Over de liefde anno 1975
Cultuur^
in
stroomversnelling
flisMil
Vandaag
Een scheepje
in de kerk
a
De
klaagmuur
Onze
adressen
Beroepingswei
Nieuwe boekei
Collecten GZB-dag
meer dan een ton
TROUW/KWARTET ZATERDAG 9 AUGUSTUS 1975
door ds. A. A. Spijkerboer
Denkt u zich eens in, dat iemand
iets over de liefde wil zeggen! Je
zou toch denken: 'Maar, me
neer! Hebt u in de afgelopen ja
ren misschien geslapen? We
hebben het al lang niet meer
over de liefde, we hebben het te
genwoordig over de gerechtig
heid'! Toch heeft de Amster
damse gereformeerde predikant
dr. S. J. Ridderbos de euvele
moed om in het jaar 1975 een
boek over de liefde te^ publice
ren.
Hoe pakt Ridderbos zijn onderwerp
aan? Hij begint ermee de liefde te
omschrijven als "de menselijke
zienswijze, die er op gericht is om
haar object volledig tot zijn recht
te doen komen en hierbij tot de
totale zelfopoffering bereid is'.
Daarvan wordt de lezer dan eerst
nog niet veel wijzer, maar wanneer
Ridderbos in het tweede hoofdstuk
van zijn boek deze omschrijving
uitwerkt, wordt de lezer dat wel. In
het derde hoofdstuk wordt dan o.m.
gesproken over de liefde tot God
(of: de 'naaste God', zoals Ridder
bos zeg'), de liefde tot de naaste,
de zelfliefde en- de liefde tot het
niet-persoonlljke. Daarin 'betoogt
Ridderbos dat de liefde tot God
niet uitsluitend over de naaste
loopt, en dat de liefde tot God een
eigen inhoud heeft; waar h.et de
zelfliefde betreft komt hij na zorg
vuldige overweging m.l. terecht tot
de conclusie, dat het- zeer bijbels
kan zijn om ook eens te zeggen.
'Gij zult uzelf liefhebben gelijk uw
naaste.' In het vierde hoofdstuk
over 'Grenzen' staan prachtige en
zeer verhelderende bladzijden over
het moeilijke probleem van de ver
houding van recht en liefde.
Eigenlijke onderwerp
Maar dan komt Ridderbos tot wat
we toch als het eigenlijke onder
werp van zijn boek zullen moeten
beschouwen: dé conflicten, het
compromis en de tragiek. Het is
ook niet voor niets dat hij zijn
boek als ondertitel de woorden 'tra
giek' en 'compromis' heeft meege
geven. Wat is het geval? Het lief
desgebod kan als het ware met
zichzelf ;n strijd komen, en dat is
geen schijn .Mag bij voorbeeld een
Christen, die het martelaarschap
tegemoet gaat. zich door te vluch
ten aan de marteldood onttrekken,
terwille van zijn vrouw en kinde
ren. terwille van de gemeente, of
om God r,og verder te kunnen die
nen? Bekend is de geschiedenis van
de Duitse predikant Paul Schneider,
die uit zijn gemeente verbannen
werd door de nazi's, en wie waar
schijnlijk niets overkomen zou zijn.
als hij zich verder stil gehouden
had.
Maar Schneider heeft zich niet stil
gehouden, hij is teruggegaan naar
zijn gemeente, en dat heeft hij met
de dood in Buchenwald moeten be
kopen. Waar begint het fanatisme,
en waar de ongehoorzaamheid aan
God ?Wie iets weet van de geschie
denis van de Russische 'initiativni-
kt' weet dat dit probleem ook in
onze tijd actueel is, en hoe! Wat> de
De twee opperrabbijnen in
Jeruzalem zijn het er niet
over eens. of het onkruid, dat
tussen de stenen van de
klaagmuur groeit, eruit moet
wo-rden getrokken of niet.
Sjlomo Goren. de opperrab
bijn van de Asjkenazische jo
den, vindt, dat het onkruid
moet blijven zitten, als
symbool van de verwoesting
van de tempel, negentien
eeuwen geleden.
