Sigarettepeukjes boeien Wieteke van Dort Leren centraal in serie boeken voor kleinsten Uw probleem ook het onze Dode vogel 'Voor mijn eerste grammofoonplaat heb ik hard gewe rkt' Heerlijke jeugd in Indonesië TROUW/KWARTET MAANDAG 1 SEPTEMBER 1975 BINNENLAND 6 DEN HAAG 'Wat mij zo aan trekt in sigarettepeukjes zou ik niet kunnen zeggen. Maar ze boeien mij. Trouwens allerlei afval vindt ik interessant, juist omdat het zaken zijn, waar nie mand iets in ziet. Prachtig vind ik bijvoorbeeld op Nieuwjaars ochtend die restanten van het vuurwetrk dat met de jaarwis seling is afgestoken, die kleu rige papiertjes met Chinese let tertjes erop, de platgetrapte rotjes en de afgestreken luci fers, die schots een scheef bij elkaar op straat liggen.' Wieteke van Dort (32) —Wieteke Moddy sinds ze is getrouwd met de psychotherapeut drs. Theo Moody, bekendgeworden door het enige ja ren geleden befaamde televisie-pro gramma, Oebele en tegenwoordig als de 'Deftige dame' uit de 'Strate- maker-op-zee-show.' laat het niet bij kijken naar die dingen. Ze schildert ze. In haar woning aan de Haagse Mesdagstraat, waar ik haar ont moet, hangen werkstukken, waarop peukjes centraal staan. Peukjes, vaak vele keren vergroot, maar met uiterste precisie geschilderd, zijn erop gegroepeerd tot één geheel, dat wel de aandacht moet trekken. Apart is het en dat wil Wieteke ook. 'Het geeft mij geen voldoening iets te doen wat anderen ook al hebben gedaan en vaak nog veel beter. Dat is de reden, dat ik ben gestopt met het schilderen van landschappen en portretten. Een enkele keer waag lk me er nog wel eens aan. maar dan moet daarvoor een bij zondere reden zijn. Zo heb ik on langs mijn man geschilderd. Maar aan het uitbeelden van mijn twee kinderen, Bas je en Alexander, be gin ik niet. Kinderen schilderen is een vreselijke opgave. Ze zitten nooit stil. Je moet als je kinderen wilt schilderen, althans jonge kin deren. toch altijd gebruik maken van foto's. Nee, ik houd het maar bij die peukjes. Daar ben ik voor lopig nog wel zoet mee.' Met asbak weg Sinds anderhalf Jaar heeft zij zich gespecialiseerd in dit genre. 'Ik krijg er cteeds meer plezier in. Bui tenstaanders vinden het wel eens een beetje vreemd dat ik. als ons huis vol visite zit, soms ineens met een volle asbak wegloop. Ik kan dan niet laten die in veiligheid te brengen omdat ik er materiaal in zie voor een schilderij. Bij anderen ga ik ook hoe langer hoe meer op de inhoud van de asbakken letten. Hetzelfde overkomt me als ik met de kinderen op het strand ben. Dit jaar tijdens onze vakantie in Zuid- Frankrijk heb ik zelfs foto's ge maakt van allerlei peukjes die aan de waterkant lagen', vervolgt Wie teke en haalt een mapje met kleu renfoto's te voorschijn. 'Die foto's gebruik ik bij het schilderen. Als het kan schilder ik elke avond, als de kinderen naar bed zijn. gezellig in de huiskamer. Mijn man schil dert ook. Hij heeft een atelier in Scheveningen, maar daar kom ik weinig. Thuis werken vind ik ple zierig. Ik maak er geen nachtwerk van. of ik moet met iets bezig zijn dat ik beslist af wil hebben. Dan wordt het wel eens half vier.' Expositie De laatste tijd schildert Wieteke extra veel, omdat er plannen zijn voor een eigen expositie, volgend jaar in Den Haag. 'Ik ben sinds kort lid van Pulchri, iets wat ik als een hele eer beschouw. Ze nemen je daar niet zo maar aan. Er is een strenge ballotage. Nu ik daar ben geaccepteerd, voel ik me pas echt Indonesië Dat was in Indonesië, waar Wieteke werd geboren en tot haar dertiende jaar woonde. 