Kerkliedcongres vindt het
Nederlandse Liedboek uniek
fllsillalll
Vandaag
Hj
Kerklied voor leger
van Verenigde Staten
Eredoctoraat VU voor
Dom Helder Camara
Commentaar
Uitwijzing (1)
Uitwijzing (2)
Graham stelt Oost-
Europa ten voorbeeld
Moratorium leidt
tot gezonde kerk
Ds. H. J. Spier
overleden
Beroepingswerhi
}ïo
ra
Onze
adressen
Nieuwe boekerfe
TROUW KWARTET DINSDAG 29 JULI 1975
KERK/BINNENLAND
Ian Smith verdedigt Afrika tegen de
communistische horden; de bevrij
dingsbewegingen zijn door Moskou
geïnfiltreerd; de wereldraad van ker
ken is een werktuig van de anti-christ
of van de duivel. Dit soort weinig
geargumenteerde uitspraken zijn de
leider van de internationale raad van
christelijke kerken (ICC), dr. Carl
Mclntire te staan gekomen op een
smadelijke uitwijzing uit Kenia, waar
de ICCC een congres hield.
Het is verwonderlijk en hoewel tiet
onverdiend toch wel jammer dat de
regering in Nairobi deze drastische
maatregel tegen Mclntire heeft geno
men. Wat hij. in Nairobi heeft gezegd
en de uitingen waar hij verantwoorde
lijk voor was liggen hem in de ipond
bestorven. Het 'nonconformisme'van
Mclntire en zijn club kunnen onmoge
lijk nieuw geweest zijn voor Nairobi,
waar een van de heftigste critici van
de ICCC woont, kanunnik Burgess
Carr, de secretaris van de raad van
kerken van geheel Afrika, die een
prima relatie onderhoudt met de auto
riteiten in eigen land.
Het lijkt er nu op dat Nairobi wel de
lusten (tien dagen huur van het Ken-
jatta-conferentiecentrum plus zo'n dui
zend hotelkamers) maar niet de lasten
van de ICCC (rare uitspraken, zie
boven, het uitnodigen van minder wel
kome gasten *en een wat decadente
vlaggenparade) wilde aanvaarden.
En wat betekent het gebeurde voor de
wereldraad van kerken? Toen de we
reldraad vorig jaar besloot zijn vijfde
assemblee niet in Djakarta maar in
Nairobi te houden, zat de ICCC de
wereldraad als het ware in de weg,
omdat de vijfde assemblee ongeveer in
dezelfde periode gehouden zou wor
den als het ICCC-congres. De regering
van Kenia was bereid de ICCC dan
maar af te zeggen. De wereldraad
heeft dat geweigerd en heeft de datum
voor de assemblee naar de late herfst
verschoven. Dat was niet ajléén een
juist maar ook een wijs besluit.
Een reden waarom de wereldraad niet
naar Djakarta ging was gelegen in de
omstandigheid dat er tvyjfel bestond
aan de volkomen vrijheid voor de
assemblee om naar eer en geweten te
doen (en te laten), wat haar goeddunk-
te. In Nairobi zou deze vrijheid wel
gegarandeerd zijn.
De uitwijzing van Mclntire uit Kenia
doet hieraan nu weer lichte twijfel
rijzen. Zou de wereldraad bijvoor
beeld niet Solzjenitsin mogen laten
komen?
Een man van grote humane standing,
maar met weinig politiek gevoel.
En zou de wereldraadassemblee geen
politieke uitspraken mogen doen, die
een regering in Nairobi onwelgevallig
zijn?
Het lijkt zaak dat de wereldraad het
geval Mclntire niet Iaat passeren in de
waarji dat zoiets de veel grotere wereld
raad niet kan overkomen. En als de
vereiste garantie niet te krijgen is dan
zouden de kerken nogmaals mobten
overwegen of in de huidige wereld
nog wel plaats is voor dit soort
vergaderingen, die zo afhankelijk zijn
van de vrije uitwisseling van de harte-
roerselen van zoveel verschillende
BRUSSEL De bekende Ameri
kaanse evangelist Billy Graham
heeft in het Brusselse Heizelstadion
20.000 mensen toegesproken, die
daar heengekomen waren voor de
evangelisatiebijeenkomst Eurotest
•75.
