'Wij zijn katholiek en gaan daar groot op' Van woede heb ik mij gesneden bij het scheren Vandaag Onze adressen: Vaste paasdatum weer in discussie Ds. Van Benthem blijft in geref. kerken ZATERDAG 11 OKTOBER 1975 KERK TROUW/KWARTET door A. J. Klei Ten gerieve van onze medede lingen omtrent de verrichtingen van de vaderlandse dominees en priesters alsmede de activi teiten van hun aanhang hebben wij op de krant een aantal ker kelijke jaarboeken in de kast liggen. Ze zijn zeer verschillend van omvang. De boekjes uit de uiterst rechtse en uiterst linkse hoeken van de kerk zien er schriel uit, maar het gerefor meerde jaarboekje schiet met z'n 560 pagina's al aardig in de richting. De hervormden hebben geen apart jaarboek, zij doen het met een werkje dat de weinig opwindende titel 'Naamlijst' meekreeg, terwijl hun dominees te vinden zijn in Van Alphens Nieuw Kerkelijk Handboek, dat op 627 pagina's alle Nederlandse predikanten onderdak verleent. Maar dit alles, de toch niet weg te vlakken Van Alphen incluis, verdwijnt in het niet wan neer de Pius-almanak op tafel komt, de uitbundige pil die alles wat leeft en woelt op het rooms- katholieke erf herbergt en daarvoor ver over de duizend bladzijden no dig heeft. Er is een tijd geweest (we zijn er gelukkig overheen) dat protestantse kerknieuwsjournaiisten enigszins van slag raakten bij de verschij ning van een nieuwe Pius-almanak. Wat is Rome toch machtig!, zucht ten ze met eerbiedige schrik als ze het stevige boekwerk vergeleken met het miezerige stapeltje protes tantse jaarboekjes en ze consta teerden bedroefd dat kerkelijke verdeeldheid gepaard gaat met ver deelde jaarboekjes. Mijn vakgeno ten herstelden zich vervolgens weer bij de voldoening schenkende gedachte dat bij Rome ook wel het een en ander aan de knikker is en schreven opgelucht in deze trant een stukje over de Pius-almanak. Dit verzin ik niet, het is waar gebeurd. In de Nieuwe Provinciale Groninger Courant van 24 ïiovem- iher 1951 stond te lezen: 'Het feit Uftt er nu eenmaal dat de eenheid van de R.K. Kerk het uitgeven van een handboek als dit ten zeerste vergemakkelijkt.Wij moeten er uiteraard voor oppassen om be dwelmd te worden door de geur, die een grote en hechte organisatie verspreidt. Het is niet alles goud Interieur van De Posthoorn, een van de fraaiste door Cuypers gebouwde kerken in Amsterdam. Opmerkelijk zijn de dubbele gale rijen en de royale toepassing van gekleurde baksteen. Foto Bert Nienhuis wat er blinkt'. Deze laatste woorden vinden we terug in de aankondi ging die W. C. F. Scheps schreef voor het nummer van 4 juli 1953 van zijn blad Kerknieuws: 'De af val vreet ook aan de R. Kath. Kerk in Nederland en deze .kerk heeft eveneens te vechten tegen voort gaande secularisatie. Daarom doet men goed bij het naslaan van zulk een kapitaal handboek te bedenken dat ook hier niet alles goud is wat er blinkt..Maar wij mogen de tol van onze eerbied niet onthouden aan alles wat de R. Kath. Kerk in ons vaderland doet op zo verschil lend levensterrein, waarvan deze omvangrijke Almanak zulk een consciëntieuze weerspiegeling is'. Deze citaten kan ik leveren dank zij mijn collega Frans Oudejans, de perschef van het bisdom Breda, die mij een overdruk toestuurt van het augustusnummer van het cultureel - maatschappelijk maandblad Stre ven. Hierin geeft hij een bijzonder boeiend verhaal weg over de Pius- almanak en daaruit haal ik de woorden van zeer behoedzame pro testantse lof van zo'n twintig jaar terug. Frans Oudejans schreef zijn artikel omdat het honderd jaar ge leden is dat de Pius-almanak voor het eerst uitkwam. Een eeuwfeest viering zit er echter niet in, want mét het dagblad De Tijd is deze bij De Tijd gedrukte almanak de mist ingegaan. In 1971 verscheen voor diet laatst een Pius-almanak. Hij is nooit officieel opgeheven maar het ziet