richten op geestelijke weerbaarheid Rabobank S oratama: hartver warmend Jules Croiset, een levende Tsjechow Alain Lombard was terug in Den Haag -Werkvergadering „School en evangelie": Juist nu kunnen groothandel en winkeliers baat vinden bij een kritische kijk op het totaal van hun geldzaken. Kyung Wha Chung gaf Mozart glans en gloed Merkwaardig blijspel bij Theater Stan Kenton, inspirerend tot perfectie lAANDAG 20 SEPTEMBER 1976 KUNST/BINNENLAND TROÜW/KWARTET 7 Ifan onze onderwijsredactie h UTRECHT Terwijl het minister Van Kemenade in de eerste plaats gaat om de maatschappelij ke weerbaarheid van de leerling, richt de christelijke school zich vooral op de geestelijke weerbaarheid. Om die principiële reden zal het christelijk onderwijs kritisch blijven staan c' egenover dit onderwijsbeleid. ADVERTENTIE Het was dr. A. la Fleur, omstreeks aa i960 een van de grootste tegenstan- ini ders van minister Cals in de discus- cc sie over de mammoetwet, die zater- Gng deze kritiek naar voren bracht i de werkvergadering van de Unie Ichool en Evangelie" in Utrecht, jewel hier en daar ook wat positie vere geluiden gehoord werden, was en liet merendeel der drie-, vierhonderd C0 aanwezigen het kennelijk met deze rtellingname eens. ,c De bespreking van de Contourenno ta (beleidsplan voor het onderwijs in ic de komende vijfentwintig jaar) ge- ichiedde aan de hand van het zater- h| dag verschenen Cahier „Centrum en omtrek", waarin de hoogleraren J. W. •8 an Hulst en I. A. Diepenhorst en m ad-rector C. A. de Leeuw hun be- g( waren tegen de nota verwoorden. in >rof. J. W. van Hulst citeerde uitvoe- ci ig uit een brief van de Nederlandse j| iaatschappij voor Nijverheid en landel. Hierin wordt minister Van lemenade o.a. verweten dat hij via kt onderwijs mens en maatschappij vernieuwen. De oud-hoogleraar an de VU concludeerde uit deze en ?s indere commentaren dat er langha rt" ierhand sprake is van een .natio nal verzet" tegen het beleid van e[ eze minister. rof. Van Hulst vroeg verder om een etenschappelijk onderzoek naar de iotivatie van leerlingen, omdat de ch ninister het voorstelt of zijn hervor- ningsplan deze op slag zal verbete en. We hebben eerst gegevens nodig m te kunnen oordelen over de vraag i( het wel zo slecht met de studiezin an scholieren is gesteld. Prof. Van luist was daar zelf niet zö somber ver. Bovendien betwijfelde hij of de ervormingen van de contourennota (erlenging van de leerplicht) daar an veel verbetering in kunnen irengen. >e heer Van Hulst verweet o.a. de rotestants-christelijke vakorgani- atie PCO, dat deze veel te mee- aand was ten opzichte van minister an Kemenade. PCO-secretaris D. n D. Bijl kwam daartegen in het ge- h ter. Hij vond dat prof. Van Hulst lid is van de PCO) het weekblad dan beter moest lezen. Naast waar dering heeft de PCO heus wel kritiek op de minister. Hij bood Van Hulst ruimte aan om in het PCO-blad zijn beschuldiging met feiten te staven. Maar het is wel waar, aldus Bijl, dat wij heel wat goeds in de contouren nota ontdekken. „Zelfs een rode mi nister kan zinnige ideeën hebben", zei hij. Prof. Van Hulst beaamde dat, maar voegde eraan toe dat „zelfs een rode minister onzinnige ideeën kan hebben". Hij riep de PCO op naast hem te komen staan „in de strijd voor de belangen van het christelijk onderwijs, waarvoor ik mijn hele le ven gestreden heb". Aanvaardbaar Prof. I. A. Diepenhorst waarschuwde dat men de contourennota niet te veel zou vereenzelvigen met deze mi nister. ,,'t Gaat erom of deze ideeën aanvaardbaar zijn. Mijn bezwaar is", zei Diepenhorst, „dat in de nota te veel versimpeld wordt". Zo wordt gesuggereerd dat door deze ingrij pende