Tevoren had Graham in een vraag
gesprek gezegd dat het westen zich
wat de moraal betreft zou kunnen
spiegelen aan communistische re
geringen. die volgens hem inzien
dat men geen sterke maatschappij
opbouwt als men zaken als drugs
laat voortwoekeren. Graham citeer
de zelfs Lenin. waar deze heeft
gezegd dat een land aan zijn on
dergang werkt als het het niet zo
nauw neemt met de zeden. De
evangelist sprak ook nog over ho
mofilie. die hij 'zondig' vindt, 'zoals
elke vorm van sexualiteit buiten
het huwelijk zondig is'. Overigens
worden ook homofielen door God
bemind, zei Graham, en is er ook
voor hen vergiffenis als ze tot be
rouw bereid zijn.
ON De Birmese baptis-
i yai
door A. G. Soeting
Dit weekeinde is in Groningen het congres besloten dat de Interna
tionale Werkgemeenschap voor Hymnologie daar de vorige week
week heeft gehouden. Aan het congres deden tachtig taalgeleer
den en theologen, historici en musici mee, die allen eenzelfde be
langstelling hebben: de studie van het kerklied. Het congres ging
over 'Het gezangboek, nu'-
Tevoren hadden dertig deelnemers
hun bijdragen ingezonden. Aan ge
sprekstof was dus geen gebrek. Een
bijdrage, uit een land van het
Oostblok, kwam niet aan: deze was
in beslag genomen vanwege de
inhoud? Het betrof een oproep om
nieuwe gezangboeken toch vooral
oecumenisch te doen zijn en om
termen aan oorlog en leger ont
leend in het kerklied te mijden.
De problemen bij nieuwe gezang
boeken blijken overal dezelfde te
zijn; technische, zoals de notatie
van de liederen, maar ook kwesties
zoals invoering van het nieuwe lied
in een gemeente, die gehecht is
aan' het oude. de begeleiding van
deze invoering enz.
Twee nieuwe gezangboeken werden
nauwkeurig onder de loep geno
men: het Nederlandse Liedboek
voor de. kerken, en het nieuwe r.k.
gezangboek 'Gotteslob', een 'Ein-
heitsgesangbuch' voor het hele
Duitstalige gebied in Midden-Euro
pa.
Liedboek
De situatie, waarin het liedboek
voor de kerken tot stand kwam,
bleek eens te meer uniek te zijn:
de aanwezigheid van een dichters
bent, de erkenning van de kerken
van het dichterlijk charisma, een
groot aantal creatieve musici, dat
weer in staat bleek een goed lied te
maken. In geen enkel ander land
bleek men tot deze creativiteit in
staat te zijn!
In tegenstelling tot vele andere
landen als Duitsland, waar men
alleen uit eigen verlden put, kon
den Nederlandse dichters rustig ge
bruik maken van het voorhanden
materiaal uit andere cultuurgebie
den. De vertalingen van oude liede
ren hebben daarbij het voordeel,
dat zij in woordgebruik bij heden
daagse taaleigen kunnen aanslui
ten. terwijl dezelfde liederen in het
land van herkomst soms onzingbaar
worden omdat ze zo langzamerhand
onbegrijpelijk zijn geworden: maar
oude liederen van Gerhardt kan of
durft men niet te wijzigen.
Eenheids-gezangboek
'Gotteslob' is een 'Stammausgabe':
elke diocees kan een 'vervolgbundel'
daaraan toevoegen, zoals ook het
Evangelisches Kirchengesangbuch
voor de Duitse, protestantse kerken
een 'Stammbuch' is. waaraan elke
Landeskirche een grotere of kleinere
bijlage kan voegen. In tegenstelling
tot het Nederlandse Liedboek, dat
voor verschillende kerkgenoot
schappen bestemd is. bevat het r.k.
