De slopende hink-stap-sprong naar het Witte Huis AMERIKA KIESTZUN PRESIDENT Strijd in Angola goed voor moreel van Cubanen ste fase Tweede fase: Derde fase: Vierde fase: Castro houdt het vaandel van de revolutie hoog )AG 14 FEBRUARI 1976 pile campagne BUITENLAND TROUW/KWARTET dere kandidaat voor het Witte Huis s tl jn campagne' met een periode van Om aan de weet te komen of hij en de kring van familie en kennis- dt gezien als een geschikte presi- ididaat moet hij overal in het land horens uitsteken. Hij maakt daar- ge reizen om spreekbeurten te ver- n partijgenoten in de regio op te I Zi]n gereis trekt vanzelf een keer J acht van de altijd wakkere pers in Vton. Die gaat dan schrijven dat de larschijnlijk belangstelling heeft presidentschap en vanaf die tijd r zeker van zijn dat er wat meer op et zal worden. Als hij het nu goed lijft zijn naam regelmatig in het en zal zijn gezicht zo nu en dan op Ssie te zien zijn. Ondertussen moet r jaan met reizen om in het hele land iten op te bouwen voor een latere igscampagne. e aanloop r iemand nu begint aan zo'n eerste, impagne, is nooit precies te zeggen, politici die al vroeg hun zinnen j het Witte Huis en daar dan hun jbaan op richten. Zo iemand was eeld John Kennedy, die zich alleen senator liet kiezen om een goed punt te hebben voor het presi- ip. Al vele jaren voor zijn kandi- ing in 1960 dook hij overal op om eid te vergaren. Een gaaf voor- n zo'n lange aanloop biedt ook de '4itische senator Henry Jackson, die meedingt. In 1972 was hij al kandi- sindsdien is hij bezig gebleven met uwen van een netwerk van helpers chieters. maal in het centrum van de be- 7 'e ing staat heeft zo'n stille campagne r nodig. Hij kan zich direct open- candidaat presenteren en zal dan eel moeite hulp en publiciteit krij- 1 zal hij regelmatig de boer op -"oni de moed er bij zijn supporters iden en zijn tegenstanders te laten hij nog mee telt. Tot de groep onmiskenbaar president Gerald e vanuit het Witte Huis nu zijn H nationale verkiezingscampagne ïevaarder zijn zo beroemd dat zij niets doen en toch een kansrijke kan- fcijn en blijven. Vroeger bestond ktegorie voornamelijk uit oud- Is, die aan hun oorlogsroem genoeg om een hele partij achter zich te 1 In totaal brachten negen Ameri- igeneraals het tot president. De iyan hen was Dwight Eisenhower, ek aan oorlogshelden hebben de feten al eens een begerig oog laten pver partijgenoot en oud- arder John Glenn, die nu voor de i in de Senaat zit. De laatste tijd is jr niets van hem vernomen. Op dit |kan eigenlijk maar één politicus volledig stil zitten veroorloven om toch 'in' te blijven: senator Edward Kenne dy. Hij heeft al honderd keer gezegd dat hij dit jaar niet meedoet, maar blijft niettemin hoog scoren bij opiniepeilingen. Paardemiddel Veel beklagenswaardiger zijn de politici die dolgraag willen maar te onbekend zijn om op de gebruikelijke manier in de be langstelling te komen. Hen rest dan het paardemiddel van de plompverloren kan didaatstelling. Zij beleggen daarvoor een persconferentie, waar zij, het'liefst in aan wezigheid van een stralende echtgenote en fris ogende kinderen, vertellen dat zij gaan proberen president van Amerika te wor den. In de meeste gevallen zal de nationale pers welwillend een berichtje van de ge beurtenis maken om de man in kwestie daarna te vergeten. Dit jaar ligt dat echter even anders. Sinds Edward Kennedy zich heeft teruggetrokken zoeken de Democra ten naarstig naar andere figuren, die tot de nationale verbeelding spreken. Daarom zijn zij bereid iedereen die zijn nek uit steekt serieus te nemen. Zo kan het gebeu ren, dat kandidaten die anders al lang vergeten zouden zijn, nu nog volop mee doen. Jimmy, Carter, de oud-gouverneur van Georgia bijvoorbeeld. Hij begon veer tien maanden geleden vanuit het niets en wordt nu algemeen getipt als iemand om in de gaten te houden. De voorverkiezingen Wat Jimmy Carter werkelijk waard is kan de komende weken al gauw