1/Vim Klein heeft
n hoofd als een
ïijfermagazijn
3
NOG BIJ MOEDERS
MCaRHH
n goed vijf minuten
de dertiendemachts wortel
uit een getal van honderd cijfers
V/"M
Dor C.G. VAN ZWEDEN
JNEVE De 62-jarige
fetingroker Wim Klein is
t meest gigantische re-
nbrein ter wereld. Hij is
reldkampioen snelreke-
i. In Amsterdam haalde
op 19 september j.l. het
ireldrecord door uit het
3te hoofd in vijf minutèn
22 seconden de dertien-
nachtswortel te trekken
een getal van honderd
fers. Zijn meest directe
aal deed over die bere-
ning 23 minuten. (Een
fmaal begaafd rekenaar
it met behulp van een
[aritmentafel over een
•gelijke opgave zeker een
l De computer braakt
antwoord uit in een
iptie van een seconde)
rekenwonder Wim Klein
tft een hoofd als een cijfer-
gazijn. Hij werkt in Genève.
de theoriedivisie van het
ipese centrum voor nu-
air onderzoek. (CERN. Cen-
Européenne pour la re-
irche nucléaire). Hij is Am-
rdammer van geboorte. Als
in joods jongetje had hij
de lagere school al last met
onderwijzer. Dat was op
Jteguliersschool. op de hoek
F «de Weteringschans en de
;uliersgracht. Hij wist het
twoord op sommen veel
;er dan de man die voor
as stond,
derwijzer: Hoe doe je dat
u?
m: Dat heb ik zo en zo ge-
an
derwijzer: Kan wel zijn,
ar zo heb ik het je niet ge-
rd. Je houdt je In 't vervolg
mijn methode!
m: Protest.
derwijzer (roepend): Mond
idenü
it de onderwijzer niet wist,
dat Wim de formule
+b)(a—b) a2b2 toepas
zonder te weten dat die me
lde op algebra berustte,
im was in de klas de popu
re jongen. Hij deed uit de
se hand voor al zijn kornui-
1 het rekenhuiswerk. Gevolg
ts dat alle leerlingen een tien
dden. Dat ging goed. totdat
Amsterdamse lieverdjes
or het bord moesten komen
door de mand vielen. Com-
:ntaar onderwijzer (wijzend
Wim)Daar zal jij wel weer
titer zitten!
eweeglijk
lm Klein is een 'type', een
weeglijke, kleine man. die
eral direct, de aandacht
:kt. Hij maakt grapjes die
inig mensen zich kunnen
roorloven. Van hem neemt
;n het. Als hij wordt opge
ld. zegt hij steevast: 'Met
terpol Amsterdam'. Dat
nkt in Genève zo indruk-
kkend. dat sommige mensen
deesd antwoorden: 'Oh, ent
schuldigen bitte'. Ze leggen dan
de hoorn neer, en Wim Klein
is van een lastpost af.
Hij is gek van Amsterdam en
hij weet nagenoeg alles van die
stad af. 'Ze hebben in Mokum
het nodige verziekt' zegt hij,
'maar het blijft een unieke
stad. En de humor en de gein
zijn er nog, tenminste als je er
oren voor hebt. Hoe langer ik
weg ben, hoe meer die stad me
trekt. Ik heb de manifestatie
Mokum 700 meegemaakt. Ik
heb toen meteen voor alle elf
manifestaties kaartjes ge
kocht.'
Over zijn talent zegt hij'Ach,
ik kwam niet op de cijfers af.
maar de cijfers kwamen op
mij af. Ik vond rekenen leuk.
Zö leuk, dat ik aan de gang
bleef. Politie-agenten hebben
nummers, auto's en tramwa
gens ook. Die nummers kun je
optellen, aftrekken, delen,-enz.
Een van de grootste impulsen
deed ik op in de vierde klas
van de lagere school. Toen
leerde ik ontbinden in_ facto
ren. Dat is één van de sleutel
bewerkingen'.
