Historie van Biesbosch moet herleven in nationaal museum f/ Betuwse dorp Eist viert halfjaar lang 1250ste verjaardag Opening over twee jaar te verwachten Ontstaan op kruispunt van machtsvorming en evangelie-uitbreiding Wereldaanbod van graan wordt record Huizenbestand in Helmond uitbreiden met twaalfduizend IAANOAG 3 MEI 1976 Binnenland Trouw/Kwartet RH 7 door Hans W. Ledeboer ALMKERK „Als alles meezit, verwacht ik dat over een of twee jaar het Nationaal Biesboschmuseum kan worden geopend." zegt Huibert den Tuiner. „Als het er over drie jaar nóg niet staat, krijg ik een enorme domper op m'n enthousiasme." De heer Den Tuinder, directeur van het gewestelijk arbeidsbureau in Almkerk, heeft in z'n eentje in de loop van jaren een collectie bijeenge bracht, die nu alleszins de moeite Huibert den Tuinder, directeur van het GAB in Almkerk en amateur-geoloog in de Brabantse Biesbosch. waard is in een Biesboschmuseum te worden ondergebracht, maar voorlo pig is opgeslagen in Almkerk. Van de waarde van zijn collectie zijn velen overtuigd. Er kwam een Stichting Nationaal Museum „De Biesbósch". waarin behalve bestuurders van Biesboschgemeenten en van het streekgewest Land van Heusden en Altena o.a. zitting namen, vertegen woordigers van het waterleidingbe drijf De Brabantse Biesbosch. staatsbosbeheer en verschillende takken van wetenschap. Giften Nog in februari verrastte een enthou siaste particuliere instelling de stich ting met een gift van een halve ton; andere sympathisanten hebben eveneens belangrijke giften toege zegd. Er wordt nu druk gepraat over een terrein. „Het museum moet ko men tussen de Pannekoek en het Gat van Hardenhoek, pal aan de grote toegangsweg naar het waterlei dingbedrijf. Zowel voor auto's als voor rondvaartboten gemakkelijk te bereiken," vertelt de heer Den Tuin der. „Het terrein is eigendom van het rijk. Er is een gesprek geweest tussen het stichtingsbestuur en de dienst der domeinen en deze dienst heeft toegezegd, het voor het museum in gebruik te willen geven. Het maakt deel uit van het beheersgebied van het recreatieschap Nationaal Park de Biesbosch en het is opgenomen in het plan natuurbestemming der gemeen te Werkendam." Hij vervolgt; „Bin nen een maand verwachten wij offi ciële toestemming van het recrea tieschap om te gaan werken. Werken dam heeft al gezegd graag te willen meewerken, ik verwacht een vlotte gang van zaken." Groene hart Over de ligging en de mogelijkheden van het terrein zegt de heer Den Tuinder: „Het groene hart van de Biesbosch wordt niet aangetast, er zijn nu al heel wat excursies per jaar naar het waterleidingbedrijf en die gaan allemaal langs het museumter rein. In het noorden van dat terrein ligt een nu niet meer gebruikt zanddepot. Hier kan een hoofdge bouw komen met ruime parkeergele genheid. Eraan grenst aan de zuidzij de een plas. Daar kan een eendenkooi worden ingericht. Verder zijn er grienden en rietgorzen, er is dus alle mogelijkheid om het hele scala van de Biesbosch-historie goed te tonen, en wel in vol bedrijf." De heer Den Tuinder ziet nog meer mogelijkheden: „Het gaat niet alleen om mijn collectie, het gaat om een heel gebeuren, binnen en buiten. Er is een echt museumgebouw nodig, in een bouwstijl die bij het landschap past. Er bestaat, architectonisch ge zien, géén bepaalde Biesbosch- bouwstijl. Er staan wel boerderijen, maar die zijn allemaal verschillend. Er wordt dus gedacht aan een boer derijtype dat veel voorkomt in het rivierengebied. Gedekt met riet. mu ren