Ovadia Yosef van de Sefar
dische joden wil. dat de plan
ten uitgetrokken worden van
wege het gevaar voor de ste
nen. die ervan kunnen splij
ten.
HOOFDKANTOOR:
Nieuwe Zijds Voorbargwal
276-280, Amsterdam.
Tel. 020-220383.
Postbus 859.
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Westblaak 9-11, Rotterdam.
Tel. 010-115588.
Postbus 948.
DEN HAAG/LEIDEN:
Parkstraat 22, Den Haag.
Tel. 070-469445.
Postbus 101.
GRONINGEN:
Nieuwe Ebbingestr. 25,
Groningen.
Tel. 050-125307.
Postbus 181.
ZWOLLE:
Melkmarkt 56. Zwolle.
Tel. 05200-17030.
Postbus 3.
D<-looft gij dal gij lc nlli-n lijf Ir en waar dan ook oorlog cn ver
vuiling zuil vnoordclrn, de Di-ido Wcivld (ot stnui zult zijn rn
voor nu brtcr leven voor «lc zwarten van dit land zuil strijden':"
Liefde anno 1975 (overgenomen uit 'Voorlopig')
liefde tot de naaste betreft: wat
moet een dokter, die in primitieve
omstandigheden met veel te weinig
hulp en medicijnen veel te veel
patiënten behandelen moet? Alleen
diegenen behandelen, die een goede
kans hebben om er doorheen te
komen, en de anderen laten ster
ven Wal moet Eva den Hartog
met al die ondervoede kinderen m
Bangladesj? Wat de zelfliefde be
treft: breng je niet alleen al door
er te zijn anderen in het nauw?
Wat moet een zakenman, voor wie
het erop. of eronder is: de ander
dood-concurreren en zelf succes
hebben, of de ander 'laten finnen
en zelf ondergaan?
Ridderbos geeft op al deze vragen
geen pasklare antwoorden, en dat
zal ook niemand van hem verwach
ten. eerder wijze overwegingen, en
dat is al heel veel. Hij wil ons zin
voor de werkelijkheid geven, niet
alleen om ons te leren met tegen
stellingen te leven en ons zo te
ont-neurotiseren, maar ook om ons
te leren aan de Terbetering van de
werkelijkheid mee te werken: zon
der zin voor de werkelijkheid doe
je toch maar slagen in de lucht.
Te moeilijk?
Aan het slot van zijn boek zegt hij.
dat ons leven om verzoening
vraagt. 'Maar dat staat in een an
der boek', en dat is dan ook de
laatste zin van zijn laatste hoofd
stuk.
Een boek over een onderwerp als
dit, waarbij iedere lezer in hoge
mate betrokken is. roept natuurlijk
veel vragen op .Mijn eerste vraag
ife. of Ridderbos het hier en daar
toch nier, te moeilijk maakt. Hij
noemt de SS. die in concentratie
kampen van gevangenen eiste, dat
ze "niet levenskrachtige medege
vangenen voor executie uitkozen
met als sanctie, dat bij weigering
nog veel erger maatregelen geno
men zouden worden. Moesten deze
gevangenen hun medegevangenen
aan de dood prijsgeven om een
groter kwaad te vermijden? Ik ben
zo vrij dat geen probleem te vin
den .Die SS-ers zullen precies zo
veel" slachtoffers maken als zij wil
len. of waarschijnlijker: als hun
bevolen wordt, en wanneer zij van
gevangenen eisen 'niet levens
krachtige medegevangenen' voor
executie aan te wijzen, dan doen ze
dat om die gevangenen hun mense
lijkheid te ontnemen. Heus niet om
een groter kwaad voor alle gevan
genen van het concentratiekamp te
vermijden. Want ze breken hun
woord, wanneer hun dat zo uit
komt. en ze zijn er zeer wel toe in
staat de volgende dag gevangenen,
die medegevangenen aan de dood
prijsgegeven hebben, op te hangen
wegens 'verraad aan kameraden'.