Einheitsgesangbuch ook veel litur
gisch materiaal: niet-strofische ge
zangen voor de Eucharistie-viering.
maar ook veel gebeden voor gezin
en persoonlijk gebedsleven, voor
getijdediensten als vespers. Vele
liederen in 'Gotteslob' zijn geken
merkt met de letter als aandui
ding van een oecumenisch lied.
meestal een lied van Reformato
risch erf. De vraag naar een een
heids-gezangboek werd eigenlijk al
in de vorige eeuw gesteld, maar een
dergelijk liedboek kwam nooit eer
der tot stand: men had immers al
een eenheids-liturgie. Nu de een
heid van de liturgische teksten na
het Tweede Vaticaans Concilie is
doorbroken, werd de behoefte aan
eenheid in het liedmateriaal des te
groter. Het Taatst gaf de Oosten
rijkse kerk zich gewonnen. Dit jaar
verscheen de Stammausgabe van
'Gotteslob'. waarin ook een twaalf
tal liederen van de Nederlandse
dichter Huub Oosterhuis is opgeno
men.
Discussie
Er is veel gepraat: ook heel zwaar
wichtig en deutsch-gründlich. Duit
se deelnemers hadden behoefte aan
preciese definities van 'gezang' en
'gezangboek'. Die definities bleken
niet gegeven te kunnen worden en
eigenlijk niet nodig te zijn. Som
mige discussies zouden op buiten
staanders stellig de indruk maken
van pietepeuterigheid, zoals die
over het punt van de 'rusten' tus
sen de regels. Toch is dit punt
bepaald niet van belang ontbloot:
een gemeente die. als in vorige
eeuwen, het metrum der liederen
totaal verwaarloost, zingt als een
lingen; daar zingt men ieder voor
zich. van zichzelf uit. Maar daar
waar de ritmiek der liederen, waar
in de 'rusten' een essentiële rol
spelen, goed in acht wordt 'geno
men. worden de zangers in de ge
meenschap ingevoegd, daar ont.-}
staat een gemeenschap.
Andere problemen die zich overal
voordoen:
De gezangen worden tegenwoordig
veelal 'te hoog' gevonden. De ook
ons bekende liederen zijn in 'Got
teslob' veelal lager genoteerd dan
in het Liedboek voor de kerken.
Wordt dit probleem veroorzaakt,
doordat de mensen tegenwoordig
zoveel langer zijn dan vroeger?
Denk aan de orgelpijp: hoe langer
de pijp. hoe lager de voortgebrach
te toon. Over orgels gesproken: die
waren vroeger bijna een toon hoger
geïntoneerd. Ook is geconstateerd,
dat gemeenten op het platteland
hoger zingen kunnen dan in de
steden: houdt dit verband .met
spanning en slapte der spieren?
150 psalmen
Het viel de Nederlandse deelnemers
moeilijk, de buitenlandse diets te
maken, waarom alle 150 psalmen in
ons Liedboek zijn opgenomen. Dit
laatste kwam bv. de Duitsers en
Zwitsers onbegrijpelijk voor: als ze
toch niet alle gezongen worden!
Waarom dan niet volstaan met een
exemplarische 'Auswahl'? Meer
hout sneèd de kritiek op de Neder
landse protestantse traditie, waar
bij de psalmen alleen in berijmde
vorm gezongen worden. Rijmpsal
men werden toch eigenlijk niet
meer als 'psalmen' gezien. Men zou
dan moeten spreken van 'psalmlie
deren', die in principe weinig ver
schillen van 'gezangen' en helemaal
niet van de andere bij belliederen.
Overigens had juist de Nederlander
Gerrit de Marez Oyens een bijdrage
ingediend met muziek voor ónbe-
rijmde psalmen.
Kritiek
Herman Verbeek uit Groningen le
verde kritiek op de kerkelijke lied
boeken in het algemèen. Jonge
mensen zouden de kerkliederen
nauwelijks meer verstaan. Dat
geldt ook .voor de meeste liturgi
sche teksten. En waarom zijn er
zoveel lofliederen en is er geën
plaats voor de 'protest-song'9 Jezus
was niet alleen goed, maar gevaar
lijk goed. Daarom werd Hij er uit
gegooid. Wat betekent dat litur
gisch? Moeten liederen altijd de
instemming van de gemeente heb
ben of mogen er ook liederen zijn
die onszelf en de ander onder kri
tiek stellen? De kerken zingen 'Lo
be den Herren, der alles so herrlich
regiert' (zo niet in Nederlandse
vertaling), maar Dat God zo heer
lijk regeert wordt althans door mil
joenen mensen zo niet ervaren!
