Wie echt evangeliseert, gooit niet een steen in een vijver De zaak Judas Vandaan Bisschoppen, werkende jongeren en journalisten •n METZLER- Onze adressen: VOORBIJGANG ZATERDAG 10 APRIL 1976 KERK TROUW/KWA door dr. O. Jager Het heeft lang geduurd, voordat de gereformeerden hun evangelisatieroeping begonnen te verstaan. De zending is aanstonds geaccepteerd, de evangelisatie heeft steeds weer voor haar plaats moeten vechten. Wel kende de Dordtse kerkenordening aan de ouderling (niet aan de predikant) de taak toe ..ook anderen tot de christelijke religie te vermanen", maar dit drukte eerder een pretentie uit (alle burgers in een bepaalde plaats moesten zich onderwerpen aan de Raad van de Gereformeerde Kerk) dan een roeping tot evangeliseren. Pas in 1872 zei de synode van de afgescheidenen: heel de Christelijke Gereformeerde kerk is een zendings kerk in ons vaderland. Dat was het begin van een geluid dat later meer gearticuleerd zou klinken dat alle gemeenteleden getuigend in de we reld behoren te staan, dat de kerkelij ke arbeid in al haar geledingen missi onair gericht moet zijn en dat de kerk niet slechts enkelingen uit de wereld moet trekken, maar ook voor de sa menleving een zegen moet zijn. Na 1880 is de liefde voor de evangeli satie weer verkoeld Kuyper was meer organisator dan evangelist. Or ganiseren neemt gemakkelijk de vorm aan van zelfbeveiliging van de ,'roep. In dat klimaat kon de evange- iisatie niet gedijen. De slagzin ..De kerkdeuren staan toch open" iwaar- tegen Lindeboom al in de jaren ze ventig fel geprotesteerd had) ging veer opgeld doen Zelfs werd in de vungelisatie vanwege haar grotere •penheid naar de wereld een gevaar rezien voor de weerbaarheid van de :erk. 'as toen de eerste wereldoorlog de ^reformeerde Kerken een beetje sgemaakt had van de strijd voor Ifbehoud. nam de synode van 1923 draad van 1872 weer op. Toch stak t na de twééde wereldoorlog het tntrouwen nog telkens de kop op: eugd en Evangelie" werd door vele rkelijke vergaderingen tegenge- rkt. o.a. omdat ..van volledige sa- •nwerktng met andere kerken in evangelisatie geen sprake kon n" (synode 1949 en 1952». •chts enkele klimaatgevoelige •sten hadden er een vermoeden n. hoe moeilijk het zou worden om i Auschwitz" het evangelie te ver idigen en wat voor stroomversnel- :en de kerk in de crisis zouden ngen Hoe onontwijkbaar die cri- was, bleek pas toen bv. de werkers clubhuizen begonnen te ontdek- hoeveel er in het kerkelijk leven ■t gestempeld was door het evange- maar door het cultuurpatroon i het doorsnee-kerklid dat maat- appelijk tot de middenklasse be- <rde. Maar jarenlang bleven ande ragen centraal staan in de discus- vanuit een taai coneurrentie- ken (moet de kerk allereerst be en of vermeerderen, het Woord ngen of daden stellen?) en vanuit :org voor de juiste gezagsverhou- gea (hoe verhoudt zich de taak ambtsdragers tot die der geineen den?). ADVERTED T.ES BESLISSENOE VRAAG V te*r v,»i M»r. ol O R It EEN TUD OM TE STERVEN 1J.S0 Zui- Om [Ep! KOK KAMPEN bril: jcJcrs oogmerk! AMSTERDAM Postbus 859 Wibautstraat 131 Tei 020-913456 Telex 13006 ROTTERDAM DORDRECHT. Postbus 948 Westblaak 9 Rotterdam Te 010-115588 DEN HAAG/LEIDEN Postbus tov Parkstraat 22 Den Haag Tei 070-469445 ZWOLLE/GRONINGEN Postbus 3. Mekmartft 56. Zwolle Te 05200-17030 Nieuwe formule Zo wordt in een nieuwe uitgave de geschiedenis van de gereformeerde evangelisatie getekend door ds D. W. van der Laan te Arnhem, oud- evangelisatiepredikant. adviseur van