'Ik heb vele herinne ringen aan Indonesië, waar ik een heerlijke jeugd had. Mijn vader was er directeur van een suikerfabriek in Tjandi op Oost Java. Ik heb hem nauwelijks gekend. Als baby moest ik met mijn moeder en een broer tje naar een Jappenkamp. Toen we weer vrij waren, hoorden we dat vader door rebellen was vermoord. Moeder heeft toen vele jaren alleen voor onze opvoeding moeten zorgen samen met mijn Oma, die bij ons in huis was. totdat ze in 1953 her trouwde. Financieel waren er geen problemen. We hadden een kinder juffrouw en heel veel bedienden. Ik mag wel zeggen dat we heel rijk waren, Zoiets is heerlijk voor een kind. Omdat we zoveel personeel hadden, had moeder altijd tijd voor ons. kunnen redden. Veel was echter al verdwenen'. Problemen Er braken moeilijke tijden aan voor Wieteke en haar ouders. 'Maar wij accepteerden het. De feiten waren nu eenmaal zo. In die tijd heb ik gemerkt hoe belangrijk het is als je als gezin een eenheid vormt. Met elkaar kun je veel problemen aan. Na een poos zijn mijn ouders er financieel weer bovenop gekomen. Vader begon een makelaarskantoor samen met moeder en die tante uit Indonesië. Ze hebben er heel hard voor gewerkt, vooral om binnen een jaar de vereiste diploma's te halen. Ik heb er bewondering voor hoe zij dat voor elkaar hebben ge kregen. Ik heb me stellig voorgeno men er mijn kinderen later uitvoe rig over te vertellen. Ik heb trou wens toch waardering voor de wijze waarop mijn ouders hun kinderen hebben opgevoed. Ik hoop dat ik het er ook zo goed vanaf breng, want opvoeden valt niet mee, in deze tijd zeker niet.' Dol op zingen Wieteke van Dort: handboek voor onhandige huisvrouwen Gele hoornpapaver schilderes. Ik hoor er nu bij', zegt Wieteke, terwijl ze speelt met haar witte nerzkat Mauschen, een naam die in het dagelijks gebruik is ver basterd tot Mosje. Een paar maanden geleden heeft Wieteke meegedaan aan een grote expositie in New York. 'Er hingen werkstukken van kunstenaars uit alle delen van de wereld. Toen ik ervoor inschreef moest ik een for mulier invullen, waarop ze vroegen hoe veel tentoonstellingen je al had en welke prijzen je zoal be haalde. Ik heb een paar dia's van werkstukken ingesoten en erbij verteld, dat ik in het vak pas begin. Tot mijn verrassing mocht ik mee doen. Ik had graag zelf een kijkje genomen in New York. Maar even over wippen om je eigen schilderij en op een tentoonstelling te zien hangen, vond ik wel een beetje kostbaar. Gelukkig moest mijn overbuurman in die tijd voor zaken in Amerika zijn. Hij is er gaan kijken en heeft mij er nauwkeurig verslag over gedaan.' Als kind tekende Wieteke van Dort al. 'Aan toneelspelen deed ik ook. Ik zette dan een plaatje op en speelde dat ik danseres was. Toen ik een paar jaar was had ik al een hoofdrol in een kerstspel. Ik was het kerstkind.' Na de dood van vader ging moeder niet bij de pakken neerzitten. Sa men met haar zuster, die ook in Indië woonde, ging zij in Soerabaja wij waren inmiddels naar die stad verhuisd de YMCA op poten zetten. Vooral voor de Nederlandse militairen die naar Indië kwamen was moeder in de weer. Mijn twee de vader, die ik eigenlijk als mijn echte vader ben gaan beschouwen, was voorzitter van de kunstkring in Soerabaja. Er logeerden daardoor vaak bekende mensen bij ons. Als kind maakte ik kennis met Cruys Voorbergh, Daniel Wayenberg, Al- bert Vogel en de zangeressen An- hette de la Bije en Aafje Heynis. om er een aantal te noemen. Dat vond ik prachtig. Ik droomde ervan zelf beroemd te worden als actrice of schrijfster. Lange tijd was het mijn ideaal een bekend journaliste te worden. Ik wilde altijd iets bij zonders. Met dat schrijven had ik het heel druk. Ik schreef aan de lopende band boeken. Het ene ver haal was nog niet klaar of het andere ging al weer van stapel. Het waren romantische avonturen, som een beetje science-flctionachtig, die ik zelf van illustraties voorzag. Schriften