Schrale troost in magere jaren
Het geestelijk leven der
Rotterdamse bloemisten
„Wat bezielt ze
Even in 't voorbijgaan iets zeggen
Vandaag
Onze adressen:
Strijd mee om de échte ruimte
Dr G. Dekker:
„Kerk bezig
te vertrossen"
VOORBIJGANGER!
ZATFRDAG 29 JANUARI 1977
KERK
door prof, dr J. Verkuyl
Vanaf de dagen van de reformatie tot nu toe klinkt vaak het
thema: „Ecclesia reformata semper reformanda": „vernieuwen
de kerken moeten telkens weer vernieuwd worden."
Maar verwaarloosd werd vaak het verwante en parallelle thema:
Societas semper reformanda: de samenleving moet telkens ver
nieuwd worden.
De bearbeiding van het tweede thema is niet alleen een taak van
economen, sociologen en politici, het is ook de taak van theolo
gen om voor de bezinning daarop en de daartoe noodzakelijke
beleidswijzigingen bijdragen te leveren door „theologische kri
tiek in maatschappelijke crises".
Dr Okke Jager heeft een bijdrage tot
deze bezinning gegeven in een be
langwekkend boek. waarop wij hier
de aandacht willen vestigen. Dat
boek heeft als titel: „Schrale troost in
magere jaren" en als ondertitel: „the
ologische kritiek in maatschappelijke
crises".
Deze verzamelde opstellen vormen
elk voor zich en ln hun onderlinge
samenhang een poging om theologie
te beoefenen te midden van de huidi
ge crises in de naUonale en Internati
onale samenleving, o.a. inflatie en
werkloosheid, het energietekort, de
milieu-verwoesting enz. Okke Jager
beseft, dat deze en dergelijke crises
een uitdaging vormen voor de theolo
gie en de wijze van theologiseren.
Hoe komt het, dat de theologie zo
vaak slechts „een schrale troost"
biedt te midden van de magere ja
ren. waarin zulke crises de samenle
ving teisteren? Waarom biedt ze
geen diepere, meeromvattende
troost, waaronr gaat ze niet bevrij-
dender in op deze situaties? Waarom
maakt ze de horizon niet breder en
lichter?
Milieu
Jager probeert de uitdaging te ver
staan en hij ontwijkt die niet. Hij
gaat er op ln. Na een belangwekken
de. kritische terugblik op de theolo
gie van Abraham Kuyper waarop ik
hier wegens ruimtegebrek helaas
niet kan ingaan, houdt Okke Jager
zich bezig met twee van de huidige
crises, namelijk de milieucrisis en de
structurele werkloosheid. De beide
daaraan gewijde hoofdstukken zijn
vervuld van het besef, dat wij in de
gehele wereldsamenleving op de
drempel staan van grote veranderin
gen en dat de geboorteweeën van
een nieuwe wereldsamenleving be
gonnen zijn.
In hoofdstuk III richt hij de aan
dacht op de milieucrisis. De wilde,
onverantwoordelijke groei (de eco
nomie van Babyion) (pag. 57 vv) leidt
tot roofbouw en uitbuiting van de
natuur die allerlei „Egyptische pla
gen" wakker roepen ln het milieu.
Deze situatie daagt de theologie uit
om opnieuw een visie te ontwikkelen
op de relatie God mens natuur.
In nauwe aansluiting aan een rap
port van de Wereldraad van Kerken
over dat onderwerp geeft Jager boei
ende beschouwingen over die relatie
in het licht van de bijbelse
boodschap en de „17 remmen" die
daarin ingebouwd zijn tegen het „on
geduld. de arrogantie en bedilzucht"
waarmee wij mensen het milieu ver
woesten in plaats van de ..hof van
Dr Okke Jager
heden" te bewaken en te beheren. De
'natuur wordt ln dat licht gezien „als
dienares, als vriendin". En de ver
maning aan het eind Is: versoberen,
onder de drang der omstandigheden
èn van binnen uit. zelfverloochening,
vaart minderen, je verstand gebrui
ken. Juist „realisten spreken als Ide
alisten". En voor sommige sectoren
op deze globe een wereldregering,
die voor de belangrijkste milieu
kwesties directieven geeft over de
gehele aarde.