de evangelisatiedeputaten. Hij doet dit in een heldere, prettig- leesbare stijl, met een fijngevoèlige antenne voor wat wezenlijk belang rijk is in de hoeveelheid gegevens die hij bestudeerde De lezer kan het gevoel krijgen, zelf het geboortepro ces mee te maken de weeën verge tend uit vreugde dat er een kind ter wereld kwam van de nieuwe werkformule uit 1973: ..In het geheel van Gods opdracht verstaan wij on der evangelisatie die communicatie ve bestaanswijze en werkzaamheid, waarbij de gemeente als deelgenoot in Jezus' zending uitnodigt om te delen in het bevrijdend handelen van de Heer". Woord voor woord verraadt deze om schrijving een nieuwe visie op de evangelisatie, waarin de winst van de lessen uit het verleden werd bin nengehaald. Allereerst: geen defini tie. maar een werkformule. Dan: in het geheel van de opdracht, met an dere woorden, evangelisatie kan niet gescheiden worden van zending en diaconaat die aan dezelfde missio naire taak meewerken. De term communicatief laat ruimte voor méér dan een directe verkondi ging, Er wordt met opzet niet met zoveel woorden aangegeven wie uit genodigd worden: zowel personen als maatschappijvormen moeten de len In het bevrijdingsproces Evan gelisatie is niet meer een oproep tot een keuze ergens op een eiland, bui ten de stroom van het leven. Wie echt evangeliseert, gooit niet een steen in een vijver, maar brengt een proces op gang en moet bereid zijn zich met de ander in dat proces te begeven. Dat betekent méér dan een beetje tegemoetkomendheid. Het vergt een onbekrompen bereidheid om de vragen van de ander en van de tijd volkomen ernstig te nemen en de eigen antwoorden telkens onder de kritiek van de ander en uiteinde lijk van het evangelie te stellen. Hoop in actie Hier weerspiegelt zich de geleidelij ke wending in het zendingsdenken. waarin de term Missio steeds minder gelijk gesteld werd aan activiteiten van zendingsorganen en missionaris sen. terwijl steeds meer aandacht vrij kwam voor historische ontwik kelingen. voor Gods handelen in de geschiedenis. De kerk wordt hier een element in een dynamische visie op het wereldgebeuren: de vergaderde menigte van hen die weten in een messiaanse tijd te leven en Gods toekomst tegemoet te gaan. Evange lisatie kan nu niet meer primair be staan in een reeks wervende cam pagnes. in afzonderlijke evangelisa- torische handelingen. Eerder is zij een dimensie van de bestaanswijze van de kerk. een vorm van leven. ..hoop in actie" (Margull). Dat betekent dat het beeld van de kerk niet primair wordt gemaakt door bewuste en doelgerichte acties naar buiten, maar door haar totale levensstijl. ..Wellicht is het niet door evangelisatie-campagnes, evenmin door officiële uitspraken naar buiten toe. dat de Christus openbaar wordt. maar door het groepsbeeld dat van zijn navolgers in omloop is" (Mady A. Thung). Toerusting Vandaar de nadruk op de toerusting van gemeenteleden: zij zijn het. die dit beeld maken en breken Vandaar de perscampagne: die wil allereerst de gemeenteleden door instructie materiaal concreet begeleiden bij het voeren van onofficiële gesprek ken. Als het om reclame was begon nen. zou de kerk met de ene hand ongedaan maken, wat zij met de hand van het vormingswerk wil op bouwen: bij dat werk gaat het om eigen oordeelsvorming, vergroting van kennis over het aantal keuze mogelijkheden. bewustzijnsverrui ming terwijl reclame een reeds gemaakte keuze moet overbrengen, alternatieven moet uitsluiten en dus vaak