frans H. in een slecht
ittend jasje gestoken
Politiek asiel
dienstweigeraar
uit Zuid-Afrika
„Bescherming van
rapport geen stap
milieu door
in duister"
^Steeds meer leraren
ndersteunen kritiek op
lan middenschool
Welzijnsorganisaties moeten contact
hebben met brede achterban
Zaak tegen twee
röntgenologen
weer aangehouden
dsman uit zijn misnoegen over onderzoek
staand onderwijs moet beter"
Veel andere landen profiteren al van rapportering
Grenzen van de groei bereikt
1DAG 13 NOVEMBER 1976
BINNENLAND
TROUW/KWARTET 9
iaandag
e zaal v
teraari JJJ'
rellinger lde^n'
half ii
al.
een verslaggever
BOSCH De zaak tegen de
Ihovense röntgenologen, de
ters F. C. W. E. van Z. en P. N. K.
Isteren door de rechtbank te 's-
togenbosch opnieuw aangehou-
Dit gebeurde nadat de officier
justitie, mr. J. Peynenburg, had
ipllceerd op de pleidooien van
ie raadslieden, resp. mr. Polak
r dokter Van Z. en mr. Ten Berge
r dokter K. Dezen vroegen na de
iele van de officier enkele dagen
voor beraad, waarop de presi-
1 van de rechtbank, mr. Th.
de voortzetting van de be-
ig vaststelde op dinsdag.
Peynenburg concludeerde in
repliek, dat de beide röntgeno-
n geen slachtoffer zijn geworden
van de slechte controle en admini
stratie bij de ziekenfondsen, zoals
de raadslieden in hun pleidooi heb
ben gesteld, doch dat zij daarvan
welbewust gebruik of misbruik heb
ben gemaakt De hoge verwachtin
gen die aan de medische stand wor
den gesteld, hebben ze daarmee te
leurgesteld, aldus mr. Peynenburg.
Tegen belde artsen heeft de officier
op 1 november negen maanden ge
vangenisstraf geëist, waarvan zes
maanden voorwaardelijk met een
proeftijd van drie jaar. Hij achtte
het meermalen medeplegen van
valsheid In geschrifte ln belde geval
len bewezen. De röntgenologen wer
den ervan verdacht ln 1972 declara
ties te hebben ingediend bij de zie
kenfondsen voor röntgenonderzoe
ken, die niet waren uitgevoerd.
De artsen zijn verbonden aan het St.
Josephziekenhuls in Eindhoven.
Sinds hun zaak ln de openbaarheid
is gekomen, zijn zij ln loondienst
van dat ziekenhuis getreden, daar
vóór hadden zij als vrij gevestigde
artsen een contract met het zieken
huis.
niversi or Leo Kleyn
gleraar
ASTRICHT De zenuwarts D. Mulder en de psycholoog drs. J. A. M. Dorpmans hebben zich in
rapport over Frans H. in alle mogelijke bochten gewrongen om de verpleger in een slecht
;rdienst|end confectiejasje te steken. Dat jasje omknelt hem als een spanlaken; het is een harnas
arin hij zich niet bewegen kan. Met deze beeldspraak gaf de verdediger van H., mr. J. J. M.
rmans, gisteren uiting aan zijn misnoegen over de resultaten van het nadere onderzoek
araan zijn cliënt onderworpen is.
het laatste deel van zijn pleidooi
chtte de raadsman aan te tonen
de negatieve visie van Mulder en
rpmans op de verpleger voor kri-
vatbaar is. Na eerder tot de
:lusie te zijn gekomen, dat H.