er niet naar uit dat hij weer terug zal keren. in 1875 kwam het eerste deel van dit befaamd geworden jaarboek uit bij B. Lenfring, boekhandelaar en uitgever aan de Haarlemmerdijk in Amsterdam. Hij vermeldde nooit zijn huisnummer, maar schreef steevast: 'Over de R.K. Kerk'. Dan wisten zijn afnemers genoeg en niet-katholaeken kwamen bij hem niet over de vloer. Die r.k. kerk is De Posthoorn, in het begin van de jaren zestig van de vorige eeuw door Cuypers gebouwd (en in 1887- '89 uitgebreid, o.m. met de torens aan de voorgevel). Wat mij betreft had de heer Lenfring gelijk met zijn trotse aanduiding: 'over de R.K.Kerk', want De Posthoorn is een bijzonder mooi staal - van de kunst van Cuypers en ik hoop vurig dat dit gebouw aan de dreigende sloop ontkomen zal. Paus Pius IX, die langer dan wie ook als paus heeft geregeerd (van 1846 tot 1879) en onder wiens pon tificaat de pauselijke onfeilbaarheid werd afgekondigd, was de naamge ver van veel strijdbare katholieke organisaties. In 1871 kwam er in Amsterdam een Pius-vereniging en over heit doel schreef voorzitter H. M. Werker: 'Ons streven moet zijn kleine Piussen te worden.Wij hebben de Pius-vereeniging opge richt om mannen te vormen, welke niet schroomen overal waar het te pas komt, te toonen dat zij Katho liek zijn en dat zij op den naam Katholiek fier gaan.De leden der Pius-vereeniging zijn de kinderen van den onfeilbaren Paus en werd er een onder ons gevonden die dit dogma zou betwijfelen, hij zou ter stond worden geroyeerd. Wij zijn katholiek en gaan daar groot op'. Deze geestdriftige meneer Werker nu werd redacteur van de Pius- almanak en hij heeft ongeveer der tig jaar lang ook via de voorwoor den in de almanak (waarbij de latere 'Wenken voor het raadplegen van dit jaarboek' zeer pover afste ken) de zich voorzichtig emancipe rende katholieken aangevuurd. Hij deed dit in niet mis te verstande bewoordingen en toen op een gege ven moment het dagblad De Tijd hem niet beviel, gaf hij te kennen deze krant nog minder te vinden 'dan een pas beginnend blaadje der liberale partij'. De eerste Pius-almanak kostte vijf tig cent. de laatste uitgave 42,50 plus 4 pot BTW. Deze wellicht wat. verdrietig stemmende mededeling kan ik vergezeld doen gaan van een andere, nl. dat de eerste Pius- almanakken gemiddeld maar 125 pagina's telden en daarvan waren niet meer dan drie gevuld met ge gevens. De rest werd voor een (niet onaanzienlijk deel ingenomen door alleszins stichtelijk mengewerk, waarover Frans Oudejans geen kwaad wil horen, wamt, zegt hij, 'door dergelijke geschruften leerde de vrome Nederlander lezen'. Frans Oudejans geeft ook op over de car navaleske kwaliteiten van de laat ste redacteur van de Pius-almanak Henri Overhoff, maar hij snapt ze ker wel dat hij dit met 't oog op degelijke protestantse afnemers beter had kunnen nalateji. Van een onzer redacteuren De kwestie van een mogelijke vaste paasdatum is ineens weer opgedoken. In mei schreef het Vaticaan erover aan de bisschoppen, en de we reldraad aan de leden-kerken. Men verwacht adhesie en hoopt op de aanstaande assemblee van de wereldraad tot beslui ten te kunnen komen. Dan wordt de zondag na de tweede zaterdag in april voorgoed een muurvast liggende eerste paas dag. Het lijkt een onschuldige en redelijke zaak, maar is het dat wel? Het bericht, dat de raad van ker ken 'in meerderheid' voor een vaste datum is, schijnt te berusten op het feit. dat de grote kerken bij de discussies hierover in 1967 geen bezwaren geopperd hebben. De Sectie Eredienst van de raad van kerken heeft in meerderheid ernstige bezwaren geuit, deze sec tie zal de raad voorstellen de zaak opnieuw in overweging te nemen en aanhangig te maken bij de leden-kerken, omdat er sinds 1967 veel gegroeid is in de theologische bezinning. Hieruit blijkt al wel. dat deze hele zaak meer om