Op zoek naar het
alledaagse vaderland,
■en galerie die zijn 'image' waar maakte
een ongeordend samenraapsel
'Bijzonder boek'
Pretentieloos
Structuur
Chronologie
Gewone mens
Smaakbederf
OUW/KWARTET ZATERDAG 6 SEPTEMBER 1975
KUNST 13
Het nieuwe boek van de maand, dat sinds 4 september in de boekhandel verkrijgbaar is, werd
door ons naar aanleiding van de perspresentatie reeds oppervlakkig aangekondigd. Dr. J. Stel
lingwerff, bibliothecaris van de Vrije Universiteit, heeft het boek nauwkeuriger kunnen door
lezen. Zijn oordeel luidt samengevat: een blamage van de auteurs en uitgevers.
door dr. J. Stellingwerff
(ADVERTENTIE)
UNIEBOEK-TOPTIEN
De tien meest gekochte boeken fn augus
tus 1975
1. Rien Poortvliet
DE VOSSEN HEBBEN HOLEN
#2BUE0
(Van Holkema B Warendorf)
2. Adriaan Hoekmeijer
DE GROTE WERELD EN DE KLEI
NE ELIZABETH 14.50
(De Boer Maritiem!
3. Warren Tute
D-DAY f23.50
(Van Holkema Warendorf)
4. H.J. Hansen
HIJS DE ZEILEN f37.—
(De Boer Maritiem)
5. GRIEKENLAND EN ROME.
GRONDLEGGERS VAN ONZE BE
SCHAVING f45.—
(National Geographic Society/
6. H.J. Nijnatten-Doffegnies 0e^aan^
OUUMKES GROND f 17,90
(Van Holkema Warendorf)
7. Anton Coppoolse
GEHAKTFESTIVAL
(Van Dishoeck)
8. Rosa Cornelissen
DIEPVRIEZEN
(Van Dishoeck)
9. Nan de Vries
PEPPI EN KOKKI, TV—albums
f4,95 per deel
(De Gooise Uitgeverij)
10. Jaap ter Haar
GESCHIEDENIS VAN NOORD-
AMERIKA f 12,50
(Fibula Van Dishoeck)
Verkrijgbaar in elke boekhandel
je bent zelf ook langzaam gegroeid.
Er moet een dialoog ontstaan, dat
Is een van de belangrijkste dingen
in dit vak: je moet de visie die je
zelf hebt weten over te dragen door
Je enthousiasme.
't Duurt lang voordat de mensen
vertrouwen Ln je hebben en Je
moet toch een bepaald image op
bouwen we heten Image!
maar dat moet je toch waarma
ken'.
Hoe dat allemaal gebeurde, wie hier
in de afgelopen vijf Jaar exposeer
den 60 kunstenaars uit 17 lan
den is nu. tot 9 oktober te zien
in de Galerie Nouvelles Images, in
vijftien jaar uitgegroeid van een
Klein zaaltje eens een werk
plaatsje waar gipsen beelden gegoten
werden tot een van de belangrijk
ste kunstcentra in ons land.
f 4,95
f 4,95
Handelslui bij een stadspoort; afbeelding in een Zuidnederlandse Kro
niek, 15e eeuw.
Sinds enkele jaren kent Nederland HET boek van de maand.
Vier tot zesmaal per jaar kan de boekminnende vaderlander dat
uitgekozen werk aanschaffen voor een prijs die beduidend lager
is dan het bedrag dat er later voor gevraagd wordt. Het boek
van de maand verschijnt in de eerste oplage van soms 100.000
exemplaren 'onder auspiciën' van de Commissie voor de Collec
tieve Propaganda van het Nederlandse Boek. Deze C.P.N.B. is
een commissie van de in 1815 opgerichte Vereeniging ter be
vordering van de belangen des Boekhandels.
Het verschijnsel Het boek van de
maand' heeft als kenmerk een
fraaie buitenkant. Het boek is ge
maakt opdat zeer velen dit door
de CPNB gepresenteerde cultuur-
produkt zullen kopen. Soms is het
een goede aanschaf, maar de
CPNB kan ons ook een kat in de
zak aanbevelen.
