In Zaïre bedriegt de schone schijn Repatrianten uit Angola niet gelukkig in Portugal Beleid van AAoboetoe vol tegenstrijdigheden Heimwee naar het leven in de koloniën ZATERDAG 3 JANUAR11976 BUITENLAND TROUW/KWARTET 11 door Nico Kussendrager In Zaïre Afrika's op één na grootste land bedriegt de schone schijn. Het verzet zich om het hardst tegen „neo-kolo- nialisme", maar palmt zelf Angola in, het hekelt „racisme", maar heeft steeds openlijker banden met het racistische Zuid- Afrika, het naast buiten landse investeringen „ter wille van het volk", maar de opbrengsten komen ten goede aan een kleine Zaïrese elite. België liet Zaïre toen nog Kongo achter in een chaos. Als één ko loniaal bewind betuttelend is ge weest, was het wel het Belgische. Kongolezen konden alleen lage ba nen krijgen, hoger ónderwijs was er niet, politieke ontwikkeling van de Kongolezen werd tegenge werkt: tot 1958 werd Kongo volle dig vanuit Brussel bestuurd. In datzelfde jaar werden op de we reldtentoonstelling in de Belgische hoofdstad „Kongoleese inboorlin gen" getoond als waren het dieren, in een dierentuin. BEELDENSTORM Dit koloniale verleden heeft in Zaï re een diepgewortelde haat ge kweekt tegen alles wat naar „kolo nialisme" riekt. Op oudjaar 1971 ontaardde dat in een beelden storm, waarbij alle standbeelden van koloniale helden van hun sok kel werden gelicht. Stanley ver-i dween in de rivier de Kongo. Maar zijn „anti-kolonialistische" gevoelens beletten de Zaïrese pre sident Moboeto Sese Seko niet om tot over zijn oren betrokken te ra ken in de strijd in Angola. Met de voormalige Portugese kolonie deelt Zaïre 2600 kilometer grens. Aan beide zijden leven leden van de Bakongo-stam waarvan nauwe lijks valt uit te maken of ze Ango lees of Zairees zijn. Angola is rijk aan bodemschatten (waaronder olie) waarop Moboeto een begerig oog heeft laten vallen en het biedt Zaïre een comfortabele uitweg naar zee. Bovendien leidt Moboe- to's zwager Roberto Holden de pro-westerse bevrijdingsbeweging FNLA (nationale front voor de be vrijding van Angola). Reden te over voor Moboeto om zich in de strijd tussen de bevrijdingsbewe gingen in Angola te storten. FNLA-troepen opereren sinds jaar en dag vanuit Zaïre, waar ze ook worden opgeleid en bewapend. Sinds begin dit jaar zijn Zaïrese soldaten en officieren openlijk in Angola ingezet. Militair materiaal wordt onder andere vanuit de Verenigde Staten ingevlogen via Ndjili, de luchthaven van de Zaïre se hoofdstad Kinsjasa. Hoewel Mo boeto in een vraaggesprek met het Amerikaanse weekblad News week pleit voor „gelijkberechti ging" van de drie bevrijdingsbewe gingen heeft hij al lang gekozen: voor de FNLA, die de belangen van Zaïre het beste veilig stelt. Daarmee staat Angola aan de kant van Zuid-Afrika, dat de met de FNLA verbonden UNITA steunt (unie voor de totale onafhankelijk heid van Angola). Zuid-Afrika is bang voor een pro-Russisch Ango la en vreest van daaruit aanvallen op eigen grondgebied. Vandaar de steun voor pro-westerse bevrij dingsbewegingen. HAAT TEGEN RACISTEN Amper twee jaar geleden preekte president Moboetoe de haat tegen de racisten in Zuid-Afrika. Hij ver zekerde de algemene vergadering van de Verenigde Naties dat zijn land klaar stond om de 'racisten en kolonialisten' in Zuid-Afrika te be strijden. Zijn uitspraken worden nog steeds herhaald op radio en te levisie en afgedrukt in de rege ringskrant Salongo. „Wij kunnen niet