Ferrot haar Huis binnen en laat daar vele sporen achter. Hij is de Ideale verdachte, maar in het begin verdenkt niemand hem. Door allerlei foefjes weet hij de confrontatie met getuigen te ontlo pen en onderwijl gaat hij koppig door met zijn eigen speurtocht naar de tweede man. Commissaris Ganay probeert hem uit de weg te ruimen als hij te gevaarlijk wordt, maar Fer rot is hem te vlug af. Daarna volgen nog vele verwikkelingen, die voor een deel psychologisch zijn bepaald. Het is een verademing weer eens zo'n volwassen film te zien. waarin niet geschroomd wordt eisen te stel len aan het intellect en het invoe lingsvermogen van het publiek, een inzet waaronder de spanning geluk kig niet lijdt. Telkens zijn er kleine uitstapjes van de overigens strak volgehouden hoofdlijn, die inzicht verschaffen in beweegredenen van bij- en hoofdfi guren. Het spel van alle acteurs (Yves Montand, Francois Perrier, Stefana Sandrelli en Mathieu Carrière) is voortreffelijk, maar „grande dame" Simone Signoret, die met een paar gebaren een geteisterde invalide neerzet, dient toch apart genoemd. Amsterdam-calypso; Den Haac-Asta. u jr. Yves Montand en Frangois Perhen In Python 357" Daaro moete Een Schijn van Twijfel. Docui Die gé re van internationaal niveau ^et bf treurnis die de Duitse tijd acl __ranl gemaakt door Rolf Orthel. 7 9aran febr. Filmhuls Den Bosch. Voor i 1900. Schitterend epos van Be systei cl over het Italiaanse boerens me in de jaren 1900 tot 1945 Deel I: Tuschinski 2, A'dam; Breda; City. Delft; Select, E ven; Roxy, Haarlem; Rembri Utrecht. Deel II: Nöggerath, Amsterda slno 3. Breda; Metropole - um G Haag; Rembrandt, Utrecht. g< Barry Lyndon. Meesterwerljn Stanley Kubrick over de verr tc de, mooie wereld van het ve: De gehele week in Rivoli, A dam; Saskia, Arnhem; Midi, trlcht. Om Zakgeld. Charmante film n p over kinderen van Francois c faut. De gehele week in Tuschi Het Amsterdam. Mr. Klein. Briljante sfeertel van bezet Parijs in een fill ^ue Joseph Losey met pra hoofdrol van Alain Delon. De Z,Jtc week in Kriterion, Amsterdar gezii The Treasure of the Sierra I „Evergreen" van John Hust< -1947 naar een roman van Ben 1 lare' met Humphrey Bogart in de I Naai rol. De gehele week in C Amsterdam. Dezi Van Daa Dat Der Handier der Vier Jahres; Ontroerende film van Ralner V Fassbinder, met geraffineer bruik van een melodramatisc troon. 3 t.e.m. 6 febr. Filmclul sau, Groningen. Jeanne Dielman. Zeer knapp> van Chantal Akerman, waari dorre leven van een huisvrouw wat bijverdient vier-en-twinti lang minutieus wordt gevolg gehele week in Kijkhuis, Den Citizen Kane. Klassieke film v met Orson Welles. 4 febr. Go& ceum, Goes; 9 febr. Filmhuis terdam. onze r HA/ Met Bel; Vel. Wederom een rampenfilm in de oude stijl. In „Bestemming Cassandra" („The Cassandra Crossing") van regisseur Geor ge Cosmatos verstopt een aan zeer besmettelijke longenpest lijdende man zich in een inter nationale trein, waar het vreemd genoeg nog even luxu eus toegaat als in de Orient Express, zaliger nagedach tenis. Het Amerikaanse leger is ver antwoordelijk voor het grootschalige ongeval: In een geheim laboratorium werden gemene proeven genomen. Sinds „Watergate" is op dat punt het hek van de dam wat eens taboe was. is nu reeds afgezaagd, als ze in een film ergens geen raad meer mee we ten laten ze een enge tak van de CIA opdraven om een soort legitieme chaos te scheppen. Maar nu terug naar het verhaal. Aan gezien zeer hooggeplaatste mannen er geen boodschap aan hebben dat dit schandaal ulUekt. wordt de trein eerst verzegeld ln Neurenberg en daarna doorgestuurd naar een gam mele brug ln Polen. De rest moet u zelf maar gaan zien. want het scenario mag dan nog zo onzinnig zijn (hoe kan die trein de Poolse grens over zonder dat er een levensgroot internationaal conflict ontstaat, om maar eens wat te noe men» en de dialoog nog zo barsten vol clichés, spannend Is „Bestemming