'ersoneelsbeleid had lositieve invloed op ilimaat in het leger STERK STAAT Twee arrestantenbewakers tot geldboete veroordeeld! deTijd 'Nu loonoverleg is mislukt in 1976 drastisch beperken '1976 jaar van de trekvogels' Israël-contact is verbijsterd Spijt ■itiek gevolg van onderschatting Exclusieve Tijd-enquête: Weekblad Wel rekenen met onze bondgenoten Gevangene mishandeld met brandende aansteker en gummiknuppel UTRECHT De Utrechtse politierechter mr. C. L. Harinxma heelt twee arrestantenbewaktrs van de Utrechtse gemeentepolitie overeenkomstig de eis veroordeeld tot 250 gulden boete o£ vijif dagen cel. De twee bewakers, de 51-jarige A. U. en de 36-jarige L. van der K., hebben in maart van dit jaar een amokmakende Turkse arrestant met behulp van een gummiknuppel en een brandende aansteker tot de orde proberen te roepen. Van een onzer verslaggevers AMSTERDAM De Stich ting Mondiaal Alternatief te Zandvoort heeft een verzoek gericht aan de Raad van Europa om 1976 tot het jaar van de trekvogels uit te roe pen. Het verzoek wordt on dersteund door 22 organisa ties in negen landen in Euro pa en Amerika. De organisa ties zijn van oordeel dat zo'n 'jaar van de trekvogels' een belangrijke ruggesteun kan zijn in de strijd tegen de jacht op trekvogels in Italië. Inmiddels hebben Italiaanse actiegroepen tegen de trek- vogelmoord in Lombardije resultaten bereikt met het in zamelen van handtekeningen voor een referendum voor wetswijziging. Door deze wetswijziging zal de jacht kunnen worden aangepakt. Voor een referendum zijn minstens vijfduizend handte keningen nodig, maar er zijn al achtduizend handtekenin gen geteld. Volgens actievoer der E. Bartels van Mondiaal Alternatief duidt dit op een mentaliteitsverandering on der het Italiaanse publiek. UTRECHT Het interkerkelijk contact Israël (ICI), overlegorgaan Inzake Israël van de Nederlandse kerken, ervaart 'met verbijstering', dat de resolutie van de Verenigde Naties, waarin het zionisme als ra cisme wordt betiteld, in Nederland enige instemming blijkt te vinden. Daarom roept het ICI dn een ver klaring op tot bezinning omtrent de fundamentele waarde, die het zionisme bezit voor het christelijk denken in maatschappelijke zin. Mr. Harinxma noemde het niet te tolereren een Nederlandse gevange nis of huis van bewaring de orde wordt gehandhaafd door zonder nood zaak met gummiknuppels te gaan meppen, „laat staan dat het toelaat baar is dat bewakers brandende aan stekers gaan gebruiken wanneer ar restanten hun arm niet vlug genoeg uit het luikje van de celdeur willen terugtrekken." Het incident gebeurde in de cellen- afdeling van het Utrechtse hoofdbu reau. daar was de Turk Z. Binnenge bracht, verdacht van een misdrijf. Z. was overstuur en maakte in zijn cel lawaai door tegen de deur te bon zen en te schreeuwen. Toen 's avonds Van der K. het luikje in de celdeur opendeed om er Z's avondboterham doorheen te schuiven stak dtf Turk zijn arm door het luikje naar buiten enschreeuwde de bewaker in het turks toe. Van der K. vroeg de Turk of hij zijn arm weg wilde ha len, en toen vragen niet hielp pro beerde hy vergeefs het luikje dicht te duwen. Uiteindelijk haalde van der K. zijn Vlam aansteker tevoorschijn en hield een vijftien centimeter hoge vlam onder de hand van Z. Inmiddels was Van der K.'s collega U. met een gummi- knüppel gekomen. Ook met de knup pel werd de arm van de arrestant bewerkt. Tenslotte drongen de bewakers de cel binnen en brachten ze de razende Turk over naar de isoleercel. Daar takelde de buiten zichzelf zijnde man zichzelf nog eens flink toe. De kwets uren die hij daarbij opliep werden aanvankelijk ook de bewakers in de schoenen geschoven, maar volgens officier van justitie, mr. F. G. Wus- tenberg had de Turk later gezegd dat hij zichzelf bont en blauw had toe