Westduitsers ervaren hoe
taai wantrouwen kan ziin
I
Oost-Timor is blok aan
het been van de
Indonesische generaals
*>,4
,Het is de toon die de muziek maakt'
TERDAG 12 JUNI 1976
BUITENLAND TROUW/KWARTET 17
In 1969, toen de sociaal
democraat Willy Brandt kan
selier van de Bondsrepubliek
Duitsland werd, begon in Eu
ropa langzaam maar zeker het
wantrouwen tegen alles wat
Duits was, te verdwijnen. Dat
kon omdat Brandt een onver
dacht verleden had en West-
Duitsland nog een politieke
dwerg was, hoewel het in eco
nomisch opzicht al geruime
tijd de gestalte van een reus
had aangenomen.
Br-andt daarbij gesteund door de
in datzelfde jaar gekozen president
Gustav Heinemann - streefde in de
vijf jaren van zijn kanselierschap
met succes naar een werkelijke nor
malisering van de betrekkingen
tussen de Westduitsers en andere
Europeanen, die in het Oosten inbe
grepen. Hij had vooral succes om
dat hij de Duitsers voor ogen hield,
dat zij het verleden niet mochten
vergeten. Maar ook het feit dat hij
geen leidende politieke rol voor zijn
land opeiste, bezorgde hem overal
in Europa bewonderaars. Hem viel
zelfs de Nobelprijs voor de vrede
ten deel.
Naarmate de politieke invloed van
West-Duitsland toenam, mede als
gevolg van Brandts streven naar
normalisatie, viel het de kanselier
al wat moeilijk om deze ontwikke
lingen te negeren. Met name tegen
over Frankrijk vermeed hij angst
vallig van de zich wijzigende
omstandigheden gebruik te maken.
In wezen zette hij daarmee het be
leid voort, dat de christen
democratische kanselier dr. Kon
rad Adenauer met de onderteke
ning van een door de Franse presi
dent Charles de Gaulle gewild
Frans-Duits vriendschapsverdrag
in gang had gezet.
Afscheid
Twee jaar geleden zag Brandt zich
door de Guillaume-affaire gedwon
gen om als kanselier af te treden.
Zijn afscheid betekende tevens het
einde van de periode, waarin West-
Duitsland alles deed om vriend en
vijand ervan te overtuigen, dat het
geen internationale politieke ambi
ties had. Zijn opvolger, de sociaal
democraat Helmut Schmidt, liet er
van het begin van zijn optreden als
kanselier geen twijfel over bestaan
dat de Westduitsers, die sinds 1945 -
bijna lang 30 jaar lang - de rol van
berouwvolle zondaars hadden ge-
door J. den Boef
speeld. voortaan voor vol aangezien
moesten worden.
De opvatting van Schmidt, dat de
Westduitsers nu eindelijk eens als
echte Europese democraten geac
cepteerd moesten worden, was op
zichzelf heel begrijpelijk. Er is sinds
1945 een nieuwe generatie
Westduitsers opgegroeid, die de
Hitler-periode niet heeft meege
maakt en zelfs voor een groot deel
na de Tweede Wereldoorlog werd ge
boren. Deze mensen wilden niet
meer worden lastiggevallen met de
ellende, die vorige generaties over
grote delen van Europa hadden ge
bracht. Zij waren opgegroeid in een
democratische samenleving en
wensten niet langer als tweede
rangs Europeanen te worden be
schouwd.
Dit laatste was hun goed recht. En
Helmut Schmidt beriep zich terecht
op hun standpunt. De nieuwe kan
selier, die nooit geleden heeft onder
gebrek aan zelfvertrouwen, zou ech
ter blijken niet de meest geschikte
man te zijn, die het beeld van de
.nieuwe Duitser' gestalte moest ge
ven. Gerespecteerd worden is heel
wat anders dan zich doen gelden als
Europeanen onder de Europeanen.
Dat heeft Schmidt vooral in de af
gelopen maanden ervaren.
Ook Frankrijk
In april liet Schmidt zich in een
tv-interview laatdunkend uit over
Europese landen, waar de commu
nistische partij grote invloed heeft
of kan krijgen. Hij noemde Italië.
