Silenen zijn vol lof over opvang
Bloemen voor
de Hongaren
levlucht uit
luid-Afrika
Nederland verblijven zo'n 350 uhileen se vluchtelingen, ver weg van hun vader- rijke leiders va:
i Nederland verblijven zo'n 350T)hileense vluchtelingen, ver weg van hun vader-
and, dat na de val van Allende op 11 september 1973, nog steeds in dp greep is
'an het regime van generaal Pinochet.
Vee van deze vluchtelingen
ijn de 28-jarige advocaat
oberto Celedon Femandes
zijn vrouw Maria Merce-
Bulnes, die samen met
un drie kinderen uit Chili
'erden verbannen en op 29
pril van dat Jaar in Neder -
ind aankwamen. Na te zijn
Pgevangen in hotel De IJ-
innel in Amsterdam, wo-
ze nu sinds begin juli
Den Haag, waar ze met
ulp en steun van de met
en sympathiserende Neder-
inders woonruimte hebben
evonden.
et gesprek met Roberto en
Jferia wordt gevoerd met
ihuip van Joop Wagener
w de Chlli-beweging in
otterdam, die als tolk fun
geert. Joop is veldwerker bij
de NOVIB en tot voor kort
zeer actief geweest bij de
opvang van Chileense
vluchtelingen in Rotterdam.
'Al vrij kort na de staats
greep, op 23 oktober 1973,
werden mijn vrouw en ik
gevangen genomen door mi
litairen en in afzondering
opgesloten in de Buïn-ka
zerne in Santiago, zonder
vorm van proces en met
verhoren die gepaard gingen
met martelingen.
Beschuldiging
We vielen onder de 'juris
prudentie' van de militaire
inlichtingendienst en niet
onder die van de comman
dant van de kazerne, aldus
Roberto. De beschuldiging
tegen ons luidde: verzet te
gen het legér ei. ongehoor
zaamheid ten opzichte van
de militaire macht. Deze be
schuldiging was gebaseerd
op het feit, dat Roberto
al voor de staatsgreep
een vriend van hem een
dienst had bewezen. Deze
vriend op zijn beurt had
contact met enkele militai
ren in het leger. Op basis
daarvan werden Roberto en
Maria ervan beschuldigd
twee van de gangmakers te
zijn van het aanzetten van
insubordinatie binnen het
leger en twee van de belang-
van de linkse
MIR. Maar, zo legde Roberto
uit, van die partij zijn we
nooit lid geweest. Wij zijn
lid van de linkse ch risten be
weging Izquierda Cristiana.
Hij zegt, dat alle processen
die de fascistische junta
heeft gevoerd gebaseerd zijn
op verklaringen, die aan de
mensen ontwrongen worden
door middel van martelin
gen. Schijnbaar emotieloos
verteltRoberto verder, dat
ze vanaf hun gevangenne
ming die dingen hebben ge
leden, die mensen 'normaal'
tijdens hun gevangenne
ming ondergaan. Martelin
gen, processen, die onwettig
waren en zonder enig res
pect voor de bestaande
rechtspraak. Hij werd on
dervraagd door agenten van
de SIM en de hem afge
dwongen verklaringen wer
den geaccepteerd als wettig
bewijsmateriaal, maar mis
ten in feite iedere bewijs
voering.
Op basis daarvan werd Ro
berto veroordeeld tot levens
lang en zijn vrouw kreeg
twintig jaar. Het feit echter,
dat Maria in de gevangenis
in verwachting was van
haar derde kind werkte ver
zachtend en leidde ertoe,
dat ze in januari van dit
jaar werd vrijgesproken. Dit
na een jaar en vijf maan
den. Dank zij de internatio
nale druk, waarbij ook eer
ste ambassadesecretaris Van
Haren een belangrijke rol
heeft gespeeld en de activi
teiten, die zijn familie in
Nederland, onder wie zijn
vader, zusjes en broer, die al
in Nederland waren ont
plooide, alsook het feit, dat
ook sommige militairen per
soonlijk wel inzagen, dat
het proces iedere rechts
grond miste, werd de straf
van Roberto tenslotte omge
zet in ballingschap.
