Kerk moet door de
sociologische zeef heen
De doos van Pandora is al geopend
Vandaag
y
't Is moeilijk over
vrijgemaakten te schrijven
V
Kernenergie en
samenleving
Onze adressen:
ZATERDAG 18 OKTOBER 1975
KERK - BINNENLAND
door dr. C. Rijnsdorp
In onze krant van 13 september schreef ik een stukje over De theo
logie en haar buurlanden. Als een van die buurlanden werd de so
ciologie genoemd. Deze wetenschap bestudeert het menselijk sa
menleven. Zij ontdekt de nauwe relatie tussen godsdienst en sa
menleving en de wederkerigheid van die relatie.
Ik citeer een uitspraak van de
godsdienstsocioloog dr. G. Dekker
uit een te verschijnen boek van
zijn hand. dat thans van de pers
gekomen is. Het heet De mens en
zijn godsdienst (Uitgeverij Ambo
b.v„ Bilthoven. 184 blz.. 19.50).
Als de sociologie zich bezighoudt
met godsdienst en kerk, ziet zij aan
wat voor ogen is. Dat is haar be
grenzing en binnen die grenzen
haar bruikbaarheid. Op het konink
rijk Gods heeft zij geen greep,
want dat is, naar Jezus' woord, niet
'hier' of 'daar'. Het Engelse kerklied
van William Cowper zegt: 'God mo
ves in a mysterious way'. God gaat
zijn ongekende gang (Lied 447).
Gods verborgen weg is niet in sta
tistieken te vangen. Juist als men
dit voor ogen houdt, krijgt de gods
dienstsociologie haar plaats en
waarde. Want het geloof als zoda
nig moge dan niet in statistieken
te vangen zijn, de door het geloof
af of niet verzette bergen wèl.
Om u een idee van het boek te
geven, ga ik de eerste drie hoofd
stukken in vogelvlucht met u door.
Er zijn weliswaar vijf kapittels, met
een intermezzo tussen 4 en 5. en de
laatste hoofdstukken zijn uiteraard
de gewichtigste, maar een artikel
heeft zijn grenzen en er moet wat
voor de lezer te ontdekken overblij
ven.
Ingewikkeld
Dr. Dekker zegt: De situatie op
godsdienstig en kerkelijk terrein is
ingewikkeld. Het is nauwelijks
doenlijk een bepaalde stand van
zaken vast te leggen. Men ontmoet
veelal tegenstrijdige verschijnselen.
De auteur benadert daarom zijn
studiestof van drie verschillende
gezichtspunten uit: die van de
godsdienst, die van de kerk en die
van het individu. Onze cultuur
maakt een ontwikkeling door,
waardoor deze vreemd tegenover de
godsdienst komt te staan. Steeds
minder levensterreinen worden met
godsdienst verbonden. Toch gaan
in Nederland elke zondag enkele
miljoenen mensen naar de kerk en
worden daar jaarlijks honderden
miljoenen guldens opgebracht.' Dit
neemt niet weg dat het spreken en
handelen van de kerk lang niet
altijd van betekenis is voor ons
leven. Als gevolg van de interne
verdeeldheid worden de kerken
steeds zwakker.
De mens wordt, ook in kerkelijke
en godsdienstige opzichten, in ster
ke mate op zichzelf teruggeworpen.
Wat werkt de godsdienst in de rea
liteit uit? De sociologie ziet volgens
haar discipline het christelijk ge
loof als één van de bestaande gods
diensten. die eveneens geanalyseerd
kan worden en die dezelfde positie
ve en negatieve factoren kan heb
ben als de andere godsdiensten.
Betrokkenheid
Godsdienst is 'betrokkenheid op
een andere beslissende werkelijk
heid' (Mulder). Voor een samenle
ving kan een gemeenschappelijke
religie van betekenis zijn, al zou
het maar een burgerlijke religie
wezen, zoals bv. de Amerikaanse
levensstijl. Toch kan, strikt geno
men, een samenleving best zonder
godsdienst bestaan. Religie ver
sterkt hooguit de houdingen en op
vattingen die directe betekenis voor
de Ontwikkeling hebben.