De demonstratie die Verbeek gaf
van zijn eigen gemaakte liederen
was echter teleurstellend. Zijn kri
tiek op de consumptie-mentaliteit,
die bij de vraag naar bepaalde
geestelijke liederen tot uiting
komt is stellig juist. Zijn eigen
liederen liggen echter volledig ln
deze consumptieve sfeer!
Begeleiding
Een unieke instelling als de Prof.
Dr. G. van der Leeuw-stichting die
alle nieuwe gezangen op een set
LP's uitbrengt, voor een zo lage
prijs, kent men elders niet. Moge
lijk verschijnen in het Duitse taal
gebied hooguit twee grammofoon
platen met liederen uit 'Gotteslob'.
Ook het IKOR bleek een instelling
te zijn. waarop men in het buiten
land jaloers is. vanwege de moge
lijkheden die deze stichting te bie
den heeft bij de invoering van het
nieuwe lied. Overal elders zijn de
omroepen staatsomroepen, die geen
zendtijd beschikbaar stellen voor
de toerusting van de gemeente.
Wel verschijnt in het Duitse taal
gebied een serie van acht werkboe
ken ter toelichting van de liederen
in 'Gotteslob'. vergelijkbaar met de
Nederlandse uitgave 'Compendium'
bij het Liedboek voor de kerken.
Nederland
De canto/ij van het Groninger stu
dentenpastoraat en deorganist
Klaas Bolt en Sjef Tuinstra gaven
concerten waarop specifiek Neder
landse muziek werd gebracht. Daar
bij kwam weer eens op verrassende
wijze tot uiting, hoe rijk de Neder
landse. kerkmuziek toch is. al moet
onmiddellijk daaraan worden toe
gevoegd dat de bron van alle pro
testantse Nederlandse kerkmuziek
gevormd wordt door de melodieën
van het psalmboek, die In Genève.
althans buiten Nederland zijn tot
standgekomen.
Het volgende congres zal over twee
1 jaar gaan over 'Het Oude Testa
ment en het kerklied' een uiterst
belangrijk thema, niet alleen om
dat het Oude Testament de bron
moet zijn van alle theologie, maar
ook omdat hiermee de relatie van
het vak hymnologie tot nu toe zo
stiefmoederlijk bedeeld aan.de uni
versiteiten. met de andere vakken
van de theologische faculteit duide
lijk gemaakt kan worden.
(De schrijver van dit verslag A. G.
Soeting, is predikant van de her
vormde gemeente te Assen).
RANGOON
ten. een yan de eerste kerken, die
ervaringen opdeed met het zgn.
moratorium, groeit snel. Vorig jaar
werden 10.000 mensen gedoopt. De
kerk heeft nu 600.000 leden. De
baptistenkerk van Birma heeft
reeds in 1966 geld en mensen uit
het buitenland afgewezen. Zende
lingen werden naar huis gezonden
en de buitenlandse financiële hulp
werd teruggebracht tot ongeveer
Men procent van het voordien ge
bruikelijke bedrag. Dit betekent
niet dat men nu alle hulp rigoreus
afwijst. De president van de raad
van kerken van Birma zegt daaro
ver. dat zelfs als men geen buiten
lands geld 'nodig zou hebben, men
er toch om zou vragen en als het
mogelijk zou zijn zendelingen te
sturen, men zeker een of twee op
prijs zou stellen, maar deze hulp
zou dan staan in het teken van de
broederschap in de kerk. Isolatie
acht men verwerpelijk. De kerk
heeft veel leken ingezet. In het
begin was dat niet eenvoudig. Maar
het aantal mensen dat actief is in
de kerk neemt sterk toe. Er wordt
veel aandacht aan de toerustong
van de gemeenteleden besteed.~ om
dat men hun inzet belangrijk acht
voor de ontwikkeling van de sa
menleving. Hoog op de lijst van
prioriteiten staat de toerusting van
plattelandspredikanten in dit over
wegend agrarische land. Men ver
wacht van de kerkelijke leiders, dat
zij een constructieve bijdrage leve
ren aan de ontwikkeling daarvan.