beschoten met hout. Dat levert gevaar voor brand en -vraagt een nogal gecompliceerd en intensief on derhoud. Bestudeerd wordt of het mogelijk is een boerderij-gebouw te Het Nationaal Biesboschmuseum zal worden ingericht vlak bij het emplacement van het waterlei dingbedrijf, even ten noordwesten van het waterbekken Petrusplaats. Gemakkelijk te bereiken via Dordrecht en het veer Kop van 't Land. Honderden bezoekers van het waterleidingbedrijf gebruiken deze weg al. maken van bijvoorbeeld beton in een „omhulsel" van hout en riet". Maar dat zijn toekomstgedachten: „Het gaat eerst alvast om het buiten- gebeuren. Er is in het griend een rondlopende kreek. Die kan worden afgedamd en dan kan een gemaaltje er om de zes uur het water heen en weer stuwen, zodat eb en vloed kunstmatig kunnen worden ge maakt. Interessant is dan voor de bezoeker, dat hij eb en vloed tegelijk kan zien: als het aan de ene kant van het terrein eb is, is het aan de andere kant vloed. Langs die kreek kan van alles en nog wat worden gebouwd: griendketen. rietschelven, griendhoutstapels. Er zijn gerenom meerde aannemers op het gebied van weg- en waterbouw, die hun ba sis hebben gehad in de Biesbosch. Zij willen graag meewerken, van die kant verwacht ik geen enkele moei lijkheid", zegt de heer Den Tuinder. De hele planologische voorbereiding moet gereed zijn eer er kan worden gedacht aan een financiële opzet. Want die hangt af van wat er aan geld beschikbaar is. afgezien van de giften die nu al zijn ontvangen. „Misschien kunnen bepaalde dingen worden gedaan in het kader van de werkloosheidsbestrijding of bieden werkprojecten voor gehandicapten een aanvullende mogelijkheid", meent de heer Den Tuinder. „Ik meen dat het kernpunt van de finan ciering het hoofdgebouw zelf zal zijn. Wetenschap De rest kan. nee móét zelfs hoogst eenvoudig zijn. De werkloosheid in de Biesbosch was immers óók heel simpel. Wel moet er gedacht worden aan goed onderhoud. De grienden moeten regelmatig worden gekapt. de rietgorzen moeten even regelma tig worden gesneden". Het komende Biesboschmuseum biedt natuurlijk heel wat meer mo gelijkheden dan alleen het tonen van een collectie en van een stuk Bles bosch. zoals vroeger was. Misschien kan er wetenschappelijk werk wor den verricht: een historicus als con servator die onderzoek verricht met een staf, waarin ook een bioloog kan worden opgenomen. Waarbij men di rect kan denken aan de eendenkooi en aan vogelkundig onderzoek. De heer Den Tuinder denkt zelf in de eerste plaats in de richting van op voeding en onderwijs. „Er zijn hon derden kinderen in het voortgezet onderwijs", constateert hij. „die nu al de Biesbosch als onderwerp heb ben voor een scriptie. Dat aantal neemt sterk toe. En dat alleen al rechtvaardigt een goed museum" tig ELST De doodkist in het gemeentewapen van Eist heeft de inwoners van dit Betuwse dorp nauwelijks gedeprimeerd. Zij bereiden zich voor op een feest dat zich over een half jaar uitstrekt en waarvan het programma een kleine honderd onderdelen bevat. Dit ter gelegenheid van het feit dat Eist 1250 jaar bestaat. Het dorp is in het grijze verleden ontstaan op het kruispunt van twee lijnen: de Frankische machtsvorming vanuit het zuiden en de Iers-Engelse evangelie-uitbreiding vanuit het westen. door Jac. Lelsz U^Y>' Het vignet van het jubilerende list. dat zijn verjaardag viert net een programma, bestaande uit zo'n honderd festiviteiten. "••^CEArV^/ Afbeelding van de cseatta, de herdenkingsmunt. die in ver band met het