We verkeren in een samenleving
die sterke verschillen vertoont: ze
is gedifferentieerd. We treffen deel-
werelden aan met vaak tegenge
stelde waarden. We handelen vaak
onder de dwang der omstandighe
den. Er zijn bepaalde mechanismen
in de samenleving, die haar mede
in stand houden, zonder dat hier
voor een gemeenschappelijk waar
densysteem noodzakelijk is. De of
ficiële, traditionele godsdienst ver
vult de integrerende functie ten
opzichte van de samenleving niet
meer.
Geen incident
Binnen de grote, vreemde samenle
ving scheidt zich de eigen privê-
wereld af. Ook volgens de bekende
theoloog Moltmann is godsdienst
privaatzaak geworden (privé-zaak
zou frisser klinken, C. R.). Er wordt
in openbare vergaderingen nog wel
gebeden, maar vermoedelijk niet in
vergaderingen van aandeelhouders
en ondernemingsraden. Het ver
dwijnen van de naam van God uit
de troonrede is 'geen incident',
maar een fase in een onomkeerbaar
proces' (bl. 36).
Grote delen van de samenleving
ontwikkelen zich los van de binnen
de godsdienst functionerende waar
den. De kerkse mensen zijn meestal
tevens mensen die verhoudingsge
wijs sterk plaatselijk gebonden
zijn. De kerk is gericht op het
woongebied, dus de privé-sector
van de mensen.
Op die privé-sfeer concentreert
zich dan ook hoofdzakelijk haar
verkondiging. In het publiek leven
evenwel neemt de kerk slechts een
ïee
De Heer zegt tegen zijn mesj^i
tegen Kores,
die Ik bij de hand genomen
om volken neer te stoten
koningen te ontwapenen
poorten voor hem te openen
en geen toegang blijft
gesloten
om Jakob, mijn knecht,
o Israël, dat Ik uitkoos
heb Ik je bij je naam geroq
en een eretitel gegeven
en je kende Me niet eens.
Ik, de Heer,
en niemand anders!
Buiten Mij geen God.
Ik zorgde voor je uitrusting
en je kende Mij niet eens.
Maar nu zullen ze Mij kenm
van waar de zon opgaat
en waar hij ondergaat:
Ik, de Heer,
en niemand anders!
(Jesaja 45, 1, 4-6)
Ongekend handelt een mens
aans, met geweld bevrijdend
kend met Hem namens wie
doet. Geroepen en niet g( W}.
minderheidspositie en een randpo
sitie in. Bovendien hebben de ker
ken zich veelszins ontwikkeld tot
bureaucratische organisaties en
gaan daardoor, ondanks verschillen,
sociologisch steeds meer op elkaar
lijken. Htm 'marktpositie' dwingt
tot onderlinge toenadering; de tra
ditionele confessionele verschillen
worden geringer, maar het gemeen
telid blijft gehecht aan het eigene
van zijn kerk.
Kwetsbaar
Afhankelijk van de gunst van haar
leden, zijn de kerkelijke organisa
ties' bijzonder kwetsbaar. Ze zijn
dan ook meer een middel tot ver
duurzaming dan tot verandering,
meer vertroostend dan uitdagend.
Hun optreden is wisselvallig en hun
uitspraken zijn, wanneer die de
grote, concrete problemen betref
fen, óf tegenstrijdig óf vaag. 'Offi
cieel heeft de kerk een open struc
tuur en is ze zeer sterk ingesteld op
apostolaat en diaconaat; in werke
lijkheid echter is de structuur van
de gemeente gesloten en overheerst
het pastoraat en de zorg voor de
instandhouding van de eigen ge
meente' (Vrijhof, 81). 'De individu
ele mens zelf bepaalt daardoor wat
de kerk voor hem betekent' (85).