hervorming als vanzelf ook de verschillen in sociale waardering voor mensen zullen verdwijnen. Die ongelijke waardering moet men be strijden, maar dat wordt niet bereikt door de school te hervormen. Straks leert ieder tot het achttiende jaar. Maar daarmee zijn nog niet alle soci ale verschillen verdwenen". Prof. Diepenhorst riep op tot waak zaamheid ten opzichte van het hu manistische mensbeeld van de nota. Maar aan de andere kant moet men niet doen alsof alles in de contouren nota zonder meer een aanslag op de geestelijke vrijheid betekent. Deze dingen liggen toch verschillend op bijvoorbeeld een gymnasium waar de culturele vorming voorop staat en op een banketbakkersschool die zich veel meer met de („overigens buiten gemeen aantrekkelijke") materie be zig houdt. Evenals zijn oud-collega Van Hulst wees ook prof. Diepenhorst erop. dat de kritiek op Van Kemenade niet alleen uit het bijzonder onder wijs kwam. Geestverwanten van de minister gebruiken termen ten aan zien van de contourennota (zoals het woord „volksverlakkerij"), die „ik nooit in mijn mond zou nemen". Milder Een van de sprekers die wat milder in hun oordeel waren was de heer Kruithof. Hij vond dat het door de Unie uitgegeven cahier wel erg veel nadruk legde op de culturele vor ming van de leerling. „Ik ben bang dat dit toch ook een humanistisch trekje is en ik vraag me af wat je op een huishoud- of technische school met dit verhaal kunt beginnen". Drs. T. M. Gilhuis, voorzitter van de Unie. bepleitte een zorgvuldiger taalgebruik bij het leveren van kri- teik op de minister. Zo wordt ge sproken over de „hersenspoeling door Van Kemenade". Dat is niet de manier waarop Gilhuis in den lande de manier waarop christenen met elkaar om behoren te gaan. Ook bespeurde Gilhuis in den lande de gedachte dat het met het bijzonder onderwijs wel weer goed zou gaan. als deze minister eenmaal het veld geruimd had. Dan vergist men zich. zei Gilhuis, want we zullen niet klaar zijn voordat we er als chtiste- lijk onderwijs in geslaagd zijn een eigen visie ertegenover te zetten. Op de vergadering van de Unie werd weer een nieuw tijdschrift geïntro duceerd. Naast het reeds, bestaan de. op de Nederlandse situatie ge richte bulletin zal er nu ook twee maal per jaar een internationaal bulletin verschijnen. Het eerste nummer van „School and Gospel", uitgegeven in samenwerking met het internationale verbond van or ganisaties voor christelijk onder wijs. bevat artikelen over o.a. Span je, Kameroen. Indonesië en Nieuw- Zeeland. De redactie bestaat uit T. M. Gilhuis, mevrouw W. M. Ridder bos-de Rooij (Van Breestraat 14, Amsterdam). Sipke van der Land en W R. Koopmans. Voor het grotere publiek in Nederland heeft de Unie dan nog'het blad „Schoolschrift". Dit is onze ervaring: U merkt het dagelijks: juist in de arbeidsintensieve detail-en groothandel stijgen de loonkosten vaak sneller dan de omzetten. De cijfers over 1975 zijn tekenend: de loonkosten in de totale detail handel stegen met 15'/2°/o; de omzetten niet meer dan 12'/2%. En voor 1976 wordt slechts een lichte verbetering van deze situatie verwacht. Handhaving rentabiliteit. Dergelijke cijfers dwingen de onder nemer elke cent en elk dubbeltje meerdere malen om te keren alvorens ze uit te geven. De voortgaande kostenstijgingen en de daarmee samenhangende behoefte aan arbeidsbesparende apparatuur, zoals modern transport, geautomatiseerde administratie, e.d. stellen hoge eisen aan een efficiënte bedrijfsvoering voor het op peil houden van de rentabiliteit Een weloverwogen, volledig op het eigen bedrijf afgestemd financieringsplan, kan hiertoe in belangrijke mate bijdragen. Hoede Rabobank