het lijf heeft dan zo op het eerste gezicht lijkt. Dominee-dichter dr. W. Barnard schreef erover aan een vriend in Genève en wij kregen toestemming om deze brief in de vorm van een artikel te publiceren. We laten hier nog enige histori sche gegevens over de paasdatum volgen. Het joodse pesach, de herdenking van de uittocht begint op 14 Ni- san, van 15-21 viert men het feest der ongezuurde brodén. De maand Nisan is de eerste voorjaars maand. Men kan de bepalingen vinden in Exodus 12 vers 6 en Leviticus 23 vers 5 en 6. Eeuwenlang vierden de Christe nen hun paasfeest gelijk op met de Joden. Sommigen op. 14 Nisan zelf, de avond van het paaslam, anderen op de zondag daarna. In de derde eeuw begon men in Rome en Alexandrië, de grote cen tra van die dagen, de paasdatum zelfstandig te berekenen, o.a. om dat na een joodse kalenderhervor ming pasen soms vóór het begin van de lente viel. Men nam toen als paasdatum de zondag na door dr. W. Barnard Van woede heb ik mij gesneden bij het scheren! Nog altijd is dus die kunstmatig opgeklopte kwestie niet terzijde gelegd! De vaste paasdatum, jawel. Een jaar of tien geleden was er sprake van een vaste paasdatum en zo gaandeweg, als men maar lang genoeg blijft drammen, wordt dat dan een kwestie van, weet je wel, de vaste paasdatum. de eerste volle maan in de lente. In feite was dat nog dezelfde be rekeningswijze, maar toch waren er zeer velen, vooral in het Oos ten, die aan het 'vieren met de Joden' vasthielden. Het concilie van Nicea in 325 probeerde eenheid te scheppen, officieel werd de berekening van Rome en Alexandrië aanvaard. Toch bleven ook toen grote groe pen Christenen zich aan de joodse paasdatum oriënteren. Van een vastliggende, niet meer met zon- en maanstand rekenende paasdatum is nooit spruce ge weest, behalve bij de Montanis- ten, genoemd naar Montanus, een sectariër uit de tweede eeuw, die zich zelf tot H. Geest en God uitriep. Zij hielden alleen het zonnejaar aan en vierden Pasen op de zondag na de 6e april, 14 dagen (dus toch weer herinnerend aan 14 Nisan) na het begin van de lente. Dit heeft echter geen navolging gevonden. Bij alle ka lenderhervormingen in later tijd heeft men nimmer met het oude principe als zodanig gebroken. Het is een methode die. (en dat is zo erg en ergerlijk) inherent is gewor den aan onze wijze van leven, nu, in deze wereldtijd. Alles wordt im mers breed en groot opgezet, alles komt in de grote organisatdemachi- nes terecht, alles en iedereen. Als iets daar eenmaal een 'kwestie' is geworden, kan men er niet meer van af. Zoveel geld, tijd, vergade ring en ambtenarij is er in geïn vesteerd, het heeft daarmee zijn bestaansrecht als 'kwestie' bewezen. Ook al is het onzin. Ook al is het niets anders dan een fusie van denkfouten. Daartegenover kan men alleen nog maar in de afweer gaan, in de •doleantie'. Ik denk aan dat boekje van die Engelsman, die gewezen Duitser (geloof ik): Small is beau- tifuL Hij bepleit decentralisatie. En hij weet waarover hij spreekt, want hij heeft hoog aan de .maatschap pelijke top gezeten. Het is het te gendeel van heer Bommels 'Groot is mooi en veel is lekker"! 'Small is beautiful'. 'De kleine ^ar de'. Verzet tegen het groot opgezet te en van bovenaf neergelatene, afkeer van mondiaal bedrijfsbeleid. Een gevoelen dat bij veel jonge mensen zo sterk leeft dat ze zich bekeren' tot een levensstijl die merkwaardig overeenkomt met sommige richtlijnen uit de thorah (wet van Mozes, red)! Al weten ze dat meestal niet. Ze menen het bij de veda's te moeten zoeken, in het Oosten, elders in elk gevaL Niet bij de christenen. En juist in deze tijd zal dan de wereldwijde kerkorganisatie als een ideologische multinational aanko men met 'de vaste paasdatum' een kunstmatige kwestie, die appelleert aan de behoefte der autoriteiten, steunend op de gewilligheid van 