jubileum zal wor den uitgegeven. Het hoogtepunt van de 1250ste ver jaardag valt op 9 juni met een volksmaaltijd in de Dorpsstraat. Burgemeester F. W. M. baron Van Hövell tot Westerflier: „Ik reken op minimaal 3000 deelnemers, maar ik hoop dat het er meer zullen zijn. De gemeenschapszin kan in het alge meen nog wel wat verbeterd worden, ook in Eist. Hiervoor is nu een goede gelegenheid. Er zijn vijftien uitdeelpunten en ieder kan zich vrij bewegen. Moge lijkheden genoeg dus om contacten te leggen. Aan de maaltijd mag iede re Elstenaar gratis meedoen. Het is een cadeautje van het gemeentebes tuur Bij het serveren van de maaltijd, die onder meer bestaat uit rijst. kip. champignons, paprika en wat zoet zuur. wordt assistentie verleend door militairen. Bloemenmozaïek De officiële opening van de feestelijk heden is op 14 mei. Er wordt dan voor het gemeentehuis een bloemenmo zaïek onthuld. Het stelt het vignet van het jubilerende Eist voor. Een omkranste Elster toren, een rijzig go tisch bouwwerk, wel een baken in het Betuwse land genoemd. Zolang de feesten duren, en dat is tot november, zullen de bloemen van het mozaïek steeds ververst worden Uit het bijna honderd punten tellen de programma enkele hoogtepunten: Enige hippische manifestaties want Eist is altijd een belangrijk paarden- centrum geweest, een tentoonstelling ..Eist in verleden, heden en toe komst". „originele" Romeinse wa genrennen. een historisch- allergorische optocht en een kerkelij- k-oecumenische viering met het stel len van een goede daad ten behoeve van de slachtoffers van Noord- Ierland. Sint Werenfried is uit Ierland af- komst.g. En het was deze Ierse We renfried waarschijnlijk, die in Eist de eerste christelijke kerk bouwde. Spreker in deze bijeenkomst zal drs G. J Mentink zijn. rijksarchivaris in Gelderland en zelf inwoner van Eist. die samen met zijn vrouw het boek .Eist van heden naar verleden" schreef, in opdracht van het gemeen tebestuur. en dat op 9 juni wordt gepresenteerd. Het 125-jarig bestaan van Eist wordt gebaseerd op een akte uit 726. De Franken, wonend in wat tegen woordig Noord-Frankrijk en België is. breidden hun politieke invloed steeds meer naar het noorden uit. Rond 688 bereikte Pippijn II. als hof meier feitelijk heersend in naam van de koning, het midden van het tegen woordige Nederland. Tegelijkertijd is er van een godsdienstige beïnvloe ding vanuit het westen spfake. Dan steekt de Iers-Engelse missiona ris Willebrord naar het vasteland over om dat te kerstenen. In het centrum van ons land kruisen de Frankische machtsvorming en de Iers-Egelse evangelie-uitbreiding elkaar. Sommige plaatsen, waaronder Eist. vormen min of meer een grenspositie met nog heidense streken. Die situa tie gaf geregeld aanleiding tot on trouw. Reden voor de toenmalige hofmeier Karei Martel door hem in naam des konings gedane schenkin gen verbeurd te verklaren. Een boos doener, die de Frankische koning Theodorik ook ontrouw werd. was ene Adelbert. Het gebied Eist (Elis ta), waarmee hij was begiftigd, werd hem weer afgenomen en vervolgens geschonken aan de Sint Salva- torskerk te Utrecht. Daarover gaat het in de actie waarin, voorzover be kend. Eist voor het eerst wordt genoemd. Een actief discipel van Willebrord was Werenfried. Hij was uitgezonden om de Betuwe te kerstenen. Eist was zijn standplaats en hij bouwde er waarschijnlijk de eerste christelijke kerk op de restanten van een door de Romeinen daar neergezette tempel. Werenfried gaf ook het nabijgelegen Westervoort (dat in het vroege najaar zijn 1250-jarig bestaan gaat vieren) een kerk Midden in zijn bekerings werk stierf hij. Elstenaren en Westervoorters be twistten elkaar het lijk. Westervoort wilde het gebeente van de monnik gaarne in zijn midden houden. Die van Eist meenden echter te weten dat hij tijdens zijn leven gezegd had liever in hun woonplaats te rusten. Tenslotte besloot men tot een „gods oordeel". Men zette de kist in een boot midden op de Rijn en wachtte af waar deze zou heendrijven. Het werd Eist. Daardoor heeft het nu nog een van de merkwaardigste gemeentewapens. Behalve een leeuw en een kruis ver toont het een op de golven dobberen de doodkist. De feestelijkheden in Eist worden, in nauwe samenwerking met het ge meentebestuur. voorbereid door de Een van de vele modellen histo rische kostuums, zoals die straks te zien zullen zijn in Eist. Stichting Eist 1250. Enige honder den inwoners hebben een taak bij de organisatie. Voor wie wel wil maar niet kan. be staat de mogelijkheid dit af te kopen tegen betaling van 25 gulden. Men wordt dan opgenomen in de „Club der 1250 Franken". Het geld is intus sen dringend nodig. De aanvankelij ke begroting van een ton is nu al opgelopen tot 165.000 gulden en re kent men alle medewerking in natu- ra mee. dan gaat het grapje wel 300.000 gulden kosten. Op de 9de juni. als de verjaardag officieel wordt gevierd, is er 's mor gens een herdenkingsbijeenkomst in de Hervormde Kerk. Hiervoor is ook uitgenodigd het gemeentebestuur van Zülpich, het Duitse stadje, waar de akte van 726 werd ondertekend Zoals tijdens de viering van het 700- jarig bestaan van Amsterdam de Mokum-florijn als betaalmiddel fun geerde. zo zal dat in het 1250-jarig Eist met de sceatta het geval zijn. 's Rijksmunt in Utrecht heeft er 10.000 van geslagen in cupro-nikkel. In een beperkt aantal en dan alleen op inschrijving zal de penning ook verkrijgbaar zijn in zilver en goud. Ervaring is dat dergelijke munten na verloop van tijd een veelvoud van de oorspronkelijke kosten opbrengen. Behalve verzamelaars zullen ook handelaren er wel op gebrand zijn. Waarschijnlijk denken veel Elstena ren er dan ook niet over ze bij de kastelein uit te geven, maar bewaren ze deze liever als herinnering aan het jubileum. Dr Enno van Gelder van het Koninklijk Kabinet van munten, penningen en gesneden stenen in Den Haag heeft uitgedokterd dat de sceatta is afgeleid van Romeinse munten uit de vierde eeuw. Een veel voorkomend type was die met de afbeelding van esn Romeins veldte ken. dat leidt tot „vaan", baander of banner. Ook op dc Elster munt zal de beeldenaar uit zo'n Romeins veldte ken bestaan. Industrie Eist dat in de Tweede Wereldoorlog geruime tijd in de frontlinie lag en deerlijk werd gehavend, is fraai her bouwd en heeft zich tot een levend plaatsje ontwikkeld. Economisch vonden er verschuivingen plaats. Het accent kwam veel sterker op de industrie te liggen. De bedrijven, die er kwamen, zijn van uiteenlopende aard. Toch moet een groot deel van de bevolking pendelen voor de boter ham. onder meer naar Arnhem. El- den werd door een grote buurman opgeslokt. Het derde dorp in de trits. Lont. is nog steeds vermaard omzijn potplantencultuur De agrarische kant van dezege meente verloor aan glans, het fruit teeltareaal liep aanzienlijk terug. Toch staan in Eist altijd nog veel boomgaarden te pronken in de bloe- semtijd. Aan het begin van de feeste lijkheden zal de versiering, aange bracht door mensenhand, het er niet bij halen Hoe prachtig het