richten op
geestelijke weerbaarheid
Rabobank S
oratama:
hartver
warmend
Jules Croiset, een
levende Tsjechow
Alain Lombard was
terug in Den Haag
-Werkvergadering „School en evangelie":
Juist nu kunnen groothandel en
winkeliers baat vinden bij een kritische kijk
op het totaal van hun geldzaken.
Kyung Wha Chung
gaf Mozart
glans en gloed
Merkwaardig
blijspel bij
Theater
Stan Kenton,
inspirerend
tot perfectie
lAANDAG 20 SEPTEMBER 1976
KUNST/BINNENLAND
TROÜW/KWARTET 7
Ifan onze onderwijsredactie
h UTRECHT Terwijl het minister Van Kemenade in de eerste plaats gaat om de maatschappelij
ke weerbaarheid van de leerling, richt de christelijke school zich vooral op de geestelijke
weerbaarheid. Om die principiële reden zal het christelijk onderwijs kritisch blijven staan
c' egenover dit onderwijsbeleid.
ADVERTENTIE
Het was dr. A. la Fleur, omstreeks
aa i960 een van de grootste tegenstan-
ini ders van minister Cals in de discus-
cc sie over de mammoetwet, die zater-
Gng deze kritiek naar voren bracht
i de werkvergadering van de Unie
Ichool en Evangelie" in Utrecht,
jewel hier en daar ook wat positie
vere geluiden gehoord werden, was
en liet merendeel der drie-, vierhonderd
C0 aanwezigen het kennelijk met deze
rtellingname eens.
,c De bespreking van de Contourenno
ta (beleidsplan voor het onderwijs in
ic de komende vijfentwintig jaar) ge-
ichiedde aan de hand van het zater-
h| dag verschenen Cahier „Centrum en
omtrek", waarin de hoogleraren J. W.
•8 an Hulst en I. A. Diepenhorst en
m ad-rector C. A. de Leeuw hun be-
g( waren tegen de nota verwoorden.
in >rof. J. W. van Hulst citeerde uitvoe-
ci ig uit een brief van de Nederlandse
j| iaatschappij voor Nijverheid en
landel. Hierin wordt minister Van
lemenade o.a. verweten dat hij via
kt onderwijs mens en maatschappij
vernieuwen. De oud-hoogleraar
an de VU concludeerde uit deze en
?s indere commentaren dat er langha
rt" ierhand sprake is van een .natio
nal verzet" tegen het beleid van
e[ eze minister.
rof. Van Hulst vroeg verder om een
etenschappelijk onderzoek naar de
iotivatie van leerlingen, omdat de
ch ninister het voorstelt of zijn hervor-
ningsplan deze op slag zal verbete
en. We hebben eerst gegevens nodig
m te kunnen oordelen over de vraag
i( het wel zo slecht met de studiezin
an scholieren is gesteld. Prof. Van
luist was daar zelf niet zö somber
ver. Bovendien betwijfelde hij of de
ervormingen van de contourennota
(erlenging van de leerplicht) daar
an veel verbetering in kunnen
irengen.
>e heer Van Hulst verweet o.a. de
rotestants-christelijke vakorgani-
atie PCO, dat deze veel te mee-
aand was ten opzichte van minister
an Kemenade. PCO-secretaris D.
n D. Bijl kwam daartegen in het ge-
h ter. Hij vond dat prof. Van Hulst
lid is van de PCO) het weekblad
dan beter moest lezen. Naast waar
dering heeft de PCO heus wel kritiek
op de minister. Hij bood Van Hulst
ruimte aan om in het PCO-blad zijn
beschuldiging met feiten te staven.
Maar het is wel waar, aldus Bijl, dat
wij heel wat goeds in de contouren
nota ontdekken. „Zelfs een rode mi
nister kan zinnige ideeën hebben",
zei hij. Prof. Van Hulst beaamde dat,
maar voegde eraan toe dat „zelfs een
rode minister onzinnige ideeën kan
hebben". Hij riep de PCO op naast
hem te komen staan „in de strijd
voor de belangen van het christelijk
onderwijs, waarvoor ik mijn hele le
ven gestreden heb".