vol Ik heb schriften volgeschreven. Ik hield ook een dagboek bij. Als ik een tijdje weinig beleefde ging ik er op los fantaseren. Ik was wel zo eerlijk precies aan te geven, waar de waarheid eindigde en mijn fan tasie begon. Alleen dat dagboek heb ik nog. Al die schriften met verha len ben ik kwijt geraakt, zoals we in 1957 bijna al onze bezittingen verloren. We gingen dat jaar voor verlof naar Nederland. Een grote wens van mij ging daarmee in ver vulling. Eindelijk zag ik het land, waar ik zoveel over had gehoord met eigen ogen. Toen wij hier een poosje waren hoorden we dat het rubberbedrijf van vader was genationaliseerd. We waren van de ene dag op de andere van een gezin, dat zich elke luxe kon permitteren straatarm gewor den. Van teruggaan naar Indonesië kwam natuurlijk niets meer. Een oudere broer die nog op Java was heeft enige heel persoonlijke herin neringen zoals wat familiefoto's Een van de dingen die Wieteke van Dort al jong van haar moeder leer de is dat als je iets heel gTaag wilt, Je het ook kunt bereiken. 'Je moet je er dan wel voor inzetten en er veel voor over hebben. Ik geloof wel dat ik over dat uithoudingsver mogen beschik. Ik maak altijd plannen en vele plannen zijn in middels werkelijkheid geworden. Ik ben bijvoorbeeld dol op zingen. Vroeger zongen we thuis vaak met elkaar, terwijl vader ons op de pia no begeleidde. Tijdens mijn werk zing ik veel, gewoon hier in huis, maar ook onderweg in de auto. Andere automobilisten kijken wel eens met verbazing toe, als ik het raampje open heb staan. Daarom staak ik mijn gezang maar als ik bij stoplichten moet wachten. Een paar jaar geleden kwam ik op de gedachte dat het best leuk zou zijn eens een plaatje te maken. Dat is onlangs gebeurd. In september komt mijn eerste langspeelplaat uit onder de titel 'Een fraai stuk bu rengerucht.' Er staan veertien lied jes op, geselecteerd uit tachtig lied jes. Ja. want ik kan nu wel graag iets willen, maar het zou mijn eer te na zijn zo maar iets te doen. De liedjes die ik op de plaat heb gezet zijn na rijp beraad uitgekozen. Ik ben daarom niet bang dat die plaat een flop zal worden. Ik weet, al klinkt dat een beetje pedant, dat het een goeie plaat is. Ik heb er hard voor gewerkt.' Televisie In november brengt Wieteke een aantal van haar liedjes op de tele visie. 'Dat werken voor de televisie heb ik na mijn trouwen aangehou den. Met het toneelspelen als lid van een gezelschap ben ik toen gestopt, omdat ik van mening ben dat je niet alles tegelijk kunt doen. Ik wil ook proberen een goede huisvrouw te zijn, het thuis gezellig maken voor mijn man en kinderen. Dat lukt niet als je bijna elke avond op pad bent en diep in de nacht thuiskomt.' Vergeten is Wieteke het toneel ech ter niet, ook al werd zij na het tweede jaar van de toneelschool gestuurd omdat ze naar zij zelf vertelt 'het heilig vuur niet heeft, Anderen zagen echter wel iets in haar en ze kwam zonder einddiplo ma van de toneelschool bij de Nieuwe Komedie in Den Haag. waar ze fijne rollen kreeg tot zelfs een hoofdrol in Romeo en Julia.' 'Erg leuk' Nieuwe dingen ondernemen trekt Wieteke aan. Nu is het die gram mofoonplaat en er zal ongetwijfeld nog meer volgen. 'Ik praat daar liever nog niet over, omdat die plannen nog vaag zijn. Maar nu we het er toch over hebben, ik zou het erg leuk vinden een echt boek te schrijven. Zo is er geloof ik wel behoefte aan een handboek voor onhandige huisvrouwen, zoals ik ben. Vroeger leerden de meisjes alles bij hun moeder thuis. Dat gebeurt nog wel. Maar als je zoals ik niets hebt geleerd op dat gebied sta je met twee linkerhanden in het huishouden. Zo vergaat het meer vrouwen heb ik gemerkt. Een handboek zou heel wat probleem pjes die zich zoal voordoen uit de wereld kunnen helpen.' door Mink van Rijsdijk In de stad hebben alle huizen een voordeur en een bel. In een dorp ook, meestal tenminste, maar alleen onbekenden zullen zich via deze officiële weg bij de bewoners van het pand melden. Gebruikelijker is dat men de achterdeur kiest, waar vaak een bel ontbreekt. Even hard 'volluk' roepen is voldoende. Op deze manier meldde ik me bij een vriendin. 