In dit geval lijkt het mij duidelijk
dat je moet weigeren 'niet levens
krachtige' medegevangenen voor
executie aan te wijzen. De enige
vraag is of je genoeg moed zou
hebben om te weigeren.
Verder zou ik graag ondanks Rid
derbos een lans willen breken voor
het 'Gebot der Stunde'. Wanneer
Ridderbos het compromis be
spreekt. waarbij je dus het ene
kwaad tegen het andere afweegt,
noemt hij de mogelijkheid dat je
zegt: 'In déze situatie en op dit
ogenblik gebiedt God om deze be
slissing te nemen", (het zg. 'Gebot
der Stunde'), en dan is er geen
sprake meer van een compromis.
Ridderbos vindt het 'spiritualis
tisch' en 'onrealistisch' om te ver
onderstellen dat de stem van God
boven de ons hekende geboden te
vernemen zou zijn. Natuurlijk, het
is gevaarlijk om rekening te hou
den met het 'Gebot der Stunde',
want maar al te gauw houd je de
influisteringen van je eigen geest
voor de stem van de Heilige Geest.
Dat hebben degenen, die rekening
houden met een 'Gebot der Stunde'
atijd wel geweten en ze hebben
ook nooit beweerd, dat op deze
manier schuld te vermijden is, zo
als Ridderbos hun in de schoenen
schuift. Wie rekening houdt met
het 'Gebot der Stunde' neemt, als
dat mogelijk is na grondige bezin
ning. een beslissing, waarvan hij
weet. dat die feilbaar is. Het gaat
in de trant van: 'Ik gelóóf, dat het
zo moet, kom mijn ongehoorzaam
heid te hulp!' De kracht en de
ernst van het 'Gebot de Stunde' is,
dat je ermee voor Gods Aangezicht
leeft. Mijn wedervraag aan Ridder
bos is, noe hij eigenlijk weet dat de
Geest ons het 'Gebot der Stunde'
niet duidelijk kan maken.
Grote vraag
Mijn grootste vraag is. of Ridderhos
werkelijk ontkomen is aan het ge
vaar zo over het liefdesgebod te;
spreken, dat het los van God ge
dacht kan worden. Zeker, hij wil
dat niet, en blijkens het einde van
zijn boek doet hij dat ook niet. En
toch zou hij anders over de tragiek,
en anders over het compromis ge
sproken hebben, als het liefdesge
bod bij hem toch ook niet het
karakter van een absoluut vast
staande regel had gehad.
Dit alles doet aan mijn respect
voor dit boek niets af. Volgens
Dorothee Sölle is 'het waarheidsge
halte van theologische uitspraken
even groot als hun praktische ren
dement voor de verandering van de
werkelijkheid'. Met deze maat ge
meten kan de wereld van Ridder
bos' boek een beetje menselijker
worden. Aan het eind heeft hij het
over 'persoonlijke bescheidenheid,
die het leven niet verder verziekt.'
Dat is dan ook precies de vrucht
die de lezers van zijn werk kunnen
plukken.
Dr. S. J. Ridderbos: Ethiek van het
liefdesgebod, tragiek, compromis.
Kok. Kampen 1975; 22.50.
Deze driemaster met 46 kanonnen is een van de twee scheepjes, die
in de hervormde ke'rk van Oostzaan hangen, volgens de overlevering
'ter herinnering aan Piet Hein'. Ze dateren uit het begin van de acht
tiende eeuw.
door L. M. P. Scholten
Wie in een vissersplaats, in Kat
wijk. Maassluis of rond het IJs-
selmeer. een hervormde kerk
binnenstapt, kan daar niet zel
den tussen de koperen kronen een
scheepje zien hangen.
Lang niet overal. Niet, voorzover
we ons herinneren kunnen, in
Scheveningen. Maar weer wel in
oude koopvaardij plaatsjes in
Noord-Holland als Jisp, De Rijp
en Wormer.