Aanvaardbaar
Prof. I. A. Diepenhorst waarschuwde
dat men de contourennota niet te
veel zou vereenzelvigen met deze mi
nister. ,,'t Gaat erom of deze ideeën
aanvaardbaar zijn. Mijn bezwaar is",
zei Diepenhorst, „dat in de nota te
veel versimpeld wordt". Zo wordt
gesuggereerd dat door deze ingrij
pende hervorming als vanzelf ook de
verschillen in sociale waardering
voor mensen zullen verdwijnen. Die
ongelijke waardering moet men be
strijden, maar dat wordt niet bereikt
door de school te hervormen. Straks
leert ieder tot het achttiende jaar.
Maar daarmee zijn nog niet alle soci
ale verschillen verdwenen".
Prof. Diepenhorst riep op tot waak
zaamheid ten opzichte van het hu
manistische mensbeeld van de nota.
Maar aan de andere kant moet men
niet doen alsof alles in de contouren
nota zonder meer een aanslag op de
geestelijke vrijheid betekent. Deze
dingen liggen toch verschillend op
bijvoorbeeld een gymnasium waar
de culturele vorming voorop staat en
op een banketbakkersschool die zich
veel meer met de („overigens buiten
gemeen aantrekkelijke") materie be
zig houdt.
Evenals zijn oud-collega Van Hulst
wees ook prof. Diepenhorst erop.
dat de kritiek op Van Kemenade
niet alleen uit het bijzonder onder
wijs kwam. Geestverwanten van de
minister gebruiken termen ten aan
zien van de contourennota (zoals het
woord „volksverlakkerij"), die „ik
nooit in mijn mond zou nemen".
Milder
Een van de sprekers die wat milder
in hun oordeel waren was de heer
Kruithof. Hij vond dat het door de
Unie uitgegeven cahier wel erg veel
nadruk legde op de culturele vor
ming van de leerling. „Ik ben bang
dat dit toch ook een humanistisch
trekje is en ik vraag me af wat je op
een huishoud- of technische school
met dit verhaal kunt beginnen".
Drs. T. M. Gilhuis, voorzitter van de
Unie. bepleitte een zorgvuldiger
taalgebruik bij het leveren van kri-
teik op de minister. Zo wordt ge
sproken over de „hersenspoeling
door Van Kemenade". Dat is niet de
manier waarop Gilhuis in den lande
de manier waarop christenen met
elkaar om behoren te gaan. Ook
bespeurde Gilhuis in den lande de
gedachte dat het met het bijzonder
onderwijs wel weer goed zou gaan.
als deze minister eenmaal het veld
geruimd had. Dan vergist men zich.
zei Gilhuis, want we zullen niet
klaar zijn voordat we er als chtiste-
lijk onderwijs in geslaagd zijn een
eigen visie ertegenover te zetten.
Op de vergadering van de Unie werd
weer een nieuw tijdschrift geïntro
duceerd. Naast het reeds, bestaan
de. op de Nederlandse situatie ge
richte bulletin zal er nu ook twee
maal per jaar een internationaal
bulletin verschijnen. Het eerste
nummer van „School and Gospel",
uitgegeven in samenwerking met
het internationale verbond van or
ganisaties voor christelijk onder
wijs. bevat artikelen over o.a. Span
je, Kameroen. Indonesië en Nieuw-
Zeeland. De redactie bestaat uit T.
M. Gilhuis, mevrouw W. M. Ridder
bos-de Rooij (Van Breestraat 14,
Amsterdam). Sipke van der Land en
W R. Koopmans. Voor het grotere
publiek in Nederland heeft de Unie
dan nog'het blad „Schoolschrift".
Dit is onze ervaring:
U merkt het dagelijks:
juist in de arbeidsintensieve
detail-en groothandel stijgen
de loonkosten vaak sneller
dan de omzetten.
De cijfers over 1975 zijn
tekenend: de loonkosten in de totale detail
handel stegen met 15'/2°/o; de omzetten
niet meer dan 12'/2%. En voor 1976 wordt
slechts een lichte verbetering van deze
situatie verwacht.
Handhaving rentabiliteit.
Dergelijke cijfers dwingen de onder
nemer elke cent en elk dubbeltje meerdere
malen om te keren alvorens ze uit te geven.
De voortgaande kostenstijgingen en
de daarmee samenhangende behoefte aan
arbeidsbesparende apparatuur, zoals
modern transport, geautomatiseerde
administratie, e.d. stellen hoge eisen aan
een efficiënte bedrijfsvoering voor het
op peil houden van de rentabiliteit
Een weloverwogen, volledig op het
eigen bedrijf afgestemd financieringsplan,
kan hiertoe in belangrijke mate bijdragen.
