penaming 'christelijk'
s óók een ereschuld
<C9*
Anamorfose in
Rijksmuseum
M
U
<09*
*7
l\
Actuele kunst uit Polen: een
misleidende tentoonstelling
Kennedy's Children,
een terugblik vol
ontgoocheling
I Dankjewel
1 Mathilde..
Dankjewel
Roosmarijn.
Dankjewel
Saar..
Dankjewel
Atje..
Dankjewel
Liselotte..
ïen congres in 1919, een conferentie in 1952
Het uur der
waarheid (3)
Meer geld voor
aanleg fietspaden
Frankrijk levert
Turkije wapens
Tandartsen lopen
mogelijk gevaar
met snelboren
Voor middelbare scholieren
ENSDAG 5 NOVEMBER 1975
BINNENLAND
TROUW/KWARTET 9
n r
ï-1
ra»- (r dr. C. Rijnsdorp
Irie,
266
108
129
74
144 L
«Ie
8oied<
•T>?.
jenaming 'congres' veronderstelt een voldoende mate van overeenstemming, die zijn uitdrukking
vinden in resoluties. Dit resolute spreken was in 1919 wè! mogelijk, maar in 1952 niet meer. Van
dat 1952 zich welbewust als christelijk sociale conferentie heeft aangekondigd.
congres van 1919 kwam kort na
•rste wereldoorlog; de conferen-
in 1952 zeven jaar na de tweede,
buitenstaander weet ik niet of
lanzienlijke verschil in reactie-
eid alleen technische oorzaken
gehad en niet ook psychologi-
Nederland was in de eerste we-
rijg neutraal gebleven en had
[oloniën behouden. Na de wa-
Istand wilde men werk, en geen
utie. In de eerste jaren na 1918
leerste een duidelijk optimisme,
ik mij van die tijd herinner is
jfieste samen te vatten met een
uit de roman De Dwaas (1909)
de Duitse schrijver Bernhard
tann (1879-1951): 'Mijn God,
zoveel te doen!' Kellerman stel-
Wereldoorlog I zijn veelzijdig
•kundig werk in dienst van de
kritiek en van het socialisme.
Ierland kreeg het emancipatie-
ai van de drie volksgroepen:
i-katholiek, socialistisch en
Instants-christelijk een nieuwe
mede door de gelijkstelling
het onderwijs en de oprichting
afzonderlijke radio-omroepen,
Hes in de eerste helft van de
twintig.
S.9
194
§o taak is ook nu niet van de
bijeenkomsten verslag uit te
- gen en het uitvoerig informeren-
- erk van anderen dunnetjes over
I oen. Wat bij het congres van
16 opvalt zijn, losgemaakt vart de
ihillende personen, de volgende
42 1-
30_ !r is al een behoorlijke bundel
le wetten.
- )e band tussen arbeider en pro-
l!8£ is verbroken.
)e overheidsexploitatie wordt als
198 elig ervaren; overheidspersoneel
niet staken.
199 )e middenstand mag niet kunst-
-g overeind worden gehouden,
-bat de meeste ongehuwde vrou-
30 thans (1919) beroepsarbeid ver-
- en, is een verblijdend verschijn-
£j een volstrekt verbod van be-
sarbeid voor de gehuwde vrouw
- ,et aan te bevelen.
)e arbeiders begeren een rechts-
4<ltie in het bedrijf. Op den duur
en zij meer invloed op de leiding
de productie.
>e toepassing van het Taylor-
- ;1 is een veelzijdig probleem.
I absoluut verbod is om redenen
133 ïfficiëntie evenwel niet gewenst,
-e eigenlijke ordening zal aan de
smacht moeten blijven, maar de
62tschappelijke organen moeten
"j® de verdere uitwerking zorgen.
atroons en arbeiders hebben
- gemeenschappelijke dan tegen-
lige belangen.
jen opmerking van prof. dr. J. R.
-maker de Bruine uit de slui-
13® rede: 'Wilt u zoo vriendelijk zijn
p te schrijven met welke dingen
taat zich wel en met welke din-
rf hij zich niet bemoeie? Dat is
pgelijk.'
ziet: in 1919 won de zakelijke
nzetting het van de theologische
83" iegeling. Er waren dan ook geen
84 es. zoals in 1891 en in 1952. Ge
schuwd werd tegen het te ge
melijk hanteren van 'beginselen',
is duidelijk dat de christelijk so-
gedachte al een stuk geschie-
had gemaakt.