Waar deze gewoonte vandaan is
gekomen, kan niemand meer
met zekerheid zeggen. Sommigen
denken aan de votief geschenken
uit de middeleeuwen (iemand in
nood roept een heilige aan en
belooft een geschenk in geval
van redding). Zeker hebben
reeds in de middeleeuwen sche
pen in de kerken gehangen bij
de altaren van de schippersgil
den.
De hervormde kerken werden in
de zeventiende en de achttiende
eeuw vaak opgesierd met de
meest wonderlijke geschenken,
zelfs oorlogstrofeeën. In de Sint
Pieterskerk te Leiden hing lange
tijd een wimpel van het admi
raalsschip van de Spaanse Ar
mada. die in 1588 door de Geu
zen werd verslagen. Het is mo
gelijk. dat men de scheepsmo
dellen in dat licht moet zien.
Het is opvallend, dat deze ge
woonte zich vrijwel uitsluitend
in de hervormde kerk heeft
voortgezet. In de afgescheiden
kerken werd ze niet overgeno
men. behalve op Urk. Gedurende
de negentiende eeuw scheen de
traditie langzaam uit te sterven,
maar nu is zij weer springlevend.
Urk neemt daarbij een bijzonde
re positie in. Niet alleen omdat
daar in alle kerken een scheepje
hangt, tot de vrijgemaakten en
de oudgereformeerden toe, maar
ook omdat de meeste modellen
na de tweede wereldoorlog ge
schonken zijn.
Van dr. J. M. G. van der Poel is
een lezenswaardig boekje ver
schenen ('Scheepsmodellen in
Nederlandse kerken', te krijgen
door 2,50 te storten op giro
440970 van de Vrienden van het
Zuiderzeemuseum te Enkhuizen)
met veel afbeeldingen, waarvan
er een hierbij gaat.
Waarom hangt men een scheep
je in de kerk? Volgens dr. Van
der Poel soms om een bepaalde
gebeurtenis in herinnering te
houden, zoals nog in 1956 in
Elburg bij de afsluiting van de
dijk van Oostelijk Flevoland.
Vroeger ook wel als dank voor
redding uit gevaar. Meestal is
het niet meer dan een traditie,
daar waar de gemeente met de
zee en de scheepvaart verbonden
is (zo b.v. ook in de Sint Lau
rens in Rotterdam).
Merkwaardig noemt dr. Van der
Poel niet, wat wij altijd in vis
sersplaatsen gehoord hebben als
reden: het in de herinnering
houden van de vergankelijkheid
van het leven en het niet verge
ten van de mannen, die op zee
toch altij,d in gevaar zijn.
Grottekening van vrouwen (prehistorisch)
door dr. C. Rijnsdorp
Ter gelegenheid van de viering van honderd jaar Winkler Prins encyclopedie gaf de uitgeverij El
sevier, Amsterdam-Brussel, opdracht aan prof. dr. C. A. van Peursen een boek te schrijven over de
algemene culturele situatie. Dat was in 1970. Het royaal uitgevoerde werk kreeg de titel Strategie
van de cultuur, met de ondertitel: Een beeld van de veranderingen in de hedendaagse denk- en leef
wereld.
Hoe helder ook geschreven, bleek
het boek bijvoorbeeld voor hen die
bezig zijn met vormingswerk, in het
onderwijs, alsook voor studiekrin
gen. vakverenigingen en politieke
partijen nét iets te moeilijk te we
zen. Daarom is er nu een nieuwe,
vereenvoudigde bewerking bij de
genoemde uitgeverij van de pers
gekomen. Het boek heet nu Cultuur
in stroomversnelling, met de on
dertitel: Strategie van de cultuur
(227 blz.. ƒ22.50). De oude indeling
van de hoofdstukken is gehand
haafd en de destijds met grote zorg
bijeengezochte 140 illustraties, die
van de tekst onafscheidelijk zijn,
komen ook in het nieuwe boek voor
(de bij dit artikel afgedrukte illu
straties zijn uit het boek overgeno
men).
Men moet dit werk niet met ver
keerde verwachtingen benaderen.