kan helpen. De Rabobank is traditioneel de adviseur bij uitstek voor de detail-en groothandel Eén op elke 4 bedrijven uit deze belangrijke sector is reeds klant bij de Rabobank. Zodoende kennen wij de problemen door-en-door. En weten dat een kritische analyse van alle geldzaken vaak kan leiden tot efficiëntere oplossingen Bovendien, wij hebben 3150 vestigingen over het hele land en zijn derhalve volkomen vertrouwd met de om standigheden in alle Nederlandse gemeenten. Het zal u dus niet verbazen dat vele van w klanten ook onze klanten zijn. Bedenkt u ook dat onze dienstver lening compleet is, onder andere doordat wij uit eigen middelen „kort" en „lang" geld kunnen verschaffen. Neemt u eens,eventueel samen met uw financieel adviseur, kontakt met ons op. een frisse kijk op alle geldzaken kan ook voor u wellicht nieuwe perspectieven openen luist nu staan alle Rabobanken in het teken van de detail-en groothandel. Wij nodigen u graag uit voor een oriënterend gesprek. geld en goede raad 1Is tegenwoordig moeilijk genoeg een boterham te verdienen Daarom wil ik de zekerheid hebben dat al m n geldzaken goed geregeld zijn. !a «loor Pieter Terpstra door André Rutten lp de feestelijke openingsavond van e Friese boekenweek is gebleken I at niet alleen de Friese boekenpro- uktie. maar ook he Friese cabaret ip voor de toekomst geeft. De s zo in Friesland betreurde caba- t etier Rients Gratama die de Friese aal liet schieten omdat hij in het loderlands een groter publiek be kte. is teruggekeerd met een niet en Fries-talig maar ook sterk op 3 .iesland betrekking hebbend pro- ramma dat „Ha, die Basken" heet. titel zinspeelt op een nationale linderheidsgroep in zuidelijker treken waarmee de Friezen zij niet al te sterk te vergelijken Friezen zijn. zoals Gratama het lrukt. Basken van de koude nd. Misschien is dat wel zo, maar nieuwe programma van Rients is aar geen neerslag van. let is warm en levendig, en achteraf ezien mogen de Friezen er lisschien helemaal niet rouwig om ijn dat Gratama enkele jaren de leus buiten de Friese grenzen heeft estoken en ook bij de televisie de odige ervaring heeft opgedaan. Zijn ierk is nog fijner en meer uitgeba- anceerd dan in de vorige Friese pro- ramma's en het betrekken van zijn ijf man sterke combo in zijn een- nansshow wijstop een gegroeid vak- nanschap. ients drijft spits, maar toch altijd ïer mild de spot met al die te- nstellinkjes. haarkloverijtjes en oestandjes in dat kleine Friesland, et programma beweegt zich chtvoetig tussen uitersten en ients Gratama presenteert het zo lartverwarmend dat ook een enkele ninder sterke tekst het geheel niet chaadt. Als er zwakke plekken zijn, zijn het met name de liedjes 'aarop Rients op een stoel gaat zit- en, een spot op zich laat richten irodat hij wat ernstigs wil debiteren. «ratama is niet een vlijmscherp ca- aretier, hij schokt niet, hij ontroert Üet diep maar zijn grote verdienste het brengen van een vrijwel steeds P peil blijvend programma dat ver laakt en vreugde geeft. Mesland mag hopen dat Ha, die asken niet een incidentele terug- Êer van Rients Gratama tot het ttes is. in ieder geval gaat hij het in 61 komende seizoen op minstens prtig plaatsen in Friesland brengen n mischien leidt dat ertoe dat de ude band wel weer voor vele jaren is angeknoopt HAARLEM Jules Croiset is in het weekeinde in de stadsschouwburg voor het eerst verschenen met zijn nieuwe avond solo-toneel „Over Tsjechow gesproken." Naar hem kij kende en luisterende ben je bijna meteen vergeten, dat de acteur Jules Croiset daar bezig is. Je ontmoet door Jac. Kort AMSTERDAM David Zinman startte zaterdagavond zijn concert met het Nederlands