Over de september 1975 aanbie
ding 'Op zoek naar het alledaagse
vaderland' lezen we in de recla
mefolder voor de boekhandel o.a.
het volgende:
Een bijzonder boek over alledaag
se mensen in voorbije eeuwen.
Dat is in héél kort bestek het
nieuwe Boek van de Maand.
In Op zoek naar het alledaagse
raderland staan nu eens niet, zo-
ils al uit de titel blijkt, de graven
ran Holland, de Engelse oorlogen,
;abtnetten of koningen centraal,
maar worden de mensen van het
tweede plan naar voren gehaald.
Het is een boek over de gewone
man uit de geschiedenis. Het
schrobben van de dienstmeisjes
a de pruikentijd krijgt nu eens
neer aandacht dan een decreet
des konings, kortom het gaat om
de 'human interest' achter de be
kende gebeurtenissen. Om de his
torische draad van de gebeurte
nissen niet te verliezen en ons
geheugen waar nodig op te fris
sen, loopt door het hele boek aan
de onderzijde een rijk geïllus
treerde "beeldband' met jaartallen.
Deze uitermate informatieve data-
strip geeft het boek een heel
apart karakter.
De acties Boek van de Maand zijn
m het leven geroepen om door
middel van uitgaven, waarvan
verwacht mag worden dat zij door
bun inhoud en vormgeving een
grote groep mensen zullen aan
spreken, de minder regelmatige
boekenkopers en -lezers te inte
resseren voor het boek (en de
boekhandel
Een 'populair' onderwerp en ver
antwoorde inhoud en verzorging
garanderen echter nog geen ge
slaagde actie Boek van dé Maand.
Daarvoor is meer nodig! Het pu
bliek moet namelijk de publiciteit
rond Het Boek van de Maand
kunnen terugvinden in uw win
kel: daar gaat het tenslotte om.
Bouw uw héle etalage om in een
Boek van de Maandgebeuren, niet
slechts een klein hoekje'.
'Op zoek naar het alledaagse va
derland' is de goed in de markt
liggende titel voor een CPNB-prul,
een blamage voor de auteur dr. A.
F. Manning (1922), de beeld re
dacteur drs. G. Tli. M. Lemmens
(1938) de uitgever Contact te Am
sterdam en de CPNB. In het
woord vooraf worden we al ge
waarschuwd 'Het ls als het wa
re een zwerftocht in de verleden
tijd, met een camera in de hand:
af en toe klikt de sluiter en er is
een kiekje gemaakt. Niet meer.
niet anders'. A. F. Manning en G.
Th. M. Lemmens hebben dus geen
pretenties en niemand kan zich
beklagen.
De pretentie van het boek vinden
we echter vooral in de vormge
ving, de titel, de omslag, de aan
bieding. de woorden: research en
illustratieresearch. Op die manier
doet het boekwerk zich voor als
het cultuurprodukt van de maand.
In het woord vooraf staat boven
dien een verder strekkende pre
tentie: 'Schrijver en beeldredac
teur vinden eigenlijk dat er meer
aandacht gegeven dient te worden
aan wat 'unofficial history' heet.
Dat we moeten zoeken naar het
gewone, het alledaagse, de 'andere
kant' van het geschiedenisboek'.
Daarmee zeggen ze dat dit boek
iets nieuws biedt, dat ze spoorzoe
ken in het minder bekende, dat
zij ons de weg wijzen 'op zoek
naar het alledaagse vaderland'.
Het boek 'Op zoek naar het alle
daagse vaderland' bestaat uit 38
korte stukjes met 135 afbeeldin
gen op 160 bladzijden. Onder pp de
bladzijden vinden we bovendien
een rij Jaartallen waarbij een
tweede reeks van illustraties zon
der verklaring.