Dr. Dekker verwerpt de hotelkerk,
maar pleit voor de dialoog-kerk.
Toch is godsdienst voor hem geen
vrijblijvende zaak, want 'er zijn
grenzen aan de pluriformiteit'
(146). Hier zit de moeilijkheid,
want tot het wezen van de gods
dienst behoort het element van het
absolute. Waar eindigt het absolute
en waar begint het relatieve? Is de
dialoogkerk een permanente verga
dering tot het bespreken van
grenskwesties? Toch mcfet de kerk
door sociologische zeef heen, want
deze discipline heeft niemand min
der dan Jakobus tot patroon.
bij de hand genomen en
opheffend. Wij weten niet aalc
waar de hand Gods bezig
In het van de hoogte naar
trekken van de machten,
ontwapenen van de zwaar
penden, in het openen van
genissen en het bevriji"
mensen is Hij achteraf
Hij, de Heer, en niemand
En: om Jakob, om zijn die
doeling, om zijn keus voor
Eens zal het licht erover op;
de onwetenden zullen het
nen: hier was Hij bezig. Dit
tot mensen maakt.
v>n
tati
ir d
fin
in
ilij
ich
Terecht wordt beweerd dat kernenergie te maken heeft èn met macht èn met democratie; of, met
de woorden van ds. Hans Bouma (Trouw, 18 september 1975)nucleaire energievoorziening is in
de eerste plaats een samenlevingsvraagstuk. Energie geeft ons immers het vermogen de maatschap
pij en het staatsapparaat in materiële zin draaiende te houden 'hoe dan ook', terwijl macht, en met
name politieke macht, o.a. het vermogen is om het 'hoe' gestalte te geven.
veel gehoorde opmerking dat de
techniek of de wetenschap nergens
voor staat is diepe onzin, geboren
in de kraamkamer van zekere futu
rologen. De technocratie is boven
dien niet in de eerste plaats een
produkt van technici en weten
schapsmensen, maar van economo-
craten en profltocraten en laten we
eerlijk blijven, vaak 'gewenst' (na
de nodige reclame) door vele gewo
ne burgers, helaas!
Ook hier geldt weer dat in de
meeste gevallen de componenten
van een technisch produkt ethisch
neutrale zaken zijn, maar dat de
ethiek pas om de hoek komt kijken
bij het gebruik of misbruik. In de
technologische wereld gebeurt vaak
iets dergelijks: wanneer de produk-
ten van technologische bezinning
(nieuwe visies, dogma's, leeruitspra-
ken) niet worden gebruikt om
En waar beslissingen worden geno
men, zal het democratisch gehalte
ervan bepalend zijn voor het gevoel
van welzijn van zowel individuen
als van groepen in de maatschap
pij. Terecht ook worden de meeste
discussies over het vóór en tegen
van de toepassing van kernenergie
geplaatst in een cultuurstrategie
van de toekomst, waarbij zowel de
ethische-maatschappelijke als de
ecologische consequenties worden
afgetast.
Op dit punt aangekomen, dacht ik
dat het juist is te stellen dat dis
cussies over het vóór en tegen alles
te maken hebben met achterhoede
gevechten; de nucleaire energie
voorziening is onherroepelijk geac
cepteerd door landen met een on
derling totaal van elkaar verschil
lende politieke signatuur (Verenig
de Staten, Rusland, China, India en
andere landen). Om een beeld uit
de Griekse mythologie te gebrui
ken: de doos van Pandora, met alle
heil en onheil, is al geopend ge
weest: alleen de 'hoop' is bij het
dichtslaan aan de rand blijven
hangen. Dat we dit feit niet willen
accepteren heeft vaak alleszins res
pectabele redenen.
Nucleaire energievoorziening kan
inderdaad tot ongewenste situaties
leiden. Maar het heeft ook zijn
positieve kanten.
