Een dessa met 10.000 kindergraven Vandaag voor Roemeense dominee Preekverbod Missie- en zendings kalender KERK onder RACISME Onze adressen: VOORBIJGANGERS Europees beraad van theologen DINSDAG 7 SEPTEMBER 1976 XERK BINNENLAND TROUW/KWARTET 2 Windhoek ls een plaats die veel wegheeft van een ongezellig, uit zijn krachten gegroeid dorp in Duitsland,>waar men na de oorlog de vluchtelingen uit het oosten heeft ondergebracht en dat sindsdien slachtoffer is geworden van het Wirtschaftswun- der. Er is een roaal winkelcentrum met juwelierszaken, sportwinkels en een peperduur hotel. De welvaart ligt er duimendik bovenop. De buitenwijken bestaan uit lanen met bungalows. In de tuin achter vrijwel elke villa twee huisjes. Een groter gebouwtje met twee brede deuren, waarachter des nachts de Mercedes van hem en de Volkswa gen van haar staan en daarnaast een optrekje voor het zwarte perso neel. Verder grasvelden en tuinen met schitterende subtropische planten. Duitsers De gemeente bestaat sinds 1890, toen een groep van 32 Duitse mili tairen er een garnizoen legde en begon met de bouw van het fort, dat op een heuvel ligt en uitkijkt over „heel" Windhoek. In het fort legerden de Duitsers hun koloniale troepen, die van daaruit hun moorddadige acties uitvoerden on der de zwarte bevolking, met name onder de Herrero's, die zich in die Jaren vurig verzetten tegen de kolo- nlsaüe van hun land. In 1915 werden de Duitsers het land uitgezet door de Zuidafrikanen on der leiding van generaal Louis Bo tha, die toen het Zuidafrlkaanse bewind vestigde, dat tot op de dag van vandaag voortduurt. Van de 50.000 inwoners van Windhoek is een groot percentage Afrikaans. Verder zitten er nog heel wat Duit sers en flink wat Engelsen. Hun welvaart wordt ln stand gehouden door een bijna evengroot zwart pro letariaat, dat ongeveer zes kilome ter van het centrum van Windhoek gehuisvest ls ln een zwarte „dessa". Ka tutu ra genaamd. Je moet een speciale vergunning van de politie hebben, als Je als blanke Nederlan der er heen wilt om er bij voorbeeld de lutherse dominee te spreken. Misère Dat is ds. J. Hellao, een 27-jarige theolooog, die opgeleid is aan het lutherse seminarie van Otjim- blngwe. Hij is sinds 1971 dominee en staat nu ruim een Jaar in de zwarte township van Windhoek. Hij woont ln een klein huisje naast de kerk, waarin ruimte ls voor on geveer twee duizend mensen. Er zijn twee diensten per zondag, een voor de mensen die Nama en Da- mara spreken en een voor Herrero- en Ovambotaligen. De diensten du ren anderhalf tot twee uur. De meerderheid van de bevolking van Katutura ls lid van de lutherse kerk en de jonge predikant heeft dan ook weinig vrije tijd. Veel van door Aldert Schipper Blanke welvaart in Windhoek. zijn tijd gaat heen met begrafenis sen. want de bevolking van ds. Hel- lao's parochie leeft in diep misère. Onder broodlijn Het inkomen van de totale bevol king van Katutura ls ongeveer vijf en halve miljoen rand (bijna twin tig miljoen gulden). Per hoofd be draagt het ruim vijfhonderd gulden per jaar. Twee percent van de inwo ners van Katutura verdient een sa laris boven het minimum-peil, van 180 tot 200 rand (circa 500 gulden) per maand dat men hier de brood- lijn noemt. Dat zijn de weinige on derwijzers, ambtenaren en ge schoolde arbeiders die er wonen. De rest van de bevolking zit onder dit minimumniveau. De meeste ge zinnen moeten het redden met zo'n 70 tot 150 rand per maand. In een land waar de kosten van le vensmiddelen niet laag zijn en waar het 's winters bitter koud kan zijn. Een speciaal probleem wordt gevormd door de bejaarden. Weini gen zijn zo gelukkig een pensioen van hoogstens 15 rand (ongeveer vijftig gulden) per maand te krij gen. Zij vormen een extra last op het gezin, waarvan ze ook al de zo schaarse leefruimte innemen. De regering heeft in Katutura geen bejaardenhuis, want zij ziet het liefst dat de ouden van dagen hun woonplaats