■huldig is aan de negen moorden
hem ten laste zijn gelegd, betoog-
'gisteren dat de verdachte die
eid verforden ook niet gepleegd kan heb-
en peif, omdat» hij een goed mens is en
zorgzame verpleger was. Aan de
d van getuigenverklaringen
lderde de verdediger zijn cliënt
een man met grote liefde voor
lerk, een man die het hart op de
plaats droeg en velen tot steun
!St.
slot van zijn tweehonderd
len beslaande pleidooi vroeg
is de Maastrichtse rechtbank
'nog meer nadruk dan ln mei,
als hij voor de eerste keer pleitte,
werk ns H. vrij te spreken van de hem
Hij he laste gelegde levensdelicten. In
„Verk( rleg met zijn cliënt had hij er ook
en tot 1 Pan afgezien onmiddellijke invrij-
Istelllng te vragen, omdat de
daarvoor te gecompliceerd is.
,Ueea':jiderbreking
•dat hij aan dat slot toe was,
de raadsman ook gisteren en-
malen onderbroken door de
lent van de rechtbank. Hij
le horen dat de rechtbank er
tegen maakte, dat de objec-
iteK van de rechtbank. Hij kreeg
m dat de rechtbank er be-
ag is c
ebben
n liefdi
het z<
ien'
zwaar tegen maakte, dat de objecti
viteit van de deskundigen Mulder en
Dorpmans ter discussie werd ge
steld. „Ik zie", zei de president,
„geen aanleiding te veronderstellen
dat ze niet objectief te werk zijn
gegaan."
Behalve van subjectiviteit beschul
digde Hermans de zenuwarts en de
psycholoog er ook van verkeerd te
werk te zijn gegaan. Naar zijn me
ning hebben de deskundigen hun
rapport „op een te smalle basis ge
legd" en vervolgens „de ontwikke
lingslijn zo ver doorgetrokken dat
de haren je te berge rijzen". Volgens
hem berusten de fundamenten on
der het rapport „op los drijfzand".
In zijn ironisch getinte kritiek be
toogde de verdediger dat Mulder en
Dorpmans op grond van verkeerde
uitgangspunten tot uitermate aan
vechtbare conclusies zijn gekomen.
Naar zijn oordeel hebben de beide
deskundigen zich waardige leerlin
gen van Freud getoond door ln het
voetspoor van de meester het ge
drag van H. uitsluitend te verklaren
uit seksuele en agressieve driften.
Onder verwijzing naar de
godsdienstige overtuiging van H.
maakte Hermans de rechtbank deel
genoot van enige kritische uitlatin
gen van twee rooms-katholieke ge
leerden over de opvattingen en
werkwijze van Freud. „Dit rapport',
zei hij, „draagt van die kritiek de
karakteristieke trekken".
De visie van Mulder en Dorpsmans
onze onderwijsredactie
e [ERSFOORT De sectie mavo-havo-v.w.o. van de algemene
M van onderwijzend personeel deelt in grote lijnen de zware
tiek die het sectiebestuur eerder heeft geleverd op de plannen
H/ minister Van Kemenade. Idealen voor het jaar 2000 zijn
chtlg, maar we kunnen beter beginnen met het verbeteren
i het bestaande onderwijs, zo was de stemming op het
tengewone congres van deze leraren gisteren in Amersfoort.
ote t«i
discussie stond het voorlop»ö
idpunt dat het bestuur van deze
gaan v ie (5000 leraren) had ingenomen
r de contourennota. Vice-
rzitter G.J.Erdtsieck (tevens
fdbestuurslid van de algemene
d van onderwijzend personeel)
sde dat de middenschool zou
ukken als er niet genoeg geld
hikbaar kwam voor kleinere
sen, betere begeleiding en
choling van leraren. De politieke
loudingen zijn bovendien zo dat
)orspronkelijke bedoelingen van
middenschool moeilijk kunnen
den verwezenlijkt. En tenslotte
er grote groepen van leraren die
en hun bevoorrechte sociale po-
mea. weinig belang hebben bij ver-
(Vfi wlngen. En met onwillige hon-
ls het slecht hazen vangen.