Van een onzer verslaggevers
RIJSWIJK Op 66-jarige leeftijd
is plotseling overleden ds. H. J.
Spier emeritus-predikant van de
gereformeerde kerk van Ten Boer
(Gr.) en oud-predikant van de ge-
ref. kerk te Rijswijk en West-ÏJs-
sëlmonde (thans Rotterdam-IJssel-
monde).
De langste tijd heeft hij in Rijswijk
gewerkt, van 1947-1969. Op publici-
teitsgebied is ds. Spier zeer actief
geweest. Zo was hij gedurende vele
jaren verbonden aan het evangeli
satieblad De Goede Tijding en
schreef hij artikelen voor de Spie
gel. Bezinning en Elsevier. In Rijs
wijk nam hij destijds het initiatief
voor de oprichting van een christe
lijke leeszaal en bibliotheek. Voorts
schreef hij vele schetsen voor de
Geref. Jongelingenbond.
Na zijn emeritaat bij de geref. kerk
in Ten Boer (1973) vestigde hij
zich weer in zijn oude gemeente
Rijswijk, waar hij een grote be
kendheid genoot. De begrafenis
vindt hedenmiddag plaats op Eike
lenburg te Rijswijk. Tevoren wordt
om half drie een rouwdienst gehou
den in de Licht der Wereld Kerk
aan de Steenvoordelaan.
ROME Tijdens een korte pauze
in Rome op zijn thuisreis uit Nairo
bi heeft dr. Carl Mclntire. de uit
Kenia uitgewezen voorzitter van de
Internationale raad vari christelijke
kerken, gezegd dat Kenia de maat
regel heeft genomen omdat het
vreesde dat zijn aanwezigheid de
vriendschappelijke betrekkingen
met de Sowjet-Unie in gevaar zou
brengen.
IEDER MENS HEEFT RECHT OM
TE STINKEN
Vorige week had Leen van Ginke'l!"
het voor de radio over Afrika en hij
haalde daarbij een klacht van een
dame aan die vond dat negers stin
ken en dat je daarom maar moei
lijk al te dicht bij ze kunt leven.
Hij ging erop in en vertelde en
passant, wat ik niet wist, dat Chi
nezen vinden dat wij blanken stin
ken naar zoete aardappels. Thuii
noemden wij dat vroeger glazen
aardappels omdat ze zo doorschlj-l
nend waren en je je wel eend
vergiste in je hap. Hij vroeg ookft
aan de mensen in de zaal of ze wel,
eens naast iemand gezeten haddei
die net knoflook gegeten had. Ei
ging een gichelend geroezemoes
door de zaal. Ja, wie stinkt er op
z'n tijd niet? Die vent stinkt naar
parfum, hoorde ik eens iemand zeg-
gen. 't Is maar wat je stinken
noemt. Iedereen heeft z'n eigen t
geur. U kent die angstogen van deze
televisie wel. Vroeger noemden de r(
verleiders van de reclame dat: B.O.,
lichaam'sgeur. en dan in negatieven,
zin! Iedereen heeft recht op z'n >n
eigen geur. En of een ander dat g:
vindt stinken doet niet zoveel ter-Vi
zake. .Van Ginkel wees er ook op lij
hoe zindelijk de Afrikanen in 'f
algemeen Zijn. Ze gaan waarschijn- g;
lijk vaker in 't bad dan heel watk€
kouwelijke noorderlingen. En als je t
denkt aan die kleding uit de zeven- ,n
tiende eeuw. dan krijg je ook geenrs
verhevener gedachten. Maar weet u w
wat het is. als wij zeggen dat ne-1
gers stinken? Dan geven we ze een hi
etiket. We geven ze een stereotiep
en dan zijn we ervan af. Zulke
dingen gebruiken wij om van ei- ai
kaar af te komen en de verant- or
woordelijkheid voor elkaar weg tem
duwen. Iemand die stinkt mag je
mijden. Als dat waar zou zijn zou
•de wereld nog onherbergzamer wor
den. Gelukkig dat er mensen zija oi
die dergelijke slimmigheidjes door fa
hebben en zich een beetje kunnen )rt
voorstellen dat ze zelf ook zoveel
dingen hebben waar een. ander ,iLc
overheen moet om bij hem te ko- ,r£
men.