'Joeoe', klonk een ver welkom. Via de bijkeuken drong ik door tot de keuken, waar ik mijn gastvrouw op de vloer aantrof naast een dode kauw. Ze schoof hem juist op een krant en mopperde: 'Die rothond. Hij kan het jagen niet laten. Ergens in zijn voorgeslacht moet een jachthond gezeten hebben. Moet je dat vuilnisbakken- ras daar nou zien liggen.' Met één oog open keek het dier ons aan, niet begrijpend waarom zijn bazin zoveel poespas maakte. 'Moordenaar', beet ze hem toe. Hij sloot als antwoord beide ogen zonder enige interesse voor de dode vogel. 'Ga jij maar naar binnen, pak iets te lezen, dan bestel ik even deze vogel des hemels ter aarde.' 'Laten we het samen doen', stelde ik voor. 'En een fuga van Bach op de cassetterecorder zeker? Nee, we maken er geen voorstelling van, zeg.' Gedwee ging ik naar de kamer en herinnerde me hoe onze dochter in haar jonge kinderjaren met groot ceremonieel dode vogels begroef. Zij en haar vriendin zongen dan altijd aan de groeve. Soms het Wilhelmus, soms In de hemel is het schoon. Van het volkslied kenden ze alleen de beginregels en de wijs, zodat steevast met tralala besloten werd als dit gezang aan de beurt was. Maar altijd bleef het een gewijde en bewogen plechtigheid. De grafjes waren versierd met bloemen en blaadjes, die het seizoen opleverde. Een kruis, van takjes gefabriceerd, ontbrak nooit op de mini-grafheuvels. Ik verdacht mijn vriendin er niet van dat ze er zo'n uitgebreid ritueel van zou maken, hoewel het me verbaasde dat ze zolang wegbleef. Door ongeduld aangespoord ging ik op zoek. Ik trof haar aan onder de tomaten zij heeft een hartstocht voor moestui- 'Ja. ik kom eraan hoor', zei ze terwijl ze zich langzaam kruipend voortbewoog. 'Wat krijgen we nou?' 'Het duurde wel even hè? Maar mijn dierenkerkhof is ginds achter de sperciebonen en dat is een verhipt eind heen en terug op de knietjes.' 'Op de knietjes?' echode ik onnozel. 'Is dat een plaatsvervangende penitentie voor je hond?' 'Nee ik heb spit en zodoende. Heet is knap vervelend, want de bonen moeten geplukt. Maar wat is spit? Een lachertje. Dat vindt je omgeving tenminste. Niemand neemt het serieus. Ik word getreiterd bij het leven. 'Schiet het er weer in, opoe' hoor ik de hele dag. Pijn in je buik of zelfs een strontje op je oog wekt nog medelijden op. Spit niet, gek is dat toch. Ik leef nu al twee dagen op de grond. Heel nuttig hoor, je bekijkt de wereld eens van een andere kant hè. Alleen die malle hond denkt dat het een nieuw spel is. Als hij over me heen rollebolt, nou dan schiet het er weer fiks in bij opoe. Weet je, eigenlijk zou ik best een beetje echt ziek willen zijn. Eens lekker vertroeteld te worden lijkt me verrukkelijk. Ik ben bekaf van dat gekruip. Maar wat wil je? Spit is geen ziekte. Spit is alleen om iedereen te laten lachen.' Moeizaam voortbewegend bereikte ze tenslotte de woonkamer, waar ze zich op de grond installeerde en ik zorgde voor een bakje ziekentroost. 'Ik maak me zorgen over de hond,' vertrouwde ze me toe. 'Hij is zo'n killer. Vogels, mollen en veldmuizen niets is hem te vlug. Opeten doet hij zijn vangsten nooit, hij deponeert alles op het stoepje achter. Maar vandaag of morgen pakt hij de kippen van de buurman. Dat kan natuurlijk niet en wat moet je dan?' Om haar wat op te vrolijken stortte ik me in de bonenpluk. Achter het rijshout ontdekte ik haar dieren kerkhof. Een vers bultje wees me waar ze de kauw had begraven. Er bovenop lag een roos. 