01
man
Ubbe
imilie:
-Boersi
tind
van nu
i gedas leer Erdtsieck bepleitte daarom
iroeve verbetering van het huidige
angsde Mwijs. „We moeten ons niet al-
richten op het kind van de toe-
ist, maar ook op het kind van
Die opmerking sloot goed aan
een eerder op de dag gevoerde
discussie over een vorig Jaar afge
kondigde bezuiniging, die met name
kleine mavo-scholcn ln het nauw ge
bracht had. Zolang er nog bezuinigd
wordt op het bestaande onderwijs,
heeft het weinig zin je te verdiepen
in mooie toekomstplannen, vonden
velen. De heer Erdtsieck wilde op
korte termijn een betere doorstro
ming van mavo naar havo en van
lager naar middelbaar beroepson
derwijs. Ook zouden scholen van
voortgezet onderwijs in ach
terstandsgebieden moeten profite
ren van het stimuleringsbeleid.
Hoewel de vergadering tamelijk kri
tisch stond tegenover de plannen
van de (geestverwante) minister,
vonden sommigen het commentaar
van het sectiebestuur toch te pessi
mistisch van toon. In het be-
stuursstuk stond slechts dat men
„geen bezwaar" had tegen experi
menten en dat werd toch wel erg
mager gevonden voor een bond. die
in het verleden met zoveel kracht
voor de middenschool heeft geijverd.
„Al is de kans op succes niet groot,
we moeten blijven strijden voor de
vernieuwing van de inhoud van het
onderwijs", zei de heer Offermans uit
Arnhem.
Van onze verslaggever
AMSTERDAM Het ministerie van justitie heeft aan de
Zuidafrikaanse dienstweigeraar Derek Schmulow toegezegd dat
hij als vluchteling van de B-status wordt erkend. De B-status
werd destijds ook toegekend aan Portugese dienstweigeraars,
die niet wilden meedoen aan de oorlog in Zuidelijk Afrika.
op H. kwalificeerde de raadsman als
extreem en zelfgenoegzaam. Zij
gaan er, voerde hij aan, vanuit dat
het karakter van H. is bepaald door
enerzijds lichamelijke gebreken
(een gedeeltelijke hazelip en neiging
tot vetzucht) en anderzijds door de
omstandigheden in het ouderlijk ge
zin. met name de verhouding tot zijn
autoritaire, egocentrische, harde en
kille vader. Aan de verdachte zelf.
aldus Hermans zijn ze voorbij
gegaan.
De lichamelijke gebreken hebben
volgens de onderzoekers geleid tot
onderdrukking van het gevoels- en
driftleven en daarmee tot agressie,
terwijl de verhouding met zijn vader
haat en wraakgevoelens verwekt
zou hebben. Volgens Hermans was
daarmee voor hen het beeld
compleet. „Alles past en moest pas
sen in hokjes, in kastjes, en de ver
dachte zelf past in een grote kast.
met tralies ervoor".
De verdachte, aldus Hermans, rijst
uit het rapport op als een wolf in
schaapskleren. „Als getrainde ob-
servators, zoals zij zichzelf noemen,
weten Mulder en Dorpsmans na dri
eëneenhalve dag wat mensen die
veertig Jaar met verdachte omgin
gen, nooit geweten hebben. Nooit
heeft iemand geweten met een echte
wolf van doen te hebben".
Voordat de raadsman van H. zijn
pleidooi kon voortzetten, liet de pre
sident hem weten dat de rechtbank
ernstig verstoord was over een
zinsnede uit het gedeelte wat de
vorige dag was uitgesproken. In de
gebruikte alinea sprak Hermans van
„agressieve tendenzen, die een
hoogtepunt bereikten in een totale
vernietigingsdrang van twee maal
levenslang, in eerste en tweede in
stantie, en zonder ook maar één
enkele verzachtende omstandig
heid".
„Zonder enige aanleiding", zei de
president, „is met die woorden een
aanval gedaan op het openbaar mi
nisterie en het beleid van het open
baar ministerie gedaan. De
rechtbank heeft bepaald de indruk
dat het openbaar ministerie niet uit
is op de vernietiging van verdachte,
maar een eis heeft gesteld die het op
grond van eigen inzichten de juiste
acht". Hermans antwoordde daar
op: „Als de rechtbank en kennelijk
ook de officier van justitie er zo veel
moeite mee hebben, slik ik die ali
nea in".