Spanje. Portugal, en in zekere mate
ook Frankrijk, sinds de Gaullisten
er hun stempel op drukken', die
tientallen jaren door conserva
tieven en zelfs door fascisten wer
den geregeerd. Met deze losse flod
ders. die vooral op de Italiaanse
christen-democraten en over hun
Een voor sommigen sprekend b eeld van een ontmoeting tassen
de Franse president Valery Giscard d'Estaing en de
Westduitse kanselier Helmut Schmidt.
hoofden heen tot hun geestverwan
ten in West-Duitsland waren ge
richt. jaagde Schmidt echter ook de
Fransen tegen de Bondsrepubliek
in het harnas.
President Giscard d'Estaing, enke
le jaren geleden nog goed bevriend
met Schmidt, toen zij beiden nog
minister van financiën waren, gaf
zijn ministers opdracht, mee te
doen aan plechtigheden ter gele
genheid van de verjaardag van de
Duitse capitulatie op 8 mei 1945.
Eerder had hij die festiviteiten offi
cieel afgeschaft Premier Jacques
Chirac riep veelbetekend in herin
nering dat het „op initiatief van
generaal De Gaulle was. dat West-
Duitsland uit het isolement kon ko
men. waarin het sinds zijn ontstaan
verkeerde".
Chirac doelde hiermee op het al
eerder genoemde Frans-Duitse
vriendschapsverdrag, dat in 1963
door de Gaulle en Adenauer werd
ondertekend. „Het lijkt niet aan
Schmidt te zijn", aldus Chirac in
een verklaring voor de Franse Nati
onale vergadering. ..dergelijke on
doordachte verklaringen af te leg
gen". En hij voegde er aan toe:
„Vandaar dat in deze geest op ver
zoek van de president van de Fran
se republiek de regering de noodza
kelijke stappen heeft ondernomen
bij de Westduitse regering."
Evenwicht
Bijval kreeg vooral Michel Debré,
de bewaker van de gaullistische er
fenis met de verklaring: „De herkre
gen economische macht van Duits
land schijnt zijn politici het recht te
geven. Frankrijk aanmatigend te
behandelen. Maar als het Europa
der vaderlanden morgen zou ont
staan en de kleuren van Duitsland
zou dragen, dan zullen wij er niet
aan meedoen". Debré spreekt niet
meer namens Frankrijk, maar in
zijn hart zijn veel Fransen met hem
eens. dat West-Duitsland het even
wicht in Europa niet mag verstoren,
zowel in economisch als in politiek
opzicht.
Ook bij de Franse socialisten kan
West-Duitsland geen goed meer
doen. Enkele weken geleden maak
te hun leider. Frangois Mitterrand,
demonstratief de oprichting be
kend van een „Internationaal comi
té voor de verdediging van de bur
gerlijke vrijheden en de be
roepsvrijheid in de Bondsrepubliek
Duitsland". Mitterrand raakt hier
mee een heel teer punt aan. waar
West-Duitsland moeilijk raad mee
weet. Hij doelt met name op het zgn
Radicalen-decreet, dat kanselier
Willy Brandt in 1972 in overleg
met de leiders van de regeringen
van de deelstaten uitvaardigde
om te voorkomen. dat
„grondwetsvijandige" elementen in
overheidsdienst „binnendringen".
De drastische stap van Mitterrand
heeft echter ook betrekking op de
lichtvaardigheid. waarmee de
wetswijzigingen tot stand zijn geko
men om de leden van de „Rote
Armee Fraktion", beter bekend on
der de naam Baader-Meinhof-
groep, te kunnen veroordelen. Ove
rigens is Mitterand niet de enige
die daar ernstige kritiek op heeft.
Niemand minder dan de als conser
vatief bekend staande Franse hoog
leraar Alfred Grosser, heeft aan het
„geweten" van West-Duitsland ge
appelleerd.
Niet nodig
Grosser maakt zich meer zorgen
over het feit dat de Westduitsers zo
gemakkelijk een deel van hun vrij
heden opofferen, dan over de maat
regelen van het Westduitse staats
apparaat. De Franse hoogleraar
waarschuwt dat een volgens hem
democratisch stabiele staat als de
Bondsrepubliek de maatregelen te
gen radicalen van links en rechts
niet nodig heeft om te kunnen
optreden tegen het betrekkelijk
kleine aantal „vijanden van de
grondwet" in openbare dienst.