Over de opvang in Neder
land in april van dit jaar
zijn Roberto en Maria vol
lof. Die geldt niet alleen de
familie en de Chileense
vrienden, maar ook de amb
tenaren van het ministerie
van CRM, die hun taak
nauwgezet vervulden. 'We
hebben heel sterk gevoeld,
dat men het niet als een
last ervoer, maar echt men
selijk bezig was. Dat heeft
ervoor gezorgd, dat we ons
weer gingen voelen als
mensen, die weer rechten
hadden', aldus Roberto. Ze
koesteren dan ook een groot
gevoel van dankbaarheid je
gens de Nederlandse rege
ring, maar ook ten opzichte
van het Nederlandse volk,
dat hen met warmte heeft
opgenomen. Er bestaat be
grip bij hen en een gevoel
van solidariteit met de Chi
leense zaak, zegt Maria en
ze voegt eraan toe: 'Mis
schien zijn sommige mensen
wel rechts georiënteerd,
maar ze zijn in ieder geval
tegen het fascisme. Alles bij
elkaar is het een geweldige
ervaring geweest'.
Geen werk
Momenteel leven Roberto en
Maria met hun gezin van de
bijstand, want werk heeft
hij nog niet gevonden. Hij
is realistisch genoeg om te
beseffen, dat hij hier zijn
oude beroep als advocaat
niet kan uitoefenen. Vol
gend jaar wil hij weer gaan
studeren om daarna of
werkzaam te kunnen zijn
aan een universiteit als we
tenschappelijk medewerker,
wat hij in Chili ook deed, of
iets op het gebied van ont
wikkelingssamenwerking en
dan vooral met betrekking
tot Zuid-Amerika.
Wat een terugkeer naar
Chili betreft merkt hij op zo
snel mogelijk terug te willen
gaan, als de situatie daar
het toelaat. Het probleem is,
dat we geen Nederlander
zijn. We hebben geen moei
lijkheden met Nederland,
maar met Chili waar wij
geboren zijn. Hij zegt dat de
basis van het huidige regime
in Chili op onderdrukking
berust. De junta heeft geen
massa achter zich en de in
ternationale Isolatie is zo
groot, dat het einde in zicht
is. Aan de andere kant is er
het verzet van binnenuit,
dat geen teruggang meer zal
kennen. Politiek, sociaal en
economisch is het een chaos
in Chili en dat alles schept
het kader op een hoopvolle
terugkeer.
'MM1
'In Venlo werden we op het station opgewacht door
mensen met bloemen. We wisten niet wat ons over
kwam. Dat hadden we beslist niet verwacht, want
onze ontvangst in Wenen was heel wat koeler. Nee,
we hebben de mooiste herinneringen aan onze aan
komst in Nederland'.
maar dat kan nog lang du
ren.
De man die dit vertelt is
een van de ongeveer 3000
Hongaarse vluchtelingen,
die in 1956 en 1957 naar ons
land kwamen na de revolu
tie, die op zondag 4 novem
ber door de Russen werd
neergeslagen. Hij is van
middelbare leeftijd, heeft
een goede baan in Den
Haag als computerdeskundi
ge, is getrouwd met een
Hongaarse vluchtelinge, die
hij hier heeft ontmoet en
heeft twee kinderen. Hoewel
zijn vlucht alweer bijna
twintig jaar geleden is en
hij inmiddels tot Nederlan
der genaturaliseerd is, wil
hij toch liever zijn naam
niet in de krant hebben.
Zijn bejaarde ouders en een
broer wonen nog in Roeme
nië, 'maar de arm van de
Russen reikt ver en is
machtig', zegt hij. En hij wil
hun op geen enkele wijze
schade berokkenen.