Deze vier reeksen: tekst, afbeel
dingen, chronologie en reproduk-
ties uit schoolboeken zijn onder
ling zeer slecht geordend. De
tijdsvolgorde is aangehouden,
maar per bladzijde vinden we dik
wijls een rommelig geheel. Kleine
afbeeldingen en grote afbeeldin
gen worden weergegeven in aller
lei formaat op allerlei plaats, or
deloos. Goed is de samenhang
tussen tekst en afbeeldingen op
de blz. 115-117 over 'een ramp in
Leiden'. Zo zou het hele boek
moeten zijn, maar het verhaal
van die ramp is niet nieuw. Geen
samenhang echter bij het stukje
over 'de plaats van Holland' op
blz. 28-30. Het gaat daarin over
'Holland tussen 900 en 1300, maar
de afbeeldingen zijn een gezicht
op Utrecht van omstreeks 1570 en
een van Den Haag uit de 16e
eeuw. Utrecht ligt buiten Holland.
Den Haag wordt in de tekst niet
genoemd en bedde afbeeldingen
zijn van enkele eeuwen later. In
dit boek over de vaderlandse ge
schiedenis zijn de afbeeldingen
uit een Frans en Duits manus
cript, blz. 51 en 54, niet de beste
keuze.
De samenhang tussen tekst en
bijbehorende afbeeldingen ver
toont verschillende gebreken, de
opmaak ervan is erbarmelijk. De
samenhang tussen de zogenoemde
chronologie en de bijbehorende
reproducties is ronduit bespotte
lijk. En de samenhang tussen
tekst en de jaartallen is zoek.
De auteurs noemen de jaartallen
onderaan de bladzijden de chro
nologie. Deze Jaartallen zijn niet
speciaal uitgezocht voor het alle
daagse gebeuren. Bij een hoofd
stuk over pikbroeken op het dek
Wie van de drie?
en in het vooronder hebben jaar
tallen over de veldtochten van
Frederik Hendrik, de windhandel,
over Vondel, Hooft en Rembrandt
geen functie. Dat geldt voor heel
het boek. De jaartallen zijn alleen
maar bladvulling zonder relatie
met de tekst.
De auteurs noemen de reproduc
ties 'interpretaties van de feiten
zoals die in de geschiedenisboeken
vanaf de 18de eeuw wonfen aan
getroffen'. In die woorden zit een
interessante problematiek: hoe
werd vroeger de geschiedenis ver
teld en geïnterpreteerd? Maar als
geen enkel oud of nieuw geschie
denis-schoolboek wordt genoemd
en ook geen enkele afbeelding,
wordt het een rommeltje. De
jaartallen zijn gewoon geïllus
treerd met her en der bijeenge
raapte schoolboekknipsels. Zo
kwam men aan een goedkope
bron van illustraties zonder pro
blemen van auteursrecht. Slechte
en goede plaatjes, foto's en teke
ningen uit kinderboekjes en mid
delbare onderwijsboeken, alles
dooreen bij de jaartallen geplakt,
met dwaze resultaten. Een paar
voorbeelden:
Onder een man met baard op blz.
125 lezen we: '1867 Napoleon III
tracht Luxemburg van koning
Willem III te kopen, hetwelk Bis
marck verhindert'. Wie van de
drie?
Op blz. 127 zien we de afbeelding
van een havenhoofd, onderschrift:
1870 Afschaffing van de doodstraf.
Op blz. 157 onder de foto van
twee heren staat: '1968 Begin van
de polarisatie op politiek terrein.
Begin van het studentenprotest in
de vorm van massale demonstra
ties, discussies én aula-bezetting.
1968 Oprichting van de Politieke
Partij -Radicalen (PPR), ontstaan
als groepering van linkse katho
lieken. Spanningen in de Partij
van de Arbeid tussen de groepe
ringen Nieuw Links en Democra
tisch Appèl, waaruit later DS'70
zou ontstaan'.
De lezer begrijpt het al: die twee
mannen moeten volgens dit on
derschrift wel Jhr. de Brauw en
dr. Drees jr. zijn!