Kamerorkest met de Symfonie nr. 60 van Joseph Haydn. Een symfonie, die die naam nauwelijks verdient, maar eigenlijk een samenraapsel is van zes stuk ken, die dé componist in 1774 bij de comedie „II Distratto" schreef. Niet temin een heerlijk stuk muziek, vol humoristische vondsten en verruk kelijke invallen. Orkest en dirigent vertolkten de symfonie briljant. Het publiek was opgetogen. Deze stemming zette zich voort tij dens het spel van de jonge Koreaan se violiste Kyung Wha Chung, die solist was in het Vioolconcert in D grote terts (K V. 219) van Wolfgang Amadeus Mozart. Een overbekend stuk. dat men te vaak middelmatig (en misschien zelfs plichtmatig) hoort vertolken, maar dat onder de handen van deze violiste nieuwe glans en gloed verwierf. Met haar fraaie, grote toon en haar doorleefde en boeiende vertolking kwam zij tel kens weer tot verrassende resulta ten. waarbij het N.K.O. voor een prachtige begeleiding zorg droeg. Na de drie dansen uit Strawinsky's „L'Histoire du Soldat", waarin Tho mas Magyar een voortreffelijke vi oolsolo speelde, volgde de Symfoni- ca Rustica van de thans 62-jarige Poolse componist Andrzej Panuf- nik. Het vierdelige werk dateert uit 1948, verraadt wat Bartok- en Stra- winsky-achtige invloeden, maar doet verder geen vlieg kwaad. Ik zeg dat zo, omdat de toenmalige minis ter van cultuur een tweede uitvoe ring verbood onder het motief, dat het werk „vreemd aan de beginselen van het socialistische tijdperk" was. Ach heden. Als men het thans hoort, is het een aardig klinkend, goed gemaakt orkestwerk Geen topper, maar om er zo tegen te keer te gaan. dat de componist het daarom veili ger vond. naar Engeland te emigre ren. dat is toch onbegrijpelijk Zinman en zijn orkest besteedden er grote zorg aan. heigeen resulteerde in een boeiende uitvoering. Tsjechow zelf, en hij is een fascine rende man. De basis daarvoor heeft Jules Croi set in zijn teksten gelegd, die alle maal van Tsjechow zelf zijn» gekozen uit dagboeknotities, brieven, verha len. toneelwerk. Dat levert een bio grafie op. waarin niet de feiten het belangrijkst zijn, maar de manier waarop hij ze ondergaat, weergeeft en becommentarieert. Met behulp daarvan maakt Croiset de illusie gaande, dat je Tsjechow zelf tegen over je hebt. Hij gebruikt daar ook voortdurend wisselende kledingstukken, hoeden, brilletjes bij. en een Tsjechow- haardracht. maar dat zijn toch niet meer dan hulpmiddelen. De sterkste kanten van zijn Tsjechow-suggestie zitten in de manier waarop hij zijn stem gebruikt, zijn mimiek en geba ren daarbij, heel sober allemaal Daarmee heeft hij je je van het begin af aan in zijn macht. Tsjechow was arts en schrijver. „De geneeskunde is mijn echtgenote, de literatuur mijn maitresse." zei hij. Het aardige is dat hij als schrijver geen pretenties heeft. Hij begon als student met verhaaltjes voor een hu moristisch weekblad, omdat hij, met de acht kopeken die hem dat per regel opleverde, zijn familie kon on derhouden. Hij liet daarin zoals in al zijn werk een heel eigen gevoel voor humor zien. Hij maakte geen grapjes over mensen, maar schreef op wat hij hun hoorde zeggèn en zag doen als hij dat eigenaardig vond. Zijn manier van kijken was nuchter en onbevooroordeeld, hij was ook mild van aard en hem amuseerde wat hij in mensen vreemd vond. Kwaad maken deed hij zich ook wel. zij het niet dikwijls. Op Stanislawski bij voorbeeld, van wie hij vond dat hij zijn stukken niet begreep en dus verkeerd liet spelen. „Altijd weer blaffende honden en kwakende kik- Jules Croiset als Tsjechow kers." In Nederland kennen we dat van de regies van Sjarof. Regisseurs die nu Tsjechow regisseren zouden alleen