Omdat de officier van Justitie het
noodzakelijk acht zich nader te ver
staan met de getuigen-deskundigen.
wier conclusies de raadsman heeft
aangevochten, zal hij pas donder
dag op het pleidooi reageren. Daar
na kan eventueel de verdediger du
pliceren en krijgt Frans H. de gele
genheid zijn laatste woord te
spreken.
De twintigjarige politicoloog Derek
Schmulow kwam vorig jaar juli naar
ons land omdat hij niet wilde
dienstnemen ln het Zuidafrikaanse
leger, omdat hij het ziet als een van
de belangrijkste instrumenten voor
de onderdrukking van de zwarte
Zuidafrikanen. Na zijn aankomst in
ons land werd zijn asielaanvraag
aanvankelijk niet gehonoreerd, om
dat het ministerie niet de indruk zei
te hebben dat hij een vluchteling
was.
De advocaat van de heer Schmulow,
mr. W. van Bennekom, ging tegen
deze afwijzing in beroep. Het minis
terie liet hierop weten dat de
staatssecretaris van Justitie, mr. H.
J. Zeevalklng, bij nader inzien toch
maar besloten had, de B-status aan
de heer Schmulow te verlenen, om
dat „het beleid van de staatssecreta
ris niet te verdedigen was", zoals een
ambtenaar van het ministerie
uitdrukte.
Dat Schmulow de B-status heeft,
betekent dat hij niet meer naar Zuid-
Afrika kan worden teruggezonden.
Hij is de eerste Zuidafrikaanse
dienstweigeraar, die in ons land poli
tiek asiel heeft ontvangen. De kans
bestaat dat nu meer Zuidafrikanen,
die willen dienstweigeren, naar ons
land zullen komen.
Op dienstweigeren staat in Zuid-
Afrika een straf van één jaar tot 15
maanden. Iemand die anderen aan
zet tot dienstweigeren kan volgens
één wet tot vijf jaar gevangenisstraf
worden veroordeeld.
Nadat de raad van kerken in 1974
echter opriep tot steun aan
dienstweigeraars is een nieuwe wet
tot stand gekomen, volgens welke
men tien Jaar gevangenisstraf kan
oplopen. Volgens mr. Van Benne
kom. kan een dienstweigeraar die
zijn daad zeer publiekelijk stelt be
schouwd worden als iemand die aan
zet tot weigeren.
Werkgroep
Volgens Bert Rijpert van de rooms
katholieke vredesbeweging Pax
Christi zitten in Engeland op het
moment misschien zestig Jongelui,
die officieel student zijn, maar in
werkelijkheid dienstweigeraars zijn.
Volgens vertegenwoordigers van het
Zuidafrikaanse verzet zouden zeker
vijf- tot 6.000 jongeren ondergedo
ken zijn in Botswana en andere En
gelstalige landen. Rijpert kondigde
aan dat Pax Christi een werkgroep
zal vormen voor de opvang van Zuid
afrikaanse dienstweigeraars in ons
land. Derek Schmulow verwacht
echter niet dat er grote aantallen
dienstweigeraars in ons land zullen
komen, omdat dienstweigering in
zijn land zeer ongebruikelijk is en
omdat Nederland voor een Zuidafri
kaanse jongeman erg ver weg ligt.
Schmulow die uit een Joods gezin
komt. vertelde in een gesprek dat
wij met hem hadden, dat hij zich
gesteund voelde door de kerken, die
zich in 1974 in Hammanskraal voor
dienstweigeren hadden uitgespro
ken. onder verwijzing naar de
functie van het Zuidafrikaanse leger
als onderdrukkingsmiddel. Hij vond
het onmogelijk in dienst te gaan.