aanvaarden dat overal ter we reld de rassen vrij zijn behalve het zwarte ras van Afrika". Maar ondertussen wordt in Kinsja- sa's dure restaurants Zuidafri- kaanse biefstuk geserveerd, ligt in de winkels boter met op het wikkel 'Bloemfontein' en worden sinaas appels van de Kaap verkocht. En in Moboetoes redevoeringen zijn de scherpe kanten over Zuid-Afri ka afgeslepen. Het heet nu dat de politiek van Zaïre altijd bevrijding van de Portugese gebieden in Afri ka. bevrijding van Zimbabwe (Rhodesië). en onafhankelijkheid voor Namibië (Zuidwest-Afrika) is geweest. Over Zuid-Afrika zelf wordt niet meer gesproken. Zaïre is daarvoor te afhankelijk van dat land geworden. De Ben- guela-spoorlijn door Angola waar langs onder andere Zaïre een groot deel van zijn koper (uit de provin cie Sjaba, het voormalige Katanga) uitvoerde is al bija een half jaar dicht. Zuid-Afrika heeft nu zijn ha vens voor die koperuitvoer open gesteld. Verder levert het Zaïre energie en voedsel waaraan het land grote behoefte heeft. De voed- selproduktie in Zaïre zelf is door de slechte economische toestand en de verwaarlozing van de land bouw scherp teruggevallen. Zelfs traditioneel uitvoerende gebieden als Kasai moeten nu invoeren. VERENIGDE STATEN Door de strijd in Angola drijft Zaï re niet alleen in de richting van Zuid-Afrika. maar ook opnieuw naar de Verenigde Staten. Met de Amerikaanse president Gerald Ford deelt Moboetoe de voorkeur voor de bevrijdingsbeweging FNLA in Angola. De betrekkingen waren verkoeld door het onverwacht verbreken van de betrekkingen met Israël door Zaïre. Moboetoe haalde eind 1973 zijn ambassadeur in Jeruza lem terug omdat als hij moest kie zen tussen 'broeders en vrienden' hij de 'broeders' (de Arabieren) koos. Maar er zijn sterke aanwij zingen dat een Zaïrese vertegen woordiger onlangs in Zwitserland heeft gesproken met de Israëlische minister van buitenlandse zaken Yiggal Allon. In ruil voor herstel van de betrekkingen zou Israël mi litaire hulp willen geven aan de (Zaïre gezinde) FNLA in Angola. Een verdere verslechtering van de betrekkingen tussen Washington en Kinsjasa trad in na berichten over een staatsgreep tegen Moboe toe waar de CIA achter zou zitten. Overtuigende bewijzen daarvoor zijn nooit geleverd. Waarschijnlijk is er wel een kom plot geweest een aantal hoge militairen werd ontslagen en heeft Moboetoe de CIA als blok gebruikt om zijn aan zien hier en daar wat op te vijzelen. Dat de Amerikanen inderdaad bij de samenzwering betrokken zijn geweest is onwaarschijnlijk. Zij kijken wel uit. Wat Washington ook op Moboetoe tegen kan heb ben, de kans dat na zijn val de hel losbreekt in Zaïre is te groot. Waartoe dat kan leiden heeft de strijd in de provincie Katanga (nu Sjaba) in de jaren zestig aange toond. Bovendien heeft Zaïre een groeiende invloed in Afrika en in de rest van de Derde Wereld, be hoort het tot de grootste wereldle veranciers van koper en kobalt (onmisbaar voor edelstaal) en heb ben Amerikaanse bedrijven er be langen. Als het congres in de Ver enigde Staten akkoord was kreeg Zaïre dit jaar een zachte lening van 23 miljoen dollar en 19 miljoen dollar militaire hulp meer dan vijf keer zoveel als het afgelopen jaar. Na de berichten over de staatsgreep is de Amerikaanse am bassadeur in Kinsjasa vervangen SOEDAN -s JJg r< Isiro BO VEN-ZA ÏRE KONGO i <•->/ Z A iCVRy E pandoendoe!^oost- V °U. KASSAl( K \l VOEÜ ~°JBOJÈDEN-itmE O 'WtST~' \---£ L^kassaI? 