Hoede Rabobank kan helpen.
De Rabobank is traditioneel de
adviseur bij uitstek voor de detail-en
groothandel
Eén op elke 4 bedrijven uit deze
belangrijke sector is reeds klant bij de
Rabobank. Zodoende kennen wij de
problemen door-en-door. En weten dat
een kritische analyse van alle geldzaken
vaak kan leiden tot efficiëntere oplossingen
Bovendien, wij hebben 3150
vestigingen over het hele land en zijn
derhalve volkomen vertrouwd met de om
standigheden in alle Nederlandse
gemeenten. Het zal u dus niet verbazen
dat vele van w klanten ook onze klanten
zijn.
Bedenkt u ook dat onze dienstver
lening compleet is, onder andere doordat
wij uit eigen middelen „kort" en „lang"
geld kunnen verschaffen.
Neemt u eens,eventueel samen met uw
financieel adviseur, kontakt met ons op.
een frisse kijk op alle geldzaken kan ook
voor u wellicht nieuwe perspectieven openen
luist nu staan alle Rabobanken
in het teken van de detail-en groothandel.
Wij nodigen u graag uit voor een
oriënterend gesprek.
geld en goede raad
1Is tegenwoordig moeilijk genoeg een boterham te verdienen
Daarom wil ik de zekerheid hebben
dat al m n geldzaken goed geregeld zijn.
!a
«loor Pieter Terpstra
door André Rutten
lp de feestelijke openingsavond van
e Friese boekenweek is gebleken
I at niet alleen de Friese boekenpro-
uktie. maar ook he Friese cabaret
ip voor de toekomst geeft. De
s zo in Friesland betreurde caba-
t etier Rients Gratama die de Friese
aal liet schieten omdat hij in het
loderlands een groter publiek be
kte. is teruggekeerd met een niet
en Fries-talig maar ook sterk op
3 .iesland betrekking hebbend pro-
ramma dat „Ha, die Basken" heet.
titel zinspeelt op een nationale
linderheidsgroep in zuidelijker
treken waarmee de Friezen zij
niet al te sterk te vergelijken
Friezen zijn. zoals Gratama het
lrukt. Basken van de koude
nd. Misschien is dat wel zo, maar
nieuwe programma van Rients is
aar geen neerslag van.
let is warm en levendig, en achteraf
ezien mogen de Friezen er
lisschien helemaal niet rouwig om
ijn dat Gratama enkele jaren de
leus buiten de Friese grenzen heeft
estoken en ook bij de televisie de
odige ervaring heeft opgedaan. Zijn
ierk is nog fijner en meer uitgeba-
anceerd dan in de vorige Friese pro-
ramma's en het betrekken van zijn
ijf man sterke combo in zijn een-
nansshow wijstop een gegroeid vak-
nanschap.
ients drijft spits, maar toch altijd
ïer mild de spot met al die te-
nstellinkjes. haarkloverijtjes en
oestandjes in dat kleine Friesland,
et programma beweegt zich
chtvoetig tussen uitersten en
ients Gratama presenteert het zo
lartverwarmend dat ook een enkele
ninder sterke tekst het geheel niet
chaadt. Als er zwakke plekken zijn,
zijn het met name de liedjes
'aarop Rients op een stoel gaat zit-
en, een spot op zich laat richten
irodat hij wat ernstigs wil debiteren.
«ratama is niet een vlijmscherp ca-
aretier, hij schokt niet, hij ontroert
Üet diep maar zijn grote verdienste
het brengen van een vrijwel steeds
P peil blijvend programma dat ver
laakt en vreugde geeft.
Mesland mag hopen dat Ha, die
asken niet een incidentele terug-
Êer van Rients Gratama tot het
ttes is. in ieder geval gaat hij het in
61 komende seizoen op minstens
prtig plaatsen in Friesland brengen
n mischien leidt dat ertoe dat de
ude band wel weer voor vele jaren is
angeknoopt
HAARLEM Jules Croiset is in het
weekeinde in de stadsschouwburg
voor het eerst verschenen met zijn
nieuwe avond solo-toneel „Over
Tsjechow gesproken." Naar hem kij
kende en luisterende ben je bijna
meteen vergeten, dat de acteur Jules
Croiset daar bezig is. Je ontmoet
door Jac. Kort
AMSTERDAM David Zinman
startte zaterdagavond zijn concert
met het Nederlands Kamerorkest
met de Symfonie nr. 60 van Joseph
Haydn. Een symfonie, die die naam
nauwelijks verdient, maar eigenlijk
een samenraapsel is van zes stuk
ken, die dé componist in 1774 bij de
comedie „II Distratto" schreef. Niet
temin een heerlijk stuk muziek, vol
humoristische vondsten en verruk
kelijke invallen. Orkest en dirigent
vertolkten de symfonie briljant. Het
publiek was opgetogen.