getakeld. U. ontkende ook voor de politierech ter dat hij de gummiknuppel had gebruikt, maar de officier wees erop dat niet alleen de Turk maar ook Van der K. het tegendeel hadden ge tuigd. Bovendien, aldus mr. Wüsten- berg, waren ze beiden van hun func tie ontheven en elders tewerkgesteld. Mr. Wüstenberg vroeg zich af waar om U. daartegen niet had geprotes teerd, als hij meende dat hij alleen maar zijn plicht had gedaan. Van der K. gaf wel toe dat hij de aansteker had gebruikt en achteraf had hij er ook flink spijt van. Maar op het moment zelf was de aanste ker een redelijk instrument geweest om de orde te handhaven, vond hij. De verdediging wees erop dat de be wakers er niet op uit waren geweest de Turk te mishandelen. Bovendien had de arrestant nauwelijks pijn on dervonden van het gebruik van de aansteker en de gummiknuppel. Men had van deze attributen alleen ge bruik gemaakt om de man af te schrikken en op die manier de orde te handhaven. Bovendien stond met zoveel woorden in de ambtsinstructie van de arrestantenbewakers dat nien zonodig zelfs verplicht is geweld te gebruiken voor de ordehandhaving. Volgens mr. Wüstenberg was het af schrikkend effect van aamtteker en gummiknuppel echter nihil geweest, alleen al doordat de arresttant van binnenuit niet kon zien wat er in de gang gebeurde. Het luikjia was zo klein dat hij er amper zijn tyrm door kon steken. 'Laf' De bewakers hadden meteëifi moeten doen wat ze pas in laatste instantie deden: de deur opendoen t\n de cel binennstappen, meende mr. "Wüsten berg: 'Nu hebt u niet alleen volko men fout gehandeld maar b ovendien erg laf. U hebt buiten propt >rtie op- gtereden tegen een weerloze man die zich vanuit zijn cel moeilijk .kon ver dedigen'. Mr. Wüstenberg zei dat hij z.eker een vrijheidsstraf geëist had wiare het niet dat de beide verdachtendan ze ker onmiddellijk, waren ontslagen ook al hebben ze nu in hun. huidige functie niets meer met arrestanten te maken. Mr. Wüstenberg verwierp ook de stelling van de advocaten datS er bin nen de gevangenismuren andiere nor men gehanteerd moesten wouden ten aanzien van gebruik van geweld bij ordehandhaving dan daarbuiten. Tot op zekere hoogte gaat die stelling wel op, maar zeker niet in dit g>eval, al dus ook de politierechter. 'Zowel in als buiten de gevangenis héjeft het openbaar ministerie de taak de vei ligheid van personen te garamderen, niet alleen van de bewakers m|aar ook van de gevangenen'. RTÏjDEHDAG 27 NOVEMBER 1975 jjr M. H. von Meyenfeldt J personeelsbeleid van de laatste jaren heeft het klimaat binnen het leger positief beïnvloed. Doelbe- kt is ernaar gestreefd, de mens in de organisatie de plaats te geven die hem toekomt en de vrijheid (de ruimte die hij nodig heeft voor een optimale ontplooiing van zijn mogelijkheden. toenemende belangstelling voor pens in de strijdkrachten die e jiet gevolg is van de vemieu- j van de opleiding en vorming het leidinggevend personeel, t geleid tot belangrijke veran- jngen. Ik denk daarbij aan onder [ere: de bevordering van deelna- 4 aan het proces van besluitvor- g op de verschillende niveaus van big, de verbeteringen in de werk- leefsfeer, meer delegatie van be- fedheden, de verandering van ge- j bsregels en de aanpassing van de kstucht aan moderne opvattin- [deze ontwikkelingen wordt voor in het buitenland nogal kritisch fageerd. Velen kunnen niet ge- m, dat soldaten die zoveel vrij- 1 hebben, die zijn georganiseerd belangenverenigingen en die in |legorganen spreken over ont- elingen in de werk- en leefsi- e, in staat zyn hun taak goed voeren. En hoe anders het el- I vaak is, blijkt wel uit het be lt dat onlangs in Frankrijk de op- jter en elf leden van een nieuwe Ingenvereniging zijn gearres- fd; de Franse wet verbiedt vak- isactiviteiten in de krijgsmacht. derschatting jeloof