Bittere noodzaak
Er wordt wel gezegd, dat o.a. ook
door ds. Bouma, dat aanvaarding
van de nucleaire energievoorziening
automatisch moet leiden tot een
steeds hoger energieverbruik, tot
produktie- en consumptiestij-
ging(l). onze natuur nog meer ver
nietigt (2), ons leidt naar de illusie
van een technische droomwereld
(3), of ons zou bedreigen met
chantage op grote schaal met als
noodzakelijke konsekwentie de po
litiestaat en vernietiging van de
democratie (4).
Wat het eerste punt betreft moet
duidelijk onderscheid worden ge
maakt tussen beschikbaarheid en
gebruik. Het laatste is een politieke
zaak en zou (ook door de kerken)
AMSTERDAM
Nieuwe Zijds Voorburgwal
280, Amsterdam.
Tel. 020-220383.
Postbus 859.
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Westblaak 9, Rotterdam
Tel. 010-115588.
Postbus 948.
DEN HAAG/LEIDEN:
Parkstraat 22, Den Haag.
Tel. 070-469445.
Postbus 101.
ZWOLLE/GRONINGEN:
Melkmarkt 56. Zwolle.
Tel. 05200-17030.
Postbus 3.
nauwlettend moeten worden ge
volgd. De beschikbaarheid van
energie in hoeveelheden groter dan
nu, zal op korte termijn een bittere
noodzaak blijken: de arme landen
zullen, terecht, streven naar een
zéér sterke uitbreiding van hun
energieproduktie omdat deze toena
me, anders dan bij ons, meer wel
zijn kan betekenen. Maar er is
meer: ook in het rijke deel van de
wereld zal meer energie nodig zijn,
juist met het oog op onze kinderen.
Steeds meer zal de kringloop van
grondstof en produkt moeten wor
den gesloten (recycling); wij kun
nen onze grondstoffen niet klakke
loos en eindeloos verspillen. Om dit
'verstrooiingseffect' (in de natuur
wetenschap als entropietoename be
kend) sterk terug te brengen, is
veel energie nodig.
Oplosbaar
Een tweede opmerking geldt de
vernietiging van nog meer natuur.
De argumenten zijn bekend: over
matige verwarming van het opper
vlaktewater, opslagproblemen met
zeer gevaarlijke splijtlngsproduk-
ten. Deze zaken zijn echter tech
nisch oplosbaar, als we niet de eis
van absolute veiligheid stellen, een
onbillijke eis overigens, omdat geen
enkele menselijke bedrijvigheid ab
soluut gevaarloos is. De nucleaire
energieproduktie, is voor het overi
ge juist een schone wijze van ener
gieproduktie. Helaas wordt door te
genstanders van de kernenergiepro-
duktie teveel verzwegen of over het
hoofd gezien dat de huidige ener
gieproduktie m.b.v. fossiele brand
stoffen (olie, steenkool en in min
dere mate aardgas) allesbehalve
een fijne zaak is en wel om meer
dan een reden. De produktie van
steenkool (waar tegenwoordig weer,
mede om de relatief grote voorra
den, sterk de aandacht op wordt
gevestigd) eist, met name in de
Westeuropese situatie, mensenle
vens (siLicose bij mijnwerkers, ge
middelde leeftijd belangrijk lager).
De gevaren van een kerncentrale
zijn kleiner. Daar komt dan bij dat
het verstoken van deze fossiele
brandstoffen gepaard gaat
a. met een geweldige uitstoot van
kooldioxyde (wat een sterke versto
ring van evenwichten in de hoge
luchtlagen veroorzaakt en waardoor
de temperatuur op aarde zal stijgen
met alle kwalijke gevolgen van
dien),
b. idem van zwaveldioxyde (ver
hoging van de zuurgraad van het
oppervlakte water) en
c.. met een toename van fotoche-
mische smogvorming (levensge
vaarlijk voor mensen met ademha
lingsmoeilijkheden). Als dan ook
nog (weer: terecht) de derde we
reld goed gaat meedoen.