Als we de jaartallen met de re
producties als overbodig en rom
melig beoordelen blijft de kern
van het boek nog ongeschonden
over: de tekst met de bijbehoren
de illustraties. Daarvoor geldt in
de eerste plaats dat de hoogleraar
in de nieuwste geschiedenis te
Nijmegen en de directeur van het
Nijmeegs museum 'Commanderie
van St. Jan' hebben gezocht 'naar
het gewone, het alledaagse, de
'andere kant' van het geschiede
nisboek'.
De omslag begint met de zin 'Het
alledaagse leven raakt in de be
langstelling van publiek en histo
rici'. Zo suggereert dit boek dat
iets nieuws aan de orde wordt
gesteld. Alsof elkerlijck en alle
man niet alle eeuwen door de
eerste liefde van de Nederlandse
auteur heeft gehad, alsof Bartje,
Boefje en Merijntje Gijsen geen
bekende figuren zijn, alsof de
boodschap van Vincent van Gogh
geen weerklank vond. Omdat er
een anti-autoritaire mode is.
wordt gesteld dat de bestaande
Nederlandse geschiedschrijving
een van de Hollandse graven, de
Engelse oorlogen of van de kabi
netten en parlementen is. Zo
doende kan men des te beter zelf
als een nieuw licht met de gewo
ne man -op zoek gaan naar het
alledaagse vaderland.
Er is in de Nederlandse cultuur
zoveel materiaal over de gewone
mens, dat het zoeken van Man
ning en Lemmens banaal wordt.
Wil men op dit terrein nog iets
nieuws doen, dan moet men die
per graven naar de motieven van
de Bavianen en Slijkgeuzen, dan
moet men onbekende brieven en
dagboeken uitgeven ofwel een
grondig systematisch geordend
overzicht samenstellen. Niet
vluchtig hier en daar een kiekje
schieten en die met pretentie
bundelen tot het boek van de
maand.
Aan zeer vele Nederlanders zijn
Tijl, Reinaert en zuster Beatrijs
bekend. De aandacht van Jacob
van Maerlant, pater Brugmans en
van de 'moderne devotie' was ge
richt op de gewone mens. Onze
geschiedenis handelt over weder
dopers. watergeuzen en martela
ren. ofwel van Gorkum ofwel uit
populaire protestantse martelaars
boeken.
Tafereel uit de Zeven werken van barmhartigheid van de Meester van
Alkmaar.
De scheepsjongen van Bontekoe is
ons even goed bekend als de
overwintering op Nova Zembla.
Vele oude scheepsjournalen zijn
uitgegeven. Cats, maar ook Hooft
en Huygens gaven ons met Brede
re inzicht in het dagelijkse leven
van de gewone man en vrouw.
Potter en Poot. Jan Steen en
Rembrandt, maar ook de dominee
in onze literatuur hebben ons het
alledaagse vaderland al eeuwen
lang uit de doeken gedaan. De
vorige eeuw is niet alléén de eeuw
van de kabinetten van Thorbecke
maar ook die van de emancipatie
van de joden, de rooms-katholie-
ken, de gereformeerde kleine luy-
den, de socialisten, van de arbei
ders en van de vrouwen. En daar
zijn vele memorboeken over ver
schenen, planken vol boeken die
stuk voor stuk beter zijn dan dit
ongeordend samenraapsel.
In de middeleeuwen heeft profes
sor Manning niet erg veel kunnen
vinden. Daarom zijn er hoofd
stukken, zoals 'De plaats van Hol
land' en "Heibel om een nieuwe
bisschop', waarin het niet over
gewone mensen gaat.
De 80-jarige oorlog wordt vooral
gezien door de ogen van de vrome
katholieke burger terwijl het pro
testantisme vooral uit economi
sche omstandigheden wordt ver
klaard. Dit mengsel van Marx en
Rome typeert de schrijver uit Nij
megen. Voor het overige wordt
het werk getypeerd door hier en
daar een keuze uit veel materiaal
zonder enige verantwoording of
verklaring. Het zijn losse schetsen
met een extra accent op het ge
wone. Wat is de zin daarvan?
