Europa zaait in Afrikaanse achtertuin ositie van Roemenië kwetsbaarder geworden [justrialisatie vraagt steeds grotere offers DAG 13 MAART 1976 BUITENLAND TROUW/KWARTET 17 rhouding tussen Europa en Afrika is er eeuwenlang één st van afhankelijkheid, bevoogding en kolonisatie. Europese landen koloniseerden gebieden in Afrika') lalden (roofden, als u wilt) er grondstoffen en vaak en. weede wereldoorlog stak het onaf- heidsstreven van de Afrikaanse ko- e kop op. Eén voor één, op een (Rhodesië. Zuid-Afrika, Zuidwest- wamen zij op eigen benen te staan, veranderde de houding van Europa tkelijke onverschilligheid; het liet het zwarte continent weinig gelegen jzeer zelfs, dat het verrassing wekte inisters van buitenlandse zaken van EG-landen onlangs een gezamenlij- ring over Afrika aannamen. En wat *ar nu helemaal in: alleen dat zij alle Kdse inmenging in Afrika veroorde len pleidooi voor 'Afrikaanse samen- en 'Afrikaanse oplossingen'. jssende was echter dat de negen be ien tenminste tot één standpunt ;omen. Tot nu toe lagen de stand- nogal uiteen niet zelden met aan de ene, en Nederland aan de ;ant. Zo gokte Parijs, samen met het nationale front voor de bevrij- Angola (FNLA). Maar toen die forse kreeg, koos Frankrijk rap voor de ■ende MPLA (de volksbeweging voor ding van Angola), een nieuw bewijs pportunistische houding van althan? der Westeuropese landen. Nederland eel voorstander van een eenheidsre- Angola en had van het begin af sympathie voor de MPLA. En zo ieer meningsverschillen over Afrika toch dat de negen ministers van idse zaken nu onder één noemer n en kennelijk Afrika de kans ar eigen weg te kiezen. ;t nog. Er is ook de redenering dat 'eendrachtig' alle buitenlandse g in Afrika veroordeelt omdat het jongens (Amerikanen, Cubanen, ssen) uit de achtertuin' wil houden, litiek mogen de Afrikaanse landen zamerhand op eigen benen staan, ch zijn zij nog steeds sterk van fhankelijk. Omgekeerd ook, natuur- ir minder. En zoals de Verenigde leer dan een eeuw geleden Zuid voor zich reserveerden door de loctrine en zoals Japan begerig niet-communistische deel van Zuid- kijkt. zo wil Europa het Afrikaanse voor zich houden. teruitgang als eerste groep rijke landen toch verplichtingen met een aantal arme landen heeft aangegaan. Maar 'Europa weet dat welvaart en onafhankelijkheid niet meer mo gelijk zijn zonder nauwe banden met de derde wereld'. Dat zei Europees Commissaris voor ont wikkelingssamenwerking, Claude Cheysson, maar op wiens welvaart duidt hij in de eerste plaats? Dat de Europese Gemeenschap zich in deze barre tijden van dreigende ver hoging van grondstoffenprijzen. kartel vorming en grotere macht van de derde wereld van samenwerking met Afrika heeft weten te verzekeren, is niet niks. Als voorbeeld noemde het Britse blad The Economist uranium: "In de jaren tachtig zou uranium wel eens het produkt kunnen zijn dat de landen van de Europese Gemeenschap het meest nodig hebben. Vier van de 46 ACS- landen (de Centraal-Afrikaanse Republiek. Gabon, Niger, Zaire) beschikken over zeker 10 procent van de wereldreserves aan ura nium." En naast uranium zijn er andere, belangrijke mineralen in Afrika: bauxiet, ijzer, koper, olie, waarop Europa een claim heeft weten te leggen. Europa zaait in haar Afrikaanse achtertuin, om later te kunnen oogsten. Grondstoffenpot Eén van de belangrijkste punten uit de over eenkomst is een 'grondstoffenpot' van 1,16 miljard gulden waarmee al te grote schomme lingen van grondstoffenprijzen worden voor komen. Als bijvoorbeeld de cacao-inkomsten van Ghana het land van ambassadeur Djamson tegenvallen kan het lenen uit dat stabexfonds ('stabex' staat voor stabilisatie van exportinkomsten'). Stijgt de cacaoprijs later weer, dan moet Ghana geld in de pot terugstorten. Een leuke regeling voor de ontwikkelings landen, die zo verzekerd zijn van een 'gega randeerd minimuminkomen'. Ze hebben niet het ene jaar erg hoge uitvoerinkomsten en het andere jaar plotseling erg lage. Maar het is ook niet gek voor de landen van de Europese MET DE EEG GEASSOCIEERDE LANDEN J Overeenkomst van Lomé (ACP) fcS3fr?