plaatsje ook wordt opgetuigd. Tenslotte: een groot deel van de 17.000 Elstenaren is voornemens zich de komende maanden van tijd tot tijd in historische kledij te steken, waarbij uit dertig verschillende mo dellen kan worden gekozen. Fraai doorkijkje aan de Molendijk bij Beesd, waar de bloeiende pere bomen de weg aangeven naar de korenmolen langs de Linge. Als de lentezon nu maar volop doorbreekt, zal de fruittuin van Nederland bin nenkort weer een zacht rose tot wit bloesemkleed te zien geven WASHINGTON (Reuter) Het we reldaanbod van graan zal in het nieuwe oogstjaar, dat komende zo mer begint, een recordomvang berei ken. zo verwacht het Amerikaanse ministerie van landbouw. In zijn eerste raming van vraag en aanbod in het seizoen 1976—1977 stelt het ministerie het in totaal beschikbare aanbod van tarwe en voedergraan (nieuwe produktie en voorraden van dit jaar) op 1.18 miljard ton. onge veer 100 miljoen ton meer dan dit seizoen. Het vorige record van 1.14 miljard ton werd bereikt in het sei zoen 1973—1974. Het ministerie vooreiet voor 1976 een wereldproduktie van .08 miljard ton tarwe en voedergraan vergeleken met 982 miljoen ton in het afgelopen jaar. De toeneming is vooral het ge volg van een verrassend sterke uitbreiding van het areaal met vier vijf miljoen hectare Die uitbreiding alleen al kan de produktie met zeven tot acht miljoen ton vergroten. Het wereldverbruik van graan zal naar verwachting in 1976—1977 met ongeveer vijf procent toenemen tot 1,03 miljard ton. Ongeveer de helft van die stijging komt voor rekening van de Sowjet-Unie. Het verbruik van voedergraan zal veel groter wor den in de Verenigde Staten en in het bijzonder in de Sowjet-Unie. Door het mislukken van de oogst in het afgelopen jaar wordt er dit jaar naar schatting twintig procent minder aan het Sowjet-vee gevoederd. Het ministerie vooreiet dat de wereld voorraden tarwe en voedergraan in de zomer van 1977 bijna 145 miljoen ton zullen bdragen tegen bijna 100 miljoen ton aan het eind van het kopende seizoen. Van een verslaggever HELMOND Voor 1990 zouden er in Helmond 12.000 woningen moeten worden bijgebouwd. Minister Gruij- ters (volkshuisvesting en ruimtelijke ordening) heeft dit volgens de Hel- mondse burgemeester, mr. J. Geu- kers. zaterdag tijdens een werkbe zoek aan het gemeentebestuur en de Helmondse raadsleden meegedeeld. Helmond is samen met Zwolle. Gro ningen en Breda in de verstedelij- kingsnota van minister Gruijters aangewezen als groeistad. Zaterdag is de minister tijdens het werkbe zoek op deze aanwijzing nader inge gaan. Momenteel worden in Hel mond jaarlijks 350 woningen ge bouwd. De minister wil dat dit aan tal binnen drie jaar wordt opgevoerd tot 1000. welke capaciteit minstens gehandhaafd moet blijven tot 1990. Volgens de heer Geukers heeft de minister nadrukkelijk gesteld dat het hier gaat om een taak voor de gemeente Helmond, zonder dat daarbij de omliggende gemeenten mogen worden ingeschakeld. In ver band met deze toenemende groei zal in de toekomst geregeld overleg wor den gevoerd tussen de gemeente Helmond en de interdepartementale werkgroep knelpunten woningbouw In het kader van zijn werkbezoek heeft de minister volgens de heer Geukers alle mogelijke medewer king toegezegd om de 12.000 wonin gen er te laten komen. Zo zal minis ter Gruijters binnen een wettelijk kader de procedure, de goedkeuring van bestemmingsplannen voor wat Helmond betreft zoveel mogelijk be spoedigen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 7