In hoofdstuk IV komt de werkloos
heid aan de orde. Het is niet de eerste
maal dat Jager daarover schrijft. In
zijn veel te weinig gekende boek
„Bevrijde tijd" (van prestatie
maatschappij naar vrije tijds
cultuur) had hij reeds geprobeerd
het ongenuanceerde spreken over
„prestatiemaatschappij", „Calvinis
tische arbeidsethos" en „spelende
mens" tegen te gaan en vaste te
genstellingen te doorbreken:
„werktijd en vrije tijd moeten beide
één bevrijde levensstijl vormen." Dat
was het thema van dat boek. Maar ln
hoofdstuk IV van dit nieuwe boek
gaat Jager veel concreter ln op de
discussies die rondom dat onder
werp in de laatste jaren gevoerd zijn,
niet alleen met hem, maar ook met
de hoogleraar voor sociale genees
kunde aan de Vrije Universiteit, J. P.
Kuiper en vele anderen. Dit hoofd
stuk bevat gelukkig geen inquisitie
tegen industrie, geen ketterjacht te
gen computers, geen ongenuanceer
de hetze tegen multinationals. Maar
dit hoofdstuk bevat wèl indringende
vragen over verantwoordelijke pro-
duktie, verantwoordelijke distributie
en verantwoordelijke consumptie.
Het bevat ln verband daarmee ook
borende vragen over een rechtvaar
dige verdeling van de arbeid, over
een herwaardering van de ar-
beidssoorten en over de ar-
beldskeuze.
Mozaïek
„Arbeid, gezin, vrije tijd moeten ge
lijkwaardig worden, een mozaïek,
waarin elk onderdeel functioneel on
dergeschikt is aan de zin van het
functioneren van de mens." Hier
wordt gewerkt aan een nieuw arbeid
sethos door een oproep om in echte
behoeften van de samenleving te
voorzien.
In dat verband pleit Okke Jager voor
„een derde soort baanloosheid" in
deze woorden: „Iedere voor de ge
meenschap zinvolle bezigheid moet
als arbeid erkend worden en zo nodig
gehonoreerd" (pag. 106). Binnen die
samenhang pielt hij niet eenzijdig
voor het loskoppelen van arbeid en
Inkomen, maar ziet hij dat wel als
een van vele alternatieve mogelijkhe
den, die niet bij voorbaat verworpen
mogen worden (zie pag. 110 en 118).
„Het denken op korte termijn moet
door een brede historische benade
ring doorbroken worden. We moeten
ons meer aardbewoners voelen."
(pag. 119) Het boek eindigt met een
uiteenzetting over de taak van de
theologie (V). Daarin wijst Jager er
op, dat de theologie de crises in een
samenleving moet leren verstaan als
tekenen van niet-gehonoreerde kri
tiek en van een komende geboorte.
Willen de theologen die taak vervul
len, dan moeten ze zich niet laten
aanpraten dat de bijbelse
boodschap niet meer relevant is voor
de huidige tijd. Zij moeten iets van
de Bijbel verwachten. „Zonder die
verwachting wordt theologie onmo
gelijk."
Maar hun methode mag niet zijn het
beroep op een formele gezagstheo-
rie, maar moet uitgaan van de vol
gende erkenningen:
„De subjectieve factor speelt mee in
het beroep op de Heilige Schrift."
„God is na het ontstaan van de
Bijbel niet met emeritaat gegaan."
„God gaat mee in de veranderingen
ln de geschiedenis en kiest ook nu
partij." „God wil dat wij mondig de
risico's nemen van onze beslissingen
en onze talenten gebruiken." Vanuit
deze en dergelijke uitgangspunten
ontwikkelt Jager zijn visie op de
taak der theologie.
katles van anderen op dit terrein
een geheel eigen bijdrage geschon
ken die veler aandacht verdient. Dat
eigene ligt niet slechts in zijn aforis
men (die gelukkig ook hier niet ont
breken) en het anekdotische (dat
gelukkig ook hier niet ontbreekt).