Ik zie maar één duidelijke bedoe
ling: er moest een goed verkoop
baar boek gemaakt worden. De
vaderlandse geschiedenis werd
daardoor een consumptie-artikeL
Prof. dr. A. F. Manning geeft ver
schillende voorbeelden van bederf
in de katholieke kerk. Als hoogle
raar in de nieuwste geschiedenis
zou hij het bederf van de gewone
man en vrouw door de reclame
ook moeten onderkennen. In
plaats daarvan doet hij zelf aan
die media-manipulatie mee. Dat is
het grootste bezwaar tegen zijn
tekst.
De redactie van NRC- Handelsblad
zal met het citaat in de reclame
folder: 'Het Boek van de Maand
kan onderhand met de ogen dicht
warden gekocht' minder gelukkig
zijn. Zo werkt namelijk de recla
me-wereld met zijn consumptie-
geloof. De gewone mens moet.de
ogen maar dicht doen en kopen
wat de CPNB goed voor hem
vindt.
Op grond van een mooie folder,
met de ogen dicht, moesten de
boekhandelaren begin mei al hun
bestelling doen om in september
mee te doen aan de verkoop van
hun vaderland. Hun informatie
kwam slechts van één zijde. Door
deze methode kan de prijs 16.90
zijn, maar na een maand moet
men ƒ29.50 betalen. Daar heeft
men dan een consumptie-artikel
voor bestemd voor 100.000 afne
mers. Een zaak van één tot twee
miljoen gulden!
Gewone mensen zijn geen opper
vlakkige mensen, zoals de recla-
mensen en de samenstellers van
dit boek denken. Gewone mensen
schenken misschien oppervlakkige
aandacht aan de produkten van
de smaakmakers. Zo wordt hun
smaak bedorven, terwijl de gewo
ne mensen juist een beter boek
behoeven. Als er een CPNB als
propagandacommiissie is moet er
ook een boek van de maand ge
maakt worden. Consumptie moet
er zijn. Hoe bereiken we het grote
aantal gewone mensen? Met het
alledaagse vaderland. Het ls een
vondst, maar een die gevaarlijk ls
voor de naam van de medewer
kers.
'Ze dachten dat het er wel in zat'.
Deze zin uit het woord vooraf
onthult wat de makers en uitge
vers bezielt. Een mooi kaft op
tafel, zonder veel kritische vraag
naar de inhoud. Een massacon-
sumptieprodukt van de public-re-
lation-smaakbedervers. is dit
boek. Ik vind de gewone mens
daar te goed voor.
op volle toeren, maar hij zelf heeft
zich vooral op het project 'Imar-
tect' geworpen, de toepassing van
beeldende kunst in de architectuur.
'De grote aanzet was de inrichting
van het ziekenhuis St. Antoniusho-
ve in Leidschendam. Daaruit zijn
verschillende andere opdrachten
voortgekomen zoals die voor het
verzorgingscentrum 'De Mantel' in
Voorburg, het Verzekeringsgebouw
'Interpolis', in Tilburg, dat van
'Concordia' in Utrecht, Océ van der
Grinten In Venlo, de Sociale Aca
demie in Rotterdam en de Univer
siteit van Nijmegen'. Vermenselij
ken van gebouwen, zo ziet Ton
Berends dit werk. 'Je moet er bij
het inrichten van uit gaan. dat je
zo'n gebouw voor mensen herken
baar moet maken', zegt hij, 'want
in die soms meer dan twintig éta
ges hoge bouwwerken voelen de
mensen zich toch op een bepaald
moment verdwaald. Juist door daar
indicaties in te brengen, herken
baarheid, vermenselijk je zo'n ge
bouw en krijgen de mensen weer
het gevoel van een bepaalde zeker
heid.