verlaten en gaan wo nen in een of ander ver van hun familie afgelegen thuisland, ook al hebben zij hun hele leven in Katu tura gewoond. Maar ook in de thuislanden zijn er geen bejaarden huizen. Scholen Er zijn in Katutura een stuk of acht scholen, waar rond de 55 kinderen in elke klas zitten. Het onderwijs is echter niet verplicht, wanneer dat het geval zou zijn, waren er volgens dominee Hellao zeker twaalf scho len nodig. Er zijn daarentegen wel ruimschoots voldoende bierhallen, waar de mannen ongeveer twintig percent van het gezinsinkomen op maken. Hoe meer de mannen drin ken, hoe meer geld er beschikbaar is voor welzijnswerk, want zo gaat dat hier. Liefvrouwen De mensen van katutura wonen met grote gezinnen in kleine uit cement-blokken opgetrokken en met stalen golfplaten gedekte huis jes, gelegen aan stoffige zandwe gen. De huisjes huren zij van een overheidsinstantie. Eigen huizen- bezit is voor zwarte mensen niet mogelijk. De helft van de huisjes staat op naam van een vrouw. Dat wil zeggen dat er in dat huisje geen getrouwd echtpaar woont. Van de vrouwen was 84 percent nooit ge trouwd, terwijl de overigen wedu wen en getrouwde vrouwen zijn. In de meeste gevallen is de man die in het huis bijwoont niet de vader van de kinderen. In driekwart van de gevallen heeft de vrouw kinderen bij verschillende mannen. Tien per cent- van de vrouwen Katutura zijn „liefvrouwen". Dat is een Afrikaans woord voor vrouwen, die tijdelijk samenleven met een trekarbeider, een „liefman". Deze mannen komen met een werkcontract naar Windhoek en laten daarvoor hun gezin op het platteland achter. In Windhoek verdienen zij minimale inkomens, in de orde van tachtig tot honderd rand (circa 225-300 gul den) per maand. Daarvan sturen zij een deel op naar hun gezin en de rest is voor de liefvrouw en haar kinderen. Die laatste hebben vaak verschillende vaders, want de lief man doet in zijn vrije tijd nog wel eens Iets anders dan slapen, pieke ren en bierdrinken. Als het arbeidscontract afgelopen is en niet wordt verlengd, moet de liefman terug naar zijn eigen gezin. De Zuidafrikaanse bezettingsauto riteiten verafschuwen onproduk- tieve elementen, vooral als zij nog zwart zijn ook en zien hen het liefst naar het platteland verdwijnen. De liervrouw neen geen xnicomen meer, maar moet wel voor een groeiende kinderschare zorgen. Zij moet daarom zo snel mogelijk weer een man in haar gezin zien op te nemen, die althans kan zorgen dat de familie niet verhongert. Een spe ciaal probleem vormen de ouder geworden liefvrouwen, die niet meer zo makkelijk een commen saal weten te krijgen. Tenslotte is zij oud en wordt zij naar een thuis land verbannen. Begraafplaats Cijfers over kindersterfte in Katu tura zijn niet beschikbaar. Maar dominee Hellao laat me een be graafplaats zien, die acht jaar gele den is geopend en waar de graven liggen van naar schatting 10.000 kinderen in de leeftijd van een tot drie jaar. Ik heb de graven niet stuk voor stuk geteld, maar het kerkhof was zo'n 200 x 100 meter. Een kin dergrafje meet ongeveer 1.50 x 0.50 meter. Dominee Hellao rijdt mij in zijn oude Volkswagentje door Ka tutura en vertelt dat er al een paar maal opstanden in de township zijn geweest. Het is er nu rustig. Blanke politie partrouilleert er met de heli kopter. Er rijden wagens van de geheime politie rond. UIT VAN LEZERS Korte, duidelijk geschreven, liefst aan één kant getypte, brieven kunnen worden gestuurd naar: Secretaris Hoofdredactie Trouw/ Kwartet, Postbus 859, Amsterdam. Bij publlkatle wordt de naam van de schrijver vermeld. Blij dat ik rij (slot) Voor Invaliden ls een auto inderdaad een uitkomst. Onmisbaar schrijft mevrouw Scheffer. Het zijn echter voor het merendeel geen invaliden, die ln auto's rond rijden, maar voor het merendeel kerngezonde jonge- mensen. Het protest tegen deze actie is dan ook niet zozeer tegen Invali den, die ln auto's rijden, maar eerder tegen