Maar dat eigene ligt vooral in het
feit dat deze man zo alert is, zo
wakker en waakzaam, zo pril in zijn
aandacht voor God en voor wat er
gebeurt in de huidige wereld.
Natuurlijk zijn ook bij dit boek kri
tische vragen te stellen. Zo loop ik
bij betogen over het ..schaarser wor
den van de arbeid" altijd rond met
deze vraag: Als wij met Hans Linne-
mann c.s. „Mensen tellen" en „op
zoek gaan naar een menswaardig
bestaan voor een verdubbelde we
reldbevolking", zou dan in bepaalde
sectoren de produktie niet opge
voerd moeten worden en de arbeid
overvloediger? Zo zijn er nog wel
meer vragen te stellen.
Een heel andere vraag die mij bezig
houdt, is deze. Als men de beschou
wingen leest van Jager. J. P. Kuiper.
B. Goudzwaard, Hogendijk, De Lan
ge. Tinbergen. Linnemann c.s„ enz.
enz., dan is er te midden van allerlei
verschillende benaderingen toch
een gemeenschappelijk besef dat er
grote veranderingen komen en moe
ten komen. Zou het te midden daar
van niet wenselijk zijn veel meer
elkander te consulteren om te zoe
ken naar wat operationeel kan wor
den in zulke beschouwingen? Korte-
termljnbeslisslngen zijn nodig.
Maar het nadenken over veranderin
gen op veel langere termijn is ook
onmisbaar als wij werkelijk ernst
maken met het thema: „Societas
semper reformanda."
eind dec. 1976
Eigen bijdrage
Jager heeft ons te midden van publi-
Dr O. Jager, Schrale troost in magere
jaren. Uitg. Ten Have, Baarn 1976,
prijs f 18.50; 162 pag.
door A. J. Klei
Toen onlangs het
voorgangersechtpaar Nleman van de
baptistengemeente ln
Rotterdara-Zuid zijn koperen
bruiloft vierde, werden er veel
bloemen aan de pastorie bezorgd. BIJ
één boeket stond op het
begeleidende kaartje: „Prijsbeheer'.
Later werd duidelijk dat de afzender
aan de bloemist had opgegeven,
„Prijs de Heer" op het kaartje te
zetten.
Dit aardige bericht haal ik uit het
baptistenweekblad „De Christen" en
het eindigt aldus:wist die bloemist
veel Met deze woorden, plus die
stippeltjes, suggereert „De christen"
eigenlijk, dat de gehele Rotterdamse
bloemistenstand tot het heidendom
Ta vervallen en de aansporing om de
Heer te prijzen, volstrekt niet thuis
kan brengen.
Nu weet ik van het geestelijk leven
der Rotterdamse bloemisten niets
ai. maar Ik durf rustig aannemen dat
er in een naar verhouding nogal
kerkse stad als Rotterdam
bloemenwinkels te vinden zijn, waar
de Heer gediend (om niet te zeggen
geprezen) wordt En het is zelfs heel
goed denkbaar dat de betrokken
bloemist prima begreep wat zijn
baptisten-klant hem dicteerde, maar
dat hij er uit pastorale motieven
„Prijsbeheer" van maakte.
Wist die bloemist veelJa, die wist
heel veel en hij overwoog dat het een
beetje vreemd ls om een dominee en
zijn vrouw bij hun
twaalf-en-een-half-jarig
huwelijksfeest de aanmoediging te
sturen, de Heer te prijzen. Net alsof
je vreest dat dit echtpaar bij deze
gelegenheid ln zichzelf zal roemen.
Daarom deed de bloemist maar alsof
hij de bestelling niet goed begrepen
had. Ik beweer niet, dat het zo
gegaan ls met dat „Prijsbeheer",
maar ik wens, in tegenstelling tot de
redactie van „De Christen", deze
mogelijkheid niet uit té sluiten.