Binnen de ruime horizon van de
algemene menselijke cultuur heeft
de schrijver zich zelfbeperking op
gelegd. De hedendaagse mensheid
maakt een belangrijke cultuurver
schuiving door. Deze verschuiving
wordt hier niet beschreven en nog
minder verklaard. Het hele doel
van de auteur is de ontwikkeling
van de cultuur te vereenvoudigen
tot een schema. Maar dan een
schema niet om er alleen maar
kennis van te nemen, doch om er
iets mee te doen. Deze schemati
sche aanpak is uitgewerkt in een
model van drie stadia in de ont
wikkeling van de cultuur. In het
'mythische stadium gaat de mens
nog op in de wereld die hem om
ringt. De ontologische fase wordt
hierdoor gekenmerkt, dat de mens
afstand gaat nemen tot de omrin
gende natuur en tot zichzelf. In het
functionele stadium krijgt de mens
oog voor de relaties, om zo te
proberen de traditionele gegevens
(natuur. God. medemens, eigen
identiteit) op nieuwe wijze te be
naderen.
De denkers Hegel en Comte hebben
óók elk hun driedeling opgesteld.
Bij Hegel treft men aan: these,
antithese, synthese. Comte tekent
drie ontwikkelingsstadia: het theo
logische, het metafysische en het
positivistische stadium. Beiden zien
hier een opklimming van lager tot
hoger. Niet alzo bij Van Peursen.
Elke fase kent zijn goede en kwade
kanten. De mythische levenshou
ding kent als schaduw de magie: de
tovenaar wil heersen. In het onto
logische stadium ontstaat ver
vreemding en versplintering. In de
fase die wij nu beleven, namelijk
José Verturelli, De dood op het
plein.
de overgang van het ontologische
naar het functionele stadium,
dreigt de manier van handelen te
ontaarden tot manipulatie. De au
teur spreekt hier met een vreemde
term van operationalisme.
Natuurlijk moet men het boek le-
zep om dit alles te begrijpen. En
dan nog dreigt het gevaar dat men
dit werk met een verkeerd ver
wachtingspatroon benadert. De
schrijver richt zich immers tot een
breed publiek. Hij gaat beschrij
vend. descriptief, te werk. maar
langs die weg toont hij aan hoe
onontkoombaar de vraag is naar
het goede en juiste handelen en
hoezeer de mens verantwoordelijk
is voor de toekomst.
Zo keert de schrijver zich tegen de
utopie, de hersenschimmige toe
komstdroom. 'Omdat de utopie te
weinig rekening houdt met mense
lijke onmacht en zedelijk tekort'
(blz. 192). 'Het raadsel van het leed
en het zedelijk kwaad loopt als een
rode draad bloederig door de bezin
ning van alle tijden heen' (208).
Bij veel op de toekomst gerichte
studies of andere geschriften zet
Van Peursen een vraagteken. Men
trekt lijnen naar de toekomst van
de huidige situatie uit. maar later
blijkt dat die toekomstbeelden he
lemaal de sfeer van de voorbije tijd
ademen. Een toekomstbeeld van nu
zal in het jaar 2000 meer kunnen
vertellen over wat men omstreeks
1975 belangrijk gevonden heeft,
dan over wat in 2000 werkelijk
actueel zal zijn (215).
De toekomst komt niet naar ons toe,
maar met elkaar maken wij haar
(wij zijn de vaders!) en hier ligt
onze verantwoordelijkheid. Bij dit
alles blijft de schrijver welbewust
binnen zijn vak. waarbij hij niette
min blijk geeft van brede kennis
Van producent naar consument.
Cartoon van Gabriël Edme.
van zaken op verscheidene neven-
gebieden. Kortom: hij beschrijft,
hij legt uit. hij tekent, zonder te
prediken of te profeteren. Evenmin
is dit. van grote bekwaamheid ge
tuigende werkstuk een cultuurhis
torische studie, ai gebruikt de au
teur heel wat gegevens uit de cul
tuur- en kunstgeschiedenis.