het rijden dat o.a. mensen in valide maakt Ouderen durven niet meer op straat te fietsen vanwege al die gezonde mensen, die met auto's de straat onveilig maken Meedoen aan de actie „blij dat ik rij" betekent Instemmen met het gedram om nog meer autowegen en het zwijgend goedkeuren van agressie, te hoge snelheid en gevaarlijk foutparkeren. Dat mensen blij zijn om te rijden, best. maar meedoen aan deze actie lijkt me niet goed. Utrecht Hendrik Venema Geschiedvervalsing Dr. Hans Ester doet in zijn artikel ln Trouw van 2 september een merkwaardige aanval op de brochu re van de anti-apartheidsbeweging over het culturele akkoord en op de bundel ..zwart op wit", een ander Zuld-Afrlka van de Populier. Hij be schuldigt deze geschriften bijkans van geschiedvervalsing, „omdat er geen sprake meer ls van vereenzelvi ging met de Boeren". Een goed alter natief vindt hij een boek dat de geschiedenis van de Boeren ln Zuld- Afrlka beschrijft. De heer Ester maakt hier derhalve de tragisch ver gissing die ook de kolonialen in de rest van Afrika gemaakt hebben: de geschiedenis van een Afrikaans land ls de geschiedenis van de blanke kolonisatoren in dat land Afrikaan se kinderen leren hoe hun land „ont dekt" werd door de blanken, dat zij zelf zonder beschaving waren, dat hun nationale helden brute moorde naars waren, enz. Na de onafhanke lijkheid moest dan ook leder Afri kaans land beginnen aan een her schrijving van de nationale geschie denis. Deze week is een artikel in de Haacse Post gepubliceerd waarin de AMSTERDAM: Postbus 859, Wibautstraat 131 Tel 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM/DORDRECHT: Postbus 948. Westblaak 9. Rotterdam Tel. 010-115588 DEN HAAG/LEIDEN: Postbus 101, Parkstraat 22. Den Haag Tel. 070-469445 ZWOLLE/GRONINGEN: Postbus 3. Melkmarkt 56. Zwolle Tel. 0520Q-17030 Zuidafrikaanse journalist Joyce Si- kanane vertelt hoe de geschiedenis van haar land en haar volk verkracht wordt. Leeft de heer Ester soms nog in 1910? Den Haag Comité Solidariteit Soweto secr, Mej. de Visser Kameeta (1) Prof. Kameeta, geïnterviewd door Aldert Schipper, vindt een kerkelij ke uitspraak tegen geweld, zoals in de Europese kerken nogal eens ge daan wordt, nogal oppervlakkig. „WIJ zijn driehonderd jaar onder drukt en dat hebben we als geweld ervaren en toen hoorde je niets van de kerken ln Europa en nu zijn wij niet langer van plan die onderdruk king te aanvaarden en nu roept men ineens dat men tegen geweld is". Ik hoop. dat deze woorden zich in het brein van al die gereformeerde syno deleden, die zo'n moeite met de on dersteuning van het antiraclsme- fonds van de Wereldraad van kerken hadden, zullen vasthaken en tot her bezinning zullen leiden. In de jaren '40-'45 hadden gereformeerden niet zo bar lang moeite met Romeinen 13 bij het bieden van (ook gewapend» verzet tegen de onderdrukker. Is de hardnekkigheid en vastberadenheid van de onderdrukkers nu en ginds minder dan die van de onderdruk kers toen en hier? Is de rassenwaan en de overheersingszucht er minder? Of maakt het verschil, dat de onder drukkers zich in zo groten getale „gereformeerd" noemen? Doesburg B. J. Zwiers Kameeta (2) Begrijpelijk, dat prof. Kameeta zijn verhaal vertelt. Duidelijk is ook. dat dit verhaal allerminst objectief is. Ook daar is begrip voor. Bij het aandragen van feiten heeft men ech ter alert te zijn. Veel van verre kan slechts moeizaam achterhaald wor den. Het „watermerk" van feitenver- haal is echter de kleine afwijking, die heel het biljet oninwisselbaar maakt. Ik citeer: „De Investeerders voegen zich met vreugde naar de regeringsvoorschriften betreffende de lonen en werkreserveringen". Dit is een klinkende ónwaarheid. Men vrage alleen maar de heer Albrecht van „de Hoogovens". En andere in vesteerders: Nederlandse, Westduit- se. Franse. De zaak is ómgekeerd: in Zuld-Afrika voegt men zich bij inves teringen naar de eisen van de inves teerders op het punt