~' ~WESTSAMOA(>S door Nico Kussendrager Gemeenschap. Nu de ACS-landen (de lan den in Afrika, het Caraïbisch gebied en de Stille Oceaan die het verdrag van Lomé ondertekenden) zekerder inkomsten hebben, staat ook meer vast wat ze bij het Westeuro pese bedrijfsleven zullen kopen. Om bij Gha na te blijven: het ene jaar kocht het veel trac toren. machines, enzovoort bij onze industrie omdat de cacao lekker verkocht, het andere jaar kocht het bijna niets omdat de cacao- inkomsten tegenvielen. Daarop valt door het bedrijfsleven geen meerjarenplanning te ma ken; door het stabex-fonds zijn die schomme lingen in de grondstoffenprijzen er nu uit. Bovendien is ondanks het stabex-systeem de vrije markt onaangetast gebleven, iets wat vooral West-Duitsland (van het Wirtschafs- wunder) aanspreekt. Derde wereld verdeeld Het verdrag van Lomé heeft de derde wereld verdeeld. De aangesloten ontwikkelingslan den hebben onmiskenbaar een aantal voorde len gekregen, niet-aangesloten landen heb ben die voordelen niet. Sterker nog: ze worden door het verdrag tussen de Europese Gemeenschap en de 46 ACS-landen bena deeld. Op de onlangs in Manilla gehouden conferentie van de '77' (de club van inmid dels meer dan honderd ontwikkelingslanden) was dan ook fikse kritiek te horen op het verdrag tussen 46 ontwikkelingslanden en de negen, waardoor het front van de derde wereld doorbroken is en de andere ontwikke lingslanden in de kou blijven staan. De aangesloten landen kunnen hijvoorbeeld produkten die niet vallen onder het Europese landbouwbeleid vrij van douanerechten en andere heffingen op de Europese markt brengen. Bovendien hebben zij een zekere prijs; dankzij het stabex-fonds. De 46 ACS- landen lopen dus niet de kans dat zij door prijsdaling minder ontvangen als zij meer naar de Europese Gemeenschap uitvoeren. De niet-aangesloten hebben die voordelen niet. Wereldwijd maken Omdat het verdrag van Lomé de eenheid van de derde wereld onder druk zet en een be- ag van Lomé 1 t i 1 i t i i i et ook uit het verdrag van Lomé. Ie hoofdstad van het Westafrikaanse o. waar de Europese Gemeenschap jaar geleden het verdrag met 46 lingslanden sloot (behalve in Afrika raïbisch gebied en de Stille Oceaan; landen). Dit voorjaar treedt de als ook Italië het als laatste EG- geratificeerd, in werking, ft ons een schitterende toekomst', ic C. Djamson, die zijn land Ghana, voordigde bij de Europese Gemeen- Brussel en de Ghanese delegatie erhandelingen over het verdrag van nvoerde. Hij promoveerde onlangs uro-Afrikaanse samenwerking"). Er gesmeed van de noordpool tot de staatssecretaris Laurens Brinkhorst ndse zaken) en Europees Commis- rier Ortoli maakte het nog bonter, over een keerpunt in de geschiede- de internationale economische igen van de tweede helft van de je eeuw, ja zelfs in de totale geschie- lingen worden niet door iedereen ge le critici van het verdrag beschouwen n bewijs van de nieuwe economische jkheid van Afrika en bevoogding opa. De term 'associatie' uit vorige >msten mag dan vervangen zijn door (verdrag) omdat 'associatie' te e afhankelijkheid van de ontwikke- en duidt, in feite is er weinig ver- n critici. verdrag heeft de Europese Gemeen- ontwikkelingslanden een aantal verschaft, maar het heeft zichzelf van een zekere aanvoer van grond- gen evenwichtige prijzen. Het wordt genoemd dat de Europese Gemeen- h in een tijd van economische ach- i i t v I i 1 1 1 i i i i i 1 1 I I i i i i i I t V t L -cxV- r* 1 UV s I y i1 - i i p,\\ i i i i w< i.iji perkte groep landen bevoordeelt en een ande re benadeelt, wordt gepleit voor een wereld wijd 'verdrag van Lome', een afspraak tussen de industrielanden en alle landen in de derde wereld. 