Israel heeft veel paraat voetvolk in VS
SAY
KGB eng troeteldier van Sowjetleiders
r
Stortvloed van brieven hield Hawks voor Jordanië tegen
Veiligheidshalve' mag geheime dienst alles
kTERDAG 1 NOVEMBER 1975
BUITENLAND
TROUW/KWARTET 13
door James Dorsey
Waarnemers omschrijven de „joodse lobby" in Washington
als de sterkste en meest effectieve ethnische pressiegroep in de
Verenigde Staten. Hoe men in Amerika tegen deze joodse be
langenvertegenwoordiging aankijkt, verschilt van groep tot
groep.
Zo verklaarde generaal' George
Brown, voorzitter van de verenigde
chefs van staven van de Amerikaanse
strijdkrachten, aan het begin van dit
jaar: „Het is ongelooflijk hoe sterk de
lobby is. De Israëli's komen naar ons
om wapens te vragen, en wij zeggen
dat wij het Congres nooit zover zullen
krijgen om met hun voorstellen in te
stemmen. Hun antwoord is: maak je
geen zorgen over het Congres. Dat ne
men wij wel voor onze rekening. Dit
zijn nu mensen van een ander land,
die het inderdaad klaarspelen..."
Alhoewel deze uitspraak van Brown
vanwege verdere antisemitische op
merkingen veel consternatie in de
Verenigde Staten veroorzaakte, had
hij het in deze toch bij het rechte eind.
In klingen van Amerikaanse joden
wordt het druk uitoefenen op de
Amerikaanse regering om een pro-Is
raëlisch stahdpunt in te nemen gezien
als een volledig legitieme onderne
ming. „Het is helemaal niet onjuist
dat Amerikaanse joden zich tot het
Congres wenden, zodat dit op zijn
beurt de regering vraagt om Israël
een helpende hand te bieden. Volgens
de grondwet hebben wij het recht om
ons tot onze regering te wenden," ver
klaarde Isaaih L. Kenen, het voorma
lig hoofd van de joodse lobby in
Washington.
De leiding van de joodse lobby is in
handen van de 21 jaar geleden opge
richte American Israel Public Affairs
Committee (AIPSC), die officieel als
pressiegroep geregistreerd staat-^In
maart van dit jaar volgde Morris
Amitay Kenen op als directeur van
het comité.' Het AIPSC heeft een jaar
lijks budget van ongeveer 350.000 dol
lar. Twaalf mensen met een gemid
deld jaarsalaris van 15.000 dollar heb
ben aan de belangenvertegenwoordi
ging van Israël een dagtaak. Het
AIPSC is van plan om zijn budget en
staf uit te breiden „omdat de Ameri
kaanse joden bang zijn" verklaarde
Amitay onlangs. „Bang is eigenlijk
niet het goede woord. Zij zijn be
zorgd. bezorgd dat de pogingen van
de Verenigde Staten om na de Jom
Kippoer Oorlog de betrekkingen met
de Arabische staten te verbeteren ten
koste zal gaan van de veiligheid van
de staat Israël", zei hij onlangs tegen
de Washington Post.
Het AIPSC wordt gedragen door
veertien verschillende landelijke
Amerikaanse joodse organisaties, die
zeggen vier van de zes miljoen Ameri
kaanse joden te vertegenwoordigen.
De vertegenwoordigers van deze or
ganisaties komen wekelijks in Wash
ington bijeen om over het te voeren
beleid van de AIPSC te praten. Vol
gens Amitay heeft het comité 12.000
leden, en komen zijn fondsen uitslui
tend uit particuliere bron. Wekelijks
wordt de nieuwsbrief van het AIPSC.
de Near East Report, aan alle leden
en verder aan 27.000 abonnees toege
zonden.