Dezelfde Alfred Grosser heeft het
overigens voor West-Duitsland op
genomen tegen de redacteuren van
de Franstalige Belgische tv. Deze
hadden in een speciale uitzending,
gewijd aan het in West-Duitsland
bestaande „beroepsverbod", de
Bondsrepubliek vergeleken met
landen als Chili en parallellen ge
trokken met het begin van de Hit-
lertijd. Hoofdfiguur in de uitzen
ding was de Westduitse communis
te Doris Schwerdt. Grosser noemde
- ondanks zijn kritiek op de
Bondsrepubliek - de in het tv-
programma gemaakte vergelijking
„klinkklare onzin".
Niettemin vraagt de liberale
„Frankfurter Rundschau" zich in
een hoofdartikel af. waarom de
Westduitsers de kritiek van iemand
als Grosser niet ter harte zullen
nemen. „Het perfectionisme, waar
mee bij ons naar .vijanden van de
grondwet' wordt gezocht, kan de
indruk wekken, dat de overheid
steeds minder tolerant wordt". Een
vrije samenleving die bereid is uit
angst haar vrijheid stukje voor
stukje op te offeren, zal spoedig niet
meer echt vrij zijn. Zij offert name
lijk alle waarden op. die zij juist wil
verdedigen".
Vooroordeel
Het blad herinnert er aan. dat de
Westduitsers in de afgelopen tien
jaren vaak niet meer hebben stilge
staan bij het feit, dat wantrouwen
en vooroordeel een taai leven kun
nen leiden. „Wij hebben als Duit
sers zelf aanleiding gegeven tot dit
wantrouwen en vooroordeel. Ver
dragen maken daar geen eind aan.
We doen er dan ook goed aan, ons
daarop in te stellen, niet alleen in
onze omgang met de Franse socia
listen. We moeten weer gaan besef
fen dat het de toon is. die de muziek
maakt. Dat geldt voor de kanselier
evengoed als voor zanglustige Duit
se toeristen".
Wat Schmidt betreft: het Franse
dagblad Le Monde heeft zich al
eens afgevraagd, of hij een nieuwe
„ijzeren kanselier" wil worden.
Hiermee heeft het blad herinnerin
gen opgeroepen aan de stichter van
het Duitse rijk. Otto von Bismarck,
die in 1871 een oude rekening met
Frankrijk had vereffend. Le Monde
beklaagt zich voorts over de druk.
die Schmidt op de landen van de
Europese Gemeenschap uitoefent.
De „bureaucraten" in Brussel zijn
al eens door Schmidt vergeleken
met lieden, die niet eens een tram-
onderneming kunnen leiden, zon
der binnen twee jaar in de verlies
cijfers terecht te komen.
De Britten hield Schmidt voor. dat
zij een „slaperig Industrie-
management" hebben en hun vak
bondsleiders noemde hij „bekrom
pen eilandbewoners". President
Ford kreeg van de kanselier te ho
ren, dat hij zich wat meer met de
problemen van de stad New York
moest bemoeien. En zo zijn er meer
voorbeelden te noemen van de los
lippigheid van Schmidt, die boven
dien nog als een betweter bekend
staat. Niettemin wijt de kanselier
het onbehagen over zijn optreden
vooral aan het feit. dat West-
Duitsland 31 jaar na de Tweede
Wereldoorlog niet alleen een econo
mische reus. maar ook een politieke
factor van betekenis is geworden.
Irritatie
Dit laatste is niet juist. Irritatie
ontstaat slechts over de wijze, waar
op van die economische en politie
ke macht gebruik wordt gemaakt.
Ook de manier, waarop West-
Duitsland als model voor de andere
Europese landen wordt aangepre
zen. wordt niet in dank afgenomen.
Bijvoorbeeld als Hans Apel. minis
ter van financiën en goede vriend
van Schmidt, zegt: „De Westduit
sers zijn eenvoudig te goed. Zij wor
den benijd omdat bij hen de prijzen
niet zo snel stijgen, de vakbonden
niet zo vaak staken en de sociale
vrede zeker is."