bewustzijnsvernauwend werkt. Daarom heeft men wel eens de ker ken voor de keus gesteld: willen ze vormend en kennisvermeerderend werken óf wilsbeïnvloedend en pro pagandistisch? Maar de perscam pagne is opgezet om de reclame te gebruiken tegen de gevaren van de reclame: de verkeerde indruk die zij kón maken, kan alleen door missio naire gemeenten weggenomen worden. Blijkbaar acht men nu de tijd geko men om er maar op te vertrouwen dat die gemeenten inderdaad be staan. Het werd ook wel tijd. na die hele geschiedenis Volgens de nieuwste statistieken groeien miljoenen jongeren in ons land op zonder enige reële confronta tie met het evangelie. Dat betekent dat over een aantal jaren het groot ste deel van het Nederlandse volk er nauwelijks enige notie van zal heb ben waar het in het evangelie om gaat. Zou dat werkelijk al tot de Nederlandse kerken zijn doorge drongen? Dr. O. Jager, docent aan de theolo gische hogeschool van de gerefor meerde kerken te Kampen, bespreekt ..Enkele lijnen in de geschiedenis van de gereformeerde evangelisatie" door D. \V. v.d. Laan, uitgave van het Evangelisatie-centrum, Postbus 203, Leusden. door dr C. Rijnsdorp „Science fiction" is een letterkundig genre. Meestal in de vorm van een kort verhaal worden avontuurlijke reizen of gebeurtenis sen in niet-bestaande landen beschreven. Soms reist men door ruimte of tijd of in andere dimensies, of men speculeert over nieuwe uitvindingen en ontdekkingen. In mijn boekje Wij zijn de vaders (Kampen 1972) heb ik de term church fiction" geïntroduceerd (te omschrijven als: een ernstig spel met bijbelse of kerkelijke gegevens) en daarvan tevens twee korte voorbeel den gegeven: „De droom van de kar dinaal" en „De archeologische vondst". Het werkje van de Duitse literator en classicus Walter Jens. De zaak Judas (uitg. Ten Have. Baarn. 70 bl7.„ prijs 9,75 of hoger) behoefde mij dus als literatuursoort niet te verbazen. Het behoort eveneens tot de ..church fiction". Wel is het onder werp gewaagd: een herwaardering van Judas Iskarioth. Het werkje ein digt met deze volzinnen: „Vergeten we niet: in Jeruzalem hin gen twee mannen aan het hout. Er waren twee slachtoffers. Bloedakker en schedelplaats horen bijeen. Het geval Judas, een geval als dat van al de anderen die. als gebrandmerkten, verwijzen naar de getekende aan het kruis, wacht op een nieuwe beslis sing. De akten staan open." Strekking Het boekje heeft dus een duidelijke strekking: de eeuwenoude, min of meer bevroren visie met name bin nen de rooms-katholieke kerk op Ju das als verrader en schurk, te ont dooien. Ik heb wel eens geschreven, dat de goede literaire criticus een complete rechtbank vertegenwoor digt. namelijk dat hij tegelijk rech ter, aanklager, verdediger en be schuldigde is. Een merkwaardige her kenning is het. hier een minutieuze uitwerking van deze gedachte aan te treffen. De schrijver beseft dat hij zich op uiterst gevaarlijk terrein bevindt. Hij heeft niet de vorm van een verhande ling gekozen, waarin hij de vele kan ten van de zaak systematisch uiteen zet. om dan met een al of niet reto risch vraagteken te eindigen. Liever koos hij voor een opsplitsing van al die aspecten in fictieve personen en kerkelijke instanties. Misschien zou een toneelstuk het dramatisch ka rakter nog duidelijker hebben ge maakt Heinrich Böll heeft, hierop al gewezen maar dat zou dan toch wel een praatstuk zijn geworden. Delicaat Het zou mij te ver voeren na te vertel len hoe Jens zijn kerkelijke fictie heeft