Natuurlijk sluit de opgelegde zelf
beperking van de auteur niet uit.
dat er ook anders over de huidige
cultuursituatie kan worden geschre
ven. De cultuurhistoricus zal de
overgangstoestand waarin wij ons
bevinden, minder abstract en sche
matisch en met andere voorbeelden
tekenen.Hij zal niet in tegen
spraak komen met Van Peursen.
maar andere lijnen trekken, eer
STERKER
In de spreuken der vaderen (plrkt
aboth) lezen we van Akabja,
zoon van Mahalalel, dat hij eeni
gezegd heeft dat de mens zich drit
dingen te binnen moet brengen on
zich tegen de zonde te kunnen
verzetten, nl. waar kom ik vandaan
waar ga ik heen en wie moet i)
rekenschap geven? De antwoordei
kunnen helpen. Ik ben afkomst!
van een niet welriekende droppel
ik ga naar de plaats van stof et
wormen, en ik moet rekenschaj
afleggen voor de koning der konin
gen, geloofd zij zijn naam. De pre
diker zegt zoiets (6, 10) als hl
opmerkt: het is bekend dat h!
mens is: hij kan niet rechten me
Hem die sterker is dan hij'. Eet
gedachte die de moeite waard is ii
een tijd waarin wij mensen steed
meer praatjes krijgen. Niet tegenc
ver elkaar, want dat werd tijd
maar tegenover God. Wij kunnet
rechten met iedereen. Zelfs als et
ander gelijk heeft kunnen wij hen
nog ontlopen en we kunnen onsze!
ontlopen in het gelijk, maar er i
er één die gewoon sterker is dat
wij. Hij is sterker dan ik. Tegei
Hem kan ik niet op. Daar hoeft oj
geen enkele manier over gediskus
sieerd te worden. Tegen Hem leg
de mens het af, zegt de Prediker
Vandaar dat het erop aan kómt on
naar Hem te luisteren. Want - hoe
wel ik het tegen Hem afleg, mag i!
weten dat Hij helemaal niet d
bedoeling heeft om het mij te lata
afleggen, maar juist dat ik iet
aandoe, iets van vreugde en eei
nieuw leven.
NED. HERV. KERK
Bedankt voor Twijzelerheide: A. vat
Wijngaarden te Waverveen.
GEREF. KERKEN (VRIJG.)
Beroepen te Appingedam: T. Wend
kand. te Kampen.
GEREF. GEMEENTEN
Beroepen te Tricht: J. M. Kleppe t*
Woerden.
Kraysjenko, Barricaden 1905.
aan de hand van de opeenvolging
van eeuwen, cultuurperioden,
kunststijlen en dit alles in verband
met het aflopen van de specifiek
westerse cultuur, met haar coëxis
tentie van christendom en huma-
nisme-.Hij zal wijzen op de. door de
communicatiemiddelen opengewor
pen wereld en op de impasse waar
in de westerse kunsttraditie is ge
raakt.
De theologische benadering zal de
rol van het kwaad een sterker ac
cent geven, niet alleen maar als
een schaduw van een lichtzijde.
Binnen de gedachten- en voorstel
lingenwereld van de bijbel zal de
cultuurgeschiedenis in verband
worden gebracht met de strijd op
leven en dood tussen de machten
van goed en kwaad, tussen Lam en
Beest. Dan krijgt het tafereel een
sterkere dramatiek, fellere kleuren,
apokalyptische accenten. Dan wor
den de uitbarstingen van demonie
als een onontkoombaar bijver
schijnsel in elke cultuur gesigna
leerd.. Dat gaat het niet alleen over
de onontkoombaarheid van een
ethiek, maar om de keuze van een
bepaalde ethiek. Dan komt ook de
vraag naar het einde in het zicht,
de zin en het doel van de geschie
denis, de eschatologie.
Maar terug tot Van Peursens bij
zonder knappe en verhelderende
boek. Hij raadt de lezer aan na de
lectuur tot het oude, moeilijker
werk door te dringen. Dat is een
advies dat ik gaarne onderschrijf.