Zo gezien stelt een bejaardentehuis
je uiteraard voor heel andere pro
blemen dan een kantoorflat. Je
moet dus rekening houden met de
gebruiker, maar *t is tegelijkertijd
de bedoeling die 'consument' een
stukje verder te brengen, dan Ie op
dat moment ls. Dat is een deel van
de opgave, vind Ik. Trouwens, als
een kunstwerk een bepaalde kwali
teit heeft dat ervaar lk steeds
weer gaan de mensen, die er
misschien eerst nog wat vreemd te
genover staan, zich er op den duur
toch aan optrekken. Dat Is een
gevolg van de dagelijkse omeang
ermee.
Lichtwand
Maar je hebt met veel meer facet
ten te maken. Als je b.v. een zie
kenhuis binnenkomt, geeft je dat,
of je er nu moet gaan liggen of op
bezoek gaat. toch altijd een onbe
haaglijk gevoel.
Daarom moet je ln zo'n hal gewoon
iets hebben dat even de aandacht
Een van de uitgaven van de Galerie Nouvelles Images: Multiple,
ontwerp Yvonne Kracht; oplage 25 exemplaren.
trekt en toch bescheiden is. In
Antoniushove heb ik een lichtwand
neergezet van Nino Calos. Die be
weegt, heel langzaam, daar kun je
naar kijken, maar het is niet echt
Indringend, je kunt er ook weer
gemakkelijk bij weg, Je wordt er
niet agressief door gepakt, 't Gaat
er in dit geval om dat de
aandacht van de mensen even ge
trokken wordt, op zo'n moment ra
ken ze dan toch even een stukje
van hun spanning kwijt als ze daar
binnenkomen'.
De steeds toenemende activiteiten
van Imartect vroegen overigens al
gauw om meer bedrijfsruimte: 'Na
de plannen op papier voorgelegd te
hebben, haal ik de opdrachtgevers
en de architecten naar de galerie
om ze daar werk te laten zien van
de kunstenaars die Ingeschakeld
zullen worden bij zo'n project. Tot
nu toe had ik voor die manier van
werken eigenlijk te weinig ruimte,
kon Lk niet genoeg laten zien'.
Ton Berends is niet alleen een
Idealistische doordouwer anders
red Je het niet ln deze branche
maar ook nog een enorme geluks
vogel. Hij hoefde de nodige ruimte
voor die uitbreiding niet ln een
ander stadsdeel te zoeken: achter
zijn eigen pand kwam het gebouw
vrij, waar eens het (nu vergeten)
Dagblad de Avondpost gevestigd
was. Dat heeft een vloeroppervlakte
van niet minder dan 500 m2 (N.I.
moest het tot nu toe met 264
doen!) met grote, hoge zalen, die
ook uitermate geschikt zijn voor
grote objecten. En het is binnen
door bereikbaar.
Daar komt nu na de jubljeum-
expositie een speciaal centrum
voor de toepassing van beeldende
kunst in de architectuur. 'Ik ga
daar een collectie opbouwen van
kunstenaars wier werk en Instelling
geschikt is om in de architectuur
mee te spelen: daar probeer ik
vooral ook grote dingen te krijgen,
een verzameling die geregeld gewis
seld wordt. Een toonzaal van vele
mogelijkheden. Daarnaast wil ik me
speciaal gaan bezighouden met
wandkleden. Die komen ook in het
nieuwe gebouw. Ik heb al een paar
mensen uitgenodigd hier perma
nent werk te hebben en die groep
zal zich langzamerhand wel uitbrei
den. Maar ik ben heel select begon
nen zodat Ik later niet hoef te
besluiten dat er bepaalde mensen
weer uit zouden moeten. Dan kun
je beter met een klein groepje be
ginnen en dat voorzichtig uitbou
wen'.
Als je Berends zo bezig hoort, zou
je denken, dat hij de galerie, waar
mee alles toch begon, een beetje
vergeten is. Maar als je een opmer
king in die richting maakt, blijkt
het tegendeel. Want: 'Door die
archtectuuropdrachten krijg je ook
weer nieuwe klanten in de galerie.