'Wij zijn hier indertijd als
Hongaren werkelijk fantas
tisch ontvangen. De mensen
waren allemaal hartelijk, we
kregen kleren cadeau en
werden bij totaal onbeken
den thuis te eten gevraagd.
Ik heb een tijdje in een
opvangkamp in Friesland
gezeten. We kregen daar
kleren, eten en vijf gulden
per week. Dat was natuur
lijk geen rijkdom, maar ik
had na twee maanden al
werk bij een gemeente. Niks
geen moeilijkheden bij mijn
sollicitatie, ook al sprak ik
toen nog geen Nederlands.
Er was geen sprake van dis
criminatie ten opzichte van
ons. Niet bij het krijgen van
woonruimte, nergens bij. Ik
geloof dat het zo is, dat
Nederland een bijzonder
gastvrij land is, wanneer het
vindt dat de achtergronden
van bepaalde vluchtelingen
'goed' zijn. Onze achter
grond vond men goed en
vandaar dat men ons ge
makkelijk en zelfs enthousi
ast accepteerde. Vergelijk
dat nu eens met de Surina-
mers (hoewel dat natuurlijk
gewone Nederlanders zijn en
geen vluchtelingen). Ik
denk dat de meeste Neder
landers vinden, dat die
mensen helemaal geen drin
gende reden hebben om uit
hun land weg te gaan en
nier naar toe te komen
Vandaar dat men ze maar
heel moeilijk accepteert. Dat
is mijn mening tenminste'.
Uit uw verzoek om anoniem
te blijven en ook uit andere
uitlatingen blijkt toch nog
een zekere angst voor de
Russen? Bestaat er volgens
u dan nog een koude oorlog?
'Ik zou mezelf geen echte
'koude-oorlog-man' willen
noemen, hoewel ik ervan
overtuigd ben dat die koude
oorlog inderdaad nog be
staat. Niet zoals Van Riel
die ziet, met dreigende oor
logen en op elk moment ge
heime Russische spionage-
boten voor de kust. Rusland
wil, volgens mij, nog altijd
z'n systeem naar het westen
uitbreiden: men zal daar
voor geen oorlog meer riske
ren. maar elk ander middel
wordt niet geschuwd. Ze
zoeken het in intimidatie en
infiltratie. De vijfde colonne-
bestaat echt. Ach, hun me
thoden zijn zo verschillend.
Provacateur
Je voelt het hier in Neder
land niet zo, maar' in Wenen
bijvoorbeeld wel. We hebben
daar vrienden, die in con
tact zijn geweest met een
zogenaamde Hongaarse
vluchteling. De man bleek
een provocateur van de
Russen te zijn. Trouwens, in
dezelfde trein waarmee ik
naar Nederland ben ge
vlucht, zat een man van de
geheime dienst. Hij werd
herkend door mensen, die in
de gevangenis in Boedapest
door hem mishandeld wa
ren. Ikzelf zat voor de okto
berrevolutie ook in de ge
vangenis In Boedapest, be
schuldigd van spionage.
Flauwekul, ze moesten ge
woon een stok hebben om
de hond te slaan. Ik was te
vrijgevochten, geen lid van
de partij en te veel bezig
met de democratisering van
Hongarije. Dan werd je op
gepakt en in de gevangenis
gezet.
Tijdens de revolutie ben ik
vrijgelaten. Na de gevech
ten. die uitliepen op die
enorme felle Russische reac
tie op 4 november ben ik
gevlucht. Ik wist, dat er on
der dat regime geen plaats
meer voor mij was. Daarom
zou ik ook nooit meer terug
willen. Er is daar gewoon
geen ruimte meer voor ons.