blijken, want de race naar het Witte Huis komt nu in de fase van de voorverkiezingen. In deze fase moeten de kandidaten rechtstreeks dingen naar de gunsten van de gewone kiezers. De twee grote partijen (Democraten en Repu blikeinen) wijzen hun kandidaat voor het presidentschap aan op grote partijvergade ringen (de conventies) die in de zomer worden gehouden. De deelnemers aan die conventies worden per staat afgevaardigd. De meeste afgevaardigden hebben hun handen niet meer vrij als zij ter conventie gaan. maar zijn gebonden een bepaalde kandidaat te steunen. Op wie zij moeten stemmen wordt nu in de meeste staten uitgemaakt door verkiezingen binnen elke partij. Alle aan die partij verbonden stem gerechtigden in die staat mogen daaraan meedoen. Verschrikking Er zijn dit jaar dergelijke voorverkiezingen in dertig staten, een record-aantal. Onge veer driekwart van de afgevaardigden naar de conventies wordt op die manier verdeeld. Het grote voordeel van het sys teem is dat de invloed van de ..partijbazen" beperkt is. Het gewone volk heeft immers rechtstreeks invloed op de kandidaatstel ling. Voor de kandidaten is het echter een verschrikking. Het is voor hen ondoenlijk om er in alle dertig staten bij te zijn. Toch moeten zij proberen zoveel mogelijk afge vaardigden te veroveren om op de partij conventie een rol te kunnen spelen. De meesten zien zich daardoor gedwongen maanden achtereen van hot naar her te rennen om redes te houden en handen te schudden. De ene week zeulen zij in New Hampshire van deur naar deur door de sneeuw, de volgende dag wandelen zij langs de zonnige stranden van Florida. Ondertussen moeten zij zorgvuldig letten op alles wat zij zeggen, want de veeboer in Wisconsin denkt over de grote stadsproble- men heel anders dan de vuilnisman in New York City, om maar wat te noemen. Het gaat er om de stem van allebei te winnen en daarom moet voor beiden een bevredigen de babbel worden bedacht. Het actief cam pagne voeren in de voorverkiezingen is daarom een geestelijke, lichamelijke en financiële inspanning die maar weinigen kunnen opbrengen. De conventies Het hele circus van de voorverkiezingen beleeft zijn finale in de partijconventies. De Democraten komen dit jaar (11 juli) bijeen in New York, de Republikeinen een maand later in Kansas City. De conventies zijn spektakelstukken. Vaak is de beslis sing al vantevoren gevallen. Dan kunnen de partijleden zich beperken tot applaus en Versnipperd door Rimmer Mulder De gegadigden voor het Amerikaanse presidentschap hebben 24 februari hun eerste grote krachtmeting: de voorverkiezingen in de staat New Hampshire. De echte presidentsverkiezingen zijn pas negen maanden later. In die tussentijd gebeurt er van alles: voorverkiezingen in dertig staten, twee grote partijconventies en wekenlange campagnes. De race naar het Witte Huis is een lange wedloop; slopend voor de deelnemers en verwarrend voor de toeschouwers. toejuichingen om het vertrouwen in hun kandidaat voor het Witte Huis te de monstreren. Zo'n conventie wil echter ook wel eens uitlopen op een demonstratie van grote verdeeldheid. Dat gebeurt bijvqorbeeld als twee kandidaten, die elkaar in de voorver kiezingen te vuur en te zwaard hebben bestreden, met een ongeveer even sterke aanhang ter vergadering komen. De partij leiding moet dan proberen achter de scher men de breuk te lijmen. Soms lukt dat, soms niet en dan gaat de partij als een verdeeld huis de verkiezingen in. Het erg ste wat er kan gebeuren is dat de teleurge stelde minderheid zich verbitterd van de partij afwendt en het op eigen houtje gaat proberen. Zo brak in 1968 de conservatieve gouverneur George Wallace met de Demo craten om als kandidaat voor de Onafhan kelijkheidspartij naar het Witte Huis te gaan dingen. Hij sleepte zelf 13,5 procent van de stemmen in de wacht en hield de Democratische kandidaat Hubert Humphrey van de overwinning af. De Democraten zien hun conventie nu weer met angst en beven