'In de hemel is het schoon', hoorde ik ver inhet verleden twee kleine meisjes zingen. Boeken voor heel kleine kinderen leggen zeiden de nadruk op leren. Via plaatjes en verhaaltjes kunnen ouders natuurlijk veel vertellen over kleuren, over groot en klein, over 's nachts en overdag en over één voorwerp of meer voorwerpjes, maar de boekjes zelf zijn daar meestal niet op gemaakt. Er is nu een serie boeken voor kinderen vanaf twee jaar versche nen, waar het 'leren' centraal staat en de plaatjes pas als tweede func tie een verhaaltje kunnen opleveren. De serie heet: Weet jij het? is uitgegeven door J. H. Gottmer in Haarlem en de vier nu verschenen delen gaan over tellen, meten, kleuren en tijd. Ze kosten 9,50 per deel. Via allerlei voorbeelden worden de kinderen enkele basisbe grippen bijgebracht die onontbeer lijk zijn om de wereld om hen heen te begrijpen. Nu zal het makkelij ker zijn om een kindje de verschil len tussen kleuren te leren, dan het verschil tussen 'gisteren' en 'over morgen', maar ouders en leidsters op crèches en peuterspeelzalen krijgen met deze boeken toch ge noeg materiaal in handen om kin deren abstracte begrippen wat dui delijker te maken. En gelukkig zijn de plaatjes zo aardig, dat er - ook als je geen zin hebt om te praten over een magere poes of een kleine hond - heel goed verhaaltjes over te vertellen zijn. De boeken zien er leuk uit. met veel kleuren en kleine details waar kinderen tijden naar kunnen kijken. De enige (kleine) aanmerking: bijna alle personen hebben een lievige glimlach op het gezicht, waar je een beetje draaie rig van wordt. Zelfs nijlpaarden en koeien kunnen een glimlach niet onderdrukken. Er is veel voor te zeggen de wereld voor kleintjes een vrolijk aanzien te geven, maar zo grappig is het nou allemaal ook weer niet. Dieren Verhaaltjes over dieren hoeven niet bijvoorbaat kinderverhaaltjes te zijn. Zelfs al zijn ze in eenvoudige taal geschreven en in kleine boek jes uitgegeven. Bij De Harmonie in Amsterdam verschenen twee die renverhalen van Jantien Buisman Juffrouw Slenter en Kees en Keet je. (prijs per stuk ƒ7,90). Het eer ste verhaaltje gaat over een muis die niet kan huppelen en daar net zolang moeite voor doet tot ze vast stelt dat ze liever een bijzondere muis is die niet kan huppelen dan een doodgewone die wel kan hup pelen. Kees en Keetje zijn twee egels die van elkaar houden, maar uit erge- nds over eikaars hebbelijkheidjes (zoals smakken, slurpen en neus- peuteren), elkaar verlaten. Natuur lijk komt het allemaal weer goed. De boekjes doen (ook omdat ze zo klein zijn) een beetje denken aan de boekjes van Beatrix Potter over Pieter Konijn, de Wollepluisjes, Vrouwtje Plooi enz. Het grote ver schil is dat dat echt boekjes voor kinderen zijn, met heel lieve plaat jes. Jantien Buismans verhalen en tekeningen zijn niet lief, of beter gezegd: schattig. Er zitten een soort 'lessen' in (al klinkt dat moralisti- scher dan bedoeld is) die grote mensen net zo zullen aanspreken als de 'lessen' van Beatrix Potter de kinderen. Kort gezegd: je kunt deze boekjes net zo goed kado geven aan grote mensen als aan kinderen. Beide categorieën zullen er veel plezier aan beleven. Ungerer Bij uitgeversmaatschappij A. W. Bruna en Zoon, Utrecht-Antwerpen verschenen twee zeer goed verzorg de boekjes (gelet op de grootte boeken) van Tomi Ungerer, die op het gebied van het vertellen een naam heeft te verliezen. Hij 'her kauwde' enkele bekende sprookjes De omgekeerde wereld, de tondel doos, Sümóme Grietje, Tafeltje- dek-je, Petronella en Roodkapje. De verhalen zijn te moeilijk voor de kleuters en