'Dit is nog maar een begin', zegt ambassadeur Djamson. Deze ontwikkelings landen zouden daarbij de voordelen moeten krijgen die de 46 ACS-landen nu hebben. Nederland is voorstander van zo n mondiale regeling, maar met name Frankrijk (weer) maakt er bezwaar tegen. Parijs hecht sterk aan goede betrekkingen met de voormalige koloniën. En uiteindelijk ging ons land over stag. Minister Jan Pronk van ontwikkelings samenwerking zei vorig jaar oktober dat Ne derland binnen de Europese Gemeenschap moet blijven werken, 'ook al gaat de EG veel minder ver op het terrein van ontwikkelings samenwerking dan wij willen'. Voor zo'n wereldwijde 'Lomé-regeling' is me dewerking van de Verenigde Staten en Japan nodig en dat is niet zó onwaarschijnlijk. De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken Henry Kissinger stelde in september (op de VN-zitting over een nieuwe econo mische orde) uitbreiding van de stabilisering van exportinkomsten (stabex) naar alle ont wikkelingslanden. Daarvoor zou dan geld ge bruikt kunnen worden van het internationale monetaire fonds. Maar in het verdrag van Lomé is over andere concrete besluiten voor de derde wereld niets vastgelegd. Bovendien vinden veel ontwikkelingslanden dat niet genoeg. Zij willen geen stabilisering van exportinkomsten (een verzekerd 'mini muminkomen'). maar koppeling van hun grondstoffenprijzen aan die van de industrie- produkten die zij (ontwikkelingslanden) hier moeten kopen. Worden hier de tractoren, machines en kunstmest duurder, dan mogen de ontwikkelingslanden meer vragen voor hun kofTie, koper, katoen, enzovoort. Is stabi lisering van exportinkomsten een 'minimum inkomen', een koppeling zou een soort 'prijs compensatie' zijn. Maar de eenheid en de kracht van de derde wereld om dat te bereiken is verzwakt door het verdrag van 46 ontwikkelingslanden met de Europese Gemeenschap. Zij hebben een voor-hun profijtelijke regeling, de Euro pese gemeenschap heeft voorjaren zijn grond stoffen tegen redelijke prijzen en de rest is on zin. Verdeel en heers, als immer. Onlangs verscheen daarover: Europa en de derde wereld, een Aula-pocket door Ger van Roon. Een historische benadering maar desondanks (of juist: daardoor) erg nuttig. Het proefschrift van Eric C. Djamson (The dynamics of Euro African Co-opcration') is uitgc geven door Martinus Nijhoff. Den Haag. Dc disser tatie handelt vooral over de institutionele, juridische en sociaal economische aspecten van Eur-Afrikaan se samenwerking. J. den Boef et 25ste congres van de communistische partij van de !t-Unie is de hardnekkigheid opgevallen, waarmee de Roe- se partijleider (tevens president) Nicolae Ceausescu het van iedere communistische partij heeft verdedigd, haar politieke strategie en revolutionaire taktiek uit te stippe- sescu was speciaal voor het uitspreken van zijn rede naar ou gegaan om duidelijk te maken, dat Roemenië niet van plan is om de met veel moeite verworven nationale zelfstan digheid prijs te geven. Nadat hij onomwonden had verklaard dat de door de Sowjet-Unie gewenste conferentie van Europese communistische partijen alleen tot stand kan komen, als met de eisen van zijn land en die van Joegoslavië rekening wordt gehouden, verliet Ceausescu demonstratief Moskou om terug te keren naar Boekarest (waar hij overigens andere levensgrote problemen heeft) e onafhankelijkheid van Roe ten opzichte van de Sowjet- e onderstrepen, zoekt Ceauces- zijn vele reizen steeds meer toe- ng