De mededeling in „De Christen" rept
niet over andere geschenken, die
dominee en mevrouw Nieman ten
deel zouden zijn gevallen. Toch
zullen er meer cadeaus geweest zijn,
want de Rotterdammers zijn
vanouds een leraarlievend volk. Zij
laten dat ook gaarne blijken. In het
najaar van 1847 bedankte de
gevierde kanselredenaar J. J. van
Oostenee voor een beroep naar
Amsterdam en daar was zijn
Rotterdamse gemeente zó dankbaar
voor dat Van Oostenee ln zijn „Uit
mijn levensboek" kon schrijven:
„Mijn traktement werd verdubbeld,
mijne woning met menig
vriendschapsteeken verrijkt."
Ik hoop niet dat de Niemannetjes nu
jaloers zijn. Ze behoeven dit niet te
zijn. want Van Oostenee laat na zijn
mededeling omtrent de hem
bereikte huldeblijken deze zin
volgen: „Toch zou ook hier blijken,
dat de bloemen gewoonlijk aan den
voet van den berg staan te bloeien,
maar dat hooger op het pad zich
vaak scherpe steenen vertoonen."
Die scherpe stenen bestonden voor
Van Oostenee vooral hierin, dat een
benoeming tot hoogleraar maar
steeds uitbleef. Hij is tenslotte toch
nog professor geworden, in Utrecht,
dus 't is goed met hem afgelopen.
Kortom, het bericht in „De
Christen" geeft mij aanleiding
dominee en mevrouw Nieman alsnog
hartelijk te feliciteren met hun
koperen verbintenis en hen de
venekering te geven, dat ze dik
tevreden kunnen zijn en blijven met
een bloemstuk met „Prijsbeheer"
eraan, zolang de dominee maar niet
zit te smachten, gelijk Van
Oostenee. naar een universitaire
katheder.
door dr. R. Kranenborg
n
Sipke van der Land noemt het tweede deeltje van zijn „Wat
bezielt ze het nieuwe boek over stille krachten". Het
begrip „stille krachten" is geen algemeen bekende term, en het
wordt pas duidelijk waar het over gaat als we de inhoudsopga
ve lezen.
Behandeld worden stromingen en
verschijnselen als spiritisme, tele-
Dathie en heldeniendheid, magne
tiseurs satanisme (de satanskerk
van Eteraheim), astrologie, makro
biotiek,- sensitivitytraining,
transcendente meditatie (TM) en
yoga. Een bonte verzameling van
min of meer geestelijke verschijn
selen, waarvan de meeste tegen
woordig een grote belangstelling
genieten.
Dit tweede deeltje van „Wat bezielt
ze vind ik een heel stuk beter
en nuchterder dan het eerste
boekje, waarin een aantal sektes
aan de orde komen. De bewegingen
worden nu meer serieus genomen
en het verschafte materiaal is over
het algemeen goed (het hoofdstuk
je over TM is bijv. erg helder).
Toch blijven er dingen die niet zo
positief overkomen. Af en toe is de
toon negatief zodat het te duidelijk
is dat de auteur degenen die hij
interviewt „gekke mensen" vindt.
Twee van de negen hoofdstukjes
zijn beslist te zwak. Over telepathie
en helderziendheid is echt veel
meer te zeggen en het is jammer
dat van de 7 pagina's er 57» aan De
Zeeuw gewijd worden, een man die
bepaald niet de meest representa
tieve figuur is.
AMSTERDAM.