'het grote publiek', voorjaarsvacan- t>ie te houden, de samenleving te stroomlijnen. Als de christenen dan hun pasen even willen gelijkscha kelen loopt alles des te vlotter. En die christelijke mammoeth-organi- saties doen dat ook nog. Een fraai hedendaags voorbeeld van constan- tinisme. Maar we kijken wat diéper. En zien dan in deze 'vaste-paasdatum- ijver' twee verraderlijke facetten, misschien wel drie. Ten eerste: wij degraderen ermee het Oude Testament (geheel in de stijl van een zich breed makend christendom). In het Oude Testa ment wordt over de paasdatum nauwkeurig bericht. Wij beschou wen dat blijkbaar als 'primitief' en 'mythologisch' en gaan er souverein aan voorbij. Waarschijnlijk gaan we dan zo óók voorbij aan de zin en de strekking van het oudtesta mentische pascha! In dit dus zit de hele theologische kneep. Wie zich laat lijmen door het Vati caan in deze kwestie conformeert zich aan een theologie die in feite van het Oude Testament niet we ten wil, die dat beschouwt als een voorhof waar we goddank nu door heen zijn. Het heeft niets meer te zeggen, het mag ten hoogste met ons instemmen. Niet omgekeerd. Pasen wordt dan de verheerlijking van de overwinning van Jèzus Christus (een vooraziatische mens god die universele erkenning heeft gekregen) op de dood. Pasen is dan niet meer: met de Messias Jezus mee de thorah laten gelden tot het uiterste maar, tegen Hem in, de thorah ontkennen. Pasen is dan niet meej: h&t feest van de bevrij ding uit de onvruchtbare stagna ties - niet meer een loflied in het hebreeuwse denkidioom, - niet meer een oproep om de pyramide- cultuur te ontvluchten, - niet meer een wegwijzer naar de goede aarde. Het is dan een ideologisch feest van een bepaalde religie, de chris telijke. Een triomfantelijke religie. In de tweede plaats: wie zich laat lijmen door de vaste paasdatum - ze loten staat aan de kant van het Vaticaan en heel de christelijke Europese kruistochtijver tegen de joden, tegen de synagoge, tegen de rabbijnen. Dus ook zo weer: tegen Jezus die ten onrechte door de kruisvaarders is genaast. Je moet je niet laten ompraten door de geleerde jongens die pre cies weten hoe dat zat met Nicaea en de kalender die toen is vastge steld. In feite en in wezen bleven ook sindsdien het joodse en het christelijke jaar gelijk op ademen. Ik heb (mag ik even?) over die dingen geschreven in 'Binnen de Tijd'. Dat boek is feitelijk één groot verzet tegen de ontmytholeu- genaars, de anti-poëten, de dog matische doordrijvers en systeem- - bouwers met hun verschraalde re ken-breinen. En in dat boek gaat het voortdurend over de zin en de betekenis van die wonderlijke fees tenkalender, het zonnejaar, de maangetijden. In het Oude Testa ment wordt met die getijden ern stig gerekend. Wat heeft dat voor ons te betekenen? Om hier niet te uitvoerig te worden moet ik wel verwijzen naar een aantal bladzij den uit genoemd boek, vooral naar het hoofdstuk De viering van het pascha, de pagina's 102-106, ook 110, 164v, 281v en 327v. Meteen ben ik met deze laatste verwijzingen al op mijn derde stokpaard. Niet alleen dat de vaste- paasdatum-ljveraars het Oude Tes tament en de joodse traditie terzij de schuiven, ze staan ook aan de kant van degenen die techniek, in dustrie, mechanisch denken belang- grijker vinden dan de levende aar de en het betekenisvolle bestaan van seizoenen, getijden, 'natuurlij ke' gegevens, tekenen van schep ping mits we ze verstaan in het licht van de Schrift. Moeten we dan anthroposofen wor den om nog begrip voor deze din gen te vinden? Beseffen de kerklei ders niet dat ze aan de kant moe ten staan van degnen die hun stem verheffen tegen de verwoesting? Is ecologie iets dat In de dogmatiek niet telt? Moeten al die vriendjes van mijn kinderen met hun afkeer van onze geïndustrialiseerde maat schappij en van het