Of ik terug zou willen, als
het regime veranderde in
Hongarije? Ik weet het eer
lijk gezegd niet, wij zijn Ne
derlanders geworden en
vooral de kinderen horen
hier helemaal thuis. Mijn
vrouw heeft nog wel eens
heimwee, vooral naar haar
familie, maar ik denk, dat
ze toch ook niet voorgoed
terug zou willen*.
Is u zich afvraagt hoe iemand die vluchteling is zich wel zou voelen, zal de eerste
i misschien wel meest voor de hand liggende gedachte zijn: een vluchteling voelt
ich als iemand die ver van huis en haard in den vreemde is. In deze gedachte
aat het heimwee-gevoel centraal, maar niet uit het oog moet worden verloren, dat
t gevoel bij de vluchteling veel ingewikkelder is dan meestal het geval is bij
imand, die om andere redenen ver van huis en haard is.
Ie vluchteling is gedwon
gen en niet uit vrije keuze
ervan huis. Hij zit met het
robleem, dat hij mis-
chien nooit meer terug
an. In ieder geval kan hij
iet terug zolang bepaalde
mstandigheden in zijn
laats van herkomst niet
sranderd zijn. Omstan
digheden die ertoe geleid
hebben, dat hij zijn land
heeft moeten verlaten. De
ze vormden op een of an
dere wijze fysiek en/of
mentaal een bedreiging
voor de vluchteling.
Vanuit deze achtergrond
komt een politieke vluchte
ling, tegenwoordig ook wel
asielzoeker genoemd, (bij
voorbeeld) in Nederland
aan. Deze mensen verlaten
dikwijls onder grote span
ning en bedreiging hun
vaderland en, eenmaal
binnen de Nederlandse
grenzen, geraken velen
van hen in de doolhof van
officiële papieren en ver
gunningen van dé ambte
narij en de hulpverlenings
instanties. Het is dan ook
te begrijpen, dat de eerste
opvang, het wegwijs ma
ken en de begeleiding
zeer belangrijk zijn voor de
vluchteling, wil hij enige
kans hebben op een lang
durige verblijfsperiode in
Nederland. De weg van
vliegveld of grensplaats
tot aan arbeids- en kamer
bureau is lang en ingewik
keld zeker voor iemand
die niet of nauwelijks de
Nederlandse taal beheerst
en niet weet waar en hoe
hij hulp kan krijgen.
Amnesty International in
in Nederland publiceerde
vorig jaar in samenwerking
met een aantal welzijns
werkers voor vluchtelingen
een boekje met informatie
en wenken bij de opvang
van vluchelingen in Neder
land. Een bélangrijke bron
van informatie voor gl die
mensen, die bij het werk
betrokken zijn. Het aantal
politieke vluchtelingen in
Nederland neemt namelijk
nog steeds toe.
Behalve Amnesty Interna
tional zijn er in Nederland
ook meer politiek geënga
geerde comité's en bewe
gingen, die zich in Neder
land (onder meer) inzetten
voor het opvangen en be
geleiden van vluchtelingen.
We noemen hier slechts
de Chili-beweging-Neder-
land, die voortdurend be
zig is druk op de Neder
landse regering uit te
oefenen om meer vluchte
lingen uit Chili op te ne
men en een organisatie
als de Anti-Apartheidsbe
weging Nederland (AABN),
die zich vooral bezig
houdt met de situatie in
Zuidelijk Afrika.
Op deze pagina komen
drie politieke vluchtelingen
aan het woord, een Chi
leen, een Zuidafrikaan en
een Hongaar, die ieder op
hun eigen manier vertel
len, wat het is om je va
derland te moeten verlaten
en te komen in een land.
dat in het ene geval wel
bereid is je asiel te ver
lenen al naar gelang de
politieke gerichtheid van
de regering en in 't an
dere geval geneigd is je
zo sne' mogelijk over de
grens te zetten, omdat dat
politiek gezien beter uit
komt, tenzij een actiegroep
tijdig weet in te grijpen en
uitzetting weet te voorko
men. Dat dat niet altijd
lukt, omdat ambtelijke in
stanties zacht gezegd
niet altijd even behulp
zaam zijn, daarvan vormen
de met een zekere regel
maat verschijnende be
richten in de kranten een
schrijnend bewijs. Helaas
is het politiek vluchteling
zijn nog al te vaak een
kwestie van leven of dood.
ind je Nederland een tolerant land?
kch, welnee,' antwoordt Alfred S. (33)'als je hier als
uitenlander je rechten niet weet, zit je ook moeilijk'.