'$2
'Jnu de conferentie van 1952. Al
- lijk in de Wijdingsdienst maak-
Visser enkele markante opmer-
49 en. Ik citeer uit het Proces Ver-
(Utrecht 1952): 'Van pure strijd-
nisaties al hebben met name
mfessionele vakverenigingen dat
alleen willen zijn zijn de
•erenigingen geworden tot orga-
ies, die mede de cultuur bewa-
en vormen. De onjuiste
iding tussen sociale en economi—
politiek is niet langer vol te
IJS .en. De nationale gemeen-
p wordt steeds meer ingebed in
«"•♦nationale verbanden' (bl. 25).
r het woord van een Christen-
rnemer vallen in de twintigste
22^- de beslissingen niet in de ker-
maar in de fabrieken' (28). 'Be-
- elen worden waardeloos, wan-
men ze wil laten werken in
I lijke verhoudingen, die men on-
- oende kent" (30).
H. Berkhof blikte terug op 1891
919. Het tweede congres kon zich
il wijden aan de praktische vra-
Enige deelnemers aan de conferentie van 1952. Links boven: prof. dr. F. L.
van Muiswinkel, hoogleraar aan de Vrije Universiteit (in 1969 overleden). In
het midden boven; mr. J. Meynen, oud-minister en oud-directeur van de
AKU. Geheel rechts boven: mr. P. Borst, oud-hoogleraar aan de Vrije Univer
siteit. Links onder de heer C. van Nierop, oud-Tweede Kamerlid en oud
secretaris van het CNV. In het midden onder: prof. dr. R. Schippers, hoog
leraar Vrije Universiteit. Rechts onder: mr. dr. A. A. van Rhijn, oud-minister
en oud-staatssecretaris (foto omstreeks 1952 genomen).
gen van arbeidsverhoudingen en
dergelijke. Een parallel met de eer
ste (principiële) sectie van 1891 ont
brak dan ook in 1919. 'Hoe geheel
anders ligt de zaak nu in 1952! Het
door velen gehoopte derde Christe-
lijk-Sociaal Congres kon niet door
gaan, niet in de laatste en misschien
wel in de eerste plaats omdat de
grondvragen weer volop in discussie
zijn (cursivering van mij, C. R.). En
ditmaal is het geen discussie tussen
hen die sociaal denken en de buiten
staanders, maar het is een onderling
geschil tussen hen die allen van harte
in christelijk-sociale zin willen wer
ken. Vandaar dat niet de vorm van
demonstratie, dus het Congres, kon
worden gekozen, maar de vorm van
de bezinning, de Conferentie. Van
daar ook dat ditmaal, evenals in
1891 en zo mogelijk nog meer, een
sterk accent valt op de eerste sectie,
die zich meer in het bijzonder met
de grondslagen bezighoudt' (35).
SEK
(Advertentie)
.AM
Religieuze vraag
Dr. H. Ridderbos (62 e.v.) wees erop,
dat de Heilige Schrift zich slechts in
zekere zin en tot op zekere hoogte
met de sociale kwestie inlaat. Het
schijnt soms zelfs, dat de Schrift
voor de sociale ordening als zodanig
weinig interesse meer heeft en alles
concentreert op de religieuze vraag.
Men kan dus niet één bepaalde maat-
schappijvorm aanwijzen als door God
gewild of door het christelijk geloof
geëist. Daarom moet de kerk in so
ciaal en politiek opzicht niet te veel
zeggen, maar als zij iets zegt, moet
het klare taal zijn.
Ds. F. H. Landman wees er in de
discussie op, dat men van Hervorm
de zijde veel argelozer tegenover de
neutrale organisaties staat 'Een
christelijke organisatie zien wij dan
ook altijd als een noodoplossing' (97).
Men krijgt de indruk, dat de ver
schillen in Sectie I beheerst werden
door de theologische controverse
tussen de school van Kuyper en die
van Karl Barth. Een punt van over
weging kan vandaag zijn, in hoever
deze controverse in 1975 nog actueel
is.
Sectie II ging over Mens, Massa en
Gemeenschap. Prof. dr. J. P. Kruyt
constateerde een benauwende con
troverse tussen het kapitalistische
winst- en concurrentiesysteem en
het Evangelie (122). Prof. dr. R.