dat veel kritiek het ge- van een onderschatting van Nederlandse militairen lezen hun krantje tydens een rustpauze van een internationale oefening. (Advertentie) Weekblad de Tijd onder zocht de politieke ver houdingen van dit moment in Nederland. Deze week staan alle uit komsten op een rijtje, en kunt u in de Tijd lezen hoe sterk - of hoe zwak - Den Uyl staat. En hoe veel kans een VVD- kabinet zou maken. Gaat de PPR echt ver-' liezen? Is er wel plaats voor De Zeeuws vierde stroming? Léés het allemaal, deze week in de Tijd. Waarin óók nog De droeve balans van vier maanden Gandhi- dictatuur in India Interview met Feyen- oorder Martin Vreijsen: 'Geld is alles' Godards nieuwste: Numéro Deux Frank Martinus Arion over zijn tweede roman en de tolerantie van Nederland ('een mythe') Portret van de KRO 50 jaar worden en nog moeten vechten tegen de vertrossing (1.80) abonnementen: 020-233984. het belang van een vooruitstrevend, op de mens gericht beleid voor zo wel het wèlbevinden van het perso neel als voor de effectiviteit van de organisatie. Dit laatste verdient eni ge toelichting. Om geloofwaardig te zijn zal een leger zo georganiseerd, uitgerust en opgeleid moeten zijn, dat het met succes kan optreden op het gevechts- veld van de toekomst. Dit succes nu wordt in belangrijke mate bepaald door de wijze waarop het individu en de kleine groep zelfstandig hun opdrachten uitvoeren. Controle daar op is, mede gezien de grote gebie den waarin betrekkelijk kleine een heden moeten optreden en de te ver wachten chaotische omstandighe den, nauwelijks meer mogelijk. Nu leert de praktijk dat de kwali teiten en eigenschappen die voor een dergelijke taakuitvoering nodig zijn, en ik denk dan aan onder andere: zelfstandigheid, improvisatie- en doorzettingsvermogen, bereidheid tot samenwerking en besluitvaardig heid, in tijd van vrede beter tot ont wikkeling komen wanneer de oplei ding en vorming zich voltrekken in een democratische werk- en leefsfeer dan in een autoritair systeem. Bij oefeningen blijkt dan ook dat de Ne derlandse soldaat ondanks zijn lange haren, zijn vaak wat slordige uiter lijk en los gedrag, zich kan meten met ieder ander, als hij goed wordt geleid. Voorzichtigheid Natuurlijk mogen wij de situatie niet idealiseren. Er is duidelijk tijd nodig geweest om de veranderingen te verwerken. En er zijn en blijven militairen die van de geboden vrij heid misbruik maken. Maar daar waar mensen hun verantwoordelijk heid voor de organisatie en de mens daarin verstaan, kan een efficiënt, plezierig en in deze tijd passend sa menwerkingsverband tot ontwikke ling komen. Uiteraard zijn er beperkingen die tot voorzichtigheid manen. In de po litieke strategie van oorlogsvoorkó- ming, die gezien de grote vernieti gingskracht van de moderne bewa pening van essentieel belang is voor de veiligheid, speelt de geloofwaar digheid van onze krijgsmacht een belangrijke rol. De mate waarin wij militair geloofwaardig zijn, is mede bepalend voor de waarde die de poli tieke en militaire leiding van het Warschaupact hecht aan het gebruik van zijn militaire middelen voor het bereiken van politieke doelstellin- gen. Hoe geloofwaardiger wij zijn, hoe geringer zijn bereidheid om met het oog op ook voor hem on aanvaardbare gevolgen zijn mili taire macht aan te wenden. Wat wij echter niet vergeten mo gen, is, dat de andere partij onze ge loofwaardigheid primair meet met de normen die hij hanteert bij de opbouw van zijn krijgsmacht. En om dat wij ons inspannen om te voor komen, dat wij ooit het bewijs moe ten leveren van de juistheid van on ze opvattingen, is het dus verstan dig om bij onze belèidsbepaling met zijn normen rekening te houden. Nu is het bepaald niet mijn bedoe ling om de klok terug te draaien. Integendeel, er is veel verbeterd, on der andere in