Postbus 859
Wibautstraat 131
Tel. 020-913456
Telex 13006
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Postbus 948
Westblaak 9 Rotterdam
Tel. 010-115588
DEN HAAG/LEIDEN
Postbus 101
Parkstraat 22. Den Haag
Tel 070-469445
ZWOLLE/GRONINGEN
Postbus 3
Melkmarkt 56 Zwolle
Tel 05200-17030
Het boekje „Ik heb niemand
(ondertitel: de pijn en de uitdaging
van het alleen-zijn) van IKON-
radiopastor Alje Klamer is eigenlijk
geen boekje om te bespreken Het is
een boekje om wat mee te doen. dat
vindt de schrijver zelf ook. Kijk
maar naar het laatste hoofdstuk, dat
zo begint (en nu laten we de hele
eerste pagina van dat hoofdstuk
volgen)
„Waarom zou dit een boekje moeten
zijn met afgeronde verhalen Waar
om met een aantal gedachtenprik-
kels. losse opmerkingen, die ik U
aanbied om er zelf mee aan het werk
te gaan Misschien stichten ze on
rust. misschien doen ze U glimla
chen misschien inspireren ze Wie
weet
Hier volgen ze
Uit een brief
Een vriendelijk woord, hoeveel kan
he* betekenen' Een mevrouw die
dicht bij me woont wist dat ik ziek
was gewn st. vroeg hoe het ging Ik
zei veel beter 7c antwoordde zon
der omhaal van woorden ik zie het.
Uw ogen lachen weer.
Ik heb erover nagedacht, hoe aardig
als iemand zoiets gewoon tegen je
zegt.
Zo stond ik eens naar een bloeiende
boom te kijken. Iemand zei in het
voorbijgaan mooi hè.
Zoiets vind ik leuk, niet verder pra
ten, even zo in het voorbijgaan iets
zeggen, zonder enige bedoeling. Zul
ke mensen ontmoet je niet veel.
Waarom zijn mensen niet gewoon
een beetje aardig, mensen in een
stad kijken vaak zo zuur. Ik ben
altijd bang dat ik dit ook eens zal
doen Dag zeg ik tegen mezelf: p?s
op. kijk nooit zo!
Uit een andere brief van een weduwe
zonder kinderen: Wilt U wel geloven,
dat je als alleenwonende haast Je
huis uitgejaagd wordt met Kerst.
Oud en Nieuw? Wie door een verlies
eenzaam Is. blijft alleen, ook als je
met tóchtig mensen tegelijk aaneen
kippepoot zit te knagen. Laten de
mensen ophouden je een gevoel van
eenzaamheid aan te praten. Het lijkt
er op dat ze niet rusten voordat je
jezelf zielig toont."
Tot zover uit het slot van „Ik heb
niemand dat bij Kok in Kam
pen uitkwam in de serie Pastorale
Handreiking (95 pag.,prijs 11,50).
In dezelfde reeks verscheen „Als ik
ontwaak" (over het houden van „stil
le tijd", door Jack C. Winslow, het in
1974 overleden staflid van het beken
de anglikaanse retraite- en vor
mingscentrum in North Devon. De
vertaling is van ds. J. G. Mees (64
pag.,prijs 7,90).
(ADVERTENTIE)
De wereldse ruimte van de valse oecumene wijzen wija»
Wi| strijd" n om de evangelische ruimte
De is wijder dan de kerkgrenzen
Daarom hebben in onze vereniging broeders een plaats, die vOór en die tegen de
roo cl gemeente zijn. die menen onze kerk wèl Of niet te moeten verlaten
Deze ruimte maakt ons blad spannend
Vraag gratis proefnummer
"Waarheid en Eenheid", Boulevard 11. VelpG
Het is dan onmogelijk om in ander
halve pagina de rest te behandelen
en bovendien nog een christelijk
antwoord te geven. Het stukje over
yoga staat evenmin op het niveau
van andere hoofdstukjes. Er had
beslist vermeld moeten worden dat
„yoga" op zichzelf niets zegt: er zijn
vele soorten yoga en je moet wel
weten welke soort je bedoelt, want
sommige vormen van yoga hebben
weinig met elkaar te maken. Je
kunt Polderman, Lohman en Wes-
seling niet zomaar naast elkaar zet
ten. De conclusie over yoga gaat
dan ook veel te ver: „Yoga is in
wezen een stugge ontkenning van
het aardse leven, een dwaze bespot
ting van het menselijk lichaam en
een zielige vlucht uit de werkelijk
heid en verantwoordelijkheid van
het leven" (p.91) Het is een prachti
ge volzin, dat wel, maar het lijkt me
toe dat Van der Land dit in ge
sprekken met vele yogabeoefe-
naars moeilijk waar kan maken, te
meer daar men zich er absoluut
niet in herkent.