Cassandra" wel. Liefhebbers van het genre zullen er van likkebaarden. Het is gewoonte geworden om in dergelijke films een stel wat oudere, min of meer goed geconserveerde, sterren te laten blinken. Dat procédé is zo gek nog niet, het raadselspelle tje wie de ramp wel en wie hem niet zal overleven wordt er des te boeien der door. In de ramptrein bevinden zich: Ava Gardner (grimlachend om de bur- gertruttenkleren die ze moet dra gen). Sophia Loren. Alida Valli, In- grid Thulln en Burt Lancaster. De laatste valt uit al zijn rollen. Geen adeldom ditmaal en geen droefgees Ug gepeins, hij doet zijn plicht als een robot, die op verderf is gepro grammeerd. Amsterdam-City I; De» llMj Odfon I; Hilvrr >«m-Ck«rrhlll; t.«»de«-Trianon; Rotlerdsm CiMnmt: tHr»HM-Cill»rl)iif. 14 Je. Richard Harris in Bestemming Cassandra" MZrtl Itablr Idwet In wc door André Rutten ARNHEM. Het Kollektlef van de Internationale Nieuwe Scene uit Antwerpen vertoont deze en de vol gende maand in vele plaatsen in Nederland zijn nieuwe voorstelling „Harlekijn knecht noch meester". Zij is, zoals „Mistero Buffo", ge maakt samen met Arturo Corso en vertoont ook een aantal elementen, die daarin de aandacht trokken, maar is niettemin anders. Er is, in de zestiende eeuw, een groep mensen, die elkaar in een gevangenis hebben leren kennen, samen bevrijd worden en dan op voorstel van een hunner, die een rondtrekkend toneelspeler is, een toneelgroep vormen en besluiten de befaamde klucht van Goldonl, „De knecht van twee meesters" te gaan spelen. Omdat al de anderen geen toneelspelers zijn lukt dat niet zo best alhoewel het in deze voor stelling aanleiding geeft tot vele ko mische toestanden maar omdat zij wel allemaal tamelijk thuis zijn ln de toen gangbare volkskomedie, zo als op straten en pleinen gespeeld, Het hele Kollektief van de Internationale Nieuwe Scene in „Harlekijn Knecht noch Meester". kunnen zij tegelijkertijd ook kritiek uiten op de gekunsteldheden, die Goldoni daarin heeft aangebracht ten plezlere van de toeschouwers uit de betere standen. Op den duur ont staat er daardoor onenigheid tussen de acteur, die hen voor het hof wil doen optreden, en de niet-acteurs. door Adr. Hager DEN HAAG - ..Met HOT mu2ielt '77 wordt voor het eerst in Nederland een aantal aspecten van het mu ziektheater gebundeld die normali ter tussen Scylla en de Charibdis van het muziek- en theaterleven dreigen onder te gaan". Aldus een „beginsel verklaring" van een festifal dat tot stand kwam dankzij subsidies van de gemeente 's-Gravenhage en het ministerie van CRM. Vier rode dra den lopen door de opzet, rode draden die hun oorsprong hebben in de kri tiek op het huidige bestel: 1. de musi cus als acteur; 2. ..action music" of show. 3. ontmaskering van het cli ché. 4. muziek en theater als allego rie. Voor 4 en 5 februrari staat „Hans Otto show down" op het programma en 6 februrari treden Polo de Haas en Hannah de Leeuwe op. Woensdag- en donderdagavond ging „Repertoire" van Mauriclo Kagel, gepresenteerd door Tam Krefeld. theater am Mariënplatz. „Repertoi re" kwam in 1971 in première en werd een Jaar later in het Holland Festival gebracht. Het is het eerste deel van „Staatstheater" een cy clisch theaterstuk in 9 delen die alle als titel een aspect van het genre opera dragen. Kagel ziet af van li bretto. handeling en karakterrol, de klankproduktle wordt zelf „gecom poneerd". Het programmaboekje geeft als nadere aanduiding: „haast iedere scène heeft als thema de ab- normiteit, de misvorming of de be schadiging. Juist door de veelheid van schijnbaar onbenullige anekdo tes ontstaat een hele catalogus van symptomen die het clichématige en absurde van de conventies aan weerszijde van de orkestbak aan de kaak stellen". En dat is dan dat! Een verklaring die bij het aanhoren van zoveel absurditeit en flauwekul ontnuchterend werkt. Het theater kraakt, volgens Kagel, ln al zijn voe gen, het instituut opera verbergt