Succes
Een duidelijk voorbeeld van de werk-,
wijze van het comité gaf de Washing
ton Post in een artikel weer: in juli
van dit jaar werd bekend dat presi
dent Ford van plan was het Congres
om toestemming te vragen voor de le
vering van veertien Hawk-raketten
ten bedrage van 256 miljoen dollar
aan Jordanië. Amitay werd doortwee
Congresleden om zijn mening ge
vraagd over een memorandum dat de
Amerikaanse regering aan de Se
naatscommissie voor buitenlandse
betrekkingen inzake de verkoop van
de raketten had doen toekomen. Bin
nen enkele dagen hadden Amitay en
zijn medewerkers een nota geschre
ven waarin zij tot de conclusie kwa
men dat de Hawk raketten „agressie
ve handelingen tegen Israël zouden
kunnen dekken". De nota werd on
middellijk aan alle Congresleden en
aan de meeste joodse gemeenten in
Amerika toegestuurd. Binnen 24 uur
werden de Congresleden door hun
joodse kiezers met telefoongesprek
ken. telegrammen en brieven be
stormd, waarin men er bij hen op
aandrong tegen de verkoop van de ra-
jketten aan Jordanië te stemmen. Drie
In New York wonende joden demonstreerden vorig jaar november tegen de Palestijnse Bevrijdingsorga
nisatie (PLO) en tegen de aanwezigheid van de PLO-leider Yasser Arafat in de Verenigde Naties.
dagen na de eerste nota werd een
tweede door het AISPC verstuurd,
waarin uitspraken van Jordaanse lei
ders geciteerd werden die erop wezen
dat Jordanië nieuwe wapens nodig
had om Israël te kunnen aanvallen.
De campagne van de joodse lobby
kreeg de ruggesteun van een resolu
tie. die door de senatoren Case en
Bingham werd ingediend en waarin"
de wapenverkoop werd afgekeurd.
Een week na het versturen van de
eerste nota werd Amitay uitgenodigd
om te getuigen voor de Senaatscom
missie voor buitenlandse betrekkin
gen. De dag daarop trok de regering
haar aanvraag terug en besloot deze
opnieuw in het najaar bij het Congres
in te dienen. De lobby had een voorlo
pig succes geboekt
Tegenlobby
Ook Senator Jamos Abourezk is wei
eens met het AIPSC in botsing geko
men. Abourezk is de enige senator
van Arabische afkomst. Hij wordt ge
zien als de onofficiële leider van de
langzamerhand opkomende Arabi
sche lobby in Amerika. Weliswaar
wonen er in de Verenigde Staten vier
keer zoveel Amerikanen van joodse
afkomst als van Arabische afkötnst,
maar toch vormen de joden in Ameri
ka slechts drie procent van de gehele
bevolking. Maar omdat de opkomst
van joden bij yerkiezingen veel hoger
is dan de, opkomst van andere Ameri
kaanse bevolkingsgroepen zijn .de
joodse stemmeh bij verkiezingen bij
zonder belangrijk. Zo wordt bijvoor
beeld aangenomen dat de joodse
stemmen doorslaggevend zijn ge
weest bij de verkiezing van president
Kennedy in 1960. Bovendien behoren
de joden in Amerika tot de groep met
de beste opleidingen en zijn zij in one
venredig aantal politiek actief. Dat
verklaart de effectiviteit van de jood
se lobby, die bovendien aansluit op de
algemene overtuiging dat wat goed is
voor Israël goed is voor de Verenigde
Staten een stelling die eveneens
door het AIPSC wordt gepropageerd
Sympathisanten van de Arabische
zaak zijn in de afgelopen twee jaar de
noodzaak van een goeddraaiende lob
by in de Verenigde Staten gaan in
zien. Zo is de Arabische Liga op even
eens op grotere schaal nieuwsbrieven
aan opinievorniers en beleidsmakers
gaan versturen. Doodgebloede Ara-
bisch-Amerikaanse Kamers van
Koophandel werd nieuw leven inge
blazen en er worden studentenreizen
naar het Midden-Oosten georgani
seerd.
Zelfde techniek
De Arabische Amerikanen hebben
inmiddels ook de techniek van brie
ven. telegrammen en telefoontjes
naar Congresleden geleerd. De op
komst van de Arabische lobby be
reikte in juni van dit jaar een mijlpaal
toen elf vertegenwoordigers van de
Arabische Amerikanen een onder
houd van veertig minuten hadden
met president Ford en minister van
buitenlandse zaken Henry Kissinger.
Tijdens dit gesprek hielden zij een
pleidooi ten behoeve van de Palestijn
se bevrijdingsbeweging PLO.