uitgewerkt. Zijn boekje ver raadt kennis van de roomse kerkelij ke structuren, van de stand der nieuwtestamentische wetenschap, uiteraard ook van de evangeliën zelf en de brieven, voorts van de juri dische bewijsvoering en van de sofis- tiek. Dat is heel wat. Was het onderwerp niet zo delicaat en trof het niet zozeer het hart van het christelijk geloof, dan zou men het kunnen waarderen als een pro- dukt van bijzondere, veelzijdige in telligentie en als een bijdrage tot de herbronning van de geijkte theolo gische opvattingen. Maar de vorm die de auteur heeft gekozen is een zaak met twee kanten. Positief is de verscheidenheid in de belichting; men heeft niet te doen met een theologisch pamflet. Maar het negatieve effect kan zijn dat de subtiele argumentatie, waarbij elke opvatting de schijn van recht en juistheid verkrijgt, tot scepticisme kan voeren. Wanneer alles te bewij zen is. is niets meer bewijsbaar. Daar om kan dit boekje op sommige onrij pe geesten een funeste uitwerking hebben. Oerprobleem Achter Judas doemt het oerpro bleem van het kwaad op en de ver houding van God tot het kwaad. Toen ik het boekje uithad. hoorde ik in mijn herinnering uit Bachs lij- densmuziek de met grote nadruk door Jezus uitgesproken woorden: „Es MUSS also geschehen." Daar zit het kernpunt. Deze uitspraak van de lijdende Heer is ondoorgrondelijk. Hier is een afgrond die kan worden getoond maar niet verklaard. Als de theologische bespiegeling niet bij het onverklaarbare weet halt te hou den. vervalt ze tot sofistiek. De schrijver geeft nogal wat ruimte aan de produkten der volksverbeel ding en van de kunst ten aanzien van Judas. Als ik hem goed begrijp ziet hij hier een theologisch vertekend beeld van de „Sikkelman".Het moet er duimen dik op liggen dat Judas een schurk was. Hij heeft dan rood haar. een boeventronie en een geel overkleed. Als de echte schurken zo duidelijk te herkennen waren, zou er nauwelijks politie nodig zijn. Dat Leonardo da Vinei tevergeefs naar de ideale boef in verdachte wijken heeft gezocht, had hem tot naden ken kunnen stemmen. Maar het pic turale en de behoefte aan karakteris tiek won het van Leonardo's werke lijkheidszin. Naar mijn mening is hier en elders geen theolo gische. maar een artistieke en aan de volksverbeelding verwante verteke ning te signaleren. Onrustbarend Natuurlijk is dit voor de auteur maar een van de aspecten die hij in het geding laat brengen. Dit behoort tot het knappe en tevens ietwat on rustbarende van zijn boek. Men wordt herinnerd aan de essays van de Poolse marxist en filosoof Leszek Kolakowski. die in zijn Gesprekken OPDAT VERVULD WERD opdat het woord van Je vuld werd, dat Hij gezegd h duidende welke dood Hij zou zou. (uit Johannes 18. 28-321 De Joden hebben Jezus voor gebracht. Deze komt naar bu vraagt naar de aanklacht. Hi een indirect antwoord: We Hem hier niet gebracht hebl Hij geen boosdoener gewee Op Pilatus' afwijzing en adj Jezus dan zelf maar te vera en terecht te stellen als hel was. was Piltatus er minder thiek afgekomen dan hij nu j eens door allerlei preken zq zeggen de Joden dat zij niem dood mogen brengen. Ei schrijft Johannes er acjrterai dat het woord van Jezus veru worden. Hij doelt waarschijnlijk op het woord, hannes 12 waar sprake is vai „verhoging", een woord da voor gekruisigd worden als v heerlijkt worden kan staan Johannes duidelijk inéén moet worden. Wie hier in Jo 18 naar de zin van het vraagt, krijgt te maken i vraag: van wie moest het dan Joden