Over zijn fabuleuze reken
hoofd: 'Kwestie van aanleg,
oefening en geheugen. Het
woord knobbel is me te goed
koop en natuurtalent te hoog
gegrepen. Uri Geiler zou pra
ten van buitenaardse krach
ten. Daar knap ik op af. op
die smoesjes. De accordeonist
Johnnie Meyer is een vriend
van me. Wat die in z'n vingers
heeft, dat heb ik in m'n koppie.
Zeg het zo maar'.
Gymnasium
Na de lagere school gaat Wim
Klein naar het gymnasium. In
de tweede klas van het gym
krijgt hij opnieuw een grote
impuls. Hij krijgt het boekje
'Die Geheimnisse der Recken-
künstler' in handen, en kent
het binnen de kortste tijd van
buiten. Hij vraagt op school
een logaritmentafel. Hij krijgt
die. ofschoon logaritmen tot de
stof van de vierde klas beho
ren. Hij laat zich het kunstje
uitleggen, heeft het ogenblik
kelijk door en heeft in één
weekend alle logaritmen van
de getallen van 1 tot 150 in vijf
decimalen in zijn hoofd. In
middels kent hij alle tafels van
1 tot 100 en alle kwadraten
van 1 tot 1000 uit zijn hoofd.
Nu hij logaritmische bewerkin
gen kent. komt hij al een heel
eind. Bijvoorbeeld, als hij de
logaritme van 438 moet weten,
denkt hij 438 6x73, dus log
6 -f log 73 boem, pats. Alles
in een vloek en een zucht.
Daar komt bij dat hij met suc
ces alle lectuur bij elkaar
scharrelt over rekentechniek,
rekengrapjes en rekenwonde
ren.
Wim Klein spreekt Nederlands,
Engels, Frans, Duits, een beet
je Italiaans en een paar woor
den Spaans, maar rekenen doet
hij in het Nederlands, 't liefst
in plat Amsterdams, doorspekt
met jiddische termen. Overi
gens gooit hij z'n talen vaak
met de losse hand door elkaar.
'Scheisse'. (Spreek uit sjaise.
Vertaling: ^chijt eraan, v. Zw.).
Bij CERN, in die veeltalige om
geving, is dat niet ongebruike
lijk. Die ratjetoe noemen ze
daar 'Cernitus'.
Medicijnenstudie
Na het gym studeert Wim
Klein medicijnen. Tegen zijn
zin, maar in die tijd bestond
geen zin. Pa was medicus, en
zoon moest het ook worden.
Afgelopen. Officieel doet hij
zijn doctoraal (na tien semes
ters) in het' voor hem bijzon
der benarde jaar 1942. Hij kan
geen co-schappen meer lopen
en van een artsexamen komt
het nooit. 'Ik weet er trouwens
geen donder meer van', zegt
hij nu. Destijds sukkelde hij
wat door irt het Israëlitisch
ziekenhuis aan de Nieuwe Kei
zersgracht. De moffen waren
op hun dood voor besmettelij
ke ziektes, dus het ziekenhuis
lag al gauw vol met 'joodvonk-
patiënten'.
De broer van Wim Klein, die
jurist was, werd gegrepen en
vermoord. Zelf duikt hij eind
'43 onder bij een Amsterdamse
brandweerman. Adm. de Ruy-
terweg 301. 'Ik kom nog steeds
bij die mensen'.
Hij zegt: Tijdens mijn studie
hebben psychologen al eens
belangstelling voor me gehad.
Dr. Stokvis onderzocht m'n ge
heugen, en zei dat het 'niet
visueel was, maar ritmisch,
motorisch, kinetisch, akoes
tisch'.
Ik: Motorisch?
Wim Klein: Ja, ik mompel en
beweeg erbij, en klop met m'n
voet op de vloer. En dr. Rey in
Genève constateerde dat mijn
visuelegeheugen 'minimale et
miserable' was. Klopt. Ik ont
houd moeilijk gezichten. Van
een collega bij CERN was ik
eens de naam vergeten, maar
gelukkig wist ik z'n autonum
mer nog.