de onderlinge verhou dingen en de samenwerking door de hele hiërarchie en dat mag niet ver loren gaan. Maar ik geloof dat het niet in het belang van onze veilig heid is om al te ver vooruit te lopen op de normen en regels die gelden binnen de regio waarin wij onze vei ligheid verzekeren. Bondgenoten Wij moeten ook rekening houden met onze bondgenoten. Het beleid is niet overal gelijk. Zo bekende mij eens een Belgische onder-officier na een lang gesprek tijdens een oefe ning in Duitsland, dat het voor hem de eerste keer was, dat hij onge dwongen met een officier had ge sproken. Eén van onze nationale doelstellingen is, dat wij ons mili tair veilig willen stellen door sa menwerking met anderen. Daarom is het goed naar de bondgenoten te luisteren en hun kritiek serieus te nemen. Mijns inziens kan aan veel bezwaren tegemoet gekomen wor den door wat zorg voor het uiterlijk voorkomen en de aankoop van meer passende gevechtskleding. Gezien de toenemende belangstelling in het buitenland voor de ontwikkelingen alhier, lijkt mij tenslotte de tijd meer dan rijp om ons personeelsbe leid binnen de NAVO aan de orde te stellen, teneinde ook op dit gebied tot meer eenheid van opvatting en een meer op elkaar afgestemd be leid te komen. M. H. von Meyenfelt is kolonel van de infanterie UTRECHT '1976 wordt het jaar van de drastische beperking' constateert het CNV in zijn blad 'De Gids' naar aanleiding van het mislukte loonoverleg tussen de regering, werkgevers en vakbewe ging. Het CNV noemt dat overleg 'een eindeloos slepende, irriterende en overbodige happening'. Met name premier Den Uyl bleef volgens De Gids hardnekkig proberen, van de werkgevers toezeggingen los te krij gen die zij tot dusver herhaaldelijk en resoluut hadden afgewezen. 'Het zou te naïef zijn, te veronderstellen dat daarin op dat moment nog ver andering zou komen, meent het CNV, dat hieraan toevoegt dat het er de schijn van heeft dat het kabinet deze herhaalde weigeringen nodig had om het er intern over eens te worden dat een ingreep onvermijde lijk is. In de brief aan de Tweede Kamer zal de regering duidelijk moetep maken, dat een ingreep in de lonen werkelijk onvermijdelijk is, dat de daardoor te bereiken loonkostendaling inderdaad tot verbetering van de werkgelegen- reid leidt, dat de werknemers via de vermogensaanwasdeling mede-eige naars zullen worden van eventueel grotere winsten en invloed zullen krijgen op de besteding daarvan en dat via beheersing van prijzen en ta rieven an andere groepen een even grote beperking zal worden opge legd', aldus de christelijke vakcen trale. Voor het nemen van zulke maatrege len moet men volgens het CNV wel enige redelijke zekerheid hebben, dat het doel het terugdringen van de werkloosheid ook metterdaad wordt bereikt en dat zij niet tot het tegendeel zullen leiden. 'Dat vereist een zeer zorgvuldige afweging, in het besef dat bij alles wat men wel of niet doet het werk en het inkomen van tienduizenden mensen op het spel staat. Het is een angstwekkend probleem, dat zeker ook de vakbewe ging tot zeer grote voorzichtigheid dwingt', aldus De Gids. TROUW/KWARTfeT 17 Waarom niet? Er gaan genoeg treinen. Zeker in de spits. Meestal wel vier, zes of meer per uur. Lang wachten is er dus niet bij. Bekijkt u het kaartje hier naast maar eens. Weet u precies hoeveel keer per uur u in uw woon plaats kunt instappen. Akkoord, het is niet zoals met de auto ieder moment van de dag. Maar daar staat tegenover dat de trein geen opstoppingen tegen komt. En dat u op uw gemak een krantje kunt lezen. Voordelen die bovendien geen cent extra kosten. Integendeel. Met 'n maandtrajektkaart kost bij* voorbeeld Amsterdam-Haarlem maar zo'n acht cent per kilometer^ Slaap daar maar eens een nachtje over.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 17