Ifred was een militant lid van de verboden Zuidafri-
aanse politieke organisatie African National Con-
ress (ANC)Aan het begin van de jaren zestig pleeg-
e hij, samen met dertien andere strijders tegen de
partheid, aanslagen op spoorlijnen en postkantoren.
11965 werden elf leden van de guerrillagroep gear-
isteerd. Bij Alfred kwam de politie tweemaal aan
uis. Beide keren was hij niet thuis.
Ifred verliet Johannesburg
i vluchtte via Botswana en
imbia naar Tanzania. Daar
eldde hij zich bij een
^-opleidingskamp. Twee
ar lang volgde hij de pa-
-militaire opleiding, en
len zag hij het niet meer
tten. 'Ze zeiden steeds
aar weer dat we naar
ïid-Afrika zouden gaan om
strijden, maar we gingen
tolt'. Alfred reisde naar
enia, waar hij zich meldde
j de vertegenwoordiger
in de Hoge VN-commissa-
i voor vluchtelingen. De
irtegenwoordiger deed wel
ig voor Zuidafrikaanse
ichtelingen. Ze kregen
einig geld, en werk vonden
niet, want in Kenia
erst grote werkloosheid,
ver de ongeïnteresseerd-
;id van de VN-vertegen -
lordiger werden Alfred en
ree vrienden van hem zo
ios, dat zij een jaar lang
ld spaarden en naar het
lofdkantoor van de hoge
mmissaris in Genève vlo-
en. Dat het in Kenia zo
[echt georganiseerd was,
risten ze in Genève ook
maar het kon ze
■lgens Alfred geen bal
■helen. Alfred en zijn
vroegen of zij in
■en Europees land geplaatst
■onden worden, maar dat
■lng niet, want 'er moesten
Plaatsen vrij worden gehou-
(en voor Tsjechen en Joe-
nslaven'.
levangenis
Ifred en zijn vrienden ble-
en vijf maanden in Genè-
e. De Zwitserse politie had
un duidelijk gemaakt dat
i het land moesten verla-
en. Ze gingen naar Joego-
k avië, mede om hun politie-
ideeën. In Belgrado
leidden zij zich bij de ver-
igenoordiger van de hoge
immissaris, die naar Genè-
belde. Een paar uur later
iten Alfred en zijn vrlen-
en in de gevangenis, waar
i zes maanden bleven. Na-
at ze een week in honger-
aking waren gegaan, wer
en ze over de grens gezet.
P het eerste Italiaanse sta-
on werden ze op de trein
rug naar Joegoslavië gezet,
aar werden ze weer gevan-
en genomen, maar ze wis-
sn een paar dagen later te
otsnappen. In drie dagen
liepen en liftten ze naar
Rome. Daar werden ze in
een vluchtelingenkamp ge
zet. Na zes maanden konden
ze naar Ierland. Daar kamp
ten ze met dezelfde proble
men als in Kenia: geen
geld, geen werk, geen beurs
om te studeren. Na een half
jaar stapten ze op: twee van
hen gingen naar Engeland,
Studeren
Alfred vloog naar Nederland.
'Wat kom je hier doen?'
vroegen de marechaussee's
op Schiphol. 'Een conferen
tie bijwonen', zei Alfred.