Senator Abourezk benadrukt uit-
- drukkelijk dat de Arabische lobby in
de Verenigde Staten niet uit is op een
totale ombuiging van het Amerikaan
se beleid jegens Israël. „Ik ben een
voorstander van het bestaansrecht
van de staat Israël, maar ik steun niet
de territoriale veroveringen van Is
raël in het Midden-Oosten" zegt hij.
Ook de jzoorzitter van de Nationale
Vereniging van Arabische Amerika
nen zegt „dat de Verenigde Staten Is
raël moeten blijven steunen; toch mo
gen wij Israël geen carte blanche ge
ven". Maar wanneer men brieven van
leden van de vereniging of van de ver
eniging zelf bekijkt ontstaat er een
ander beeld. Er wórdt keer op keer
geëist dat de militaire hulp aan Israël
zal worden opgezegd. Naar de me
ning van Senator Abourezk heeft het
werk van de Arabische lobby weinig
afbreuk kunnen doen aan het werk'
van de joodse lobby in de Verenigde
Staten. „Ik heb Arabische leiders
veelvuldig aangeraden om een grote
publiciteitscampagne te ontvouwen",
zo zei hij. Dit advies werd echter tot
nu toe grotendeels nog niet opge
volgd.
Medium
Teruggaand in de geschiedenis vindt
men het gebruik van dezelfde tactie
ken tijdens de debatten in de Verenig
de Naties in 1947 over de verdeling
van Palestina en de oprichting van
een joodse staat. De toenmalige Ame
rikaanse president Truman schreef
zelf hierover: .Niet alleen binnen de
Verenigde Naties werd pressie uit
geoefend op een manier die tot dan
toe ongekend was, maar ook het Witte
Huis lag voortdurend in de vuurlinie.
De houding van de extreme zionisti
sche leiders, hun politieke argumen
ten en hun bedreigingen waren zoda
nig dat ze me ergerden. Enkelen van
hen eisten van mij. dat wij soevereine
regeringen zouden chanteren om
vóó.. de verdeling van Palestina te
stemmeh." Het gebruik van telefoon
gesprekken, telegrammen en brieven
is ook bij de Verenigde Naties een
geoorloofde praktijk om gedelegeer
den onder druk te zetten. Maar in
1947 gingen de zaken nog veel verder.
Zonder medeweten van Truman,
werd de president van Haiti onder fi
nanciële druk gezet om vóór de verde
ling van Palestina te stemmen. Ook
de Franse VN-ambassadeur kreeg te
horen dat Amerika zijn economische
steun aan Frankrijk zou stopzetten
wanneer dat land tegen de verdeling
zou stemmen. President Tubman van
Liberia die eveneens tegen het verde
lingsplan gekant was, werd gedwon
gen om te kiezen tussen een boycot
van de .Firestone Tire Rubber
Company" die vele investeringen in
Liberia had gedaan en het stemmen
voor het verdelingsplan van Palesti
na. Met andere middelen werden de
Filippijnen, Griekenland, België en
Nieuw-Zeeland, die zich van stem
ming wilden onthouden, onder druk
gezet. Uiteindelijk werd het verde
lingsplan op 29 november 1947 met 33
stemmen vóór 13 stemmen tegen en
10 onthoudingen aangenomen.
Dat de joden in de VS toen allemaal
op de punt van hun stoel zaten kan
overigens niet los gezien worden van
een tegenovergestelde activiteit: die
van de machtige olielobby in de VS
die eerst de houding van de VS ten
opzichte van het verdelingsplan bij
zonder aarzelend maakte en daarna
zijn enorme invloed aanwendde om
de uitroeping van de staat Israël te
voorkomen. Allemaal uit vrees voor
de oliebejangen in de Arabische we
reld.
Inmiddels is de aanpak van de
joodse lobby in Amerika verfijnder
geworden alhoewel men er nög"stëëds'
het oude patroon in terug kan vinden.
Politici die het met de lobby niet eens
zijn krijgen het weieens zwaar te ver
duren. Senator Percy kan dit bevesti
gen. Hij maakte aan het begin van dit
jaar een reis door het Midden-Oosten
en verklaarde bij zijn terugkomst in
de Verenigde §taten dat Israël zich
uit de meeste in 1967 bezette gebieden
zal moeten terugtrekken en dat hij
Yasser Arafat de leider van de Pales
tijnse bevrijdingsbeweging, een be
trekkelijk „gematigde" man vond.