dus ook niet ge schikt om voor te lezen. De wat oudere kinderen zullen er daarente gen volop van genieten.. Het boek is getiteld 'Sprookjes' en kost 17,50. Het andere boek. De Maanman, be leeft al z'n tweede druk en dat kan een bewijs zijn dat het in de smaak valt. Het boek bevat een minimale hoeveelheid tekst, de (zeer goede) tekeningen overheersen volledig. Toch zullen er weer velen 14,50 voor over hebben. Bescheiden Daarentegen bracht Uitgeverij Het Spectrum te Antwerpen-Utrecht twee wat omvang en verzorging be treft bescheiden kinderboeken op de markt: voor slechts 4,95 kan men 'Kor de egel', verteld door Staf Versweyveld, verkrijgen. Het ver haal gaat over een egeltje dat al lerlei avonturen beleeft van-af zijn geboorte tot aan zijn eerste win terslaap, die abrupt verstoord wordl omdat hij een warm nestje krijgt onder de radiator in de huiskamer, dichtbij Marijke en Jan. Een aller aardigst verhaal, ook geschikt om voor te lezen. Brian Patten schreef De Olifant en de bloem, dat m een vertaling van C. Buddingh' eveneens bij Het Spectrum verscheen. Dieren bloemen vertellen hun verhalen. Het lijkt ons vooral geschikt vooi wat grotere kinderen met de nodige verbeeldingskracht. In de verhalen gaan bijvoorbeeld de olifant en de bloem een eindje wandelen, klimt een varken langs de nek van de giraf omhoog en weet elke lelie een verhaal over de rivier te vertellen Typisch een boek voor liefhebbers De wat vage illustraties zijn van Co Loerakker. Prijs elf gulden. .Mededeling: Het bestuur van de Nederlandse Go Bond verzoekt ons mede te delen, dat het correspon dentie-adres van de secretaris, de heer G. J. Hungerink is: Postbus 609 te Leiden. De gegevens omtrent het secretariaat, zoals die voorko men in de spelregels van de door Ravensburger uitgebrachte Go en Gobang-spelen zijn al geruime tijd gewijzigd. Mededeling 2: De Werkgroep, die hulp vroeg bij haar plannen tot het vervaardigen van kleden enz. voor het liturgisch centrum van de dorpskerk, ls heel gelukkig met de aanwijzingen, ontwerpen en teke ningen, die vla onze rubriek ont vangen zijn. Spoedig hoopt men aan het werk te kunnen gaan. Mededeling 3: Over Oostloorn, ds. Ulfers, Hardenberg en Heemse ont vingen wij zo veel gegevens dat we door de bomen het bos niet meer zien. Temeer omdat de mededelin gen vaak niet eensluidend zijn, maar zeer veel interessante zaken bevatten. Wij vroegen de uitgevers van de 13de editie van Oostloorn. Buyten en Schipperheijn, aan de hand van deze correspondentie bij de volgende editie aan deze zaak aandacht te besteden. Wij menen hier te maken te hebben met een nieuwe legendevorming, waarbij .Wahrheit u. Dichtung, naast en door elkaar heen lopen. De uitge vers houden zich aanbevolen voor belangrijke gegevens. Vraag: Tot mijn grote verbazing zag ik een vogel, ongeveer zo groot als een lijster, die rustig onder water liep rond te scharrelen en even daarna het. uiteraard, ondiepe heldere watertje verliet en weg vloog. Antwoord: Terecht was u verbaasd: men ziet die Waterspreeuw iets kleiner dan een gewone spreeuw, ook niet zo vaak. In het Oosten van ons land broedt deze vogel wel. In Denemarken. Zweden en Fin land overwintert hij. Dat u deze dwaalgast in een slootje ergens in de randstad gezien heeft, pleit voor uw opmerkingsgave. De water- Vragen (één per brief) zenden naar: Uw probleem ook het onze, Postbus 507, Voorburg. Naam en adres vermelden. Eén gulden aan postzegels bijsluiten. Geheimhou ding is verzekerd. v— trS spreeuw heeft een witte slab en een vrij korte staart. (Zie de vogelgids van Kist). Vraag: U zegt dat een Nederlander, die nooit een premie AOW betaal de, slechts ƒ22.000 hoeft te storten, om in aanmerking voor AOW te komen. Het is veel meer: er komt