Deze stemming zette zich voort tij
dens het spel van de jonge Koreaan
se violiste Kyung Wha Chung, die
solist was in het Vioolconcert in D
grote terts (K V. 219) van Wolfgang
Amadeus Mozart. Een overbekend
stuk. dat men te vaak middelmatig
(en misschien zelfs plichtmatig)
hoort vertolken, maar dat onder de
handen van deze violiste nieuwe
glans en gloed verwierf. Met haar
fraaie, grote toon en haar doorleefde
en boeiende vertolking kwam zij tel
kens weer tot verrassende resulta
ten. waarbij het N.K.O. voor een
prachtige begeleiding zorg droeg.
Na de drie dansen uit Strawinsky's
„L'Histoire du Soldat", waarin Tho
mas Magyar een voortreffelijke vi
oolsolo speelde, volgde de Symfoni-
ca Rustica van de thans 62-jarige
Poolse componist Andrzej Panuf-
nik. Het vierdelige werk dateert uit
1948, verraadt wat Bartok- en Stra-
winsky-achtige invloeden, maar
doet verder geen vlieg kwaad. Ik zeg
dat zo, omdat de toenmalige minis
ter van cultuur een tweede uitvoe
ring verbood onder het motief, dat
het werk „vreemd aan de beginselen
van het socialistische tijdperk" was.
Ach heden. Als men het thans hoort,
is het een aardig klinkend, goed
gemaakt orkestwerk Geen topper,
maar om er zo tegen te keer te gaan.
dat de componist het daarom veili
ger vond. naar Engeland te emigre
ren. dat is toch onbegrijpelijk
Zinman en zijn orkest besteedden er
grote zorg aan. heigeen resulteerde
in een boeiende uitvoering.
Tsjechow zelf, en hij is een fascine
rende man.
De basis daarvoor heeft Jules Croi
set in zijn teksten gelegd, die alle
maal van Tsjechow zelf zijn» gekozen
uit dagboeknotities, brieven, verha
len. toneelwerk. Dat levert een bio
grafie op. waarin niet de feiten het
belangrijkst zijn, maar de manier
waarop hij ze ondergaat, weergeeft
en becommentarieert. Met behulp
daarvan maakt Croiset de illusie
gaande, dat je Tsjechow zelf tegen
over je hebt.
Hij gebruikt daar ook voortdurend
wisselende kledingstukken, hoeden,
brilletjes bij. en een Tsjechow-
haardracht. maar dat zijn toch niet
meer dan hulpmiddelen. De sterkste
kanten van zijn Tsjechow-suggestie
zitten in de manier waarop hij zijn
stem gebruikt, zijn mimiek en geba
ren daarbij, heel sober allemaal
Daarmee heeft hij je je van het begin
af aan in zijn macht.
Tsjechow was arts en schrijver. „De
geneeskunde is mijn echtgenote, de
literatuur mijn maitresse." zei hij.
Het aardige is dat hij als schrijver
geen pretenties heeft. Hij begon als
student met verhaaltjes voor een hu
moristisch weekblad, omdat hij, met
de acht kopeken die hem dat per
regel opleverde, zijn familie kon on
derhouden. Hij liet daarin zoals in
al zijn werk een heel eigen gevoel
voor humor zien. Hij maakte geen
grapjes over mensen, maar schreef
op wat hij hun hoorde zeggèn en zag
doen als hij dat eigenaardig vond.
Zijn manier van kijken was nuchter
en onbevooroordeeld, hij was ook
mild van aard en hem amuseerde
wat hij in mensen vreemd vond.