Men kan er nu geen moeilijkheden
meer mee hebben.
Kunt u mij de weg naar Hamelei
vertellen, meneer, door I. Dros
H. Geelen, gebaseerd op de gelij'
namige KRO-televisieserie. Uil
van de Gooise uitgeverij; Bussi
Fotoalbum over alle afleveringei
uitgezonden tussen 1971 en 197
ƒ4,95.
Peppi en Kokki, deel' 2 door N. d
Vries, naar de gelijknamige tv-s«
rie, Inhoud: 'In de garage. De goe
de daad, In de boksring, Het ver
dwenen geld. Uitg. De Gooise Uit
geverij, Bussum 47 blz - ƒ4.95.
Lilli, Lief kind, autobiografie doo
Lilli Palmer. Uitg. Gottmer, Haar
lem: 282 blz - ƒ24,90.
Het notariaat in Italië, door mr. P
H. M. Gerver. Uitg. Tjeenk Willink
Groningen. 322 blz - 69.-.
Bij uitgeverij Spectrum, te Utrecb
zijn verschenen: Het dagelijks Ie
ven in de middeleeuwen, door E
Power (aula pocket - 224 blz)
Chocky, science fiction verhaal vai
J. Wyndham (prisma-pocket - 15
blz); Het verloren rijk, een fanta
sieverhaal van J. Lambourne, be
schrijving van het 'verloren rijk
waarin de olifant de macht heef
overgedragen aan het luipaard ei
uiteindelijk aan de mens (prisma
pocket 192 blz).
Bij uitgeverij Van Goor Zonen ver
scheen Het conserveren van groen
ten en vruchten, handleiding to
het verduurzamen der voortbreng
selen van onzen moestuin en
boomgaard voor huisvrouwen, han
delaars. economen en moestuinbe
zitters door een fabrikant van ver
duurzaamde levensmiddelen. 73 bl
- 3.90. Bij dezelfde uitgever!
kwam het boekjè uit Honderd voor
schriften voor de bereiding en he
gebruik van Eieren en eierspijzei
door A. Suzanne. 53 blz - 3.90.
'De Nieuwe- of Langakkerschans
geschiedenis van een vesting
grensdorp en zeehaven aan en van
de Dollard', door J. J. Smedes. uit
geverij 'De Europese Bibliotheek' tt
Zaltbommel. Opdrachtgeefster:
Stichting Vrienden van de Nieuwe-
schans'. Prijs 25,-
Een boek dat laat zien hoe Nieuwe-
schans ontstond in de reeks van
verdedigingswerken van Groningen
naast de Oudeschans, Bourtangt
enz. Door de relatie met militair)
en staatkundige zaken in wijdei
verband, heeft het boek een meet
algemene waarde dan voor Nieuwe-
schans alleen. Doordat Nieuwe-
schans in het kader van het Monu
mentenjaar is aangewezen als 'na
tionaal steunpunt' heeft het boel
een zekere actuele waarde. De ge
schiedenis van Nieuweschans ver
toont op het ogenblik overigens
een zwenking. Door een wegomlei-
ding is Nieuweschans van typiscl
'grensdorp' een gewoon dorp-aan
de-grens geworden. De vroeger top
zware middenstand is uitgedund er
het gemeentebestuur zoekt na»!
nieuwe wegen om de gemeente tol
bloei te brengen. JS
Tekeningen van de menselijke hersenen door A. Vesalius (zestiende
eeuw).
ZEIST De collecten op de zen-
dLngsdag van de gereformeerde zen-
dingsbond in Driebergen, donderdag
hebben 96.000 gulden opgebracht
Ds. H. Harkema, de secretaris van de
GZB, verwacht (gelet op de resul
taten van andere jaren), dat er nog
een bedrag van elfduizend gulden
aan nagiften z»' binnenkomen.
T<
NA
in
dat
aar
dri>
het
Mo:
der
bet
voo
nie-
ton
Bov
We
Bij
bou
de
tha
kon
zén
ook
wor
kon
ZOd;
bod
op
de
naa
frai