Sindsdien heeft Percy 20.000 brieven
ontvangen van boze kiezers. Volgens
zijn kantoor stromen er nog wekelijks
50 van dergelijke brieven binnen. In
de pers van Chicago, de stad waar
Percy vandaan komt en waar 250.000
joden wonen, verschenen boze lezers-
brieven waarin hij ervan beschuldigd
werd Israël te willen dwingen „een
nationale zelfmoord te begaan."
door P. Klijnsma
inlichtingendiensten zijn momenteel onderworpen aan een groeiende publieke belangstelling. De
CIA dreigt in het felle licht van de publiciteit zelfs te ontbinden als we haar directeur Colby mogen
jeloven. Over de geheime dienst van de Sow jet-Unie verscheen in 1974 een gedocumenteerd boek-
uiteraard niet in de Sowjet-Unie, maar ook in de VS. geschreven door de ex-inlichtingen-officier
)ij de Amerikaanse marine John Barron. Dit boek is thans beschikbaar in een Nederlandse verta-
ing.
Barron putte zijn gegevens uit diverse
ironnen. Allereerst kreeg hij inlichtin-
jen van ex-KGB-agenten, die nu in het
Vesten zijn en voorts sprak hij met ge
duchte Sowjet-burgers, die ervaringen
ipdeden met de KGB. Verdere infor-
natie kreeg hij van de Amerikaanse in-
ichtingendiensten en van die van an-
iere niet-communistische landen. Zo
itond de FBI hem een onderhoud toe
net de onder haar hoede staande ge
duchte agent Kaarlo Tuomi.
In 1964 vluchtte de KGB-officier No-
lenko via Zwitserland naar de VS. Hij
iep in mei 1970 onaangekondigd het
;antoor binnen, waar Barron in Wash-
ngton aan zijn project werkte, om hem
net inlichtingen van dienst te zijn.
ïveneens eigener beweging schreef
en andere ex-KGB'er Wladimir Sa
charow in 1971 van zijn post in Koe
weit naar de USA uitgewekeneen
iricf aan Barron met informatie. De
Kremlinoloog Conquest dekt in een in
leiding op dit boek de inhoud ervan en
de verbannen auteur Solzjenitsin .doet
hetzelfde met een korte epiloog.
Hoofdkwartier
Niet ver van het Kremlin staat aan het
Dzersjinskiplein het gebouwencom
plex van het KGB-hoofdkwartier. Het
plein ontleent zijn naam aan de eerste
leider van de geheime dienst, door Le-
ïin in het leven geroepen en toen Tsje-
<a genoemd.Chroesjtsjew liet op het
plein een standbeeld voor Dzersjinski
oprichten. In het bureau van de huidige
leider Andropow sinds 197.3 hangt
van deze „pionier" een portret. Van het
complex maakt de Ljoebanka-gevan-
genis deel uit. Westerse inlichtingen
diensten schatten het aantal stafleden,
waarover Andropow de scepter zwaait,
op een kleine 100.000, voor binnen- en
buitendienst.
De organisatie van de KGB is ingewik
keld en zeer veelomvattend. De belang
rijkste onderdelen zijn het directoraat
Planning en Analyse, het directoraat
buitenlandse agenten, de afdeling des
informatie, een afdeling voor code
ring en decodering, voor personeels-
werving, voor laboratoriumwerk, voor
het vervaardigen van valse documen
ten en voor de financiën. Ultrageheim
is de afdeling Uitvoering, bestemd voor
de zg. „natte zaken", liquidatiegeval-
len. De eomputerafdeling neemt elk
jaar in belangrijkheid toe.
Dubbele functie
KGB staat voor Komitet Gosoedarst-
vennoj Bezopasnosti, Comité voor
Staatsvèiligheid. Het is het instrument
voor het regime' ter bescherming van
de veiligheid naar buiten en van bin
nen, een CIA en FBI ineen. Conquest
stelt in zijn inleiding, dat elke staat het
recht en de plicht heeft de eigen staats
geheimen te beveiligen. Volgens hem is
de KGB echter de stoottroep, die het
westerse systeem wil ondermijnen. Hij
hekelt de verslapping van de westerse
waakzaamheid en noemt als schok
kend voorbeeld de documentenroof uit
he: Amerikaanse koerierscentrum op
het vliegveld Orly in 1963.