3 [GANDA GABOEN [TANZANIA ZAMBIA Provinciegrens Hoofdstad Provinciehoofdstad 0 Km A00 CENTRAALAFRIKAANSE REPUBLIEK KAMEROEN AFRIKA ZAlRÉ* r en alles lijkt 'vergeven en verge ten'. WEG KAPITALISME Ook Moboetoe's felle veroordeling van het kapitalisme lijkt de betrek kingen nauwelijks te beroeren. Eind 1974 werden alle buitenland se ondernemingen in Zaïre 'gezaï- riseerd'. Alleen ondernemers die zich hielden aan staatsvoorschrif- ten mochten blijven. En omdat het oordeel daarover aan de regerin- Moboetoe was werden kleine en middelgrote bedrijven het slacht offer en bleven de grote buiten landse ondernemingen buiten schot. Nieuwe Amerikaanse en Ja panse firma's werden zelfs aange trokken. De Zaïrezen die het beheer van de verdreven buitenlanders vooral Aziaten, Belgen en Portugezen overnamen hadden van bedrijfs leiding weinig kaas gegeten. En wat de zaken nog opbrachten werd niet opnieuw geïnvesteerd maar besteed aan dure uitstapjes, Mer- cedessen, huizen en andere aardig heidjes; De economie raakte daardoor zo in de versukkeling dat Moboetoe een radicalisering afkondigde. „Ik heb de driehonderd Belgische families die hier voorheen de economie ^controleerden er niet uitgezet om ze te vervangen door drie honderd Zaïrese families". Kleine en mid delgrote ondernemingen gingen nu helemaal in staatshanden over; grote buitenlandse bedrijven kon- DE KRIJGER DIE WINT Het kunstje om geld veilig te stel len bij buitenlandse banken heeft de Zaïrese elite kunnen afkijken van president Moboetoe zelf. Hij. heeft miljoenen in het buitenland staan en besteedt buitensporig veel aan prestigeprojecten als het sta dion voor 'de bokswedstrijd van de eeuw', een voetbalploeg naar de wereldkampioenschappen, buiten huizen, auto's en vliegtuigen. Dat alles ter meerdere eer en glorie van Moboetoe Sese Seko Koekoe Ngbendoe Waga Banga (vrij ver taald: de krijger die van overwin ning naar overwinning gaat en die niemand kan tegenhouden). Mo boetoe is de vertegenwoordiger van de Zaïrese elite van „zwarte blanken" die profiteert van de rijk dommen van het land, terwijl het de man in de sloppenwijken en op het platteland eerder slechter dan beter gaat. „Zaïrisering" of „radi calisering" veranderen daar niets aan. Nodig zijn produktieve inves teringen in plaats van luxe. het dichten van de lekken waaruit ka-, pitaal naar het buitenland vloeit en ontwikkeling van de totaal ver waarloosde landbouw als basis voor de opbouw van Zaïre. Than$ is het de schijn die bedriegt. den als ze zich aan de voorschrif ten hielden, weer doordraaien. Maar omdat het merendeel van d<* eigenaars van de genaaste bedrij ven de bui had zien hangen of tij dig was gewaarschuwd, was het merendeel van het kapitaal al over de grens. DOOR BERT VAN PANHUIS „Josefina Graciete Almeida vraagt haar man Con stantino de Almeida, roepnaam Quinhas, zo snel mo gelijk contact met haar op te nemen. Hotel Infante Sagres, kamer 308, Porto." Een willekeurige oproep uit de rubriek „Repatrianten zoeke repatrianten" van het weekblad O Retornado (De Repatriant). Een rubriek, waarin je iedere week een paar honderd na men kunt tegenkomen. Familieleden, die elkaar kwijt zijn sinds ze een paar maanden geleden, dik wijls in alle haast, de voormalige Portugese kolonie Angola verlieten. Het probleem van de „vluchtelin gen" uit wat „de voormalige over zeese provincies" worden ge noemd, Angola en in veel minde re mate