frans H. in een slecht ittend jasje gestoken Politiek asiel dienstweigeraar uit Zuid-Afrika „Bescherming van rapport geen stap milieu door in duister" ^Steeds meer leraren ndersteunen kritiek op lan middenschool Welzijnsorganisaties moeten contact hebben met brede achterban Zaak tegen twee röntgenologen weer aangehouden dsman uit zijn misnoegen over onderzoek staand onderwijs moet beter" Veel andere landen profiteren al van rapportering Grenzen van de groei bereikt 1DAG 13 NOVEMBER 1976 BINNENLAND TROUW/KWARTET 9 iaandag e zaal v teraari JJJ' rellinger lde^n' half ii al. een verslaggever BOSCH De zaak tegen de Ihovense röntgenologen, de ters F. C. W. E. van Z. en P. N. K. Isteren door de rechtbank te 's- togenbosch opnieuw aangehou- Dit gebeurde nadat de officier justitie, mr. J. Peynenburg, had ipllceerd op de pleidooien van ie raadslieden, resp. mr. Polak r dokter Van Z. en mr. Ten Berge r dokter K. Dezen vroegen na de iele van de officier enkele dagen voor beraad, waarop de presi- 1 van de rechtbank, mr. Th. de voortzetting van de be- ig vaststelde op dinsdag. Peynenburg concludeerde in repliek, dat de beide röntgeno- n geen slachtoffer zijn geworden van de slechte controle en admini stratie bij de ziekenfondsen, zoals de raadslieden in hun pleidooi heb ben gesteld, doch dat zij daarvan welbewust gebruik of misbruik heb ben gemaakt De hoge verwachtin gen die aan de medische stand wor den gesteld, hebben ze daarmee te leurgesteld, aldus mr. Peynenburg. Tegen belde artsen heeft de officier op 1 november negen maanden ge vangenisstraf geëist, waarvan zes maanden voorwaardelijk met een proeftijd van drie jaar. Hij achtte het meermalen medeplegen van valsheid In geschrifte ln belde geval len bewezen. De röntgenologen wer den ervan verdacht ln 1972 declara ties te hebben ingediend bij de zie kenfondsen voor röntgenonderzoe ken, die niet waren uitgevoerd. De artsen zijn verbonden aan het St. Josephziekenhuls in Eindhoven. Sinds hun zaak ln de openbaarheid is gekomen, zijn zij ln loondienst van dat ziekenhuis getreden, daar vóór hadden zij als vrij gevestigde artsen een contract met het zieken huis. niversi or Leo Kleyn gleraar ASTRICHT De zenuwarts D. Mulder en de psycholoog drs. J. A. M. Dorpmans hebben zich in rapport over Frans H. in alle mogelijke bochten gewrongen om de verpleger in een slecht ;rdienst|end confectiejasje te steken. Dat jasje omknelt hem als een spanlaken; het is een harnas arin hij zich niet bewegen kan. Met deze beeldspraak gaf de verdediger van H., mr. J. J. M. rmans, gisteren uiting aan zijn misnoegen over de resultaten van het nadere onderzoek araan zijn cliënt onderworpen is. het laatste deel van zijn pleidooi chtte de raadsman aan te tonen de negatieve visie van Mulder en rpmans op de verpleger voor kri- vatbaar is. Na eerder tot de :lusie te zijn gekomen, dat H. ■huldig is aan de negen moorden hem ten laste zijn gelegd, betoog- 'gisteren dat de verdachte die eid verforden ook niet gepleegd kan heb- en peif, omdat» hij een goed mens is en zorgzame verpleger was. Aan de d van getuigenverklaringen lderde de verdediger zijn cliënt een man met grote liefde voor lerk, een man die het hart op de plaats droeg en velen tot steun !St. slot van zijn tweehonderd len beslaande pleidooi vroeg is de Maastrichtse rechtbank 'nog meer nadruk dan ln mei, als hij voor de eerste keer pleitte, werk ns H. vrij te spreken van de hem Hij he laste gelegde levensdelicten. In „Verk( rleg met zijn cliënt had hij er ook en tot 1 Pan afgezien onmiddellijke invrij- Istelllng te vragen, omdat de daarvoor te gecompliceerd is. ,Ueea':jiderbreking •dat hij aan dat slot toe was, de raadsman ook gisteren en- malen onderbroken door de lent van de rechtbank. Hij le horen dat de rechtbank er tegen maakte, dat de objec- iteK van de rechtbank. Hij kreeg m dat de rechtbank er be- ag is c ebben n liefdi het z< ien' zwaar