Kwaad maken deed hij zich ook wel.
zij het niet dikwijls. Op Stanislawski
bij voorbeeld, van wie hij vond dat
hij zijn stukken niet begreep en dus
verkeerd liet spelen. „Altijd weer
blaffende honden en kwakende kik-
Jules Croiset als Tsjechow
kers." In Nederland kennen we dat
van de regies van Sjarof. Regisseurs
die nu Tsjechow regisseren zouden
alleen al daarom naar Croisets Tsje
chow moeten komen luisteren
Enfin, Ton Lutz, die bij het Pu-
bliekstheater „De kersentuin" gaat
regisseren (een komedie, soms zelfs
een klucht, zegt Tsjechow). heeft ook
Jules Croiset in deze Tsjechow-
suggestie geregisseerd Zij is
dinsdag, woensdag en donderdag in
Diligentia in Den Haag te zien.
Moeder, ik ga trouwen
door André Rutten
DEVENTER In deze stad is de
toneelgroep Theater zaterdag het
nieuwe toneelseizoen begonnen met
de eerste opvoering van een blijspel,
dat in de vertaling van Elise Hoo-
mans „Moeder, ik ga trouwen" heet.
De schrijver ervan, Colin Higgins,
die nogal eens van werelddeel en
van beroep veranderd is, heeft van
het gegeven eerst een filmscenario
gemaakt, vervolgens een boek en
daarna het stuk.
Het is filmisch van opzet gebleven
en stelt daardoor een aantal
technische eisen, die regisseur Pier
re Laroche en zijn decorontwerper
Jean-Marie Fiévez doorgaans schit
terend hebben opgelost. Het wordt
opgevrolijkt door een reeks varian
ten op gruweleffecten, die mogelijk
eerst een schrikreactie teweeg bren
gen, maar ten slotte telkens zeer
komisch werken. Er worden ook se
rieuzere zaken aangeraakt, maar
daar hoef je niet zwaar aan te tillen.
De gruweleffecten worden veroor
zaakt door de centrale figuur Ha
rold. een nog niet helemaal volwas
sen jongen. Hij heeft zeventien ver
schillende zelfmoorden gefingeerd,
feitelijk alleen maar om van de be
moeizucht van zijn overheersende
moeder (een fraaie rol van Trees van
der Donck» af te komen. Niettemin
laat zij via een computer dating
service drie meisjes voor hem opdra
ven, waaruit hij een vrouw zou moe
ten kiezen (drie komische typerin
gen van Sjoukje Hooymaayer).
Intussen heeft hij op een van de
begrafenissen, die hij voor zijn ge
noegen bezoekt, een dametje van
bijna tachtig Ieren kennen, een ori
gineel vrouwtje, door Elise Hoo-
mans met bijzonder plezier ge
speeld. Zij plant een boompje, dat
langs een autoweg stond, over naar
een bos. haalt e*»n zeehondje uit de
dierentuin en laat het vrij in zee.
pakt de dichtstbijzijnde auto. als zij
Harold (Porgy Franssenen Mout (Elise HoomansI in Moederik ga
trouwen".
die nodig heeft en loopt daarom met
een grote bos autosleuteltjes rond.
heeft meubelen uit een warenhuis
laten komen zonder ze te betalen
De jongeman vindt haar zo ontzet
tend enig, dat hij besluit met haar te
trouwen. Dat gaat niet door omdat
zij inmiddels besloten heeft dat
tachtig jaar een mooie leeftijd is om
er tussen uit te stappen.
Een nogal merkwaardig stuk dus.
dat bij het premièrepubliek gewel
dig aansloeg, al is het wat zweverig
en wat te lang. De speler van de
jongeman. Porgy Franssen. is door
de regisseur ontdekt in het tweede
jaar van de Maastrichtse to
neelschool (waar hij aanstonds naar
terugkeert), als het type dat hij voor
die rol wilde hebben.
door Adr. Hager
DEN HAAG Het blijft een verbluf
fende constatering dat big band-
muziek in de wereld van Neder
landse muziekliefhebbers meer en
meer terrein verliest. In een periode
waarin blaasinstrumenten over de
gehele linie van de popmuze ge
meengoed zijn geworden, zou je een
ware opleving verwachten voor dit
genre.
Het zij zo. maar het is temeer verba
zingwekkend voor wie bedenkt dat
big band-veteranen als Stan Kenton
en Woody Herman de vernieuwingen
in de hedendaagse jazz allerminst
uit de weg zijn gegaan Daarvan is
een hoopvol Haags Congresgebouw
vrijdagavond weei eens getuige ge
weest. toen de 6f>-jarige stan Kenton
met zijn 18 man sterke orkest een
door Willem Schrama
Europees toernee in Nederland
afsloot
Dc vernieuwing in de Kenton-sound
komt misschien nog wel het duide
lijkst tot uiting in de leeftijd van zijn
^orkestleden. die gemiddeld 28 jaai
oud zijn Kenton, toch al altijd al
karig met zijn wulpse dirigeerbewe-
gingen. had er geen moeite mee Met
een minimum aan dirigeMentam-
tam liet hij zijn routiniers brilleren.