NED HERVORMDE KERK
Aangenomen naar Amsterdam 'et
(Amstelkerkgemeente als part-time et4
pred.) J. M. Deenik-Moolhuizen;
naar Schoonhoven: (buiteng. wijkg,
in i wording): drs. P. Lootsma te11®'
Silvolde; naar Bennebroek: J. van
Winterswijk te Zeist.
Bedankt voor Nieuw-Vennep-Abbe-
nes (toez.): J. Wolswinkel te Arkel.
oc
rljl
UIT
HOOFDKANTOOR:
fslieuwe Zijds Voorburgwal
276-280, Amsterdam.
Tel. 020-220383.
Postbus 859.
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Westblaak 9-11, Rotterdam.
Tel. 010-115588.
Postbus 948.
DEN HAAG/LEIDEN:
Parkstraat 22, Den Haag.
Tel. 070-469445.
Postbus 101.
GRONINGEN:
Nieuwe Ebbingestr. 25,
Groningen.
Tel. 050-125307.
Postbus 181.
ZWOLLE:
Melkmarkt 56. Zwolle.
Tel. 05200-17030.
Postbus 3.
VAN LEZERS
Bejaarden en peuters
Zover is het al in onze leefgemeen
schap. Als de bejaarden willen bil
jarten moetèn ze dat maar 's mid
dags doen. die moeten dus maar
aan de kant gezet worden vanwege
de peuters. Zou het niet beter zijn
dat de moeder van de peuters maar
eens niet gaan tennissen o.' wer
ken. koffiedrinken (leuten) en de
zorg voor de peuters zelf op zich
nemen, uitzonderingen daargelaten.
Prof. mr. Van Dijk, zit uw vrouw
misschien zelf met dit probleem?
Ik zou me schamen deze uitspraak
te durven doen, maar a als presi
dent van de rechtbank schijnt dit
te móeten doen. Veel menselijkheid
schuilt er niet in. verre van dat.
Mensen laten we toch wakker blij
ven en waken over deze ongehoor
de uitspraken. Gun de bejaarden
dit plezier die vaak zoveel moeten
missen. Misschien wordt u zelf nog
eens bejaarde, prof. Van Dijk.
Hoevelaken
Mevr. G. Vlleger-Walinga
(geen bejaarde)
Jehovah Getuigen
De wervingskracht van de Jehova s
Getuigen is de angst en onwetend
heid van de mensen die zij overla
den met bijbelteksten. H'ti nieuwe
were ld ver taling is ingepast n. hun
leerboek der 'waarheid'. Hun voor
spellingen en uitspraken komen uit
het menselijk brein van Ie heren
Rutherford en N. II. Kncrr
(Brooklyn. New York). Da Godheid
van Jezus Christus wordt ontkend.
Zijn bloedoffer als enige \erzo?r.ng
met God de Vader gelooch >n i. De
drie getuigen in de hemel. God. bet
Woord en de Heilige Geest, staan
Korte, duidelijk geschreven, liefst
aan écn kant getypte, brieven
kunnen worden gestuurd naar:
Secretaris Hoofdredactie Trouw/
Kwartet, Postbus 859, Amsterdam.
Bij pubükatle wordt de naam van
de schrijver vermeld.
r.iet in hun bijbel. Zij erkennen
geen drieëenheid. Jezus Christus is
ook niet opgestaan uit de d)od. In
hun nieuwe testament vervangen
zij de naam Jezus door God of
Jehovah en maken zo Gods woord
krachteloos. Het zijn geen christe
nen, daar zij Jezus Christus niet als
de alléén zaligmaker erkennen.
'Hun ijver voor God is zonder ver
stand.
Rijsbergen
H. J. Glasbergen
Apartheid
In de krant van 22 Juli geeft u
commentaar op een rapport van
een commissie van de Canadese
anglicaanse kerk over 'apartheid' of
zoals men het in Zuid-Afrika
noemt 'eigensoortige ontwikkeling'.