nog een bedrag van 1370 bij aan AWW en elke maand wordt het bedrag hoger. Antwoord: De bedoeling van het plaateen van ons sterk verkort ant woord was: te wijzen op de moge lijkheid, die er inderdaad bestaat in dergelijke gevallen, om door bijbe taling van de premie, AOW te kun nen genieten. Sedert 1 januari 1972 werd ook de AWW aan de AOW gekoppeld en na die tijd gingen uitkering en premie stevig naar bo ven. Wij noemden ons bedrag 'cir ca'. Volgens onze relatie bij de Raad van Arbeid gebeurt het nu eenmaal heel zelden, dat alles pre cies, zonder veel gepieker, volgens het boekje gaat. Er zijn altijd moeilijkheden en daarvoor verwij zen wij onze lezers naar de mensen, die heel hulpvaardig en kundig dat i gaarne voor hen uitzoeken: naar de bureaus van de Raad van Arbeid. 1 januari '76 ls de definitieve eindda tum van het Algemeen Pardon en daarna is er niets' meer te begin nen. Vandaar onze raad: wacht niet te lang met advies vragen, want nu heeft men daar meer tijd voor. dan aan het eind van het jaar. Wat de vraag van onze lezer betreft: wij proberen ieder aan het juiste adres en de juiste informatie te helpen. Vergissen we ons daar eens bij of zijn we niet nauwkeurig geweest, dan rekenen we op de lezers van onze rubriek. Vraag: Bij mijn meerderjarigheid krijg ik de beschikking over een erfenis. Hoe moet ik die beheren? Antwoord: Niemand krijgt bij een dergelijke gelegenheid tegenwoor dig een grote kous met gouden tientjes, maar een overzicht van de manier waarop dit geld belegd is. Het lijkt me juist eens met de voogd erover te praten en van te voren deze zaken eens te bestude ren en over bepaalde beleggingen en fondsen advies te vragen bij mensen, die persoonlijk niet bij de zaak betrokken zijn, wier taak en werk het is bij grote banken te adviseren- In elk geval hoeft u zo iets niet aan de grote klok te han gen, want het aantal goede 'vrien den'. die graag willen helpen om de erfenis op te ma&en groeit dan onrustbarend. Vraag: Mijn mooie rode Kerstster is een saaie groene struik gewor den. Hoe krijg lk de plant weer in bloei? Antwoord: Uw plant bloeit hele maal niet met die prachtige rode bladen. De bloemetjes zijn als het zover is, amper te zien. De plant heeft rust nodig en nu laat u de pot maar rustig staan. Als het net zo warm is terwijl Ik dit schrijf, moet het sproeiertje er wel eens aan te pas komen. Nu #>n dan eens, in de drie weken b.v. wat kunst mest en dan valt er tegen kerst wel weer veel te zien. Koop bij de boekhandel een boekje over veel voorkomende kamerplanten! Vraag: Als ik van de executeur testamentair een rouwcirculaire krijg van een familielid, bij wie ik wel eens kwam de laatste maanden betekent dat dan dat ik in testament voorkom? Antwoord: U kunt dit beschouwer als een hoffelijk gebaar zonder meer. Als uw naam voorkomt in een testament krijgt u daar bericbl van. Nu er reeds zoveel weken voorbij zijn gegaan, vermoeden wij dat daar niet veel kans op is. Men weet u Immers te vinden. Vraag: Onze Thuya-heg wordt hee lelijk en bruin. Wat doen we el aan? Antwoord: Een haag van deze coni feren moet in de richting Noord Zuid staan. In dat geval heeft mei kans dat de haag aan beide zijdei groen blijft. De haag heeft van df warmte veel te lijden gehad, zoals trouwens veel bomen en planter deze zomer. Het gevolg is dat ei zonder meer dode exemplaren aan getroffen worden. De haag mal voorts niet te hoog worden, wanl ook dan ziet men afstoting: kali plekken en bruine gedeelten in di onderste regionen. Het kopei van jonge coniferen om de haal weer aan te vullen is een zaak val zorg en ervaring. Koop die Thuya bij de kweker en laat hij als vak man u adviseren bij het planten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 6