tot de wereld der blokvrije Hij verdedigt een 'nieuwe nische wereldorde', een dat Moskou niet erkent ont- ing op wereldschaal en 'demo- ring' van de organisatie der gde Naties. Wordt hem dit door u al niet in dank afgenomen, irklaring dat „alle buitenlandse n zich uit Angola moeten terug- n" is nog veel harder aangeko- Zelfs Joegoslavië (waar presl- Tito de Cubaanse leider Fidel als een held begroette) had de ch-Cubaanse interventie niet urd. dariteit ilidariteit van de communis- landen en partijen ziet Ceau- in een 'eenheid van een nieuw gebaseerd op 'absolute zelfstan- d en gelijke rechten'. Nadruk- schaart hij zich achter de wes- communistische partijen die ;en weg willen gaan en weigeren de voorwaarden van de Sowjet- leel te nemen aan een conferen- »n Europese communistische >n. Hij staat echter niet achter sluit van de Franse communis- partij, het begrip 'dictatuur 't proletariaat' uit haar statu- schrappen. Ook in de ogen van »cu is dat ketterij, wië stelt alles in het werk om economisch en militair een zo groot mogelijke onafhankelijkheid ten op zichte van de Sowjet-Unie te berei ken. Het heeft vorig jaar al bij de Verenigde Staten geïnformeerd naar de mogelijkheid, van dit land wapens (in het bijzonder het gevechtsvliegtuig F-5) te bétrekken. Ceausescu toonde deze interesse tijdens het bezoek, dat de Amerikaanse president Gerald Ford kort na de ondertekening van het slotakkoord van de Europese veilig heidsconferentie in Helsinki aan Roe- nië bracht. Overigens gaat Roemenië dit jaar samen met Joegoslavië een jachtvlieg tuig van het type Adelaar produceren. Beide landen hebben gemeenschappe lijke belangen: Zij moeten rekening houden met pogingen van de Sowjet- Unie, een eind te maken aan hun nationale zelfstandigheid. Een ge wapende interventie zoals in Tsjecho- slowakije in 1968 ligt niet in de lijn der verwachtingen, ook omdat beide landen, zonodig voor hun onafhanke lijkheid zullen vechten. 'Men behoort niet te capituleren' luidde het com mentaar van Ceausescu op de afloop van de gebeurtenissen in Tsjechoslo- wakije. Aanspraken Roemenië moet zich ook steeds meer afzetten tegen 'historische aanspra ken' van socialistische buurlanden op haar grondgebied. Het belangrijkste strijdpunt is op het ogenblik Zeven burgen. een vruchtbaar gebied, dat zich uitstrekt tussen de Karpaten en het Westgebergte en waar sinds mensenheugenis verschillende natio naliteiten hebben geleefd. Hongarije, dat Zevenburgen ongeveer acht eeu wen geleden veroverde, houdt vast aan de versie dat het gebied sinds dien voornamelijk door Hongaren werd bewoond en niet door de Daciërs, die door Roemenië als de oorspronke lijke bevolking worden beschouwd. Pas na de Eerste Wereldoorlog, bij het Verdrag van Trianon, werd Zeven burgen aan Roemenië toegevoegd. Aan het eind van de jaren dertig moest het noordelijke deel van het ge bied aan Hongarije worden terugge geven. Als gevolg van een geheim ver drag tussen Hitler en Stalin verloor Roemenië ook Bessarabië en het noor delijke deel van de Boekowina aan de Sowjet-Unie. Na de Tweede Wereld oorlog kreeg het Zevenburgen terug. Over de aan de Sowjet-Unie afgestane gebieden werd echter niet meer ge sproken. Het valt daarom niet te ver wonderen, dat Roemenië ook nu weer zeer gevoelig reageert op nieuwe 'historische aanspraken', ook al wor den die niet officieel uitgesproken. Wat deze aanspraken betreft: Roeme nië heeft niet alleen te maken met Hongaarse pogingen om weer een vinger in de pap te krijgen in Zeven burgen. maar ook met het 'hardop denken' door Bulgarije en de Sowjet- Unie over een corridor door Roemenië, langs de kust van de Zwarte Zee. Ook heeft men in de hoofdstad Boe karest nog niet vergeten, dat de Russische partijleider Leonid