Het is fijn dat gepoogd wordt
steeds een christelijk antwoord te
geven op deze stromingen want dat
is een moeilijke opgave. Soms lukt
het goed, maar een antwoord zoals
dat aan de makrobiotiek gegeven
wordt doet meer kwaad dan goed:
„Jezus zei: Een mens kan van (vol
koren-) brood alleen niet leven, hoe
gezond de kiemen ook mogen zijn,
maar een mens heeft ook het
Woord van God nodig zoals Jezus
Christus dat heeft geopenbaard.
Dat zijn kiemen van het eeuwige
leven." (p. 64) Dit zou inderdaad
een antwoord zijn geweest aan de
stichter van de makrobiotiek Geor
ge Ohsawa, voor wie „het eten op
de juiste wijze" een religieuze
heilsweg was naar de eeuwigheid.
Maar in mijn gesprekken met „ma-
krobioten" heb ik niemand gevon
den die de filosofie van Ohsawa
overnam. Men wil enkel goed en
gezond en natuurlijk eten. maar
niemand verwacht zijn eeuwig heil
er van.
Maar afgezien van deze kritiek mag
het nog eens gezegd worden; in
kort bestek wordt hier veel en vrij
goed materiaal geboden.
Dr. R. Kranenborg, gereformeerd
predikant te Amsterdam (hij promo
veerde op een studie over moderne
geestelijke stromingen) bespreekt:
„Wat bezielt ze deel II, door
Sipke van der Land. Uitg. Kok,
Kampen, 100 pag., prijs 10,90. De
illustratie is uit het boek overge
nomen.
(ADVERTENTIE)
Ds. A. Klamer
Ds. R. Kok
De oudste dienstdoende predikant
van ons land, de christelijke gerefor
meerde ds. R. Kok te Nijkerk, zal
woensdag 2 februari opnieuw een
kleinzoon in het ambt van predikant
bevestigen. Ds. Kok, die 86 Jaar ls,
heeft 61 dienstjaren. In 1974 beves
tigde hij ds. R Kok te Eemdijk
Woensdag zal hij diens broer W. Kok
bevestigen als predikant van de
christelijke gereformeerde kerk te
Capelle aan den IJssel (Rotterdam-
Oost). Ook werkte hij mee aan de
bevestiging van nog een kleinzoon,
ds. R van Kooten. sinds 1974 her
vormd predikant te Goedereede
Mr. A. A. van Dellen
Mevrouw mr. A. A van Dellen, staf
functionaris van de generale diako-
nale raad van de hervormde kerk op
het gebied van de maatschappelijke
dienstverlening, sluit haar loopbaan
per 1 februari af
Dr. Rudolf Boon
'ONTMOETING MET ISRAEL
Het volk van de Thora
200 blz.. geb. f 27.75
Dit boek zouden alle dominees
moeten lezen! En allen die zich wil
len verdiepen in Israel's gedachten-
wereld", aldus Evangelie en
Israel.
Prof. Dr. K. Miskotte
OM HET LEVENDE WOORD
2e druk, 378 blz. geb f 32.50
Opstellen over de praktijk van de
exegese. Het zoeken naar de
verhouding tussen geschiedenis en
waarheid, tussen exegese en dog
matiek, tussen het gegevene en de
2in ervan blijft uiterst actueel.
Prof. Dr. J. Verkuyl
INLEIDING IN DE NIEUWE ZEN
DINGSWETENSCHAP
572 blz., geb. 69,90
Prof. Verkuyl was de aangewezen
man voor het schriiven van dit
magistrale standaardwerk, dat be
oogt een gedateerde inleiding in de
nieuwere zendingswetunschap te
ziin.