Derek Schmulow. die politiek asiel in ons land kreeg als Zuidafri
kaans dienstweigeraar.
omdat hij het leger een instituut
vindt dat het hele volk van Zuid-
Afrika. inclusief de blanken, voort
durend bedreigt met een burgeroor
log. Volgens hem bedreigt het leger
ook andere volken, zoals is aange
toond bij de invasie in Angola, „een
onverklaarde kolonialistische oor
log", aldus Schmulow. In het Neder
landse leger zou hij, ondanks zijn
bezwaren tegen de Nato, desnoods
nog wel bereid zijn dienst te nemen.
Ver weg
Schmulow vertelde dat hij al jong in
de gaten kreeg dat er in Zuid-Afrika
iets niet in orde is. „Als kind merkte
ik al dat een zwarte vrouw de rom
mel moest opruimen, als mijn mo-
der er geen zin in had. Maar ik wist
niet precies wat er mis was. Want
het is ln Zuid-Afrika zo dat het land
heel normaal lijkt voor iemand die
eeen behoefte heeft te weten wat er
aaiv de hand is. De zwarte mensen
leven ver weg van de blanke buur
ten. waar je de indruk hebt dat alles
goed gaat. Of Je gaat inzien dat de
apartheid afschuwelijk is, hangt af
van je eigen wil."
Schmulow wilde niet in Zuid-Afrika
blijven, „omdat je dan toch ook al
wil je het niet meedraait in het
apartheidssysteem. Zelfs als Je na
een tijdje aan een geweldloze veran
dering te hebben gewerkt wordt ge
arresteerd en een proces krijgt,
wordt zo'n proces uitgebuit om an
deren te intimideren. En wat is voor
mij de zin van een gevangenisstraf
van vele jaren?"
Derek Schmulow werkt sinds enige
tijd in Amsterdam als bejaardenhel
per. Volgend Jaar hoopt hij psycho
logie te kunnen gaan studeren. Te
rug naar Zuid-Afrika zit er voor hem
voorlopig niet meer in.
door Hans Schmit
De voorlopige centrale raad voor de milieuhygiëne vindt de invoering van de milieu
effectrapportering geen stap in het duister, omdat kan worden geprofiteerd van ervaringen die in
andere landen, en met name in de Verenigde Staten, zijn opgedaan.
In de VS werd in 1970 de Nationaal
Environmental Policy Act ingevoerd,
waarbij voor beslissingen van fede
rale overheidsorganen het opstellen
van een milieu-effectrapport ver
plicht werd gesteld.
Deze verplichting is zo zwaar geble
ken dat het. aldus de raad, vrijwel
onmogelijk is geworden een voor het
milieu schadelijke beslissing te ne
men zonder dat alle schadelijke ge
volgen zijn vastgelegd.
In andere landen wordt nu de invoe
ring van een dergelijk rapport voor
bereid. zoals in Australië, Canada,
Japan en Israël, terwijl ook in Euro
pa overal stappen worden genomen
om de gevolgen voor het milieu eer
der en ook beter te kunnen beoorde
len.
Dank zij het milieu-effectrapport
kan pas een beslissing over een plan
worden genomen als alle gevolgen
voor het milieu zijn omschreven. Bo
vendien kan iedereen door de in
spraak zich over het plan uitspreken.
Deze grote openheid van zaken
noemt de VCRMH een belangrijk
voordeel: het inzicht van de burger
wordt bevorderd. De plicht een rap
port op te stellen zal ook de kwaliteit
van plannen bevorderen: de opstel
ler dient zich rekenschap te geven
van het milieu en als de gevolgen erg
nadelig zijn, is de kans groter dat het
plan voortijdig in een lade verdwijnt.
Daarnaast zullen, na verloop van
tijd, veel gegevens zijn verkregen en
zal veel informatie worden geordend.