mechanische denken dan wijzer zijn dan de kerk leiders? Die 'paasdatumkwestie' zit me zó hoog, dat ik het gevoel heb: als ze dat écht officieel zouden invoeren, houdt het voor mij op met de kerk. Want Pasen is altijd de kern en de kiem geweest van waar het om ging in de gemeente... en het 'pa sen' dat dan zou overblijven is een ANDER pasen dan dat van de Lieve Heer; een ander pasen ook dan waar ik in geloven kan. WIJSHEID IS BESCHEIDEN Woorden.van wijze mensen, I bescheiden gebracht. J hebben meer betekenis dan het getier van een heerszuchti ge K onder dwazen. ai Wijsheid is van meer betekenis dan oorlogstuig, maar, één slechte daad M kan veel goeds bederven. zi Van het'eerste dat de Prediker hier opmerkt zou je kunnen zegden: wyjj, 't maar waar! Hoe vaak zie je nie a het omgekeerde. Wijze woordei worden in de wind geslagen. Waar om? Zé worden niet uitgeschreeuw, j en aan anderen opgelegd, maar be-; scheiden bieden ze zich ter overve ging aan. En voor dat laatste is ooi r< een bescheiden gehoor vereis j Maar waar vind je dat? 'In iedei }l massa heeft hij die zijn standpui j 't minst laat steunen op argumen ten. maar vooral zijn hulp zoekt bi j emotionaliteit en geschreeuw, grootste kans van gehoor te vindei) en geloofd te worden. Maar he blijft waar, wat de Prediker zegt ook al vinden ze dan niet altijd di ingang die ze verdienen, de woorEj den van wijze mensen zijn pas va: betekenis. Iets opi in kerk, stras i en maatschappij, om die drie no eens te noemen, wel te bedenkei D In het tweede woord zie je 't alsD ware gebeuren. Er is een hoop ooi logstuig en hoe gauw verleidt da niet tot oorlogsdaden, men heel immers de macht. Gaan kanonne soms niet vanzelf af? Tenzij ze ee tegenwicht vinden in de wijshei die eerst alles overweegt en no eens overweegt en nog eens, voor dat er met het oorlogstuig iets ge daan wordt. (Prediker 9, 17, 18). i NED. HERV. KERK Intrede - te Oldeboorn; kand. Bakker, uit Amsterdam, (wordt vens pred. v.d. geref. kerk te Olde boorn) (verb, ber.) GEREF. KERKEN Beroepbaar: G. Bilker, pastorasf medewerk, te Oude en Nieuv Bilidtddjk, Schuringaweg 18, St. Ani na Parochie. GEREF. KERKEN (VRIJG.) Beroepen te Utrecht N.W.: W. Pou J welsè te Ureterp. CHR. GEREF. KERKEN Beroepen te Ede: J. Westerink Nunspeet. GEREF. GEMEENTEN Beroepen te Katwijk aan Zee: Ligtenberg te Terwolde. Bedankt voor IJsselmonde: J. va Haaren te Amersfoort. BAPT. GEMEENTEN Aangenomen de benoeming geest. verz. psych. ziekenhu Grootbronswijk te Wagenborgei W-. G. Renken te Haarlem. NIEUWLANDE (Dr.) De kerk raad van de gereformeerde van Nieuwlande deelt het volgenc méde: 'De kerkeraad van Nieuwlai de, met inbegrip van ds. W. v£ Benthem, hebben ernstig bera* gehouden en diepgaand overleg pleegd, in verband met de posit van ds. Van Benthem ten opzich van het kerkverband. Tot aller gr( te vreugde is gebleken, dat er g noegzame redenen thans geblekt zijn, die het mogelijk maken j menlijk verde-r te gaan. Daaro heeft ds. Van Benthem verklaar dat hij teruggekeerd is van aanvankelijk besluit, zoals dat der werd gepubliceerd. Tot zover verklaring van de kerkeraad Nieuwlande. Ds. Van Benthe mis een van t drie predikanten, die vorige bekendmaakten, dat zij het histoi sche ogenblik gekomen achtten o: te breken met het kerkverband v£ de gereformeerde kerken. Ds. J. van Mechelen te Urk heeft zi< inmiddels metterdaad onttrokke Ds. C. van Ginkel te Heinenooi zal vandaag een schriftelijke ve klaring aan zijn gemeenteledf doen toekomen. AMSTERDAM Nieuwe Zijds Voorburgwal 280, Amsterdam. Tel. 020-220383. Postbus 859. ROTTERDAM/DORDRECHT: Westblaak 9, Rotterdam Tel. 010-115588. Postbus 948. DEN HAAG/LEIDEN: Parkstraat 22, Den Haag. Tel. 070-469445. Postbus 101. ZWOLLE/GRONINGEN: Melkmarkt 56, Zwolle. Tel. 05200-17030. Postbus 3.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 2