tegen maakte, dat de objecti viteit van de deskundigen Mulder en Dorpmans ter discussie werd ge steld. „Ik zie", zei de president, „geen aanleiding te veronderstellen dat ze niet objectief te werk zijn gegaan." Behalve van subjectiviteit beschul digde Hermans de zenuwarts en de psycholoog er ook van verkeerd te werk te zijn gegaan. Naar zijn me ning hebben de deskundigen hun rapport „op een te smalle basis ge legd" en vervolgens „de ontwikke lingslijn zo ver doorgetrokken dat de haren je te berge rijzen". Volgens hem berusten de fundamenten on der het rapport „op los drijfzand". In zijn ironisch getinte kritiek be toogde de verdediger dat Mulder en Dorpmans op grond van verkeerde uitgangspunten tot uitermate aan vechtbare conclusies zijn gekomen. Naar zijn oordeel hebben de beide deskundigen zich waardige leerlin gen van Freud getoond door ln het voetspoor van de meester het ge drag van H. uitsluitend te verklaren uit seksuele en agressieve driften. Onder verwijzing naar de godsdienstige overtuiging van H. maakte Hermans de rechtbank deel genoot van enige kritische uitlatin gen van twee rooms-katholieke ge leerden over de opvattingen en werkwijze van Freud. „Dit rapport', zei hij, „draagt van die kritiek de karakteristieke trekken". De visie van Mulder en Dorpsmans onze onderwijsredactie e [ERSFOORT De sectie mavo-havo-v.w.o. van de algemene M van onderwijzend personeel deelt in grote lijnen de zware tiek die het sectiebestuur eerder heeft geleverd op de plannen H/ minister Van Kemenade. Idealen voor het jaar 2000 zijn chtlg, maar we kunnen beter beginnen met het verbeteren i het bestaande onderwijs, zo was de stemming op het tengewone congres van deze leraren gisteren in Amersfoort. ote t«i discussie stond het voorlop»ö idpunt dat het bestuur van deze gaan v ie (5000 leraren) had ingenomen r de contourennota. Vice- rzitter G.J.Erdtsieck (tevens fdbestuurslid van de algemene d van onderwijzend personeel) sde dat de middenschool zou ukken als er niet genoeg geld hikbaar kwam voor kleinere sen, betere begeleiding en choling van leraren. De politieke loudingen zijn bovendien zo dat )orspronkelijke bedoelingen van middenschool moeilijk kunnen den verwezenlijkt. En tenslotte er grote groepen van leraren die en hun bevoorrechte sociale po- mea. weinig belang hebben bij ver- (Vfi wlngen. En met onwillige hon- ls het slecht hazen vangen. 01 man Ubbe imilie: -Boersi tind van nu i gedas leer Erdtsieck bepleitte daarom iroeve verbetering van het huidige angsde Mwijs. „We moeten ons niet al- richten op het kind van de toe- ist, maar ook op het kind van Die opmerking sloot goed aan een eerder op de dag gevoerde discussie over een vorig Jaar afge kondigde bezuiniging, die met name kleine mavo-scholcn ln het nauw ge bracht had. Zolang er nog bezuinigd wordt op het bestaande onderwijs, heeft het weinig zin je te verdiepen in mooie toekomstplannen, vonden velen. De heer Erdtsieck wilde op korte termijn een betere doorstro ming van mavo naar havo en van lager naar middelbaar beroepson derwijs. Ook zouden scholen van voortgezet onderwijs in ach terstandsgebieden moeten profite ren van het stimuleringsbeleid. Hoewel de vergadering tamelijk kri tisch stond tegenover de plannen van de (geestverwante) minister, vonden sommigen het commentaar van het sectiebestuur toch te pessi mistisch van toon. In het be- stuursstuk stond slechts dat men „geen bezwaar" had tegen experi menten en dat werd toch wel erg mager gevonden voor een bond. die in het verleden met zoveel kracht voor de middenschool heeft geijverd. „Al is de kans op succes niet groot, we moeten blijven strijden voor de vernieuwing van de inhoud van het onderwijs", zei de heer Offermans uit Arnhem. Van onze verslaggever AMSTERDAM Het ministerie van justitie heeft aan de Zuidafrikaanse dienstweigeraar Derek Schmulow toegezegd dat hij als vluchteling van de B-status