willen Pilatus' verooi Dat betekent de kruisdood. V ten uit dat „opdat" niet mee halen dan er in zit. Johan hiermee zeggen, zoiets als: ki loopt de lijn naar het kruis. Ei lijn in dit gebeuren. Er lot draad doorheen. Pilatus v Jezus af, maar dat gaat nii Jezus is op weg naar het kr lijden wordt geleid. Het is n vallig en hangt niet van wisse heden af. Je kunt het zier totdat het daar terecht komt, kruis. Het uiterste van uitban verwerping. Maar op die lijn het dan wel die daarheen s werken Wij „kosten" He plagen. met de duivel (Amsterdam 1969) een hoofdstuk heeft opgenomen, geti teld „Stenogram van een wijsgerige persconferentie die de duivel 20.12.1963 in Warschau gaf." Ook dit was duidelijk een staal van ..church fiction", een manier om in de vorm van een verzonnen verhaal theolo gische of kerkelijke kwesties aan de orde te stellen. Wat de vorm betreft heeft de verbeelding dan vrij spel dit speelse element kan zelfs letter lijk tot een toneelspel worden maar de ondergrond is serieus. Mogelijkheden Sommige lezers zullen zich afvragen, of Walter Jens met zijn De zaak Judas toch bijbedoelingen heeft ge had? Jens zou dan eigenlijk niet. of niet uitsluitend, de akten over Judas willen heropenen, maar de ingewik kelde bureaucratie van Romes we reldkerk satirisch willen belichten. Anderen zullen het boekje kunnen opvatten als een milde bespotting van het hele theologische bedrijf als zodanig. Zij zien dan in het verhaal van dit kerkelijke rechtsgeding ron dom Judas hun opvatting bevestigd, dat in de theologie alles bewezen kan worden. En dan is er nóg een mogelijkheid, namelijk deze. dat dit hele boekje niet meer is dan een literair spel, met de volle nadruk op het fictieve ka rakter, op het element „fiction" dus. De ingewikkelde bewijsvoering bin nen het boekje kan dus ook op het werkje zélf worden toegepast. Het risico van misverstand volgt uit de opzet van dit knappe geestespro- dukt. Men mag aannemen, dat de schrijver dit risico van misverstand heeft voorzien: hij staat er in elk geval aan bloot. Oudste priester Kardinaal Suenens van Meel Brussel heeft aan 's werelds priester, pastoor Julien Ster Leuven een nieuwe opdrach ven. De bejaarde priester ma uit zijn tachtigjarige loopba de jongere priesters adviezen De eerste raad van pastoor S is het huisbezoek te verbetei het contact tussen de pastoo parochianen te versterken, jaarde geestelijke adviseert aan zijn jongere collega's stee rustig optimisme uit te stral ADVERTENTIE Prof. dr. J. Douma ABORTUS Een belangrijke en bijbelsprinci-J piele bijdrage in de discussie ovet de abonus. Dr. Plomp schreet I "één van de beste meest positieve l' boeken over dit onderwerp". „Dit - boekje betekent oon stimulans om het hoo(d niet in de schoot leggen en tegen de huidi{ siroom in te bliiven roeien". Ned. Dagblad omvang 131 pao. f 12,1 TON BOLLAND Prinsengracht 493. Amsterdam tel. 020-221921. door A. J. Klei Ergens in hun vastenbrief zeggen de rooms-katholieke bisschoppen dat we moeten zoeken naar wegen om voor elkaar verstaanbaar te blijven. Maar naar het oordeel van Ton Beugelsdijk van de katholieke jeugdraad hebben de bisschoppen zelf niet erg hard naar die wegen gezocht. Hij zei ten minste voor de KRO-microfoon dat het bisschoppelijke stuk voor werkende jongeren moeilijk leesbaar en veel te abstract was Als ik het goed begrepen heb. zijn de bisschoppen in hun vastenbrief ir. de weer om ons een keurig midder tussen horizontalisme en verticalisme aan te prijzen. Openheid