Onzin
Over het derde punt (het leiden
naar de illusie van een technische
droomwereld) kan ik kort zijn. De
mensen verder te helpen, de Weg
te wijzen, etc., maar om de macht
van een groep of een instituut te
versterken, welnu, dan behoeven
kerkscheuringen en inquisitoriale
neigingen ons niet te verwonderen.
Diefstal en chantage, in de vierde
plaats, kunnen ernstige bijver
schijnselen zijn. Toch ben ik zo
vrij hier nauwelijks in te geloven
en dat echt niet omdat ik het 'boze'
in de menselijke natuur onder
schat. Laten we wel wezen: diefstal
van het gevaarlijke plutonium eist
een enorme organisatie en boven
dien maak je niet zomaar een
kernbom in een afgelegen schuurtje
op het platteland (op de wijze
van een klandestiene jeneverstoke
rij). Waarom zou je ook moeilijk
doen als kerncentrales zo te koop
zijn, ook voor kwaadwillende lan
den; en als met biochemische wa
penen nog gemakkelijker en even
effectief chantage kan worden be
dreven? Het bezit van een kern
centrale is voorts geen noodzakelij
ke voorwaarde om een bom te ma
ken.
Ook hier weer: het deksel is reeds
van de doos gelicht. Het is daarom
veel belangrijker zonder uitstel en
met alle kracht te streven naar een
wereldcode met betrekking tot het
gebruik en het beheer van splijt
stoffen en splijtingsprodukten.
Wel zou ik met klem willen wijzen
op de gevaarlijke situatie, waarin
het westen kan geraken indien niet
op nucleaire energievoorziening
wordt overgegaan.
Chantage
Onze sterke afhankelijkheid van de.
OPEC-landen (zonne-energie en
windenergie kunnen in ons land
niet die bijdrage tot het totale
energiepakket leveren, die noodza
kelijk is; de zon schijnt helaas
het langst en het felst, waar ook de
olie te vinden is) maakt ons tot
voorwerp van chantage. Veel reëler
dan de ons in het vooruitzicht ge
stelde politiestaat vind ik in dit
verband een mogelijke verlooche
ning van het joodse volk om wel-
vaartsverlies af te kopen; één
(mislukte) chantagepoging is reeds
geschied (enis)een volgende zal
door prof. E. Barendrecht
onze geestelijke weerbaarheid
zwaarder op de proef stellen.
Maar ook wanneer wij als enige in
West-Europa de nucleaire energie
opwekking zullen weigeren zal ons
chantage door buurlanden niet
worden bespaard. Een gezonde poli
tieke ethiek mag zich afvragen hoe
ver een volk een welvaartsverldes
kan aanvaarden zonder dat het in
de verzoeking komt te roepen naar
een sterke man. Want ook op deze
manier kunnen we een politiestaat
naar ons toehalen.
Tenslotte een opmerking: de kerk
zal er niet verstandig aan doen zich
uit te spreken voor of tegen nucle
aire energieopwekking. Wel zal zij
zich ook op deze zaak moeten bezin
nen en ons indringender dan ooit
een levensstijl moeten voorbehou
den die verslaving aan energie ver
oordeelt, maar ook uitzichten opent
naar de toekomst, ook voor onze
kinderen. En dat geldt ook voor
(confessionele) politieke partijen
en het CNV, het NKV en het NW.
E. Barendrecht is hoogleraar in de
elektrochemie aan de technische
hogeschool te Eindhoven.
GEREF. KERKEN
Beroepen te Langeslag-Heii
cent te Madurai (India)
Wielenga laatstelijk pred.
oec. gem. te Berlijn, die dit
heeft aangenomen; te Pa:
van Heijst te Pesse. die dit
heeft aangenomen.