Mozambique, drukt in ve lerlei opzichten op het moeder land. Het werkt door in de socia le. de economische en de politieke wereld van Portugal. Want de groep „retornados" zoals ze in hun nieuwe vaderland heten be staat uit een klein miljoen men sen, bijna tien procent van het to taal van de Portugese bevolking. Om diverse redenen de steeds ernstiger wordende burgeroor log. de maatschappelijke posities in het oude koloniale tijdperk, af keer van een eventuele bewind voering door de volksbeweging voor de bevrijding van Angola (MPLA) hebben ze enige tijd geleden hun biezen gepakt. Vage banden Met vele honderden tegelijk te gen de tijd van de Portugese te rugtocht uit Angola begin novem ber werkte de Portugese lucht vaartmaatschappij TAP op topcapaciteit zijn ze de afgelo pen maanden op de luchthavens van Lissabon en Porta neerge streken. Meestal met niet meer bij zich dan de kleren, die ze aan hadden en enkele persoonlijke bezittingen. Van het geld. dat ze meebrachten mochten ze tiendui zend escudos (ongeveer 800 gul den) houden. De rest werd inge nomen. De eerste dagen van hun verblijf konden ze in speciale op- vangstcentra van de regering doorbrengen. De retornados zijn over het hele land uitgezwermd, maar de grote concentraties zijn wel in de grote steden Lissabon. Porto. Coim- bra en enkele opvangskampen in de omgeving van de hoofdstad gebleven. Een aantal heeft het ge luk gehad dat er familie klaar stond om hen, althans voorlopig, onderdak te verschaffen. Het me rendeel heeft echter maar vage banden met Portugal. Ze stam men uit oude kolonisténfamilies. die dikwijls al vele generaties lang in Afrika hebben gewoond. Met verre familie bestond geen enkel contact meer. Hotelprobleem De Portugese overheid heeft voor deze retornados de oplossing ge zocht van voorlopige huisvesting in hotels en pensions. Zo kan het dan gebeuren dat je in het voor het hotelwezen meestal toch on gunstige winterseizoen zonder re serveren in Portugals grote ste den maar met veel moeite een ka mer kunt krijgen. En dan maakt het niet uit of je het bij een twee sterren- of een vijfsterrenhotel probeert. De ongeveer 300.000 mensen zijn over het hele hotel wezen verspreidt. Overal vind je de groepjes, klittend in de koffie kamers van het hotel, de kinderen op driewielertjes door de hal ra cend. de jongeren wat rondhan gend in de directe omgeving van het hoteL Ze maken een uitgebluste indruk. Maar een enkeling is bereid wat van zijn verleden in Angola los te laten of te vertellen hoe hij of zij de huidige situatie vindt. Cristina Rodrigues Lopes, een vrouw van even in de dertig en met twee kin deren in een kamer onderge bracht:. „Ik vergeef het ze nooit. In Nova Lisboa hadden we een kleine winkel, waar we een goede boterham verdienden. Er is een aantal malen brand gesticht inde winkel en gezien de verslechte rende toestand hebben we toen maar besloten weg te gaan. Ik ben onderweg mijn man kwijt geraakt en heb nog steeds geen contact met hem kunnen krij gen." En bitter voegt ze er aan toe: „Als de militairen niet halso verkop van Angola af hadden ge wild, was alles nog goed ge weest." Ook anderen vertellen over hun zeker bestaan in Afrika en hun vlucht naar het onbeken de Portugal. Geen toeristen Het onderbrengen in hotels is een maatregel, waarvan de regering met graagte gebruik maakt. Er is. ook in de naaste toekomst, nau welijks woonruimte te vinden voor de retornados. Bovendien