naar de wereld is prima, zo vernemen we. maar het mag niet leiden tot vervaging van inspiratie. En als iemand midden in de wereld gaat staan, graag akkoord, maar je moet daar dan wel getuigenis afleggen van de hoop die in je leeft. Ik stem terstond toe dat dit geen proza is waardoor jongeren, al dan niet werkzaam, snel in opwinding zullen geraken. Maar ik zie. eerlijk gezegd, ook niet in hoe je dit verhaal ten gerieve van Ton Beugelsdijk en de zijnen in een jofel taaltje concreet zou kunnen maken. Moeten de bisschoppen hun betoog soms verpakken in uit het volle leven gegriste voorbeelden? Zo in de trant van: laatst spraken wij met een jeugdige werknemer die het niet meer zag zitten Hiermee zou de zaak allerminst verstaanbaarder worden, integendeel, het gaat ieders bevattingsvermogen te boven dat de bisschoppen met hun zevenen één jongmens vanz'n werk zouden afhouden. Intussen staat Ton Beugelsdijk met z\jn kritiek niet alleen. Niets minder dan de raad van de internationale unie van de katholieke pers heeft in een motie zijn mening neergelegd, dat officiële kerkelijke stukken voor het publiek niet of nauwelijks te verteren zijn. Dit kan alleen verbeterd worden, aldus de motie van de raad van de internationale unie van de katholieke pers. als er mediaspecialisten betrokken worden bij het samenstellen van kerkelijke teksten De genoemde raad maakt het ons echter ook niet gemakkelijk. Ik vind het toch al zo eng om. als je de krant, de radio en de televisie bedoelt, het over „media" te hebben. en wat mogen media-specialisten dan wel wezen? Gewone journalisten? Of zo iemand als dr. Anne van der Meiden die aan de Rijksuniversiteit te Utrecht colleges geeft in communicatie (alweer geen woord waar werkende jongeren op af zullen stuiven) en die des zondags in zijn woonplaats Meerkerk de vrijzinnigen een stichtelijk uur bezorgt? Het valt niet mee om verstaanbaar te zijn. Neem nu opnieuw Ton Beugelsdijk. Na zijn bestraffende opmerking aan het adres van het r.k episcopaat verklaarde hij dat werkende jongeren zitten te wachten op een woord van bevrijding vanuit de kerk. Bevrijding van wat? Van structuren die hen (de welkende jongereni onderdrukken. Toe maar! Dit is dan zeker geen abstracte taal. Kom. meneer Beugelsdijk. zeg nu eens concreet waar ons nijver volkje naar uit zit te kijken. Naar een hartelijk schouderklopje van meneer pastoor als de baas weer eens klieng is geweest? Of zoeken we het hogerop en is het gewenst dat de bisschoppen in eigen persoon meedoen aan de bezetting van een aanzienlijk bedrijfspand? Nu vrees ik dat werkende jongeren in het geheel niet zitten te springen om een woord van bevrijding vanuit de kerk. ook al zou het journalistiek zijn,opgepoetst. Als er wat aan de knikker is, gaan zij. ook al hebben ze kerk en geloof niet afgeschreven, naar de vakbond en niet naar de pastorie. En gelijk hebben ze. Een andere zaak is. en ik vermoed dat Ton Beugelsdijk dat eigenlijk bedoelt, dat de kerk steeds meer buiten het leven van alledag van steeds meer (jonge) mensen komt te staan. Vastenbrieven of kanselboodschappen over welke actuele onderwerpen ook. verhelpen dit niet. Dat ligt niet aan het woordgebruik, de kerk redt het niet door vlotte taal uit te slaan. Het gaat in de kerk tenslotte om dingen alle verstand te boven gaan. ei zijn geen woorden voor. Wél di en hiermee wil ik zeggen: je er iets van laten zien. De narigl dat het daéraan mankeert.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 2