een proces van innerlijk verval. „Reper toire" is een „szenisches Kon- zertstück", waarin typisch Kagel het ongewone, het ongebruikelij ke. het ongemogelijke centraal staat. „Muziektheater is een kreupel cultuur". Om dat duidelijk te maken zet Kagel 8 acteurs in, die in feite niets voorstellen en die uitsluitend geluiden voortbrengen. Onzin om het voorbrengen van slechts gelui den te presenteren ln een zoge naamd muzlekfestivaL Geluiden door middel van twee dienbladen die aan de benen gebonden zijn, een blaasbalg onder de schoenen, door het „speels" bespelen van een kin derpiano. Geluid en beweging met gebruikmaking van requisieten. Geen duidelijke parodie en dus ook geen hilariteit, nog niet veel meer dan wat gegiechel. Kagel heeft daar een uur voor nodig, „Staatstheater" neemt een gehele avond in beslag. Men zou het met Kagel nog eens kunnen zijn dat achter de facade van de opera niet alles goud is wat er blinkt. Het is echter onzinnig om te menen, dat men Kagel serieus kan nemen. Als dit een aan de kaak stel len is van „conventies aan weerszij den van de orkestbak", dan kan het wezen opera hieraan schouderopha lend voorbijgaan. die gewoon op markten en pleinen voor het volk willen spelen. Dat alles wil zeggen, dat de spelers van het Kollektief met verschillende dingen tegelijk en door elkaar heen bezig zijn. Zij komen zelf uit het „burgerlijke" toneel en hebben enke le Jaren geleden besloten niet meer voor het „schouwburg-publiek" maar voor arbeiders te spelen, voor gewone mensen, die niet in de schouwburgen komen. Daarvoor hadden zij stukken nodig, die er niet zijn: stukken die zich bezig houden met gewone mensen en hun eigen problemen. Daarom gingen zij in het voetspoor van Dario Fo en diens medewerker Arturo Corso terug naar een periode in de geschiedenis, waar in nog wel een uit het volk levend toneel was. Maar daar is niet zoveel van bewaard, zodat ze het zelf moes ten reconstrueren. Bij Mistero Buffo gingen zij terug naar het mysterie spel in een volkse toonaard, dit keer proberen zij het met de meer we reldlijke klucht, waarbij ze Goldoni op hun weg vinden en eerst met hem af moeten rekenen, om weer de echte volkskomedie te ontdekken. Dat gevecht spelen zij dus, zeer kleurrijk, zeer komisch, beweeglijk ln scène gezet, opgefleurd met aan trekkelijk gezongen liedjes. Maar te gelijkertijd is het ook een soort afre kening met, een uitdaging van het „burgerlijke" publiek. Vooral tegen het eind, als zij zich rechtstreeks tot de zaal richten, lijken zij aan een „Publikumsbeschimpfung" op de manier van Peter Handke bezig. En dat is dan tegelijkertijd de nadruk kelijke uiting van hun keuze voor de gewone mensen en van hun kritiek op de bestaande maatschappelijke verhoudingen. Het merkwaardige is, dat de i stelling waarschijnlijk moeilij volgen zal zijn voor wie niets van Goldoni en de traditie, uit werkte. Maar zo iemand wel vermaken met de volks men levendig-komische manier spelen. En meesters in het sp zijn ze allemaal. De eerste voorstellingen in Nt land gingen in Arnhem en Haar volgen nog Zaandam, Elndhi Deventer, Utrecht, Nijmegen, tricht, Sittard, Den Bosch, mond, Scheveningen, Delft, Tilt Amstelveen. oeuij liets J waa i kan y cs te iho* De Chr. Blindenbiblioth (postbus 131, Ermelo) heeft vJ 1977 een kalender uitgegeven C. braille- en normaal schrift. G prijsopgave vermeld. AO-boekje 1648: De bloeiende w lijn, van G. Lutke-Meijer. t Stichting IVIO. Lelystad. 20 bla 1.50. Bij uitgeverij Hollandia in Bt verschenen deel 1 en 14 in de s Lichamelijke opvoeding en spoi de Praktijk. Circuittraining op scl (2e druk) van Hans Dassel en I bert Haag. Bewerkt door Herr Kok, met een woord vooraf doe P. Kramer (128 blz. 21.50; lustreerd) en Atletiek, sprinttrair voor de jeugd van prof. dr. Bernhard. Bewerking en vertalir Vermeulen. Geïllustreerd 210 bi01® 24,90.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1977 | | pagina 14