wordt erkend. De B-status werd destijds ook toegekend aan Portugese dienstweigeraars, die niet wilden meedoen aan de oorlog in Zuidelijk Afrika. op H. kwalificeerde de raadsman als extreem en zelfgenoegzaam. Zij gaan er, voerde hij aan, vanuit dat het karakter van H. is bepaald door enerzijds lichamelijke gebreken (een gedeeltelijke hazelip en neiging tot vetzucht) en anderzijds door de omstandigheden in het ouderlijk ge zin. met name de verhouding tot zijn autoritaire, egocentrische, harde en kille vader. Aan de verdachte zelf. aldus Hermans zijn ze voorbij gegaan. De lichamelijke gebreken hebben volgens de onderzoekers geleid tot onderdrukking van het gevoels- en driftleven en daarmee tot agressie, terwijl de verhouding met zijn vader haat en wraakgevoelens verwekt zou hebben. Volgens Hermans was daarmee voor hen het beeld compleet. „Alles past en moest pas sen in hokjes, in kastjes, en de ver dachte zelf past in een grote kast. met tralies ervoor". De verdachte, aldus Hermans, rijst uit het rapport op als een wolf in schaapskleren. „Als getrainde ob- servators, zoals zij zichzelf noemen, weten Mulder en Dorpsmans na dri eëneenhalve dag wat mensen die veertig Jaar met verdachte omgin gen, nooit geweten hebben. Nooit heeft iemand geweten met een echte wolf van doen te hebben". Voordat de raadsman van H. zijn pleidooi kon voortzetten, liet de pre sident hem weten dat de rechtbank ernstig verstoord was over een zinsnede uit het gedeelte wat de vorige dag was uitgesproken. In de gebruikte alinea sprak Hermans van „agressieve tendenzen, die een hoogtepunt bereikten in een totale vernietigingsdrang van twee maal levenslang, in eerste en tweede in stantie, en zonder ook maar één enkele verzachtende omstandig heid". „Zonder enige aanleiding", zei de president, „is met die woorden een aanval gedaan op het openbaar mi nisterie en het beleid van het open baar ministerie gedaan. De rechtbank heeft bepaald de indruk dat het openbaar ministerie niet uit is op de vernietiging van verdachte, maar een eis heeft gesteld die het op grond van eigen inzichten de juiste acht". Hermans antwoordde daar op: „Als de rechtbank en kennelijk ook de officier van justitie er zo veel moeite mee hebben, slik ik die ali nea in". Omdat de officier van Justitie het noodzakelijk acht zich nader te ver staan met de getuigen-deskundigen. wier conclusies de raadsman heeft aangevochten, zal hij pas donder dag op het pleidooi reageren. Daar na kan eventueel de verdediger du pliceren en krijgt Frans H. de gele genheid zijn laatste woord te spreken. De twintigjarige politicoloog Derek Schmulow kwam vorig jaar juli naar ons land omdat hij niet wilde dienstnemen ln het Zuidafrikaanse leger, omdat hij het ziet als een van de belangrijkste instrumenten voor de onderdrukking van de zwarte Zuidafrikanen. Na zijn aankomst in ons land werd zijn asielaanvraag aanvankelijk niet gehonoreerd, om dat het ministerie niet de indruk zei te hebben dat hij een vluchteling was. De advocaat van de heer Schmulow, mr. W. van Bennekom, ging tegen deze afwijzing in beroep. Het minis terie liet hierop weten dat de staatssecretaris van Justitie, mr. H. J. Zeevalklng, bij nader inzien toch maar besloten had, de B-status aan de heer Schmulow te verlenen, om dat „het beleid van de staatssecreta ris niet te verdedigen was", zoals een ambtenaar van het ministerie uitdrukte. Dat Schmulow de B-status heeft, betekent dat hij niet meer naar Zuid- Afrika kan worden teruggezonden. Hij is de eerste Zuidafrikaanse dienstweigeraar, die in ons land poli tiek asiel heeft ontvangen. De kans bestaat dat nu meer Zuidafrikanen, die willen dienstweigeren, naar ons land zullen komen. Op dienstweigeren staat in Zuid- Afrika een straf van één jaar tot 15 maanden. Iemand die anderen aan zet tot dienstweigeren kan volgens één wet tot vijf jaar gevangenisstraf worden veroordeeld. Nadat de raad van