Geen vertragingen
Tot vertraging in de uitvoering van
plannen behoeft de milieu
effectrapportering (na een over
gangsperiode) niet te leiden. Zo ver
wacht de raad dat beslissingen over
vergunningen (nu een belangrijk
knelpunt voor het bedrijfsleven bij
de bouw van nieuwe of uitbreiding
van bestaande vestigingen) sneller
kunnen worden genomen. Ook zal
het bedrijfsleven baat hebben bij de
duidelijkheid die op den duur wordt
geschaoen, tevens zal er meer unifor-
Van een onzer verslaggevers
UTRECHT „Voor elke overheid, van welke kleur ook. zal
voortaan gelden dat de grenzen van de groei zijn bereikt ten
aanzien van het welzijnswerk. Voor het voortbestaan van
welzijnsorganisaties, voortgekomen uit het particuliere kerke
lijke initiatief is het dan ook nodig dat er een goed contact
bestaat met een brede achterban."
(ADVERTENTIE)
mt ruim 200 intlrumenten
„Een dergelijk contact is gewoon on
misbaar en daarbij moet worden ge
mikt op een oecumenische noemer,
opdat zo nauw mogelijk kan worden
samengewerkt." Dit zei gisteren dr.
D. Th. Kuiper, lector in de algemene
sociologie, op de conferentie „Tus
sen actiegroep en ambtenaar" van
de stichting Landelijk Gereformeerd
Beraad voor Samenlevings
aangelegenheden (GSA) in Utrecht.
De GSA had er een hele dag voor
uitgetrokken om met gereformeerde
welzijnswerkers zich te beraden over
de verzwakking van de positie van
het particulier initiatief op wel-
zijnsgebied.
Ontwikkeling
VU-lector Kuiper schetste de histo
rische ontwikkeling van het particu
lier initiatief van de nachtwa-
kersstaat in de negentiende eeuw tot
de verzorgingsstaat in de twintigste
eeuw en hield de nieuwe vrijgestel
den. zoals ze tegenwoordig worden
genoemd, voor dat de vanzelfspre
kendheden van het verzuilde bestel
ook op welzijnsgebied in toenemen
de mate zullen verdwijnen. In de
toekomst is er geen plaats meer voor
een reformatorische zuil van natio
nale omvang, zo zei hij. Men zal een
pluriforme beweging moeten aan
houden zonder dat dit wil zeggen dat
men kiest voor een kleurloos
midden.
VU-hoogleraar dr. H. van den Berg
vroeg zich af of wij als reformato
rische christenen ons bereid moeten
verklaren deel te nemen in de plan
procedures ten aanzien van het wel
zijnswerk, of die nu zijn opgesteld
door de landelijke dan wel de plaat
selijke overheid. Hij had er zo zijn
bedenkingen tegen en zei dat de
marges om het eigen werk uit te
voeren steeds smaller worden. De
hoogleraar pleitte voor een terug
keer naar de basis nunr de eigen
achterban. Die opdracht is door het
particulier initiatief gemakkelijker
te vervullen dan deel te nemen aan
alle plan-procedures, opgesteld door
locale overheden, waarbij uiteinde
lijk de gemeenteraad na alle in
spraak beslist of bepaalde voorzie
ningen op welzijnsgebied er wel of
niet komen.
Nieuwe strategie
Dr. H. A. Brasz, hoogleraar be
stuurswetenschappen aan de VU,
wilde niet bij voorbaat alle bureau
cratie overboord zetten. Er bestaat
een zekere spanning tussen bureau
cratie en vrijheid en door een ver
menging van bureaucratie en, zeg
maar. liefdewerk ontstaan allerlei
problemen die om een nieuwe strate
gie vragen. Het gaat om een nieuwe
afbakening van de grenzen tussen
overheid en kerk.
Dr. Brasz pleitte voor hernieuwde
bezinning op aard en omvang van
het levensbeschouwelijke werk, niet
alleen binnen eigen kring maar ook
daarbuiten. Hij vooizag dat dit poli
tieke strijd zou vragen die best wel
eens een aantal jaren zou kunnen
duren en voorspelde dat het wel
zijnswerk het terrein zal zijn. waar in
de toekomst een aantal politieke be
slissingen gaan vallen.
miteit Komen, zodat eerder duidelijk
is wat wel en wat niet kan. Voorts zal
men het niet meer kunnen voorko
men dat al half uitgevoerde plannen
moeten worden stopgezet, omdat
alsnog de goedkeuring wordt ont
houden.