zit de klad in het toeristische be zoek aan Portugal. De begin dit jaar al steen en been klagende hotelliers krijgen nu van de rege ring een vast bedrag, waarvan zij de voormalige Angolezen huis vesting en eten moeten geven. Ze zitten zo dus niet met een leeg ho tel. Het wil natuurlijk ook weer niet zeggen dat de verstandhou ding tussen gasten en hotelperso neel bijster goed is. Het hotel voelt zich vaak opgescheept met de gasten en de retornados uiten zo nu en dan de Onbewezen r»- schuldiging dat het hotel maar een beperkt bedrag van de over heidssubsidie" aan de repatnan ten besteedt en hen slechtere kwaliteit voedsel voorzet dan de bedoeling is. Kampen Retornados, die noch bij familie noch in hotels bivakkeren zitten bij elkaar in enkele kampen. De grootste zijn die bij de strand plaats Nazaré, ten noorden van Lissabon en die aan het strand van Caparica. een kilometer of vijf van de hoofdstad op de zuide lijke oever van de monding van de Taag. Ook hier is het over het algemeen een werkloos en doel loos bestaan. Er is een centrale keuken, een centrale wasplaats en een ruimte waar de mensen, bij elkaar komen vaak alleen pra tend over „die goeie oude tijd". Zo'n pleisterplaats is ook het sta- café Nicola aan het Rossioplein in het centrum van Lissabon. Bij mooi weer staat men buiten op het trottqir en op dagen, dat de regering een kleine verblijfsver goeding uitbetaalt staat de retor nado met honderden lotgenoten voor een kantoor van de Banco do Ultromarino of de Banco de Angola. Kritiek De afgelopen maanden zijn er vier organisaties opgetreden als belangenbehartiger van de repa trianten: de liga voor de Angolese ontheemden LADA. de vereni ging voor broederschap met de overzeese delen FRAUL tvoorai sterk vertegenwoordigd in Brazi lië), de Portugese associatie voor vluchtelingen van overzee APRUL en de hiervan afgeschei den Beweging voor hulp aan vluchtelingen MAR. Het is vooral de MAR, die het de Portugese au toriteiten lastig maakt. De bewe ging was onlangs de stuwende kracht achter een korte bankbe- zetting en organiseerde drie we ken* geleden een grote betoging naar het gebouw van de grond wetgevende vergadering en het bureau van premier Azevedo, het Sao Bentopaleis. De premier be loofde na de manifestatie dat de regering zich znl beraden over de manier waarop verbetering kan worden aangebracht in de toe stand van de retornados. Aanvoering Onder aanvoering van de MAR wordt er door de repatrianten de laatste tijd scherp geageerd tegen de overheidsorganisatie, die de ex-Angolezen moet helpen. 'Dit instituut voor de hulp aan repa trianten (IARN) wordt verweten veel te ambtelijk op te treden, waardoor retornados wekenlang geen geld krijgen. Eqn van de ei sen tijdens de manifestatie bij het Sat/ Bento was dan ook ontslag van vier topmedewerkers van het IARN. wegens onbekwaamheid Ernstiger nog zijn de hier en daar opduikende beschuldigingen dat IARN-medewerkers geld voor de repatrianten in eigen zak steken In twee gevallen heeft het IARN een proces tegen de beschuldi gers aangespannen. Bedreiging De repatrianten hebben het zeker niet gemakkelijk, zo geeft José Martins da Silva een medewerker van de inmiddels wegens het ver laten van zijn partij de PPD tot aftreden gedwongen staatsse cretaris voor het repatrianten- vraagstuk dr Vasco da Graca Moura toe. Hij stelt dat de retor nados op een gelijkwaardige wij ze moeten worden behandeld als de