van lonen en werkreserveringen. Prof. Kameeta zegt verder: „dat zeker zo'n zeventig procent van de zwarte bevolking achter de Swapo staat". „De strijd ls er een van alle Namlblërs". Maar deze week heeft de premier van Ovamboland, dominee K. Ndjoba, aan de V N. en het Internationale Rode Kruis gevraagd om hulp bij het redden van 42 leden van de Swa po, het bevrijdingsleger van Nami bië, die in Zambia gevangen zitten en kans lopen ter dood veroordeeld te worden. Hoe zit dat dan wel met die Swapo? Er ls wel een antwoord: Swapo ls onderling zó verdeeld, dat daar in Zambia leden van een der fracties aangebracht zijn om ter dood veroordeeld te worden. Wat be vrijdt wie hier? Amslclveea J. Klattcr Christenen (slot) Verschillende lezers hebben hun me ning weergegeven over de misdadige oorlogshandelingen van de christe nen te Libanon. Ook bulten Libanon ls in de loop der eeuwen onstellend veel misdadig geweld gepleegd door christenen en dat duurt nog steeds voort. We weten toch nog wel waar de christen Nixon verantwoordelijk voor was. wat in Noord-Ierland ge beurd is en nog gebeurt en hoe ver bijsterend de houding van de chris telijke blanke Z.-Afrikanen ook op dit moment nog is? Wanneer de We reldraad van Kerken het blanke be wind in Zuld-Afrlka veroordeelt wordt dat door verschillende lezers als eenzijdig gezien, omdat het Rus sische bewind ln vergelijking hier mee te zachtzinnig zou worden be oordeeld. Weten deze lezers niet dat de regeringen ln Oost-Europa be wust on-christelijk zijn (anti christelijk) en dus nooit zo aange sproken kunnen worden als de rege ring van een christelijke patie? Het christen-zijn geeft grote verantwoor delijkheid, niet alleen in Libanon en Zuid-Afrika, maar ook in ons land. Wie meent dat zowel het evangelie als het wapengeweld mee mag spre ken om (vermeend) recht te handha ven of te verkrijgen mag de taal van beide nog wel eens goed vergelijken. Rotterdam A. P. Winter. Fries Het artikel „Friese taal heeft de wind ln de zeilen" trok ten zeerste mijn aandacht. Toch meen ik dat deze titel onjuist ls. Oorspronkelijk werd er Fries ge sproken van de noordpunt van Jut land tot voorbij Calais. Het typische was echter, dat het slechts een smal le strook langs de kust betrof. Dl* had tot gevolg, dat overal, waar ee». goede verbinding met het achter land was, het Fries verdrongen werd door de taal van het achterland, zodat het Fries zich tot op heden alleen heeft kunnen handhaven in ons Friesland en een strook bij de Duits-Deense grens, het Oostfries. Ons Friesland heeft tot de 20ste eeuw toe feitelijk altijd ln een el* landpositle verkeerd; in het noorden en westen de zee. en verder ln het zuiden gedeeltelijk de zee en verder in het zuiden en oosten schrale zandgronden, die haast niet be woond werden. In de 20ste eeuw ls in deze situatie een radicale verandering gekomen. Voeg hierbij radio en televisie en het feit, dat op alle scholen in het Neder lands onderwijs wordt gegeven, dan blijkt wel, dat van de ellandposltie van het Fries niet veel meer ls over gebleven. Daarom meen lk. dat ondanks alle sympathie, die lk voel voor de huidi ge activiteiten ter bevordering van het Fries, toch te moeten zeggen, dat het hier gaat om achterhoedege vechten en dat het Fries momenteel allerminst de wind ln de zeilen heeft. Zeist W. L. van Nleuwenhuljsen BOEKAREST De Roemeense au toriteiten hebben opnieuw de ver gunning van ds Liviu Olah om te preken en te dopen Ingetrokken. Ds Olah, een van de meest populaire baptistenvoorgangers in Roemenië, is zijn vergunning kwijtgeraakt als gevolg van een doopdienst. Olah is predikant in Oradea. een stad dichtbij de Hongaarse grens. In de korte tijd. dat hij daar nog maar staat, heeft zijn prediking geweldige ingang gevonden, vooral bij jonge ren. Daardoor waren er deze zomer maar liefst 76 mensen, die zich door de doop bij de gemeente wilden aan sluiten. Vanwege dit grote aantal besloot