Schippers oordeelde: 'Het verval der
traditie is in deze tijdelijke wereld
een noodzakelijk iets om positief te
waarderen, maar meteen bedreigt
het de continuïteit der moraal' (137).
C. van Nierop schetste de ontwikke
ling vanuit ontbrekende organische
bindingen in 1891, via organisatie
vorming daarna, naar het streven van
de christelijk-sociale beweging om
te komen tot organisch herstel door
middel van bedrijfsorganisatie en
medezeggenschap (164). W. P. Cnos-
sen constateerde verminderd respect
voor de overheid bij de plattelander
door de intense regeringsbemoeiin
gen (174).
Verschilpunten
De Conferentie van 1952 liet ons zit
ten met een gehele serie verschilpun
ten; ik noem ze sectiegewijze, en niet
alle. Sectie I: De plaats en de roeping
der kerk; de taak der overheid; de
noodzaak van christelijk-politieke
en/of chr. sociale organisaties; de vi
sie op het toenmalige socialisme; de
betekenis van de souvereiniteit in
eigen kring.
Sectie II: de christelijke, historisch
gevormde levensstyl; hoe functione
ren, sociologisch gesproken, de chris
telijke organisaties in het maatschap
pelijk leven; hoe ver reikt het amb
telijk geleide kerkewerk; kan men
(Advertentie)
Organisatie
(dat je vandaag het geheim
met ons wilt delen.
SANDEMAN
In Sectie III: De organisatie van de
maatschappij, vroeg mr. P. Borst zich
af of er nog wel continuïteit te be
speuren valt in de gedachtengang
van 1891, 1919 en 1952. 'Vooral wan
neer het gaat om de organisatie van
het bedrijfsleven, dat gewichtige on
derdeel van de maatschappij, het
welk ambacht en industrie, handel
en verkeer en de agrarische sector
omvat? Zijn de feiten ons niet te
machtig geworden?' (cursivering van
mij, C. R.) blz. 323. Mr. dr. A. A.
van Rhijn kenmerkte de situatie van
1919 als 'enerzijds een toenemende
bemoeienis van de Overheid met het
sociale leven en anderzijds een snelle
ontwikkeling van de organisaties der
werkgevers en arbeiders' (345). 'On
ze huidige maatschappelijke orde is
in wezen gegrondvest op concurren
tie en niet op samenwerking' (351).
'Misschien is wel het belangrijkste
bezwaar tegen onze huidige maat-
dat je vandaag het geheim
met ons wilt delen.
SANDEMAN
Van onze Haagse redactie
DEN HAAG Het rijk gaat meer
geld geven voor de aanleg van fiets
paden. De ministers Westerterp en
Duisenberg hebben hiertoe een
wetsontwerp bij de Kamer inge
diend.
De rijksbijdrage in de aanlegkosten
van fietspaden in de stad zal ver-
hoofd worden van vijftig tot tachtig
procent. Voor hiervoor benodigde
fietspaden buiten de stad wordt de
helft van de kosten vergoed. Het
geld komt uit het rijks-wegenfonds
waaruit tot nu toe alleen autowe
gen en fietspaden langs rijkswegen
betaald konden worden.
(Advertentie)
schappelijke orde het regelmatig op
treden van crisis en massawerkloos
heid' (354).
Prof. dr. F. L. van Muiswinkel: Een
zijdige concentratie van macht bij de
overheid moet het einde van alle wer
kelijke vrijheid betekenen. Ongelimi
teerde machtsconcentratie in het be
drijfsleven ziet hij eveneens als een
reëel gevaar voor de vryheid en de
geestelijke ontplooiing van de mens
(400). Een laatste citaat, ditmaal van
mr. J. Meynen: 'Men beseft alge
meen, dat men de klassieke ziens
wijze, welke gedurende de bloei
periode van het kapitalisme alge
meen aanvaard werd, de facto reeds
lang heeft verlaten, doch te weinig
is de balans opgemaakt, hoe bij de
grote en middelgrote ondernemingen
de beleidsverhoudingen in feite ver
deeld zijn' (420).
dat je vandaag het geheim
met ons wilt delen.