al daarom naar Croisets Tsje chow moeten komen luisteren Enfin, Ton Lutz, die bij het Pu- bliekstheater „De kersentuin" gaat regisseren (een komedie, soms zelfs een klucht, zegt Tsjechow). heeft ook Jules Croiset in deze Tsjechow- suggestie geregisseerd Zij is dinsdag, woensdag en donderdag in Diligentia in Den Haag te zien. Moeder, ik ga trouwen door André Rutten DEVENTER In deze stad is de toneelgroep Theater zaterdag het nieuwe toneelseizoen begonnen met de eerste opvoering van een blijspel, dat in de vertaling van Elise Hoo- mans „Moeder, ik ga trouwen" heet. De schrijver ervan, Colin Higgins, die nogal eens van werelddeel en van beroep veranderd is, heeft van het gegeven eerst een filmscenario gemaakt, vervolgens een boek en daarna het stuk. Het is filmisch van opzet gebleven en stelt daardoor een aantal technische eisen, die regisseur Pier re Laroche en zijn decorontwerper Jean-Marie Fiévez doorgaans schit terend hebben opgelost. Het wordt opgevrolijkt door een reeks varian ten op gruweleffecten, die mogelijk eerst een schrikreactie teweeg bren gen, maar ten slotte telkens zeer komisch werken. Er worden ook se rieuzere zaken aangeraakt, maar daar hoef je niet zwaar aan te tillen. De gruweleffecten worden veroor zaakt door de centrale figuur Ha rold. een nog niet helemaal volwas sen jongen. Hij heeft zeventien ver schillende zelfmoorden gefingeerd, feitelijk alleen maar om van de be moeizucht van zijn overheersende moeder (een fraaie rol van Trees van der Donck» af te komen. Niettemin laat zij via een computer dating service drie meisjes voor hem opdra ven, waaruit hij een vrouw zou moe ten kiezen (drie komische typerin gen van Sjoukje Hooymaayer). Intussen heeft hij op een van de begrafenissen, die hij voor zijn ge noegen bezoekt, een dametje van bijna tachtig Ieren kennen, een ori gineel vrouwtje, door Elise Hoo- mans met bijzonder plezier ge speeld. Zij plant een boompje, dat langs een autoweg stond, over naar een bos. haalt e*»n zeehondje uit de dierentuin en laat het vrij in zee. pakt de dichtstbijzijnde auto. als zij Harold (Porgy Franssenen Mout (Elise HoomansI in Moederik ga trouwen". die nodig heeft en loopt daarom met een grote bos autosleuteltjes rond. heeft meubelen uit een warenhuis laten komen zonder ze te betalen De jongeman vindt haar zo ontzet tend enig, dat hij besluit met haar te trouwen. Dat gaat niet door omdat zij inmiddels besloten heeft dat tachtig jaar een mooie leeftijd is om er tussen uit te stappen. Een nogal merkwaardig stuk dus. dat bij het premièrepubliek gewel dig aansloeg, al is het wat zweverig en wat te lang. De speler van de jongeman. Porgy Franssen. is door de regisseur ontdekt in het tweede jaar van de Maastrichtse to neelschool (waar hij aanstonds naar terugkeert), als het type dat hij voor die rol wilde hebben. door Adr. Hager DEN HAAG Het blijft een verbluf fende constatering dat big band- muziek in de wereld van Neder landse muziekliefhebbers meer en meer terrein verliest. In een periode waarin blaasinstrumenten over de gehele linie van de popmuze ge meengoed zijn geworden, zou je een ware opleving verwachten voor dit genre. Het zij zo. maar het is temeer verba zingwekkend voor wie bedenkt dat big band-veteranen als Stan Kenton en Woody Herman de vernieuwingen in de hedendaagse jazz allerminst uit de weg zijn gegaan Daarvan is een hoopvol Haags Congresgebouw vrijdagavond weei eens getuige ge weest. toen de 6f>-jarige stan Kenton met zijn 18 man sterke orkest een door Willem Schrama Europees toernee in Nederland afsloot Dc vernieuwing in de Kenton-sound komt misschien nog wel het duide lijkst tot uiting in de leeftijd van