De Westduitsers hebben gelijk als
zij zeggen, dat zij ten onrechte wor
den gewantrouwd. Niettemin is een
deel van de kritiek od hun doen en
laten, juist. Niet alleen wat betreft
het internationale niveau, maar ook
wat betreft de alles over één kam
scherende wetgeving ten aanzien
van het weren ven radicalen uit
overheidsdienst en het vergemak
kelijken van het proces tegen leden
van de Baader-Meinhofgroep. Aan
deze kritiek kunnen de Westduit
sers niet voorbijgaan, willen zij
voorkomen, dat zij op den duur
onnodig een slechte naam krijgen.
Dat geldt zoals de Frankfurter
Rundschau schreef inderdaad zo
wel voor de Westduitse kanselier als
voor zanglustige toeristen.
Begin deze week zei president
Soeharto van Indonesië dat
hij een onderzoekscommissie
naar Oost-Timor zou sturen
voordat een definitieve aan
fluiting van het oostelijke
deel van het eiland bij Indone
sië een feit kan worden. „Het
Indonesische volk moet zich
zelf kunnen overtuigen en met
zijn broeders praten zodat een
juiste en snelle beslissing over
de integratie genomen kan
worden." De president zei dit
in antwoord op een verzoek
van een 50 man sterke delega
tie uit Oost-Timor om tot on
middellijke opneming van de
vroegere Portugese kolonie
als 27-ste provincie van de Re
publiek Indonesië te be
sluiten.
De delegatie staat onder leiding
van Arnoldo dos Reis Araujo. leider
van de voorlopige regering van
Oost-Timor. die zegt de ongeveer
700.000 inwoners van het gebied te
vertegenwoordigen en vrijwel over
al de macht volledig in handen te
hebben. De delegatie is vandaag uit
Jakarta vertrokken om „voorberei
dingen te treffen voor de komst van
de parlementaire onderzoekscom
missie uit Indonesië."
Tezelfdertijd, ook deze week is een
twee-mans delegatie uit Oost-
Timor begonnen met een bezoek
aan Nederland. Zij zijn ook verte
genwoordigers van een regering uit
de vroegere Portugese kolonie.
Het zijn José Ramos Horta, de mi
nister van buitenlandse zaken en
informatie van de Democratische
Republiek Oost-Timor en Leonel
Andrade. vertegenwoordiger van
het Fretilin voor Europa. Het Freti
lin. Revolutionair Front voor een
onafhankelijk Oost-Timor, heeft op
28 november vorig jaar eenzijdig de
onafhankelijke Democratische Re
publiek Oost-Timor uitgeroepen.
Ook deze beide Fretilin-mensen
zeggen het Oost-Timorese volk te
vertegenwoordigen en ook hun re
gering zegt behalve de be
langrijkste steden, het overgrote
deel van Oost-Timor ondercontrole
te hebben Volgens het Fretilin dat
zich in de ontoegankelijke bergen
van Oost-Timor heeft teruggetrok-
Adam Malik, de Indonesische
minister van buitenlandse
zaken
door Johan ten Hove
ken is de voorlopige regering van
Araujo niéts meer of minder dan
een marionetten-bewind dat door
de Indonesische generaals in stand
gehouden wordt, met de bedoeling
het oostelijk deel van het eiland zo
snel mogelijk te annexeren.
En hoewel president Soeharto nu
vindt dat er eerst een parlementaire
commissie naar Oost-Timor moet
om eens uit te zoeken hoe men daar
over integratie met Indonesië
denkt, meer dan een poging om de
inlijving een wat eleganter aanzien
te geven is het niet. Duidelijk is dat
de annexatie op zeer korte termijn
een feit zal zijn. Vrijwel zeker zal
Oost-Timor „op verzoek van de
voorlopige regering" op 17 augus
tus, de onafhankelijkheidsdag van
Indonesië bij de republiek ingelijfd
worden.
Waarmee Indonesië juist die trek
ken gaat vertonen die het in zijn
eigen onafhankelijkheidsstrijd zo
zeer bestreed, namelijk imperialis
tische.