SANDEMAN
ANKARA (Reuter) Frankrijk zal
Turkije het leeuwedeel van de wa
pens leveren waarom het gevraagd
heeft, zo heeft de Turkse minister
van buitenlandse zaken, Ihsan Sa-
bri Caglayangil, gisteren op een
persconferentie in Ankara meege
deeld.
De minister, die ln Ankara overleg
heeft gepleegd met zijn Franse col
lega Jean Sauvagnargues, gaf geen
nadere bijzonderheden. Turkije
heeft laten weten dat het voor zijn
bewapening niet meer uitsluitend
van de VS afhankelijk wil zijn. In
dit verband heeft het een lijstje
met verlangens naar andere weste
lijke landen gezonden. Caglayangil
gaf duidelijk te kennen dat zijn
land geen wapens van de Sowjet-
nie zal kopen.
Van een verslaggever
UTRECHT De Haagse tandarts
W. F. A. Arnold heeft zijn collega's
aangespoord, uiterst voorzichtig te
zijn met de 'Airotor', de snelboor.
Hij lijdt aan een zeer zwaar long-
emphyseem en dat is volgens zijn
longarts het gevolg van het werken
met de Airotor.
De heer Arnold vermoedt, dat hij
de eerste Nederlandse tandarts was
die de Airotor ongeveer 30 jaar
geleden uit Amerika liet komen.
Hij waarschuwt, dat de 'schade' pas
na vele jaren merkbaar .wordt. Zijn
longarts heeft aan de hand van
foto's geconstateerd dat de longbe
schadiging geen gevolg is van het
water voor de afkoeling (dat wordt
namelijk weer uitgeademd) maar
van de oliedruppels waarmee de
turbine wordt gesmeerd en het
slijpsel van tanden en vullingen.
De heer Arnold adviseert zijn colle
ga's en hun assistenten, bescher
mende doekjes voor neus en mond
te dragen.
Een firma in tandheelkundige in
strumenten heeft inmiddels al la
ten weten, dat er sinds enige tijd
snelboren in de handel zijn met
een ander soort smering, waardoor
er geen oliedruppels meer verneve
len.
De redactie van het Tandartsen blad
schrijft dat een nader onderzoek
gewenst lijkt.
crp
door Ger Kruis
samenwerken met niet-christelyke in
stanties die de massificatie willen be
strijden? Sectie III: Welke taak heeft
de overheid bij de verdeling van het
nationale inkomen en het nationale
vermogen; welke is de plaats van de
vakbeweging by de verwezenlijking
van de medezeggenschap in de on
derneming?
Dit overzicht moest wel iets uitvoeri
ger worden dan dat van 1891 en 1910.
Niettemin heb ik veel moeten over
slaan en belangrijke figuren onver
meld gelaten. Voor my was een col
lectie typerende uitspraken, ook al
waren ze onderling soms slecht ver-
'enigbaar, interessanter dan de vraag
wie 'wat' zei.
Twee uitspraken heb ik gecursiveerd:
De grondvragen zijn weer volop in
discussie (Berkhof) en de vraag: Zyn
de feiten ons niet te machtig gewor
den (Mr. P. Borst). Wat die grond
vragen betreft, met name de vraag
naar het gewettigde (legitieme) van
zich christelijk organiseren, kan m.i.
aan de historisch gegroeide, Neder
landse (niet Zwitsers-Duitse) situatie
niet worden voorbijgezien. Walter
Scott schreef de ene roman na de an
dere om zijn schulden te betalen, al
kostte het hem zijn gezondheid. Zo
zie ik de benaming 'christelijk', on
der andere!, als een af te lossen hy
potheek, als een ereschuld tegenover
onze vaderen, om waar te maken wat
zij in hun beste ogenblikken hebben
bedoeld.
En dan: kunnen feiten ons blijvend te
machtig zijn? Hier raken wij de ze
nuw van ons betoog in deze artike
lenserie. Waar echt geloof is is echte
creativiteit, ook op sociaal en poli
tiek gebied. Maar hiermee heb ik
mijn impressionistische terugblik af
gerond, om tot de actuele situatie te
kunnen overgaan.
De eerste artikelen in deze serie van
vijf stonden in de krant van 1 en 4
november.
BREDA 'Actuële kunst uit
Polen', vijftien Poolse kunste
naars, die tot 25 november hun
werk in het Cultureel Centrum
De Beijerd in Breda tonen.