Van vernedering en uitbuiting mag
men niet spreken, als loon naar
productiviteit betaald wordt. Iedere
Bantoe, die dat wil, kan kosteloos
geschoold worden in hetvak van
zijn keuze. Hun lonen zijn veel
hoger dan elders in Afrika. Inder
tijd gaf u in deze krant daarvan
een vergelijking.
De z.g. thuislanden, die op weg zijn
naar volledige zelfstandigheid, zon
der bloedvergieten!!!, hebben zeer
vruchtbare streken i.v.m. de op de
landbouw gerichte Bantoe b.v. in de
Transkei, dat in 1976 een geheel
zelfstandige staat wordt. Het Tswa-
na gebied in Transvaal, waar hoofd
kapitein Lucas Hangope regeert, is
rijk aan bodemschatten. Men leidt
daar de Bantoes op die zelf t°
ontginnen.
In de Transkei werden de blanke
boeren gedwongen hun landerijen
en hulzen te verlaten ten gunste
van de Bantoes. Omgekeerd moes
ten Bantoe boeren uit de. overigens
weinig vruchtbare, blanke gebieden
daarheen. Men zou het kunnen ver
gelijken met de ruilverkaveling ten
onzent, maar dan op groter schaal.
De Bantoe boe r ontvangt ruime
landbouwvoorlichting. Soweto,de
Bantoe stad van Johannesburg,
heeft gdede en goedkope verbindin
gen met de industrieën, waar de
Bantoes werken. Huh woningen
met modern comfort zijn beter dan
die van vele arbeiders in Neder
land. Wèl kost het vaak moeite om
de traditoneel denkende Bantoe
naar die betere behuizing te krij
gen. Hij betaalt er een lage huur.
De medische verzorging steekt zeer
gunstig af tegenover andere Afri
kaanse landen en ook met Ne
derland. Bij ons vier ziekenhuisbed
den per duizend inwoners, daar
acht, ook voor de Bantoes. Voor
ziekenhuisverpleging betaalt de
Bantoe 50 cent (rand) all in. Blan
ke dokters praktiseren er zij aan zij
met hun zwarte collega's, die gaan
deweg ln aantal toenemen. De tu
berculose onder de Bantoes is in
verband met de mindere hygiëne en
onwetendheid groter dan bij de
blanken. De ziekte wordt met goed
succes bestreden. Zuid-Afrika is
een natuurlijk sanatorium. De legi
timatie. de z.g. pasjeswetten, voor
blank èn zwart is nodig vanwege
ongewenste infiltratie. Jaarlijks
trachten vele blanken en duizenden
zwarten Illegaal Zuid-Afrika binnen
te komen. Bewaking van de zeer
lange grenzen is uiterst moeilijk.
Men kan daar heus n iet iedereen
toelaten, evenals elders is in de
wereld. Die mensen komen werke
lijk niet naar Zuid Afrika, omdat ze
het daar zo slecht krijgen.
Wolfheze
Dr. A. Notenboom.
Maasbach
Het stukje van A. J. Klei over de
vingers van Johan Maasbach is
nogal ironisch geschreven. Zal de
nodige wrevels wel weer wekken.
Maar er staat geschreven: de ge
zonden hebben de medicijnmeester
niet van node.
Hilversum
WASHINGTON Het Amerikaanse leger heeft zijn eigen kerklied. Het
zal nog dit jaar een plaats krijgen in het 'Boek voor de ere-dienst van de
Amerikaanse strijdkrachten'. Het lied heet: 'Machtig is ons leger'
(Mighty is our army) en bezit drie coupletten.
Het lied is een compositie van sergeant eerste klas Ralph L. Bowerman,
die daarmee een prijsvraag won. die onder verantwoordelijkheid stond
van de hoofdlegerpredikant. De prijsvraag was uitgeschreven ter gele
genheid van het feest van het 200-jarig bestaan van de Verfenigde Staten.
Er waren 1.200 inzendingen van burgers en militairen.