Snelle prater
Wim Klein is een vlot drinker.
'Vrijdagavond ga ik meestal
door 't lint', zegt hij. Zijn com
putergeheugen pleegt bij die
gelegenheden ook in de war te
raken.
Hij is een snelle prater. Hij
verbindt soms drie woorden tot
één klank en is dan moeilijk
te volgen, temeer daar hij tus
senwerpsels ontleent aan mij
onbekende talen, maar ik ver
moed dat het Amsterdams-
jiddlsche geinwoorden zijn. Te
lefoneren doet hij zonder tele
foonboek. Die paar honderd
nummers die hij nodig heeft
zitten in z'n hoofd.
Zijn vader stierf in 1937. De
zoons maakten de erfenis
schielijk op in forse drinkge
lagen. Enkele jaren later kwa
men ze er achter dat ze daar
nooit spijt van zouden krijgen.
Ze hadden het geld om zo te
zeggen voor de poten van de
moffen weggezopen.
Voor onze kleurplaat hébben we ditmaal een van de tekeningen ge
kozen die Jetses maakte bij de wat gemoderniseerde uitgave van 'Nog
bij moeder' waarin Ot en Sien weer de hoofdpersonen zijn. Ze zijn
de weg kwijtgeraakt in de stad. Een groepje vriendelijke mensen
probeert hen te helpen. Waar wonen jullie, vraagt iemand. Bij Trui,
zegt Ot. Maar dat helpt niet veel. Het was een moeilijk geval. Maar
het liep gelukkig goed af.
Een fijne tekening om te kleuren. Jongens en meisjes van van 6 tot
en met 11 jaar: doe je best.
Stuur je tekening voor 10 januari 1976 in. Voor de mooiste inzen
dingen hebben we per leeftijdsgroep een paar prijsjes.
adres:
woonplaats:
jongen of meisje:
leeftijd:
Willen jullie linksboven op de envelop schrijven KLEURPLAAT en
je tekening opsturen aan Trouw/Kwartet, Postbus 859, Amsterdam.
Kettingroker
Wim Klein is een kettingroker.
Gemiddeld 39 sigaretten per
dag. zegt hij, 40 jaar lang.
Toen hij op een avond voor
publiek zei: dat zijn dus
569.790 sigaretten, was iemand
zo snugger om snel te denken
365 x 40 x 39, wacht even. dat
getal klopt niet. Maar Wim
Klein antwoordde bedaard:
'Het is toch niet verboden in
een schrikkeljaar op 29 februa
ri te roken? Als je een sigaret,
afgezien van de peuk. op zes
centimeter stelt, heb ik een
sigaret ter lengte van Amster
dam-Utrecht op', zegt hij.
Wim Klein heet niet alleen
'Nederlands rekenwonder',
maar ook 'human computer',
Hollandischer Reckenkünstler'
of 'ordinateur ambulant'.
Hij houdt niet van vliegen,
maar hij moet wel van tijd tot
tijd. Want je kunt Amster-
dam-Genève (of andersom)
wel doen met de TEE. maar,
zegt hij, 'dan kom ik kapotje-
plof aan'. Dan maar het vlieg
tuig, dat er ruim een uur over
doet. 'maar het leukste van de
vlucht vind ik altijd het taxiën
over de baan, nadat ik geland
ben'.
Hij heeft als bijnamen 'Pas
cal', of 'Willy Wortel'. Ook wel
Willy Worteltrekker, vanwege
zijn fabelachtige vermogen de
wortels uit zeer grote getallen
te trekken, maar in Amster
dam is er altijd wel een gein
ponem dat zegt: Wortertrek-
ker?. wanneer word je andij-
vieplukker?
Computer
Wim Klein mag dan 'mense
lijke computer' heten, maar
diezelfde computer zit hem
dwars. Computers doen in on
derdelen van seconden bereke
ningen waar Wim Klein altijd
nog minuten voor nodig heeft.