CHR. GEREF. KERKEN
Beroepen te Den Haag-Zui
Velema te Leeuwarden.
coi
PEIZE In de gemeente l
Drenthe is gistermiddag de
A. Wiest uit Eelde bij f >rdi
keersongeluk om het lever gel
men. riet slachtoffer fietste
linkerhelft van de weg. Eei
moetkomende automobilist
hem ontwijken door evenef>rdf
de verkeerde kant van de
gaan rijden.
rtg
isU
ADVERTENTIE)
Prof. dr. H. M. Kuitert
Prof. dr. E. Schillebeeckx
JEZUS VAN NAZARETH b,
EN HET
HEIL VAN DE WERELD op
't
complete tekst van de door he like
uitgezonden theologische diskui zoe
Ten Have - Baarn in de boekha
WCCmiM) TOT OMWIKWEUNO VAN
HET GEWEFORMEERDEr LEVEN
Prof. J. Kamphuis
De Reformatie, het weekblad
van de vrijgemaakte gerefor
meerden, bestaat vijftig jaar en
het begint zijn tweede eeuwhelft
in magazine-formaat. Daar kijkt
een mens van op, maar gelukkig
laat eindredacteur prof. dr. J.
Douma ons reeds in de eerste
kolom van jaargang 51 nr. 1
weten, dat bij verschillende ver
pakking dezelfde inhoud gega
randeerd blijft.
De indruk van deze geruststellende
mededeling is bij mij wat op de
achtergrond geraakt door de klacht
die prof. Douma verderop in zijn
artikel uit: dat de buitenwacht niet
of nauwelijks naar De Reformatie
omkijkt en dat alleen 'tamelijk
extreme uitlatingen (of wat bij het
lezerspubliek daarvoor doorgaat)
nog wel eens het voorrecht
genieten wereldkundig te worden
gemaakt'.
Dit bepaalt me er bij hoe moeilijk
het is over vrijgemaakten te
schrijven. Om te beginnen kom je
ze nergens tegen als je niet bij hen
hoort. Ze hebben een eigen krant,
een eigen politieke partij, een eigen
vakbeweging, eigen scholen, eigen
verenigingen zus en eigen
organisaties zo. Ze staan buiten de
raad van kerken en doen niet mee
met de zendingsraad, ze zingen niet
uit het liedboek en ze gaan
afzonderlijk op reis. Als gevolg
hiervan merk je ze alleen op als ze
onderling krakelen of als iemand
van hen een gekke uitschieter
maakt, en ja, dat komt dan in
de krant.
Toch ligt hier m'n grootste moeite
niet. Mijn punt is dat ik eigenlijk
wel bewondering heb voor de moed
waarmee de vrijgemaakte
gereformeerden alleen durven
staan. Ik deel hun kerkbegrip
allerminst en ik zet fikse
vraagtekens achter de manier
waarop zij de belijdenisgeschriften
hanteren, maar ik zie dat zij de
consequenties van hun
overtuigingen op zich nemen en
vroüjk dragen. Welnu, je moet met
deze genegenheid in je achterhoofd
oppassen dat je niet over
vrijgemaakten schrijft op een
toontje alsof je het over een
uitheemse vogelsoort hebt. Toch
waag ik het er maar op bij dit
gouden feest van De Reformatie en
ik hoop ervoor bewaard te blijven
dat ik een of andere vrijgemaakte
bol neerbuigend streel.
De vrijgemaakten doen, zoals
gezegd, nergens aan mee en ik
meen dat dit verkeerd is, maar hun
houding is me als 't er op aankomt
liever dan die der 'gewone'
gereformeerden die wèl overal aan
door A. J. Klei
mee doen, maar zo zuinigjes en
met duizend zekeringen, ingebouwd
in wanstaltig geformuleerde
synodebesluiten. Ik ril van de
resolute wijze waarop in
vrijgemaakte kring iets of iemand
van de tafel geveegd of buiten de
deur |ezet kan worden, maar wat
schiet je op met het eindeloos
voortsudderen van kwesties in de
'gewone' gereformeerde kerken?