Prof. Dr. A.J. Rasker
DE NEDERLANDSE HERVORMDE
KERK VANAF 1795
465 blz.. geb 51,90
Haar geschiedenis en theologie in
de negentiende en twintigste
eeuw. Het ts goed te luisteren naar
onze geesteliike voorouders, om
dat onze overleggingen en beslis
singen in veranderde omstandig
heden een voortzetting zijn van
hun denken en hun strijd.
Verkrijgbaar in de boekhandel
M
m
DF
ia<
iet
le
ini
TROUW/KWARTETAT
Ni
de
j
he
AMSTERDAM In zijn openbag br
les als nieuwe lector in de sociologi bc
van kerk en godsdienst aan de Vri_
Universiteit heeft dr G. Dekker vrij pl;
dagmiddag gesteld, dat er vermot
delijk inderdaad gesproken ka)
worden van vertrossing val ge
godsdienst en kerk. de
Onder „vertrossing" van godsdienjj di<
verstond hij, dat de reikwijdte val bc
de godsdienst minder wordt en tege Vo
lijk de ideologische werking van di wc
godsdienst sterker. ge
Deze vertrossing hèeft volgens dl
Dekker, die zijn les de titel „GekerIn
kerd geloof" had gegeven, ingrijpen!
de gevolgen voor positie en optre £e
den van de kerk. Het zogenaamd!fei
kritische optreden van de kerk ijm'
volgens hem meer schijn dan werke va
lijkheid. Kerk en godsdienst hebben
een steeds kleinere reikwijdte en130
zijn van steeds minder creatieve be>
tekenis voor mens en samenleving
lef*
JCO
KORT £CC
En na die geschiedenis met UT
het gevangennemen van Johanneflri
kwam Jezus naar Galilea, rjet
Hij predikte het evangelie van Gol,_j
dat de tijd vervuld is
en hel koninkrijk Gods nabij gel£ta
men is: dei
Jullie moeten je bekeren tw:
en geloof hechten aan het evangelie 0-
(Markus 1. 14,15)
Korter kan het nauwelijks gezef
worden wat Jezus komt doen.
voorloper is gevangen genomen. D|vn
is de achtergrond. De lege plaats v^>a
de prediker van de Jordaan won
opgevuld door de man die in Galilfrol
gaat optreden. Hij spreekt de goefcor
boodschap van God. Het tijdstip dus
aangebroken. Wat eraan voorafgiifcec
heeft dit tijdstip gediend en do^ik
komen. Vervullen is een echte evateli
gelisch woord. Er valt niet iets uit 4yal
lucht. Het heil is, hoe vreemd oofcn
geen zwerfsteen, geen toevalstreffer
Een oude afspraak met de tijd worfvijl
ingelost. Het verbond omvat de tjo0
den. Nabij is het koninkrijk van Go^
Nabij is de weg in de woestijn. h|yer
licht in de duisternis. Het rijk breekt
aan. Dat vraagt een beslissing. E6pja
omkeer, een breken met wat acht^je
ligt, met wat gewoon was. met
gang der dingen, een beslissende ojde
derbreking, bekering. Vaarwel aaba]
een godvergeten leven. En htsta
vraagt een toewending. Een nieuwbei
hechting van dit gewonde leven. Eq^jr
hechtenis aan het evangelie. Eèprc
verknocht worden aan deze woordézoi
van nieuwheid en toekomst, van vejma
geving en hoop. Daar staat 't all|sta
maal. Wat Hij beoogde. In korte tejDe
men. in code. Een code die nu verdtcN
ontcijferd gaat worden om terecht iwe
komen in ons leven.
Beroepingswerk
NED. HERV. KERK I tir
Beroepen te Oosterwolde (Gld.): F o<
E. Kuus te Putten. 1 m
GEREF. GEM. IN NED. bc
Bedankt voor Chilliwack (Can.) e be
Terneuzen: A. Wink te Veenendaa hs
BAPT. GEMEENTEN SC
Beroepen te Rotterdam-Centrum: 1 W
Brongers te Drachten (Elim>; t* di
Sneek: R. J. Vóórhaar te Eindhoven, ac