tegemoet Er heeft zich een hele rij kandidaten aangediend, van wie er op dit moment nog niemand uitspringt. De kans is daarom groot dat de 3016 afgevaardigden na de voorverkiezin gen over tenminste vijf en misschien wel tien ongeveer even grote fracties verdeeld zullen zijn. New York is eerder het toneel geweest van zo'n versnipperde Democra tische conventie. In 1924 moest er meer dan honderd keer worden gestemd voordat een kandidaat de absolute meerderheid had verworven. Nu al bezinnen de Democraten zich er op wat zij kunnen doen als weer geen enkele gegadigde de meerderheid weet te behalen. Als het volstrekt vast dreigt te lopen kunnen zij met een 'bui tenstaander'. dat wil zeggen een man die niet aan de voorverkiezingen heeft deelge nomen op de proppen komen. De partijle den moeten dan maar hun onderlinge twis ten laten vallen om zich eensgezind achter die nieuwe kandidaat te scharen. Aanvan kelijk werd gedacht dat Edward Kennedy mikte op die rol, nu verdenkt iedereen Hubert Humphrey daarvan. Deze oude rot in het vak, die weigert zich in de mallemo len van de voorverkiezingen te storten, scoort bij opiniepeilingen nog altijd zeer hoog. Ford niet veilig Bij de Republikeinen lijkt ook niet alles koek en ei. In 1972 was voor hen de partij- conventie niet veel meer dan een eredienst voor Richard Nixon. Niemand van de Re publikeinse kopstukken durfde het op te nemen tegen de heersende president. In de persoon van Gerald Ford hebben zij weer een echte president in hun midden, maar of deze in staat is om de partij eensgezind achter zich te krijgen is al geen vraag meer. Ford wordt vanuit de rechtervleugel van zijn eigen partij zwaar bedreigd door Ro nald Reagan. De president zal er in de voorverkiezingen hard aan moeten trekken om te bewijzen dat hij Reagan de baas kan. anders kunnen de partijbazen hem wel eens snel laten vallen. De presidentsverkiezingen Wie dan de voorverkiezingen is door geko men en de conventie heeft gewonnen wacht een bijzondere beloning: een nieuwe we kenlange en zware campagne, waarbij weer iedereen onder de kin moet worden gestreken, niemand boos mag worden ge maakt en zoveel mogelijk staten, steden, dorpen, scholen, theekransjes, bejaarden centra enzovoort moeten worden bezocht. Al die weken zal hij zijn tegenstander nauwkeurig moeten volgen. Hij moet rea geren op wat de ander zegt, op wat er in het land en de wereld gebeurt, op wat er in de pers staat. Tijd om na te denken heeft hij niet. Aan het uitstippelen van een werke lijk beleid of programma komt hij niet toe. Dat hoeft ook niet. Het enige wat hij op dat moment nodig heeft zijn goed klinkende slogans en het vermogen er iedere dag weer fris uit te zien. Zo kiest het machtigste land ter wereld zijn president. lefci L" r v successen van de cistisch geïnspireerde iging MPLA in Ango- jn niet in de laatste :s te danken aan de ve steun van vele dui- en Cubaanse militai- Met behulp van mo- e wapens uit de Sov- *nie zijn de Cubanen geslaagd de op het en georiënteerde be ngen, FNLA en UNI- iteeds verder terug te ;en. Welke motieven er achter de Cu- zi4»se afwezigheid in An- Wat wil Fidel Castro I ee bereiken? het begin van de jaren voerde Cuba een in alle iten revolutionair beleid. ;rleende steun aan de La- Amerikaanse bevrijdings gingen vanuit de ge- e dat de Cubaanse revo- naar het continent geëx- erd moest worden. De ge- elijke diplomatieke be- ingen met de Latijns- ikaanse landen stonden n zeer laag pitje. Een van misters uit de Cubaanse mg. Ernesto ,.Che" Gue- nam actief deel aan 'de pende verzetsbeweging in ia Hierbij kwam hij in om het leven. dood van Che Guevara is ize buitenlandse politiek, il onder druk van de Sov- nie. verandering geko- Cuba heeft de betrekkin- met de communistische jen op het Amerikaanse nent, die over het alge weinig moesten hebben de revolutionaire bewegin- genormaliseerd. De open- steun aan revolutionaire gingen werd beëndigd. 