Met het advies het rapport verplicht
te stellen voor alle plannen die het
milieu raken, grijpt de VCRMH. zo
schrijft hij, over de bestaande wetge
ving heen. Deze is er op gericht tel
kens een deel van het milieu wette
lijk te beschermen (aparte wetten
voor lucht, water en bodem bij voor
beeld). De VCRMH heeft wel beke
ken of de verplichte rapportering
stapsgewijs kon worden ingevoerd,
per wet die betrekking heeft op het
milieu, maar de raad heeft die ge
dachte („unaniem en zonder voorbe
houd". zoals in de aanbiedingsbrief
aan minister Vorrink staat) van de
hand gewezen en een duidelijke
voorkeur uitgesproken voor een al
gemene wet, die een breder terrein
bestrijkt. De raad neemt hiermee
een ander standpunt in dan minister
Vorrink. die altijd de voorkeur heeft
gegeven aan een stapsgewijze bena
dering per sector.
Het milieu-effectrapport zal een
vaste, systhematlsche indeling moe
ten hebben en aan vastgestelde ei
sen moeten voldoen. Zo moet het
rapport onder meer gegevens bevat
ten over de situatie ter plaatse, het
LEEUWARDEN De jongste editie
van „Ubbokrant", het studen
tenblad van de lerarenopleiding Ub-
bo Emmlus in Leeuwarden is vernie
tigd. Aanleiding hiertoe was een ver
haal in het blad over het privéleven
van Kamervoorzitter dr. A. Vonde
ling. Een van de redactieleden van
het studentenblad had een inter
view gehad met mevrouw Vonde-
liiig.
doel van het plan, de wijze van uit
voering, de gevolgen voor het mi
lieu, mogelijke alternatieven en een
vergelijking van de kosten en baten.
Ook de geraadpleegde bronnen
moeten worden geïnventariseerd.
Indien het om een beslissing van de
overheid gaat, moet deze het rap
port zelf opstellen; bij een particu
lier plan zal de initiatiefnemer het
met de betrokken overheid moeten
opstellen.
Bezwaren
Wanneer het rapport is opgesteld,
wordt het gepubliceerd en ter visie
gelegd. Iedereen kan dan opmer
kingen maken, die worden beoor
deeld en eventueel toegevoegd.In
dien degenen die opmerkingen heb
ben gemaakt, van mening zijn dat
het definitieve rapport nog onjuist
of onvolledig is. kunnen zij hun be
zwaren voorleggen aan een toet-
sings-orgaan. Dat zal bestaan uit
een onafhankelijk college van des
kundigen op het gebied van het mi
lieu. De VCRMH ziet in deze geen
taak. voor de Raad van State.
Voordat tot invoering wordt overge
gaan, zou de raad graag zien dat een
aantal proeven wordt genomen. Dat
kan snel gebeuren, waarmee een ze
kere vertrouwdheid wordt bevor
derd. knelpunten kunnen worden
opgespoord en een inzicht in de fi
nanciële aspecten kan worden ver
kregen.
De raad heeft weinig inzicht in de
kosten, maar meent dat eventuele
extra kosten zullen afnemen met
het opdoen van ervaring en vergro
ting van kennis. De raad noemt in
het uitvoerige advies (het eerste gro
te werkstuk van de raad, die ruim
twee Jaar bestaat en onder voorzit
terschap staat van de burgemeester
van Delft. dr. Ir. A. P. Oele) een
aantal plannen waarmee een proef
kan worden genomen.
Enkele daarvan zijn de aanleg van
de Eemshaven, de verzwaring van
de rivierdijken, de overslag van
vloeibaar aardgas op de Noordzee
en de aanleg van een tweede natio
nale luchthaven en de daarbij beho
rende eventuele inpoldering van de
Markerwaard.
Simpkins