Die mensen hebben gezien hoe je
een bepaald gebouw hebt ingericht
en komen dan eens poolshoogte
nemen. Trouwens, een tentoonstel
ling maak je maar niet zo even,
daar moet je je helemaal voor In
zetten. Ik vind b.v. dat je de kun
stenaar die er exposeert moet kun
nen vertegenwoordigen. Je moet
telkens weer kunnen verwoorden
wat een schilderij, beeld of object
je doet. En juist met die verwoor
ding kun Je zo'n kunstwerk dichter
bij de mensen 'die er op het
eerste moment misschien nog wat
vreemd tegenover staan bren
gen. Na zo'n gesprek merk Je soms
dat het beter bij ze overkomt.
Principes
Trouw blijven aan je principes, dat
is ook een belangrijke voorwaarde.
Zo moet je een jongen, waarvan je
van te voren weet, dat je niets van
hem verkoopt, maar die je zélf de
moeite waard vindt, toch blijven
brengen. Ik heb verschillende van
die kunstenaars, maar gelukkig heb
lk daarnaast weer anderen, waar ik
ontzettend veel van verkoop. En
die maken dan weer goed. wat je
op die andere tentoonstellingen te
kort-komt.Zodoende krijg je een
goede ontwikkeling, 't wekt ook
vertrouwen. Je moet de mensen
steeds weer iets verder zien te krij
gen, dan ze nu zijn, dat betekent
verrijking. Ook mijn visie is im
mers in de loop d^r jaren gevormd,
lor G. Kruis
en Ton Berends in september 1960 in hot Westeinde in Den
aag in een kleine ruimte achter zijn bedrijf (destijds nog de
onsthandel Henke, kerkelijk toegepaste kunst, populair gezegd:
n beeldenwinkel) de Galerie Nouvelies Images opende, vermeldde
aankondigingskaart dat het in de bedoeling lag N.I. te maken
t een centrum van religieuze kunst, waar bij voorkeur werk te
nden zou zijn van jonge kunstenaars.
eerste vijf jaar bleef dat de
scialttelt van deze galerie, die
tussen uitgebreid was met de gro-
(winkel-)ruiimte vóór. Een moei-
e èn gevaarlijke specialiteit ove-
ens. Braque zei het al: 'Met ge-
de kunst moet je uitkijken, want
dra je haar verlaagt tot het peil
n het publiek, heeft het niets
eer met geloof te maken,
die tijd veranderde er trouwens
allerlei gebieden veel. De ont-
fckeling van het religieuze den-
in de Nederlandse r.k.-kerk
tot gevolg dat men, in de
rkgebouwen, steeds minder be-
«fte kreeg aan versiering. Het
risten-zijn manifesteerde zich
Kds minder in uiterlijke zaken,
fcr veel meer in de menselijke
Ittles.
ervoer Ton Berends toen ook
rd sterk in zijn galerie. Bij het
ojarig jubileum, in 1970, bleek
t die mentaliteitsverandering ook
grote invloed was geweest op
beleid dat gevoerd werd. Be
ads had intussen binnenhuisar-
'itectuur gestudeerd en daardoor
'tstond ook nog eens een sterke
fbondenheid met het constructi
veNouvelles Images was b.v. de
^te galerie, die ontwerpen van
architecten Graatsma en Slot-
uber exposeerde.
Werd overigens geen eenzijdig
leidintussen was de 16e eeuwse
'Ider onder het pand ingericht als
a zeer smaakvolle expositierulm-
voor sieraden en ander klein
'«'smeedwerk.
bestaat de galerie 15 jaar en dat
wdt gevierd met een tentoonstel-
Ton Berends
ling van werk van kunstenaars, die
er de laatste vijf jaar geëxposeerd
hebben.
Maar er ls in die tijd veel meer
gebeurd en dat is in de ogen van
Ton Berends zó belangrijk, dat hij
hel helemaal niet meer heeft, je
zou haast zeggen niet meer hebben
wil. over die tien jaar daarvóór.
De galerie draait weliswaar, dank
zij Berends' assistent Jack Visser,