zijn ^orkestleden. die gemiddeld 28 jaai oud zijn Kenton, toch al altijd al karig met zijn wulpse dirigeerbewe- gingen. had er geen moeite mee Met een minimum aan dirigeMentam- tam liet hij zijn routiniers brilleren. En of dat nu tenorsaxofonist Roy Reynolds, de nestor onder zijn bla zers. of de jonge altsaxofonist Terry Laine, die weergaloos soleerde in Steve Wonder s ..Too shy to sing", was. hel bleef een ragzuivere en com pacte melange van blaasmuziek, on dersteund door een ritmesectie waarvan het soms wat slordige, maar altijd weer inspirerende konga-spcl van Ramon Lopez van kapitale bete kenis bleek te zijn. Bij klankperfecties als in het opzwe pende „Malaga" begrijp je dan pas waarom deze muziek zich voor niet- liefhebbers zo moeilijk van een grammofoonplaat laat proeven. De zaal had er niettemin voldoende applaus voor over om nog twee toe giften los te troggelen DEN HAAG Zowel in 1967 als in 1969 maakte de in 1940 geboren Franse dirigent Alain Lombard een voorteffelijke indruk bij het Resi dentie Orkest. Sindsdien is het deze talentvolle orkestleider voor de wind gegaan. Zes jaar lang was hij diri gent van het orkest van Miami en de resultaten waren opzienbarend. In 1972 werd hij leider van het phil- harmonisch orkest van Straatsburg, en ook daar boekt hij resultaten. Voor wie hem zaterdagavond bij het Residentie Orkest aan het werk zag, is dat niet zo verwonderlijk. Naar aanleiding van het concert in 1969 schreef ik in deze kolommen: „Hij had het geheel in zijn greep, men reageerde nauwgezet op zijn intenties en zo ontstond een meesle pende. boeiende, kleurrijke en uitstekend afgewerkte weergave". Letterlijk is deze omschrijving van toepassing op zijn optreden zeven jaar later. Ook nu wist hij het Haagse ensemble te inspireren, slaagde hij erin een eenheid tot stand te brengen en de indruk te vestigen, dat er aan de afwerking aandacht was besteed. Deze Franse dirigent bracht een Frans programma, dat geopend werd met een boeiende en geraffi neerd klinkende weergave van het uit 1926 stammende Intégrales van Varèse. het in strakke uitdrukkings kracht geschreven werk voor blazers en slagwerkers. Vier jaar later bewijst Roussel. dat er in de eerste helft van de twintigste eeuw ook andere klanken geschre ven worden, voortgaande op een door Fauré ingeslagen weg. Welis waar doorbreekt Roussel soms de grenzen van de tonaliteit en bedient hij zich ritmisch van jazzinvloeden. maar toch blijft hij een lyrische com ponist. een laat romanticus. Hel bes te bewijs daarvan levert hij met de muziek uit het ballet Bacchus et Ariane, waarvan Lombard de tweede orkestsuite uitvoerde. Hij deed meer dan uitvoeren, het werd een schitte rend, sfeervol herscheppen. Fauré en Roussel lagen ook in het programma in eikaars verlengde De fijnzinnige muziek van Fauré vond in Pelléas en Mélisande een bekro ning door de gratie, de verstilde hel derheid en de kleurrijkheid van deze partituur. Fauré, leraar van Ravel, werd door het Residentie Orkest alle eer bewezen, waarbij de fluitsolo door Jolle de Wit in Sicilienne niet ongenoemd mag blijven. De tijdelijke solo-altist van het Resi dentie Orkest, de Roemeen Livlu Stanese. bewees op overduidelijke wijze zijn kwaliteiten in de symfonie Harold en Italië van Hector Berlioz Een solowerk van drie kwartier vraagt van de uitvoerenden het ui terste. doch mede dank zij het alles omvattende werk van Alain Lom bard slaagde men daar in overtui gend Het publiek gaf de solist loon naar werken en het Residentie Or kest zal zich gelukkig prijzen dat men de gastdirigent nog enkele con certen kan toevertrouwen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 7