Toen werd hij ons land bin
nengelaten. Hij kende heel
vaag één Zuidafrikaan die
in Nederland woonde. Hij
snorde hem op en deze
bracht hem in contact met
Berend Schuitema, de secre
taris van de Anti Apart
heidsbeweging Nederland
en zelf uit Zuid-Afrika ge
vlucht. 'Berend hij heeft
me ontzettend veel geholpen
zei me: je moet óf werk
óf een beurs zien te krijgen.
Dan maak je kans dat de
vreemdelingenpolitie je een
vergunning geeft'.
Alfred wilde graag studeren.
Tenslotte had hij Zuid-Afri
ka op zeer jeugdige leeftijd
verlaten. Berend bracht hem
in contact met ds. Hofman,
de hervormde predikant
voor buitenlandse studenten
in Amsterdam. Deze wist
een beurs voor hem te ver
sieren. 'Samen met ds. Hof
man ben ik naar de politie
gegaan om een vergunning
aan te vragen. Een jaar la
ter kreeg ik de vergunning.
Over de behandeling van de
vreemdelingenpolitie in Am
sterdam is Alfred niet zo te
spreken. 'Het is natuurlijk
een kwestie van interpreta
tie, maar ik vond dat ze
brutaal optraden. Ik had dè
Indruk dat ik stond te bede
len. En ik vind dat ik niet
hoef te voelen dat ik een
buitenlander ben en dat ik
zwart ben. Ik vind dat ze
tegen mij behoren op te tre
den als ze tegen een Neder
lander optreden'
Alfred reeg een beurs om
electronica te studeren. Dat
vak beviel hem niet, en
daarom begon hij voor fysio
therapeut te studeren. Dat
ging veel beter, maar vlak
voor het overgangsexamen
ontlaadde zich de spanning
waarin hij vele jaren ge
leefd had: hij werd ziek. Na
een paar maanden was het
over. Na een tijdje gewerkt
te hebben liet hij zich in
schrijven voor de opleiding
tot verpleger in een Amster
dams ziekenhuis. Daar werkt
hij nu nog, en het bevalt
hem uitstekend.
Tijdens de eerste jaren van
zijn verblijf in Nederland
werd Alfred sterk in de ga
ten gehouden door agenten
van de Zuidafrikaanse vei
ligheidsdienst. Hij werd ge
schaduwd. (In Ierland ge
beurde dat ook). En hij
kreeg telefoontjes van
naar hij vermoedt de Zuid
afrikaanse veiligheidsdienst
met de mededeling dat
als hij Nederland niet snel
zou verlaten, hij vermoord
zou worden. Het afgelopen
jaar heeft hij minder last
van de heren. 'Of omdat ze
mijn spoor bijster zijn ge
raakt, of omdat ik hier niet
aan politiek doe'. Over poli
tiek: 'Hier kan ik alleen
meehelpen aan de bewust
wording van de Nederlan
ders voor de problemen in
Zuid-Afrika. Praten dus, en
ik houd niet van praten'.
Alfreds moeder kreeg in
Zuid-Afrika iedere dag be
zoek van de politie. Dat
kwam hij pas jaren later te
weten, want de brieven die
hij zijn ouders stuurde, zijn
de eerste jaren onderschept.
Volledig geïsoleerd leven
van zijn familie, dat valt
hem het zwaarst. Hij is niet
ontevreden hier: hij heeft
werk dat hem zint, hij is
een paar jaar geleden met
een Nederlandse vrouw ge
trouwd, hij spreekt nu rede
lijk goed Nederlands. Maar
het heimwee naar thuis
blijft. Eens hoopt hij zijn
familie te kunnen bezoeken,
in een vrij Zuid-Afrika:
DAG 18 OKTOBER 1975
pagina werd samengesteld door: Jan Brokken, Cisca
elhuys, Kees de Leeuw (interviews), Dirk Ketting (foto)
TROUW/KWARTET PS15 - RH17
BINNENLAND