69 knoopte Havana diplo- eke betrekkingen aan met ïrvormingsgezinde militai- n Peru. Deze hadden zich Ie jaren daarvoor nog met geweld verzet tegen ele ven in dat land die zich ten voor een revolutie Cubaans model. Sinds die leeft Cuba de relaties met regeringen van Latijns- Amerika langzamerhand her steld. Het afgelopen jaar hebben de presidenten van de Engelstali ge landen (Jamaica. Trinidad en Tobago en Guyana) Cuba bezocht. Ook de relaties met Venezuela en Mexico zijn heel goed te noemen. De basis voor deze goede betrekkingen wordt niet alleen gevormd door concrete economische belangen, maar ook door de gemeenschappelij ke wens om de Latijns- Amerikaanse afhankelijkheid van de VS te verminderen. Verder knoopte Cuba vorig jaar officiële betrekkingen aan met landen als Frankrijk, Ca nada. Zweden en Japan. Nog onlangs brachten achtereen volgens president Eccheverria van Mexico, president Torijos van Panama en premier Tru- deau van Canada een bezoek aan Havana. Blokkade mislukt De gematigdheid van de bui tenlandse politiek bracht in de loop van 1975 ook enig perspectief op een hartelijker verhouding met de Verenigde Staten. Washington begon tot de conclusie te komen dat haar pogingen om Cuba te isoleren uiteindelijk weinig succes had den opgeleverd. De blokkade noodzaakte Castro zijn kaarten geheel op het Kremlin te zetten. Tijdens het eerste congres van de Cubaanse communistische partij dat in december werd gehouden, onderwierp Castro zich nog eens openlijk aan het leiderschap van de Sovjet- Unie. Bovendien versterkte de blokkade de nationalistische gevoelens van de Cubanen, het geen Castro's positie ten goede kwam. Toch is de officiële diplomatie maar én kant van het Cubaan se buitenlands beleid. Er zit ook nog steeds een revo lutionaire kant aan. Zo werd, juist op het moment dat de betrekkingen tussen Wash ington en Havana begonnen op» te klaren, in de Cubaanse hoofdstad een congres georga niseerd over de toekomst van Porto Rico. Dit eiland, dat ten oosten van Cuba ligt. is een door Herman Amelink onderdeel van de Verenigde Staten. Cuba heeft zich steeds beijverd voor zelfstandigheid van dit ge bied. dat net als Cuba. ook een Spaanse kolonie is geweest. Daarbij heeft de regering in Havana er nooit een geheim van gemaakt dat het de marxis- tisch-leninistisch geïnspireerde onafhankelijkheidsbeweging van Porto Rico steunt. Deze steun, alsmede de steun aan de regering van Panama, die nu eindelijk wel eens meer te zeg gen wil hebben over de kanaal zone. dragen niet bij tol de ver betering van de betrekkingen met de Verenigde Staten Maar het meest wordt de rege ring in Washington op het ogenblik geïrriteerd door de Cubaanse militairen in Angola. Tijdens het congres van de Cu baanse communistische partij werd die aanwezigheid voor het eerst officieel bevestigd. In zijn grote rede voor dit congres plaatste Castro het in het kader van de strijd tegen de imperia listen. Het is duidelijk dat hij daarmee niet in de laatste plaats de Amerikanen bedoel de. Het congres nam een reso lutie aan, waarin het land zich bereid verklaarde het bloed van de Cubanen te laten vloei en voor de vrijheid van Angola. rn de geest van het grote voor beeld: Che Guevara. Hoe zeer het Cubaanse optreden in Angola de Ameri kaanse regering in het verkeer de keelgat is geschoten blijkt wel uit de woorden van presi dent Ford op de persconferen tie van 20 december: 'De actie van de Cubaanse regering om gevechtstroepen naar Angola te sturen vernietigt alle kansen voor een verbetering van de relaties met de Verenigde Sta ten. Ik bedoel dat erg letterlijk. Het sluit iedere verbetering in de betrekkingen met de Ver enigde Staten uit.' Niet materieel De vraag dient zich aan: wat hebben de Cubanen in Angola te zoeken? Tijdens het congres van de Cubaanse communisten ging Castro uitvoerig op deze vraag in: 'Bepaalde imperialis ten vragen zich af waarom wij de Angolezen helpen, welke be langen wij daar hebben. Ze zijn gewend te denken, dat