Politieke partijen
Met de Portugese omwenteling op
25 april 1974 en de daarbij komende
ontmanteling van het Portugese
koloniale wereldrijk komt ook het
vrijwel vergeten Portugees Timor
in het nieuws.
Snel achter elkaar worden er poli
tieke partijen en bewegingen opge
richt die alle zo hun eigen plannen
hebben voor de toekomst van Oost-
Timor.
De UDT, Democratische Unie van
Timor, opgericht door Lopez da
Cruz. Costa Mouzinho (gewezen
burgemeester van Dili) en Mario
Carrascalao (vertegenwoordiger
van Oost-Timor in het „parlement"
van de vroegere Portugese dictator
Caetano) wilde in eerste instantie
een band met het moederland on
derhouden De UDT werd vooral
gesteund door de middenstand in
Dili, de rijke Portugese koffieplan
ters en de Chinese gemeenschap die
zich sterk had vermengd met de
Timorese bevolking.
Een tweede partij is de Apodeti, de
Democratische Volksassociatie van
Timor, onder leiding van José Fer
nando Osorio Soares. Deze is voor
integratie in Indonesië en wordt
dan ook vanuit Indonesië gesteund.
De beweging heeft haar centrum in
het westen van Oost-Timor en heeft
in ieder geval in de hoofdstad Dili
weinig steun gehad.
De derde partij, het in september
1974 opgerichte Fretilin komt voort
uit een sociaal-democratische be-
José Ramos Horta, Minister
van het Fretilin.
weging van kleine Portugees-
Timorese ambtenaren en het lagere
kader van het leger. Ook de in Por
tugal opgeleide studenten en mid
delbare scholieren voelen zich sterk
tot het Fretilin aangetrokken. De
leiders zijn Francisco Xavier de
Amaral. een ex-priester die
werkzaam is als douane
ambtenaar. de radicalere Mari Al-
katiri en de meer naar buitentre-
dende José Ramos Horta. de zoon
van een Portugese democraat die in
de jaren dertig naar Oost-Timor
werd verbannen en daar een Timo
rese vrouw trouwde. Zij zijn voor
standers van een onafhankelijk
Oost-Timor en richten zich in hun
strijd op verwante bevrijdingsbe
wegingen en in andere Portugese
koloniën, zoals het Frelimo in Mo
zambique en de MPLA in Angola.
Verder zijn er nog twee splin
tergroeperingen Kota en Trabalis-
ta. waarvan weinig bekend is en die
ook nauwelijks een rol gespeeld
hebben
Coalitie
In januari 1975 vormen de be
langrijkste partijen, het Fretilin en
de UDT een wat ongemakkelijke
coalitie. Het Fretilin zag van een
directe onafhankelijkheid af uit
vrees voor een Indonesische invasie
en de UDT op haar beurt zag van
een blijvende band met Portugal af
omdat daar net generaal de Spinola
ten val gebracht was en de Portuge
se regering voorlopig een meer radi
cale koers ging varen die de UDT
niet welgevallig was. Maar de UDT
ziet met lede ogen de steun van
links-radicaal Portugal aan het Fre
tilin aan. verbreekt in mei '75 de
coalitie, knoopt betrekkingen aan
met de Apodeti en doet vervolgens
in augustus een greep naar de
macht in Dili.
De beweging weet Dili en de stad
Bacau te bezetten, maar dan ver
loopt het even anders dan de UDT
en de Portugese officieren op het
eiland verwacht hebben. Het Freti
lin. dat immers de steun van de
Portugees-Timorese onderofficie
ren heeft slaat terug en met behulp
van de ongeveer 5000 man van de
Timorese dienstplichtigen weet het
al na tien dagen de macht van de
UDT in Dili over te nemen. De Por
tugese gouverneur Lemos Pires ver
dwijnt met de resten van het Portu
gese leger naar het eilandje Atauro,
40 kilometer uit de kust voor Dili en
Fretilin-troepen jagen hun te
genstanders. aanhangers van de
UDT, Apodeti, Kota en Trabalista
voor zich uit in de richting van de
grens met Indonesisch West-Timor.
Velen vluchten ook naar het Aus
tralische Darwin en vertellen daar
dat het Fretilin slachtpartijen heeft
aangericht in Dili onder aanhan
gers van de UDT.