De vrij gemaakte beslistheid,
waarover de eigen kerkmensen hun
nek kunnen breken, is niet
hetzelfde als starre stelligheid of
voor de hand liggende zekerheden
die je elders kunt aantreffen. Ik
wil dit met een voorbeeld duidelijk
maken. Hoofdredacteur Jurriën de
Vries en buitenlandredacteur Aad
Kamsteeg van het vrijgemaakte
Nederlands Dagblad werken nogal
eens mee aan de
actualiteitenrubrieken van de EO
en ik heb er altijd plezier in hoe de
stelligheid van de EO-mannen Ad
de Boer en Meindert Leerling stuk
loopt tegen de beslistheid van de
collega's van het Nederlands
Dagblad. Bij de EO gebruiken ze
namelijk vaak de interview
methode die kenmerkend schijnt te
zijn voor zeer links en zeer rechts
en waarbij je vragen krijgt met een
ingebouwd antwoord: vindt u ook
niet datDe Vries en Kamsteeg
gaan nooit in op zulke 'aangevers',
ze vertikken het om op een
gemakkelijke manier af te geven op
kabinet of wereldraad (om een
paar verboden waren te noemen),
hun kritiek is nooit opgeblazen.
Wat dit betreft zijn ze een
voorbeeld voor ieder die zo vlotweg
'evangelische' verontwaardiging
afblaast voor de microfroon of op
het scherm.
Mijn hooggestemde kijk op de
vrijgemaakten wordt overigens niet
gevoed door de lectuur van het
jubileumnummer van De
Reformatie. Ik vraag me tenminste
af of 'de ontwikkeling van het
gereformeerde leven' ermee gediend
is wanneer je zo ruim baan geeft
aan je onlustgevoelens jegens 'hen
die van ons heengingen' (dit zijn
geen gestorvenen, maar mensen die
uit de vrijgemaakte kerken
gingen). Ik adem dan een sfeer in
die me duidelijk maakt hoe het
gerucht kan ontstaan dat prof.
Douma's vrijgemaakte dagen zijn
geteld omdat hij meedeed met een
conferentie van het contactorgaan
der gereformeerde gezindte en
aldus sprak tot en bad met andere
soorten gereformeerden.
Intussen vergeet ik niet te melden
dat ditzelfde jubileumnummer van
De Reformatie ook een uiterst
boeiend brokje historie van de
gereformeerde kerken levendig
Prof. dr. J. Douma
belicht. Het blad is in de
gelegd als uitlaatklep voor e
'beweging der jongeren' die
warmliep voor 'samenwerkli
tusschen alle schakeeringen
christelijke religie, zoover d
grondbeginselen van het
christendom dit gedoogen', i
B. Wielenga het zei. Deze ve
na een paar jaar de redactie
prof. dr. V. Hepp, nu niet te
een spreekbuis van de jonge
hem te machtig werd. Ik v« J
genoot vooral van de lenige
schrijftrant van prof. J. Kal
van wie ik deze volzin doom
'De broeders hadden het vaa L
moeilijk om kalm te blijven
het gewijde, maar irritante
imperialisme van Kuyper'. F
Kamphuis merkt in zijn bijt
het hervormde Gereformeer
Weekblad ten onrechte aan
officieel orgaan van de
gereformeerde bond (dat zo:
Vroegindewelj wel willen!),
dat is De Waarheidsvriend.
prof. Kamphuis met zijn col
Douma meegegaan was naai
gereformeerde gezindte, had
vast wel beter geweten.
Het jubileumnummer van D
Reformatie is voor een rijksd
te krijgen bij uitg. Oosterba
Le Cointre te Goes (er kom'
verzendkosten bij). De hierl
afgedrukte plaatjes zijn uit
speciale nummer overgenoO