Olah een dienst in de open lucht te arrangeren, bij de plaatselij ke rivier. Volgens de regels stelde hij de in spectie van de eredienst van zijn voornemen op de hoogte. De inspec tie weigerde toestemming, maar Olah besloot toch door te zetten, omdat het plan al aan te veel mensen bekend was en er een grote toeloop verwacht werd, waarvoor het kerkgebouw beslist ontoerei kend was. Hij veranderde één dag van tevoren van gedachten, toen hij hoorde, dat het leger een militaire demonstratie bij de rivier had opge zet op dezelfde tijd als de doop dienst. De dienst werd toen toch in de kerk gehouden. Vooraf was aan de gewo ne kerkgangers gevraagd, om op straat te blijven wachten, zodat eerst buitenkerkelijken, en met na me de familieleden van de te dopen mensen, de gelegenheid zouden krij gen een plaats in de kerk. in te nemen. Maar de opkomst was zo groot, dat vijfduizend mensen bui ten moesten blijven staan. De politie sloot de straat af voor het verkeer en de mensen buiten de kerk volgden de dienst door vier luidsprekers. Na de dienst hoorde Olah, dat zijn vergunning was ingetrokken. In 1973, toen hij nog in Timisoara stond, is hem dat ook al eens overko men. Ook daar kwamen veel jonge ren naar zijn preken. Hoewel de verwachting is, dat de maatregel tegen Olah ook nu weer een tijdelijk karakter zal hebben, kan er toch een vergaande conse quentie aan verbonden zijn. Olah ls namelijk een van de nieuw gekozen leiders van de Roemeense baptisten- unie. De oude bestuursleden, die er uit gestemd zijn, omdat hun een te slappe houding jegens de autoritei ten verweten werd, voeren al maan denlang een actie, om de verkiezing ongedaan te maken. BIDSTONDEN Van tijd tot tijd ontstaat de roep om bidstonden. Waar het begint ls niet altijd even duidelijk, maar opeens ls het er en dan menen allerlei mensen, groepen, kerken niet achter te kun nen blijven. Nu zijn het de gerefor meerde gemeenten die besloten heb ben om in hun gemeenten bijzonde re bidstonden te houden „ln ver band met de nood der tijden". Hoe weinig men werkelijk nagedacht heeft over datgene waaraan men van plan is te beginnen bewijst al deze cliché-uitdrukking. De „nood der tijden", hoe lang zou lk dat nu al gehoord hebben? Om de paar jaar duikt die term weer op. Ook de motivering wijst op een tekort aan bezinning en een clichématig aan duiden. Van wat men ongeveer in het hoofd heeft. Het gaat om „zon den, die als bloedschulden het land verontreinigen", maar ook om „de grote geesteloosheid die over de kerk Gods gekomen is". Ook dit zijn zaken waarover men wel eens mag nadenken. Wat zijn die zonden? „Wereldgelijkvormigheid" en het in verval raken van de „praktijk der Godszaligheid" brengt ons ook al niet veel verder. Is er zoveel geeste loosheid? Was het vroeger, toen de kerken (veel minder in getal dan nu) nog vol zaten, beter? Werd er toen niet angstig veel geslapen? Ik zie om mij heen veel betrokkenheid. Dat verleidt mij niet om te zeggen dat het nu beter is. Ik kan mij altijd slecht verplaatsen in dergelijke in der haast bijeen geroepen bidston den. Het is net alsof Je daarmee de wekelijkse voorbeden in de kerk en het gebed thuis diskwalificeert. Er moet.nog wat bijWat dit betreft: de Baai-priesters, deden er ook altijd een schepje bovenop.. Beroepirigswerk NED. HERV. KERK Beroepen te Strijen: J. Bos te Ter hei j de. Bedankt voor Klaaswaal: H. Veldhui zen te Wapenveld. GEREF. KERKEN Beroepen te Winsum: J. de Hoop te Spijkenisse. CHR. GEREF. KERKEN Beroepen te Apeldoorn-Centrum: J van Amstel te Enschede-West. Bedankt voor IJmuiden: P. N. Rib- bers te Den Haag-West GEREF. KERKEN (VRIJG.) Beroepen te Kantens: R. K. Wigbol- dus te Vlaardingen; te Capelle a.d. IJssel: W. Trienstra te Utrecht- Centrum. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Amsterdam-Noord: L. Blok te Capelle a.d. IJssel: te; Hoogvliet: C. Harinck te Dordrecht;' te Zwijndrecht: J. van Vliet te Aagte- kerke, die bedankte voor Leerdam. Bedankt voor Bodegraven: D. Riet dijk te Vlaardingen; voor Den Haag- Centrum: D. Hakkenberg te Lisse. DOOPSGEZ. BROEDERSCHAP Aangenomcri naar Twente-Oost: K. v. d. Wijk, directeur vormings centrum Waag te Hengelo. OUD-KATHOLIEKE KERK Benoemd te Utrecht: T, Horstman te Egmond aan Zee; te Egmond aan Zee: G. J. Blom te Dordrecht c a. Ds. E. Hagen In Berlijn, waar hij predikant was, is zondag plotseling aan een hartaan val overleden ds. E. Hagen (58). Hij was hervormd predikant in Wijnje- terp-Duurswoude en vervolgens twintig jaar in Diemen. Van 1967 tot 1973 verrichtte hij pionierswerk bij de opbouw van kerkewerk in de Bijl mermeer. Sindsdien was hij predi kant van de evangelische kerk in West-Berlijn. Vanuit Berlijn schreef ds. Hagen meermalen artikelen voor „Trouw". LEUVEN Negentig theologen uit zeventien Europese landen hebben in Leuven een „Europese conferen tie van evangelische theologen" op gericht. De kern wordt gevormd door een adviserend comité, waarin onder meer zitting hebben prof. dr. K. Runia uit Kampen, prof. dr. Pe ter Beyerhaus uit Tübingen (West- Duitsland), de Zwitser Klaus Bockmühl en de Brit John Stott. De bedoeling van deze organisatie is, de evangelische beweging in Eu ropa een theologische ondergrond te geven en een dam op te werpen tegen de moderne theologie. Soortgelijke groeperingen van evan gelische theologen bestaan reeds in Zuid-Amerika. Azië, Afrika en Noord-Amerika. Het theologenbe- raad in Leuven was georganiseerd onder auspiciën van de Europese evangelische alliantie en de Europe se afdeling van het voortzettingsco mité van het wereldevangelisatie congres. dat in 1974 in Lausanne werd gehouden. AMSTERDAM De Algemene Missie Kalender (AMK) en de ka lender van de Nederlandse Zen dingsraad (NZR-kalender) voor 1977 zijn verschenen. Het is ook nu weer een co-produkt: de kalenders verschijneri onder eigen naam, maar hebben op de vermelding van enkele feestdagen na qua beeld en woord precies dezelfde Inhoud. H§bben de NZR en het CMC (Centraal Missie Commissariaat) tot dusver samen met een aantal thematische kalenders uitgegeven, nu werd een andere, misschien bre dere weg ingeslagen. De kalender 1977 is een bundel taferelen uit het leven van volkeren of volksgroepen te midden waarvan missionarissen en zendingsarbeiders dienstbaar- zijn. Ter Inleiding van deze serie van twaalf kleurenplaten staat dat het wezenlijke van missie- en zendings werk niet zichtbaar te maken ls. Wel zijn dat uiteraard degenen ten dienste van wie dat werk wordt verricht. Mensen die er anders uit zien, die zich anders kleden, anders wonen, zich wellicht anders gedra gen, maar met wie wij het meest fundamentele gemeen hebben, na melijk het mens-zijn. En de inhoud daarvan wijkt in zijn beleving nau welijks af, aldus suggereren de ka lendermakers, die hun in Zuid- Amerika, het Verre Oosten. Azië en Afrika gemaakte kleurenfoto's de ze keer „ondertiteld" hebben met uit de Bijbel geciteerde passende teksten. Landen en plaatsnamen worden genoemd waar de foto's zijn opgenomen. Wie er aardrijkskundige moeilijkheden mee zou hebben, wordt geholpen door een eenvoudig landkaartje van het betokken gebied op de om mezijde van het kalenderblad, waar ook nadere inlichtingen staan over de afgedrukte voorstellingen. Net als voorgaande jaren is gezorgd voor een bij belrooster. De baten van de beide kalenders, waarvan de verkoopprijs 4,50 be draagt, worden in de fondsen ge stopt waaruit missie en zending hun geldverslindende arbeid moe ten financieren. Besteladressen: Centraal Missie Commissariaat, van Alkemadelaan 1. Den Haag, giro 17606; Nederlandse Zendings raad, Prins Hendriklaan 37, Amsterdam, giro 493248. Bij toe zending er post moet 2.- voor ver zending en portokosten extra bere kend worden. Op de foto: Indiaans meisje uit Colombia (overgenomen van de ka lender).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 2