Brezn- jew bij een demonstratief bezoek aan het door de Sowjet-Unie ingelijf de deel van Moldavië, grote nadruk legde op "het belang van de Molda- vische republiek voor de Sowjet- staat". Ook is het de Roemeense leiders bekend, dat men in Moskou over Roemenië praat als over een kunstmatige staat, die geen bestaans grond heeft. Antonescu Hoe belangrijk de Roemense leiders dit sluipende gevaar vinden, moge blijken uit de publikatie van een ro man, waarin de hoofdrol wordt ge speeld door niemand minder dan maarschalk Ion Antonescu. Deze maarschalk zette de Roemeense ko ning Carol II af, nadat deze had toe gestemd in de al genoemde gebieds- afstand aan de Sowjet-Unie en Hon garije. Met de steun van de fascis tische „IJzeren Garde" heroverde hij de door de Sowjet-Unie ingelijfde ge bieden en nam hij zelfs deel aan de verovering van Odessa en de aanval op Stalingrad. Deze Russische steden komen in de roman van de vroegere oorlogscorrespondent Marin Predn, getiteld 'Delirul' (Delirium) om be grijpelijke redenen echter niet voor. Het was al opmerkelijk dat de roman kon verschijnen, omdat er in Roeme nië een grote papierschaarste heerst, waar al meer dan tien kranten de dupe van zijn geworden. Antonescu werd in Roemenië doodgezwegen, sinds hij in 1946 was berecht en terechtgesteld. Na 30 jaar wordt hij vooral voor de naoorlogse generatie weer ten tonele gevoerd om de aandacht te vestigen op het feit. dat de Sowjet-Unie Roemeens grondge bied heeft ingelijfd. Preda heeft van Antonescu geen held gemaakt. Met een voor Roemeense verhoudingen ge nuanceerd beeld laat hij het aan de lezer over, zelf een oordeel over de maarschalk te vormen. De Russische Literatoernaja Ga zet a' reageerde met een fel artikel op de roman. De tekst van dit artikel werd herhaaldelijk door Radio Moskou in de Roemeense taal uitgezonden. In .Romania Literara' protesteerde een prominente Roemeense criticus tegen de aanmatigende toon van het artikel. De schrijver toonde zich geschokt en bedroefd over de aanval, die 'bekende praktijken van de Sowjet-Unie in de herinnering terugroept', nl. eerdere in terventiepogingen. Gevaren Gevaren bedreigen Roemenië echter niet alleen van buiten af. In eigen land zijn de gevolgen van een te snelle industrialisatie al enige tijd merkbaar geworden. Het hoofdpro bleem is de landbouw, omdat in de afgelopen jaren veel mannen naar fa brieken zijn getrokken en alleen vrouwen en oude mannen het werk op het platteland moeten opknappen. Een slechte beloning van het werk op het land, die bovendien niet langer in natura wordt verstrekt, heeft ertoe ge leid. dat het eigen stukje grond weer een belangrijke rol ging spelen. Deze voor dc collectieve bedrijven nadelige gang van zaken is echter niet de voor naamste oorzaak van de moeilijkhe den. De industrialisatie werd zo snel doorgevoerd, dat voor de landbouw niet de benodigde middelen overble ven. Vorige week werd officieel meegedeeld dat de gehele plattelandsbevolking werd gemobiliseerd, ongeacht hun Ceausescoe rechts samen met de Sowjetrussische partijleider Leonid Breznjew. 'arbeidsplaats', om het noodzakelijke werk in landbouw en veeteelt binnen de kortst mogelijke tijd uit te voeren. De Roemeense bevolking moet duur betalen voor het stukje onafhankelijk heid. dat door Ceausescu werd be vochten. Het is de vraag, hoe lang zij het volhoudt, armoe te lijden voor 'de goede zaak'. De Roemeense economie is bij het uitblijven van uit breiding van de handel met het Wes ten meer en meer aangewezen op samenwerking binnen de Comecon, die door de Sowjet-Unie wordt be heerst. De positie van Roemenië is op nieuw kwetsbaar geworden, nu de bevolking tekenen van ongeduld gaat vertonen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 17