En of dat nu tenorsaxofonist Roy
Reynolds, de nestor onder zijn bla
zers. of de jonge altsaxofonist Terry
Laine, die weergaloos soleerde in
Steve Wonder s ..Too shy to sing",
was. hel bleef een ragzuivere en com
pacte melange van blaasmuziek, on
dersteund door een ritmesectie
waarvan het soms wat slordige, maar
altijd weer inspirerende konga-spcl
van Ramon Lopez van kapitale bete
kenis bleek te zijn.
Bij klankperfecties als in het opzwe
pende „Malaga" begrijp je dan pas
waarom deze muziek zich voor niet-
liefhebbers zo moeilijk van een
grammofoonplaat laat proeven. De
zaal had er niettemin voldoende
applaus voor over om nog twee toe
giften los te troggelen
DEN HAAG Zowel in 1967 als in
1969 maakte de in 1940 geboren
Franse dirigent Alain Lombard een
voorteffelijke indruk bij het Resi
dentie Orkest. Sindsdien is het deze
talentvolle orkestleider voor de wind
gegaan. Zes jaar lang was hij diri
gent van het orkest van Miami en de
resultaten waren opzienbarend.
In 1972 werd hij leider van het phil-
harmonisch orkest van Straatsburg,
en ook daar boekt hij resultaten.
Voor wie hem zaterdagavond bij het
Residentie Orkest aan het werk zag,
is dat niet zo verwonderlijk.
Naar aanleiding van het concert in
1969 schreef ik in deze kolommen:
„Hij had het geheel in zijn greep,
men reageerde nauwgezet op zijn
intenties en zo ontstond een meesle
pende. boeiende, kleurrijke en
uitstekend afgewerkte weergave".
Letterlijk is deze omschrijving van
toepassing op zijn optreden zeven
jaar later.
Ook nu wist hij het Haagse ensemble
te inspireren, slaagde hij erin een
eenheid tot stand te brengen en de
indruk te vestigen, dat er aan de
afwerking aandacht was besteed.
Deze Franse dirigent bracht een
Frans programma, dat geopend
werd met een boeiende en geraffi
neerd klinkende weergave van het
uit 1926 stammende Intégrales van
Varèse. het in strakke uitdrukkings
kracht geschreven werk voor blazers
en slagwerkers.
Vier jaar later bewijst Roussel. dat er
in de eerste helft van de twintigste
eeuw ook andere klanken geschre
ven worden, voortgaande op een
door Fauré ingeslagen weg. Welis
waar doorbreekt Roussel soms de
grenzen van de tonaliteit en bedient
hij zich ritmisch van jazzinvloeden.
maar toch blijft hij een lyrische com
ponist. een laat romanticus. Hel bes
te bewijs daarvan levert hij met de
muziek uit het ballet Bacchus et
Ariane, waarvan Lombard de tweede
orkestsuite uitvoerde. Hij deed meer
dan uitvoeren, het werd een schitte
rend, sfeervol herscheppen.
Fauré en Roussel lagen ook in het
programma in eikaars verlengde De
fijnzinnige muziek van Fauré vond
in Pelléas en Mélisande een bekro
ning door de gratie, de verstilde hel
derheid en de kleurrijkheid van deze
partituur. Fauré, leraar van Ravel,
werd door het Residentie Orkest alle
eer bewezen, waarbij de fluitsolo
door Jolle de Wit in Sicilienne niet
ongenoemd mag blijven.
De tijdelijke solo-altist van het Resi
dentie Orkest, de Roemeen Livlu
Stanese. bewees op overduidelijke
wijze zijn kwaliteiten in de symfonie
Harold en Italië van Hector Berlioz
Een solowerk van drie kwartier
vraagt van de uitvoerenden het ui
terste. doch mede dank zij het alles
omvattende werk van Alain Lom
bard slaagde men daar in overtui
gend Het publiek gaf de solist loon
naar werken en het Residentie Or
kest zal zich gelukkig prijzen dat
men de gastdirigent nog enkele con
certen kan toevertrouwen.