kerken in 1974 echter opriep tot steun aan dienstweigeraars is een nieuwe wet tot stand gekomen, volgens welke men tien Jaar gevangenisstraf kan oplopen. Volgens mr. Van Benne kom. kan een dienstweigeraar die zijn daad zeer publiekelijk stelt be schouwd worden als iemand die aan zet tot weigeren. Werkgroep Volgens Bert Rijpert van de rooms katholieke vredesbeweging Pax Christi zitten in Engeland op het moment misschien zestig Jongelui, die officieel student zijn, maar in werkelijkheid dienstweigeraars zijn. Volgens vertegenwoordigers van het Zuidafrikaanse verzet zouden zeker vijf- tot 6.000 jongeren ondergedo ken zijn in Botswana en andere En gelstalige landen. Rijpert kondigde aan dat Pax Christi een werkgroep zal vormen voor de opvang van Zuid afrikaanse dienstweigeraars in ons land. Derek Schmulow verwacht echter niet dat er grote aantallen dienstweigeraars in ons land zullen komen, omdat dienstweigering in zijn land zeer ongebruikelijk is en omdat Nederland voor een Zuidafri kaanse jongeman erg ver weg ligt. Schmulow die uit een Joods gezin komt. vertelde in een gesprek dat wij met hem hadden, dat hij zich gesteund voelde door de kerken, die zich in 1974 in Hammanskraal voor dienstweigeren hadden uitgespro ken. onder verwijzing naar de functie van het Zuidafrikaanse leger als onderdrukkingsmiddel. Hij vond het onmogelijk in dienst te gaan. Derek Schmulow. die politiek asiel in ons land kreeg als Zuidafri kaans dienstweigeraar. omdat hij het leger een instituut vindt dat het hele volk van Zuid- Afrika. inclusief de blanken, voort durend bedreigt met een burgeroor log. Volgens hem bedreigt het leger ook andere volken, zoals is aange toond bij de invasie in Angola, „een onverklaarde kolonialistische oor log", aldus Schmulow. In het Neder landse leger zou hij, ondanks zijn bezwaren tegen de Nato, desnoods nog wel bereid zijn dienst te nemen. Ver weg Schmulow vertelde dat hij al jong in de gaten kreeg dat er in Zuid-Afrika iets niet in orde is. „Als kind merkte ik al dat een zwarte vrouw de rom mel moest opruimen, als mijn mo- der er geen zin in had. Maar ik wist niet precies wat er mis was. Want het is ln Zuid-Afrika zo dat het land heel normaal lijkt voor iemand die eeen behoefte heeft te weten wat er aaiv de hand is. De zwarte mensen leven ver weg van de blanke buur ten. waar je de indruk hebt dat alles goed gaat. Of Je gaat inzien dat de apartheid afschuwelijk is, hangt af van je eigen wil." Schmulow wilde niet in Zuid-Afrika blijven, „omdat je dan toch ook al wil je het niet meedraait in het apartheidssysteem. Zelfs als Je na een tijdje aan een geweldloze veran dering te hebben gewerkt wordt ge arresteerd en een proces krijgt, wordt zo'n proces uitgebuit om an deren te intimideren. En wat is voor mij de zin van een gevangenisstraf van vele jaren?" Derek Schmulow werkt sinds enige tijd in Amsterdam als bejaardenhel per. Volgend Jaar hoopt hij psycho logie te kunnen gaan studeren. Te rug naar Zuid-Afrika zit er voor hem voorlopig niet meer in. door Hans Schmit De voorlopige centrale raad voor de milieuhygiëne vindt de invoering van de milieu effectrapportering geen stap in het duister, omdat kan worden geprofiteerd van ervaringen die in andere landen, en met name in de Verenigde Staten, zijn opgedaan. In de VS werd in 1970 de Nationaal Environmental Policy Act ingevoerd, waarbij voor beslissingen van fede rale overheidsorganen het opstellen van een milieu-effectrapport ver plicht werd gesteld. Deze verplichting is zo zwaar geble ken dat het. aldus de raad, vrijwel onmogelijk is geworden een voor het milieu schadelijke beslissing te ne men zonder dat alle schadelijke ge volgen zijn vastgelegd. In andere landen wordt nu de invoe ring van een dergelijk rapport voor bereid. zoals in Australië, Canada, Japan en Israël, terwijl ook in Euro pa overal stappen worden genomen om de gevolgen voor het milieu