De drie coupletten van het winnende kerklied hebben een'refrein dat luidt:
'een natie, een leger, een volk sterk en vrij, hoewel Hem erend op ver
schillende manier, voor eeuwig, amen!
Dom Helder Camara
AMSTERDAM De Braziliaanse bisschop Dom Helder Camara uit Recife
krijgt een eredoctoraat van de Vrije Universiteit in Amsterdam wegens
zijn uitzonderlijke verdiensten voor de bestrijding van de armoede in Zuid-
Amerika en wegens zijn inspanning ter verbetering van opvoeding en on
derwijs. Promotor is prof. dr. J. W. van Hulst.
Twee andere eredoctoraten zijn bestemd voor de kerngeleerde prof. dr.
C. F. van Welzsacker uit Hamburg wegens zijn bijdrage aan de polemologie
en voor de heer H. C. Bijvoet, die verbonden is aan het KNMI te De Bilt,
wegens zijn verdiensten voor het ontwikkelen van de dynamische meteo
rologie.
De erepromoties vinden plaats op 20 oktober bij gelegenheid van de vie
ring van het 19e lustrum van de Vrije Universiteit.
'De koninklijke familie in huiselij
ke kring', Lenie Schenk, Uitg. De 1
Boekerij. B.V. Baarn, prijs 16.90.
Dit boek. dat zoals op het omslai
staat 'een blik gunt in de huiska-
ers van de Oranjes' is stellig voof ig
degenen die in dit soort zaken zijnpco
geïnteresseerd plezierige lees-
kijkstof. Ook aan de illustraties is^nei
grote aandacht geschonken, het isjHei
daarom jammer dat de foto op blz_
21 in spiegelbeeld is afgedrukt.
Hoewel Lenie Schenk vele dingen
vertelt die min of meer bekend
zijn. staan in het boek ook tal van
onbekende anekdotes. We lezen da»
prinses Christina op Soestdijk een
flatje heeft met een eigen bel en
naambordje en dat prins Bernhard
er voor gezorgd heeft dat kreeft
van het menu op Soestdijk werd
geschrapt, nadat hij bij een onver
wachte visite in de keuken van
het paleis zag hoe deze delicatesse
moet worden bereid. Het koninklijk
paar houdt het nu maar bij .kaas
als nagerecht. Over Willem-Alexan-
der wordt vermeld dat hij graag
zijn fiets en die van zijn broertjes
repareert als dat nodig is.
Prins Bernhard was het volgens
Lenie Schenk die op Soestdijk d«'
sfeer wist te scheppen. Hij organi
seerde toen zijn dochters klein wa-
ren de feesties. Hij kan heel goed
met kinderen omgaan, hetgeen nu
blijkt uit de stapels prentbriefkaar
ten. die hij zijn kleinzoons stuurt
als hij op reis is. Koningin Juliana
blijft altijd aan haar werk denken.
Zij kan soms een hele dag in haar
werkkamer zitten of als er proble
men zijn urenlang door het park
van Soestdijk lopen. Ook redevoe
ringen ontstaan daar vaak.
Alle leden van de koninklijke fami
lie passeren de revue. De schrijfster
heeft duidelijk niet met allen even
veel op. Van Pieter van Vollenho-
ven vertelt zij dat hij de gewoonte
heeft na een geslaagd dinertje de
kokkin te roepen en haar dan een
applaus van de gasten in ontvangst
laat nemen. Verder vindt zij dat 'de
graaf van Het Loo' niet gesteld is
op het nemen van veel verantwoor
delijkheid en dat hij het doorzet
tingsvermogen mist dat kenmer
kend is voor' veel van de familiele
den van Margriet.
Tot slot nog een leuke anekdote
over prinses Christina, die het in
1969 in haar hoofd kreeg samen
met haar secretaresse Nora de Vlie
ger te gaan kamperen in Canada.
Er is toen haastig een getrouwde
marechaussee - met zijn vrouw
overgevlogen naar Montreal om
belden te begeleiden. De kampeer-
tocht was zo primitief, dat de prin
ses weigerde van een camping ge
bruik te maken, maar haar tentje1
zo maar ergens opzette en dan ging
koken op een houtvuürtje-
F. J. L.