Tegen de computer kan zelfs
de meest begaafde rekenaar
niet op. Toch spreken zijn re
cordcijfers een fantastische
taal.
Op 10 april in Utrecht: de 19de
machts wortel uit een getal
van 133 cijfers in één minuut
en 43 seconden. Zijn rivaal, de
in Mexico wonende Duitser
Herbert de Grote, had voor de
zelfde berekening 29 minuten
nodig.
Op 5 ma,art 1975 in Lyon de
23ste machts wortel uit een
getal van 200 cijfers in tien
minuten en dertig seconden.
(Rivaal 31 minuten).
Op 27 augustus 1975 in Genève.
bij CERN, de 7e machts wortel
uit een getal van 63 cijfers in
acht minuten en 27 seconden.
(Rivaal 20 minuten).
Tenslotte op 19 september 1975
in Amsterdam (ter gelegenheid
van het 700 jarig bestaan van
de stad) in het Zeeman labo
ratorium, de 13de machts wor
tel uit een getal van 100 cijfers
in 5 minuten en 22 seconden.
(Rivaal 23 minuten).
Midden ln ons gesprek vraagt
hij mijn geboortedatum, en als
ik die gezegd heb, zegt hij er
praktisch zonder pauze achter
aan: 'Dan ben je 16.854 dagen
oud, dat is 6 x 532'. Ontbinden
in factoren is zijn fabelachti
ge specialiteit. Hij vertelt er bij
dat ik pp een maandag gebo
ren ben, en dat is nieuws voor
me, want dat wist ik niet.
Vijfhonderd platen
In zijn kamer staat een ge
luidsinstallatie (geschenk van
collega's) met zo'n kleine vijf
honderd platen. Vermoedelijk
de meest curieuze verzameling
muziek die ik ooit heb gezien.
Zijn verzameling varieert van
Mokumse tingel tangel melo
dietjes met pornografische tek
sten, tot klassiek werk, maar
er is geen beginnen aan om
even wat af te luisteren. Want
Wim Klein, die bii CERN het
'swingende buitenbeentje' is,
zit geen moment stil. Als er
een plaat op staat, drumt, fluit,
toetert en klopt hij mee op de
maat, om na twintig seconden
de naald te verheffen, want ik
moet ook nog even de derde
band van kant twee horen. Zo
denderen we in luttele minuten
door vijf grammofoonplaten
heen, steeds enkele luid bege
leide flarden, die bovendien nog
druk van commentaar worden
voorzien. En Johnnie Meyer is
natuurlijk de grote favoriet.
Amsterdam
Mijn conclusie uit het gesprek
moet haast luiden: de meest
Amsterdamse Amsterdammer
woont in Genève, zij het met
groeiend heimwee. Want Mo
kum is voor hem alles. Hij is
(uiteraard) lid van 'Ons Am
sterdam'. Verder is hij ook dol
op oude tram- en treinstellen.
Zijn flat hangt vol platen die
deze liefde vertolken. Hij is lid
van de Nederlandse vereniging
van belangstellenden in het
spoor- en tramwezen.
Je kunt de voordeur van zijn
flat in Genève (in de wijk
Meyrin) nauwelijks voorbijlo
pen, omdat er een groot affi
che van Amsterdam aan de
buitenzijde tegenaan geplakt
zit.
Wim Klein wil straks, als hij
gepensioneerd is. graag weer
zijn vroegere bezigheden op
nemen: voorstellingen geven,
bijvoorbeeld op scholen. Be
halve in Nederland heeft hij
ook scholentoernees achter de
rug in België (1949/1951).
Frankrijk (1952/1957) en Zwit
serland (1957/1958). In 1958
kreeg hij zijn tegenwoordige
functie bij CERN.
Zijn demonstraties zijn de
moeite waard. Bij CERN moet
hij ook van tijd tot tijd als
paradepaard optreden, als er
hoge of geleerde bezoekers
zijn. Want Klein is een groot
rekenaar.
«TROUW/KWARTET - KERSTBIJLAGE 1975 - PAGINA 5
Hm