Van Lenin tot Breznjew heelt elke Rus
sische leider zich met hart en ziel ach
ter dit machtsinstrument van het regi
me gesteld. Wel moet gezegd, dat
Chroesjtsjew, die aan de geheime
dienst de naam KGB gaf, zekerheden
voor controle inbouwde. Het regime is
echter afhankelijk van dit apparaat, in
gebouwde controle of niet. Het is, zegt
Barron, „zwaard en schild" van het re
gime. En niet alleen tegenover het bui
tenland, evenzeer tegen het eigen volk.
In deze zin zou je de KGB een anti-Sa-
charow-apparaat kunnen noemen, een
instelling die de door Andrej Sacharow
voorgestane liberalisering met het
„zwaard" tegengaat. Sacharow heeft
de dubbelfunctie van de KGB juist
aangeduid in een schrijvèn aan het
Centrale Comité ovër de opnieuw
groeiende KGB-onderdrukking. waar
in staat: „Met pijn en ontsteltenis moet
ik constateren, dat zich een groei
voordoet van de beperking van de ideo
logische vrijheid .(en) van een inter
nationaal op de spits drijven van natio
nale (minderheids)problemen."
Orly
De KGB rekruteert elk jaar een be
paald kwantum medewerkers. Zij pro
beert dit onder meer ook te doen onder
ideologisch en/of financieel geïnteres
seerde Amerikanen. Zij boekte in 1953
succes bij een gefrustreerde Ameri
kaanse sergeant Robert Lee Johnson,
toen gestationeerd in Berlijn. Begin
1963 zag deze tot de KGB toegetreden
spion kans uit de kluis van het Ameri
can Forces Courier Centre op het vlieg
veld Orly bij Parijs geheime documen
ten te halen. In dé middernachtelijke
uren werden deze overgedragen aan
een KGB-officier, in ijltempo op de
Sowjet-ambassade in Parijs geko
pieerd en daarna weer in de kluis gede
poneerd. Chroesjtsjew nam persoon
lijk een groot deel van het gedecodeer
de materiaal door, vertelde Johnsons
contactman hem opgetogen op Tweede
Kerstdag '62. Een andere gevluchte
KGB'er Nosenko heeft dit bevestigd.
Zevenmaal opende Johnson de kluis.
Zijn buit bestond uit ongeveer 90 enve
loppen „met inhoud". Die inhoud be
trof berichten voor de NAVO. voor de
Amerikaanse legerleiding in Europa en
voor de Amerikaanse Zesde Vloot. En
kele missers van Johnson wekten arg
waan en de operatie werd op een laag
pitje gezet. Johnsons overplaatsing
maakte er definitief een einde aan.
Johnsons Oostenrijkse vrouw Hedy
was depressief en onderging behande
lingen in Parijs en later in het Walter
Reed Hospital in Washington. In haar
verwarde spreken viel nu en dan het
woord spion.
Later thuis, door FBI functionarissen
ondervraagd, vertelde zij. weer redelijk
bij haar verstand, de waarheid. John
son was er toen al dertig dagen van
door. In Las Vegas vergokte hij zijn
geld. In arrenmoede gaf hij zich ten-
Yoeri Andropow, sinds 1973 hoofd van het Komitet Gosoedarstvennoj
Bezopasnosti (KGB), het Sowjetrussische Comité voor Staatsveilig
heid.
slotte platzak aan bij de politie. Zijn
vonnis luidde 25 jaar gevangenisstraf.
Hij zou ze niet uitzitten. Robert John
son jr. teruggekeerd uit de oorlog in
Vietnam, bracht zijn vader een bezoek.
In de bezoekerskamer stak de zoon de
vader neer.
Mokriedela
De KGB heeft een aparte afdeling voor
de mokrie dela, de natte zaken,\waarbij
bloed vloeit. Het boek van Barron be
vat ook over dit aspect een treffend
ve haal, meegedeeld door alweer een
ex-KGB'er Stasjinski.Ook deze was bij
de KGB gekomen door chantage.'Hij
had als arme spoorstudent wel ééns ge
reisd zonder kaartje. Ernstiger was,
dat zijn familie verdacht werd van Oe-
kraïens nationalisme. Stasjinski werd
gerekruteerd en opgeleid en hoe!
voor liquidatiegevallen.