Indonesië meldt dat er ruim 40.000
vluchtelingen naar West-Timor zijn
uitgeweken, een cijfer dat echter
door Kota-leider José Martins (één
van de vluchtelingen) wordt terug
gebracht tot ongeveer 20.000.
„Geheime oorlog"
Eind september beheerst het Freti
lin Oost-Timor op het grensgebied
met West-Timor na. De UDT. Apo
deti en de beide andere groeperin
gen gaan op instigatie van Indone
sië een anti-communistische coali
tie tegen het Fretilin aan en worden
van wapens voorzien door Indone
sische troepen.
Dan begint ook de zogenaamde „ge
heime oorlog" waar ook geregelde
Indonesische troepen aan deelne
men. hoewel ze in Indonesië door
minister van buitenlandse zaken.
Adam Malik en de pers „vrijwilli
gers" genoemd worden.
Ondanks de pers en de minister
weet de Indonesische bevolking wel
beter. In gesprekken in Jakarta
werd mij herhaaldelijk gevraagd of
er in het Nederlandse leger niet
zoiets bestond als „het aanwijzen
van vrijwilligers"
Ook voor de machtsovername door
het Fretilin vinden er grensinciden
ten plaats. Aan weerszijden worden
kampongs aangevallen, mensen ge
dood en vee gestolen, maar niet op
zo'n grote schaal. „Als het etenstijd
was trokken beide partijen zich
terug".
Het „geheim houden" van de daad
werkelijke deelname aan de strijd
door geregelde Indonesische troe
pen heeft vijf Australische journa
listen het leven gekost In oktober
vorig jaar filmen zij Indonesische
troepen in OostrTimor die de
grensstad Balibo aanvielen. Vol
gens de Indonesische pers zijn zij
vermoord door Fretilin-soldaten.
Tijdens mijn verblijf in maart van
dit jaar zei de Australische planter
uit Oost-Timor, Rex Sydel, die in
een ziekenhuis in Jakarta verpleegd
werd, hetzelfde. Zijn verklaring
werd breed uitgemeten in de Indo
nesische pers (alle kranten hadden
exact hetzelfde bericht). Maar een
familielid van een officier die zelf in
Oost-Timor gevochten had ontken
de dat het Fretilin de moord opzijn
geweten had en liet mij raden wie
het dan wel gedaan had.
De invasie
Nadat blijkt dat er van de Portuge
zen niets meer te verwachten is
roept het Fetilin op 28 november
eenzijdig de onafhankelijkheid van
Oost-Timor uit. hetgeen gevolgd
wordt door de al even eenzijdige
proclamatie van de anti
communistische coalitie dat Oost-
Timor voortaan bij Indonesië hoort.
Kort daarna komt de verwachte
Indonesische invasie. Op 7 decem
ber 1975 vallen Indonesische mari
niers en paratroepen, voorafgegaan
door een bombardement vanaf In
donesische oorlogsschepen de ste
den Dili en Bacau aan. Het gebeurt
vooral op aandrang van generaal
Ali Moertopo en minister van defen
sie en stafchef van de Indonesische
strijdkrachten, generaal Maraden
Paggabean.
Wat echter een snelle bliksemactie
moet worden (Moertopo zegt dat
alles nog voor eind '75 rond zal zijn)
wordt een slepende en zeer bloedige
zaak. Indonesië verkijkt zich zowel
diplomatiek als militair op Oost-
Timor.
Diplomatiek: verschillende
malen wordt Indonesië in de Veilig
heidsraad van de Verenigde Naties
veroordeeld wegens agressie en
wordt het opgeroepen zijn troepen
onmiddellijk terug te trekken. Het
aanzien van het land is er door de
militaire interventie in Oost-Timor
internationaal zeker niet beter op
geworden.
Militair: de Indonesische gene
raals onderschatten de sterkte van
het Fretilin-leger. dat goed bewa
pend is en het terrein op zijn
duimpje kent, en lijden zware ver
liezen. Het is min of meer een pu
bliek geheim in Indonesië dat de
ziekenhuizen van de grote steden
op Java vol liggen met gewonden
van het Oost-Timor slagveld. De
Indonesische pers meldt niets over
verliezen. Maar er zijn teveel Ibu's
in de kampongs op Java wier zonen
nog steeds niet uit de oorlog zijn
teruggekeerd.