eer der en ook beter te kunnen beoorde len. Dank zij het milieu-effectrapport kan pas een beslissing over een plan worden genomen als alle gevolgen voor het milieu zijn omschreven. Bo vendien kan iedereen door de in spraak zich over het plan uitspreken. Deze grote openheid van zaken noemt de VCRMH een belangrijk voordeel: het inzicht van de burger wordt bevorderd. De plicht een rap port op te stellen zal ook de kwaliteit van plannen bevorderen: de opstel ler dient zich rekenschap te geven van het milieu en als de gevolgen erg nadelig zijn, is de kans groter dat het plan voortijdig in een lade verdwijnt. Daarnaast zullen, na verloop van tijd, veel gegevens zijn verkregen en zal veel informatie worden geordend. Geen vertragingen Tot vertraging in de uitvoering van plannen behoeft de milieu effectrapportering (na een over gangsperiode) niet te leiden. Zo ver wacht de raad dat beslissingen over vergunningen (nu een belangrijk knelpunt voor het bedrijfsleven bij de bouw van nieuwe of uitbreiding van bestaande vestigingen) sneller kunnen worden genomen. Ook zal het bedrijfsleven baat hebben bij de duidelijkheid die op den duur wordt geschaoen, tevens zal er meer unifor- Van een onzer verslaggevers UTRECHT „Voor elke overheid, van welke kleur ook. zal voortaan gelden dat de grenzen van de groei zijn bereikt ten aanzien van het welzijnswerk. Voor het voortbestaan van welzijnsorganisaties, voortgekomen uit het particuliere kerke lijke initiatief is het dan ook nodig dat er een goed contact bestaat met een brede achterban." (ADVERTENTIE) mt ruim 200 intlrumenten „Een dergelijk contact is gewoon on misbaar en daarbij moet worden ge mikt op een oecumenische noemer, opdat zo nauw mogelijk kan worden samengewerkt." Dit zei gisteren dr. D. Th. Kuiper, lector in de algemene sociologie, op de conferentie „Tus sen actiegroep en ambtenaar" van de stichting Landelijk Gereformeerd Beraad voor Samenlevings aangelegenheden (GSA) in Utrecht. De GSA had er een hele dag voor uitgetrokken om met gereformeerde welzijnswerkers zich te beraden over de verzwakking van de positie van het particulier initiatief op wel- zijnsgebied. Ontwikkeling VU-lector Kuiper schetste de histo rische ontwikkeling van het particu lier initiatief van de nachtwa- kersstaat in de negentiende eeuw tot de verzorgingsstaat in de twintigste eeuw en hield de nieuwe vrijgestel den. zoals ze tegenwoordig worden genoemd, voor dat de vanzelfspre kendheden van het verzuilde bestel ook op welzijnsgebied in toenemen de mate zullen verdwijnen. In de toekomst is er geen plaats meer voor een reformatorische zuil van natio nale omvang, zo zei hij. Men zal een pluriforme beweging moeten aan houden zonder dat dit wil zeggen dat men kiest voor een kleurloos midden. VU-hoogleraar dr. H. van den Berg vroeg zich af of wij als reformato rische christenen ons bereid moeten verklaren deel te nemen in de plan procedures ten aanzien van het wel zijnswerk, of die nu zijn opgesteld door de landelijke dan wel de plaat selijke overheid. Hij had er zo zijn bedenkingen tegen en zei dat de marges om het eigen werk uit te voeren steeds smaller worden. De hoogleraar pleitte voor een terug keer naar de basis nunr de eigen achterban. Die opdracht is door het particulier initiatief gemakkelijker te vervullen dan deel te nemen aan alle plan-procedures, opgesteld door locale overheden, waarbij uiteinde lijk de gemeenteraad na alle in spraak beslist of bepaalde voorzie ningen op welzijnsgebied er wel of niet komen. Nieuwe strategie Dr. H. A. Brasz, hoogleraar be stuurswetenschappen aan de VU, wilde niet bij voorbaat alle bureau cratie overboord zetten. Er bestaat een zekere spanning tussen bureau cratie en vrijheid en door een ver menging van bureaucratie en, zeg maar. liefdewerk ontstaan allerlei problemen die om een nieuwe strate gie vragen. Het gaat om een nieuwe afbakening van de grenzen