wan neer een land iets doet, dat zijn oorzaak vindt in het zoeken naar olie. koper, diamanten of andere natuurlijke grondstoffen. Nee! Wij streven geen enkel materieel belang na. Als de imperialisten willen weten waarom wij Angola hel pen laten ze een handboek van het proletarisch internatio nalisme lezen!' Het buitenlandse beleid vindt zijn verklaring vooral in de re volutie op Cuba zelf. Het gaat er om de revolutionaire geest onder de Cubanen levend te houden. Een regiem dat diep gaande veranderingen in de sa menleving nastreeft, moet zich steeds weer verzekeren van de actieve steun van de bevolking. Het revolutionaire élan moet. zeker zeventien jaar na het be gin van de revolutie, regelma tig aangeblazen worden. De strijd in Angola heeft geen di rect meetbaar nut voor Cuba maar is wel een gevolg van dit revolutionair idealisme. Saamhorigheid Het is daarom niet zonder re den dat zich vele jonge vrijwil ligers voor de strijd in Angola aanmelden. De helft van de huidige bevolking op Cuba die ruim negen miljoen zielen telt, is immers geboren onder het regiem van Fidel Castro. Deze mensen zijn opgegroeid in een sfeer die doordrenkt was van de confrontatie met de imperi alistische Verenigde Staten. De economische en politieke blok kade gaf de bevolking het ge voel dat ze permanent belegerd werden. Dit gevoel heeft een grote saamhorigheid onder dc Cubanen gekweekt. Het is deze sfeer die Castro wil laten voort bestaan telkens wanneer hij zegt dat Cuba na zeventien jaar nog steeds in het stadium van revolutie verkeert. Het is deze sfeer die de bevol king aanzet tot grote politieke en economische activiteit. Het oproepen van de geest van Che Guevara en andere helden uit de Cubaanse revolutie brengt ook het dagelijks werk binnen het kader van de heroïsche strijd voor de bevrijding van de imperialistische machten. Parlement Inmiddels zijn de ideeen van de revolutie wel veranderd in het Cubaanse staatsbestel. Tijdens het congres van de Cubaanse communistische partij is een grondwet aangenomen, die de hervormingsmaatregelen van de revolutie vastlegt. Er zal een parlement komen dat elke vijf jaar gekozen wordt door alle Cubanen van zestien jaar en ouder. Dat parlement zal een regeringsraad kiezen die op zijn beurt de president en zes vice-presidenten aanwijst. Ver der zullen er in alle steden ra den gekozen worden die samen met de partij zullen werken aan de uitvoering van de soci aal-economische vijfja renplannen. Maar om te voorkomen dat een dergelijke organisatie de acti viteit van de bevolking doodt, dient de revolutionaire geest te blijven. De strijd in Angola is bijzonder geschikt om het en thousiasme van de bevolking te organiseren. Castro wijst er zijn volk op (met een variant van de ook door anderen ge hanteerde dominotherorie) dat de val van Angola onder de druk van de Zuidafrikaanse imperialisten op den duur ook de val van Mozambique, van Congo, van Guinee en van de rest van Afrika kan gaan bete kenen. Angola is de sleutel van de revolutie in Afrika. Dromerig Zowel de strijd in Angola als de bevrijding van Puerto Rico vormen een zwaartepunt in de confrontatie met de Verenigde Staten. Daar komen de recente onthullingen bij, dat de Ameri kaanse inlichtingendienst CIA herhaalde malen geprobeerd heeft de Cubaanse leider het leven te benemen. Wanneer de Verenigde Staten hiervoor hun verontschuldigingen niet aan bieden. dan zal er nooit sprake kunnen zijn van een verbete ring van de betrekkingen, zo heeft Castro zijn volk laten weten. Deze positiebepaling houdt in dat men zich de komende jaren grotendeels zal schikken naar de politieke lijn van de Sowjet- Unie. Binnen dat kader zal men het revolutionaire vaandel hoog trachten te houden in de wereld èn in eigen land. 'Zon der een beetje dromerij en een stukje utopie zouden er geen revolutionairen zijn', schreef Castro in de verklaring voor het congres van december.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 11