Mis
Er gaat van alles mis met de Indo
nesische opmars. De verbindingen
zijn slecht geregeld, de militaire in
lichtingen-dienst doet haar werk
slecht en verschillende malen wor
den para's op de verkeerde plaatsen
gedropt en vrijwel meteen door Fre-
tilin-mitrailleurs neergemaaid.
Ook de bevoorrading vanuit Java
deugt niet. veel goederen „verdwij
nen" vanwege corruptie van hoge
legerofficieren nog voordat ze in
Oost-Timor aangekomen. Fretilin-
minister Ramos Horta zegt op een
persconferentie deze week. zonder
in details te treden, dat zelfs het
Fretilin via corrupte generaals in
Jakarta wapens krijgt. Eind decem
ber moet er een tweede invasie
plaatsvinden.
De slechte organisatie en amateu
ristische aanpak van de generaals
in Jakarta zet kwaad bloed bij de
directe troepencommandanten in
de gevechtsgebieden. Zij zien met
lede ogen aan hoe hun slecht uitge
ruste en ongemotiveerde soldaten
door het Fretilin worden afgeslacht.
Het leger en de pro-Indonesische
groeperingen wreken zich op de be
volking van Oost-Timor, en maken
jacht op iedereen die maar van Fre
tilin sympathieën verdacht wordt.
Zelfs UDT-voorzitter Lopez da Cruz
moet toegeven dat er sinds het be
gin van de strijd in Oost-Timor on
geveer 60.000 mensen, bijna een
tiende van de bevolking, zijn ge
dood. En bij de slachtoffers zouden
uitzonderlijk veel vrouwen en kin
deren zijn.
Referendum
Na de verovering van Dili en de
andere belangrijkste steden ver
dwijnt het Fretilin naar de bergge
bieden om van daar uit een guerril
la te voeren. In Dili wordt een pro-
Indonesische voorlopige regering
gevormd waarbij vooral de Apodeti
naar voren wordt geschoven. Deze
roept eind mei van dit jaar een
speciale volksvergadering van dis
trictsvertegenwoordigers bijeen,
die unaniem voor de inlijving van
het gebied bij Indonsië stemmen.
Het door de Verenigde Naties ge
vraagde. door Portugal toegezegde
en ook door Indonsië geaccepteerde
referendum onder de Timorese be
volking wordt door de voorlopige
regering niet nodig geacht. Een re
ferendum. nu gehouden zou vrijwel
zeker geen steun opleveren voor een
inlijving bij Indonesië. Of het een
overwinning voor het Fretilin zou
opleveren is ook de vraag. De nogal
heterogene (men spreekt minstens
15 talen) en zeer onderontwikkelde
autochtone bevolking is
waarschijnlijk zeer gelukkig met
het vertrek van de Portugezen en
wil na enkele eeuwen koloniale
overheersing vóór alles met rust ge
laten worden.
Nu zal dan op 17 augustus Oost-
Timor formeel geannexeerd worden
door Indonesië. Een ontwikkeling
die vanaf de Portugese omwente
ling eigenlijk wel te voorzien was.
Indonesië heeft meermalen laten
weten geen onafhankelijk links-
radikaal bolwerk aan zijn grenzen
te zullen dulden. Niet dat alle pro
blemen voor Indonesië na de 17-de
augustus zullen zijn opgelost. Het
tegendeel is eerder het geval.
De onrust binnen het Indonesische
leger is nog niet voorbij en het Fre
tilin zal de strijd voorlopig niet op
geven. Ook binnen de pro-
Indonesische regering rommelt het.
Volgens Kota-leider Jose Martins
zijn velen die eerst oprecht voor een
integratie in Indonesië waren ont
goocheld door het brute optreden
van de Indonesische troepen en wil
len nu niets liever dan dat deze het
eiland zo snel mogelijk verlaten. In
plaats dat Indonesië de stabiliteit
en zijn veiligheid aan zijn zuid-oost
grens waarborgde, wat de bedoeling
was. heeft het land er opnieuw een
gebied bij gekregen dat weinig an
ders dan zorgen baart.