tussen overheid en kerk. Dr. Brasz pleitte voor hernieuwde bezinning op aard en omvang van het levensbeschouwelijke werk, niet alleen binnen eigen kring maar ook daarbuiten. Hij vooizag dat dit poli tieke strijd zou vragen die best wel eens een aantal jaren zou kunnen duren en voorspelde dat het wel zijnswerk het terrein zal zijn. waar in de toekomst een aantal politieke be slissingen gaan vallen. miteit Komen, zodat eerder duidelijk is wat wel en wat niet kan. Voorts zal men het niet meer kunnen voorko men dat al half uitgevoerde plannen moeten worden stopgezet, omdat alsnog de goedkeuring wordt ont houden. Met het advies het rapport verplicht te stellen voor alle plannen die het milieu raken, grijpt de VCRMH. zo schrijft hij, over de bestaande wetge ving heen. Deze is er op gericht tel kens een deel van het milieu wette lijk te beschermen (aparte wetten voor lucht, water en bodem bij voor beeld). De VCRMH heeft wel beke ken of de verplichte rapportering stapsgewijs kon worden ingevoerd, per wet die betrekking heeft op het milieu, maar de raad heeft die ge dachte („unaniem en zonder voorbe houd". zoals in de aanbiedingsbrief aan minister Vorrink staat) van de hand gewezen en een duidelijke voorkeur uitgesproken voor een al gemene wet, die een breder terrein bestrijkt. De raad neemt hiermee een ander standpunt in dan minister Vorrink. die altijd de voorkeur heeft gegeven aan een stapsgewijze bena dering per sector. Het milieu-effectrapport zal een vaste, systhematlsche indeling moe ten hebben en aan vastgestelde ei sen moeten voldoen. Zo moet het rapport onder meer gegevens bevat ten over de situatie ter plaatse, het LEEUWARDEN De jongste editie van „Ubbokrant", het studen tenblad van de lerarenopleiding Ub- bo Emmlus in Leeuwarden is vernie tigd. Aanleiding hiertoe was een ver haal in het blad over het privéleven van Kamervoorzitter dr. A. Vonde ling. Een van de redactieleden van het studentenblad had een inter view gehad met mevrouw Vonde- liiig. doel van het plan, de wijze van uit voering, de gevolgen voor het mi lieu, mogelijke alternatieven en een vergelijking van de kosten en baten. Ook de geraadpleegde bronnen moeten worden geïnventariseerd. Indien het om een beslissing van de overheid gaat, moet deze het rap port zelf opstellen; bij een particu lier plan zal de initiatiefnemer het met de betrokken overheid moeten opstellen. Bezwaren Wanneer het rapport is opgesteld, wordt het gepubliceerd en ter visie gelegd. Iedereen kan dan opmer kingen maken, die worden beoor deeld en eventueel toegevoegd.In dien degenen die opmerkingen heb ben gemaakt, van mening zijn dat het definitieve rapport nog onjuist of onvolledig is. kunnen zij hun be zwaren voorleggen aan een toet- sings-orgaan. Dat zal bestaan uit een onafhankelijk college van des kundigen op het gebied van het mi lieu. De VCRMH ziet in deze geen taak. voor de Raad van State. Voordat tot invoering wordt overge gaan, zou de raad graag zien dat een aantal proeven wordt genomen. Dat kan snel gebeuren, waarmee een ze kere vertrouwdheid wordt bevor derd. knelpunten kunnen worden opgespoord en een inzicht in de fi nanciële aspecten kan worden ver kregen. De raad heeft weinig inzicht in de kosten, maar meent dat eventuele extra kosten zullen afnemen met het opdoen van ervaring en vergro ting van kennis. De raad noemt in het uitvoerige advies (het eerste gro te werkstuk van de raad, die ruim twee Jaar bestaat en onder voorzit terschap staat van de burgemeester van Delft. dr. Ir. A. P. Oele) een aantal plannen waarmee een proef kan worden genomen. Enkele daarvan zijn de aanleg van de Eemshaven, de verzwaring van de rivierdijken, de overslag van vloeibaar aardgas op de Noordzee en de aanleg van een tweede natio nale luchthaven en de daarbij beho rende eventuele inpoldering van de Markerwaard. Simpkins

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 9