Portugezen zelf maar zegt zich meteen te realiseren dat dit niet gemakkelijk waar te maken is nu Portugal met een toenemende werkloosheid te kampen heeft. Bovendien is de doorsnee Portu gees op z'n zachtst gezegd niet zo gelukkig met de retornados. die zijn al bedreigde baan nog eens extra komen bedreigen. Daar naast willen de werknemerscom- missies van de eenhejdsvakcen- trale nogal eens stampei maken over het in dienst nemen van „on derdrukkers van de zwarten". De hulp. die de retornados mo menteel krijgen bestaat uit huis vesting en voedselvoorziening (of een zeker bedrag om .voedsel te kopen), een kleine sociale uitke ring van ongeveer 200 gulden per maand, medische verzorging en arbeidsbemiddeling. De Portuge se ministerraad zal binnenkort bekijken op welke wijze dit hulp pakket kan worden uitgebreid. Gezien de financieel miserabele toestand van het land zal dit heel wat voeten in de aarde hebben. Martin da Silva vertelt dat nu al wordt gewerkt met uit het buiten land gekregen bijdragen, onder meer van kerken en het Rode Kruis. Vechten voor Unita De gevoelens van de nieuwe be volkingsgroep worden wekelijks vertolkt in O Retornado. een blad gemaakt door repatrianten. Klei ne geldleningen stellen hen in staat vanaf de tweede verdieping van.een bouwvallige woning aan het afgelegen straatje Rua do Carriao het blad uit te geven. Sa Pereira vertelt hier over de pro blemen van de repatrianten. Het staat voor hem vast als een huis: het enige bewind, dat het werke lijk goed met hen voor had was dat van voor april vorig jaar. De regering-Caetano dacht er niet over de koloniën los te laten. Op een mijmerende manier praat hij over Angola. Mozambique en Timor, hoe goed het er was. In Mozambique heeft de Frelimo-re gering van Zamora Machel geen aanhang, op Timor geldt hetzelf de voor de bevrijdingsbeweging Fretilin. De verhalen over succes sen van de volksbeweging voor de bevrijding van Angola MPLA zijn communistische verzinsels. Volgend jaar, zo zegt hij bezwe rend. is het afgelopen met de MPLA. Dan hebben de FNLA (de door Zaïre gesteunde rivaal van de MPLA) en vooral de met haar samenwerkende Unita het gebied in handen. „Dan gaan we terug naar Angola, want daar horen we thuis. We zijn Afrikaan, geen Por tugees. Er is hier in Lissabon een kantoor van de Unita. waar dui zenden al hebben getekend om te vechten aan de zijde van de Uni ta." 1 In Portugal zelf lijken deze ideeën niet erg te leven? Sa Parei- ra lacht wat: „Het moet daarvan daan komen." En hij wijst over zijn rug in oostelijke richting. „Onze enige hoop zijn het in Spanje verbljvende Portugese bevrijdingsleger (ELP) en de be weging voor de bevrijding van Portugal (MDLP)." Deze rechtse organisaties bestaan vooral uit aanhangers van de begin dit jaar uitgeweken ex-president Spinola. Wat de in Portugal zelf optreden de partijen betreft staat volgens Sa Pareira alleen de centrum rechtse CDS volledig achter de retornados. De steun van partijen als de centrumlinkse PPD en de socialistische PS is fragmenta risch. „Ze durven niet zo best. ze zijn bang voor de communisten." Sa Pareira vindt het niet zo vrese lijk erg. De toestand in Portugal heeft zijn belangstelling niet. „Volgend jaar stort de MPLA in elkaar En dan gaan we toch te rug naar Angola." Vrouwen uit Angola na aankomst op het vliegveld van Lissabon, (foto: O Retornado)

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1976 | | pagina 11