Actueel, dus internationaal georiën
teerd, düs geen voorbeelden van het,
wellicht nog door sommigen ver
wachte, socialistisch realisme. Want
dat is een stroming, die duidelijk in
de Sowjet Unie geconcentreerd is en,
hoe groot de beïnvloeding op andere
terreinen ook was, geen voet aan de
grond kreeg in de andere Oostblok
landen. Vandaar waarschijnlijk ook
dat je op deze (officieel in Polen
samengestelde) tentoonstelling geen
enkel voorbeeld te zien krijgt van
het in West-Europa en de V.S. zo
florerende superrealisme
Geen 'dierbare' schilders ook of mo
derne romantiek; ze gaan er hard
tegenaan, die hier vertegenwoordigde
Polen. Er zijn nog wel enkele 'emo
tionele' schilders bij, zoals Arty-
mowski (vriendelijke speeltjes met
waterverf en gerimpeld papier),
Drazkiewicz (estetische affiche-ach-
tige litho's, daar zijn ze in Polen
trouwens altijd sterk in geweest),
Musialowicz (eigenlijk een materie
schilder) en Teresa Pagowska, wier
vondst van de oningevulde figuren,
van blank linnen vlakken, al gauw
tot manierisme blijkt te vervallen.
En nog een schilderijen-bouwer als
Makowski die in harde kleuren een
kennelijk als min of meer surrealis-
door André Rutten
HAARLEM Het toneelspel
'Kennedy's Children' (Kinderen
van Kennedy) heeft zowel in
New York als in Londen enorm
veel succes gehad. Het is een
persoonlijke terugblik van een
vijftal direct betrokkenen op de
jaren zestig in de Verenigde Sta
ten, na de moord op Kennedy,
na de zelfmoord van Marilyn
Monroe, toen een jonge genera
tie heftig in actie kwam.
De faam, die het stuk heeft, leidde
er toe dat Wikor, het instituut dat al
vele jaren buitenlands toneel naar
Nederland haalt in het bijzonder ten
behoeve van het voortgezet onder
wijs, de Engelse voorstelling van de
King's Head Theatre Club voor een
grote tournée liet overkomen. Maan
dagavond was die voor het eerst in
Haarlem te zien.
In een bar in New York, waar nie
mand contact met elkaar heeft en
dat ook bewust niet zoekt, zijn vijf
mensen van rond de dertig jaar bij
elkaar op een herfstmiddag in 1974.
Zij zijn ieder voor zich bezig met
wat zij in die jaren zestig gedaan
en verwacht hebben en wat daar nu
van terechtgekomen blijkt. Dezelfde
soort ontgoocheling die je ook in
Nederland bij die generatie wel tegen
komt: toen waren we actief met iets
bezig, er gebeurde van alles, nu zeu
len we alleen maar naarstig verder
in het straatje waarin we toen te
recht gekomen zijn.
In het stuk wordt het opgesplitst:
een jonge vrouw, die door Kennedy's
'offer1 haar baantje er aan gegeven
heeft om als onderwijzeres achter
gebleven kinderen verder te kunnen
helpen, een acteur, die zich de bloei
van het off-off-theatre (waaruit ook
Mickery in de zestiger jaren putte)
herinnert, een politieke activiste, die
haar felheid nog niet kwijt is maar
er weinig weg meer mee weet, een
jonge man die zijn bewustwording in
Vietnam via brieven aan zijn moe
der nagaat, een jonge actrice, die de
nieuwe sexbom na Marilyn Monroe
had willen worden, wat niet gelukt
is, zodat ze nu een overdosis slaap
middelen heeft genomen.
De regisseur van deze voorstelling,
Clive Donner, heeft de suggestie van
de schrijver, dat het allemaal voor
zichzelf uitgesproken gedachten zijn,
niet helemaal gevolgd: hij laat de vijf
door elkaar lopende monologen
meestal rechtstreeks tot het publiek
richten en mimiek en gestiek iets
aanzetten. Dat wordt goed gedaan.
Toch blijkt het een stuk, dat vooral
de generatie van dertig-jarigen het
meest zal aanspreken.
In januari a.s. komt er ook een Ne
derlandse voorstelling van onder
regie van de Amerikaan Paul Melton.
tisch bedoeld stilleven ten beste
geeft, dat me even weinig zegt als
de ellenlange latijnse titel.