De slachtoffers moesten vallen onder
Oekraïense leiders in het buitenland.
Twee van hen kwamen inderdaad door
Stasjinski om het leven. Zijn tweede
slachtoffer had hij ontdekt bij de be
grafenis van een door een andere KGB-
agent omgebrachte Oekraïner, ver
moord in Rotterdam. De gefotografeer
de leider heette Bandera. Stasjinski li
quideerde hem bij zijn flat in München
door hem uit een glazen apparaat
blauwzuur in het gezicht te spuiten.
Stasjinski's latere vrouw, het Oostber-
lijnse meisje Inge Pohl bracht hem tot
inkeer. Een dag voor de begrafenis van
hun gestorven zoontje, tevens de dag
voor begonnen werd met de bouw van
de Berlijnse muur, vluchtten beiden
naar West-Berlijn. Een hof in Stuttgart
veroordeelde de politieke moordenaar
tot acht jaar, overwegende dat de echte
schuldigen aan het Dzersjiskiplein
moesten worden gezocht.
Desinformatie
Voor desinformatie heeft de KGB een
speciale afdeling. Door valse voorlich
ting wordt de publieke opinie misleid.
Het voornaamste doelwit is uiteraard
Amerika. Daarbij kan zij dan vaak ge
bruik maken van verhalen die reeds de
ronde doen en waarvoor aanwijzingen
bestaan. In Vietnam en Thailand zou
den de VS bacteriologische wapens
hebben opgeslagen. Op Cyprus zouden
zij samen met de Griekse junta de coup
tegen Makarios hebben voorbereid.
Een CIA-agent zou hebben geprobeerd
de Turkse politiek te manipuleren.
Men werkt ook veel met valse brieven
en vervalste handtekeningen. Als voor
beeld van handtekeningvervalsing
staat die van Solzjenitsin achter in het
boek afgedrukt. China is uiteraard het
tweede land, waarop desinformatie
wordt toegepast. Het ontmoedigende
bezoek van Kosigin aan Peking in sep
tember '69 werd gevolg door een desin-
formatiepoging met waarlijk wereld
historische gevolgen. Een bericht in de
Londense Evening News van de agent
Loei behelsde, dat de Sowjet-Unie van
zins zou zijn een preventieve kernoor
log tegen Rood-China te beginnen. Het
verborgen dreigement werkte als een
boemerang: Mao opende het gesprek
met de VS en Nixon ging naar Peking.
Ook de Duitse bondsrepubliek wat een
doelwit. Rondom de jaarwisseling 1958
'59 spoelde een vreemde golf van an
tisemitisme over West-Duitsland met
uitlopers over de gehele westelijke we
reld. Barron zet hier een groot vraagte
ken bij. Hij verdenkt het foenmalige
hoofd desinformatie Agajants ervan
deze campagne te hebben geënsce
neerd. Overgelopen insiders hebben dit
bevestigd. Voor de actie is in een dorp
80 kilometer buiten Moskou gerepe
teerd: een KGB-ploeg kladde daar hui
zen vol met hakenkruizen.
Derde Wereld
In.,de Derde Wereld trachtte de KGB
eveneens haar desinformatieslag ta
slaan. Dit keer via een satelliet, de STB,
de Tsjechische geheime dienst. Deze
suggereerde via valse documenten en
verzonnen rapporten een CIA-moord-
komplot tegen president Soekarno.
Een anti-Amerikaanse hysterie in Dja
karta was het gevolg. Soekarno ging
daarbij voorop. Ook hier echter kwam
de KGB/STB van een koude kermis
thuis. De machtsgreep van september
'65 1 ep uit op de afgang van Soekarno.
Bij tienduizenden werden communis
ten afgeslacht Soehartó stelde de com
munistische partij buiten de wet..
Een inlichtingendienst is voor een ^taat
een noodzakelijk kwaad. Met Conquest
kan gezegd worden, dat zij recht v^n
bestaan heeft, mits zij zich defensief ter_
bescherming van de eigen staatsveilig
heid opstelt. Zodra zij echter agressief-
offensief optreedt, overschrijdt ze da
grenzen.
(John Barron. KGB. Werkwijze,
organisatie en machtsbereik van
de Russische Geheime Dienst,
Amsterdam Boek 1975.)