Verder een beroemdheid als Winiars-
ki (vorig jaar ook op het Symposium
te Gorcum), wiens werken, koele
computerachtige constructies, vol
gens de inleiding 'eerder ontstonden
dan de Amerikaanse en West-Euro-
pese conceptkunst'. Waarbij dan, bij
voorbeeld, wél een man als Vasarely
over het hoofd werd gezien. En als
je zo'n tekst, van dr. Bozena Kowals-
ka, verder doorworstelt, kom je
eigenlijk alleen maar tot de conclusie
dat óók in de volksrepubliek Polen,
de kunst een uiterst elitaire zaak
blijkt te zijn.
de grote belangstelling voor de
geesteshouding van het Verre Oosten
leidde in Polen tot scheppingen als
de meditatieve ruimte van de leegte
van Jan Berdyszak': dorre openge
werkte toestanden, waarbij die van
Fontana boeiende gebeurtenissen
worden.
De foto-series van het echtpaar
Lachowia vormen, aldus Kowalski,
meer de weerspiegeling van de filo
sofische zienswijze van de kunstenaar
dan dat zij kunstvoorwerpen zijn in
de traditionele zin van het woord'.
Maar geen wóórd over wat dan wel
weerspiegeld wordt, wat de filosofie
is van het 'bananen-meisje' (meer
een ideetje voor een sex-blaadje)
of van die wolken-series. Je vraagt
je alleen maar af, waarom zo'n stel
letje eigenlijk onnozele foto'tjes nou
zo noodzakelijk mee moest om de
actuele kunst van Polen te verte-
genwoordigen.
Op een enkele uitzondering na, doet
het allemaal even ongeïnspireerd,
gezocht, onbewogen en uitgerekend
aan.
Als deze expositie onder een andere
titel was uitgebracht, Vijftien Poolse
kunstenaars bijvoorbeeld, dan had je
je nog bij zo'n eenzijdige presentatie
kunnen neerleggen, maar het is
ronduit misleidend een zo duidelijk
persoonlijke keuze onder een noe
mer te brengen die toch een alge
meen overzicht veronderstelt.
(Advertentie)
..dat je vandaag het geheim
metons wiltdelen.
SANDEMAN
De politieke activiste (Janie
Booth) in 'Kennedy's Children'.
(Advertentie)
.dat je vandaag het geheim
met ons wilt delen.
SANDEMAN
AMSTERDAM Dit is een
anamorfose. Als u van onder
schuin langs deze prent kijkt zal
de afgebeelde cellist bijna nor
maal van proporties worden.
Anamorfosen zijn dus kunstwer
ken, waarvan de voorstellingen
niet direct herkenbaar zijn, maar
dat pas worden bij een andere
gezichtshoek of als je ze bekijkt
met een daarvoor bestemd hulp
stuk zoals een kegelvormige, een
cylindrische of een pyramidale
spiegel.
Veel van dergelijke werken zijn
van 8 november tot 26 jar.uari te
zien in het Rijksmuseum te Am
sterdam. Deze tentoonstelling,
'Anamorfosen snel met pers
pectief', de eerste op dit gebied,
is een idee van Joost Elffers en
Michael Schuyt. De kunsthistori
cus Fred Leeman verzorgde de
catalogus. Datzelfde drieman
schap stelde over dit onderwerp
een boek samen, dat bij de uit
geverij Landshoff te Amsterdam
is verschenen. De hierbij afge
beelde illustratie is daaruit af
komstig. De anamorfosen wer
den tijdens de Renaissance ont
wikkeld. Leonardo da Vinei liet
ons de oudst bekende perspecti
vische anamorfose na, waarvan
een copie op de tentoonstelling
aanwezig is.
Anamorfosen waarbij spiegels
nodig zijn werden in het midden
van de 17e eeuw in Europa be
kend door een boek van Jean
Fran^olis Niceron. Waarschijnlijk
stammen ze uit China.
In de 19e en in de eerste helft
van de 20ste eeuw raakte deze
speelse kunstvorm vrijwel in het
vergeetboek, 'n Paar jaar gele
den kwam er weer belangstelling
voor. Die ging zo ver dat ook
moderne kunstenaars er zich mee
gingen bezighouden. Een voor
beeld daarvan is de anamorfoti-
sche kamer van Jan Beutener,
die speciaal voor de tentoonstel
ling in het Rijksmuseum werd
gebouwd.