Zo leerden Ue apostelen Paul Citroen wil nog nieuwe ervaringen opdoen Pogo» de plaat Jniek joods onderwijs na 135 jaar terug in Nederland 'Ik verbaas me over iedereen die niet tekent' Neil Young depressief [OUW/KWARTET ZATERDAG 5 JULI 1975 BINNENLAND joor Huib Goudriaan AMSTERDAM Joodse kinderen, sommigen niet Duder dan vier jaar, lezen in een Amsterdamse ichool weer voor uit de bijbel; in het Hebreeuws,1 naar ook in het Jiddisch. De stad, die 'Klein Jeruza- em' werd genoemd en eeuwenlang verdreven joden een wijkplaats bood; de stad ook die haar joodse jemeenschap door de nazi's zag wegslepen lijkt in en simpele schoolbarak in Buitenveldert een nieuw oods begin mee te maken. Is het vierjarige Jongetje Jehuda orst, onder leiding van bijbelle- iar ('rebbe') Osher Singer, mij uit thora heeft voorgelezen over de nspieders in het beloofde land fumeri 13), zegt schoolvoorzitter rthur J. U. Cohen: 'Nederland eeft deze vorm van joods onder- js al 135 jaar niet meer gekend, p deze manier het voortduren- t hardop herhalen van de tekst iet de traditioneel melodieuze on- ertoon hebben bij voorbeeld Dk de apostelen leren lezen. De lethode is gegrondvest op de thora op de mondelinge overlevering an Sinaï en is dus drieduizend »ar oud.' J. U. Cohen (65), die vorig jaar et initiatief nam tot oprichting an de school, stamt uit een ortho- ox-joodse familie, bezocht korte jd uit interesse de rabbijnen- chool in Frankfurt-Main en hield i de oorlogsjaren in Rotterdam en joodse, ondergrondse gemeente i stand. Al jaren diep bezorgd rer de situatie van het Nederland- jodendom, dat hij geestelijk ziet ndergaan door de verwaarlozing au het joods geestelijk erfgoed ing hij najaar 1974 tot actie over. Tot dit initiatief werd ik gebracht september vorig jaar toen een ekende Russische pedagoog uit Is- aël op bezoek was. Hij heeft me de gen geopend voor de taak. die hier et.' )p 23 oktober vorig jaar ging de chool van start; aanvankelijk wa- en er vijf leerlingen en nu zijn er ïventien. Het onderwijs van de Itichting Joodse Kindergemeen- ehap Cheider', zoals de nieuwe Ohoolorganisatie is genoemd, heeft lis doelstelling de 'aloude joodse Identiteit' of eigenheid te behouden n uit te dragen temidden van de oods-geestelijke' armoede van het ederlandse jodendom. Het systeem helder (betekent letterlijk Schoolkamer')staat hiervoor borg, irwijl het normale basisonderwijs ordt gegarandeerd door de Mon- lessore-methode. De school is een ormale basisschool, die echter is oortrokken van het doorgeven van et duizenden jaren oude joodse rfgoed aan de leerlingen. Vraag aan Arthur Cohen: is het liet vreemd deze twee op het eerste «richt tegenstrijdige onderwijssy- temen te combineren? van twee onderwijssystemen waar van het ene de individualiteit en spontaniteit (het Montessori- systeem) wil benadrukken, terwijl het andere systeem hoewel ge grondvest op erkenning van autori teit beoogt via bevordering van kritisch en zelfstandig denken tot verantwoordelijkheid en besluit vaardigheid op te voeden. Beide systemen munten uit door een groot respect voor de persoonlijk heid van de leerling. De doeltref fendheid van het Cheider-systeem blijkt hieruit, dat kinderen van vier jaar na drie maanden vloeiend de bijbel in het Hebreeuws kunnen lezen en het Hebreeuws in hét Jid disch kunpen vertalen. En als ze boven de zes jaar zijn, zijn ze in staat het Jiddisch in het Neder lands te vertalen. In de bijbel vin den we een verhaal, waaruit de ouderdom van dit onderwijs blijkt: in Richteren 8 14 vraagt Gideon een willekeurige jongen iets voor hem op te schrijven. Dus Gideon twijfelt er niet aan dat de jongen kon lezen en schrijven. En dat was ongeveer elfhonderd jaar voor Christus.' >jr;ry -f-i it,?, w: m Jo m 'rakn - rf i knpynk» ff wt JU Tmdkf- Rebbe Osher Singer voor de klas. De bijbelleraar, gediplomeerd in Israël, ontsnapte in de oorlogsjaren aan de gaskamers, omdat hjj als slavenarbeider was ingeschakeld bij de Duitse Organisation Todt. Hij werkte zelfs bij Stalingrad, maar zijn drang om te over leven was sterker dan de verschrikkingen van het Oostfront. Hoe bomt het dat dit onderwijs 135 jaar lang in Nederland niet is ge geven? "Het is een symbiose, dus een sa- nengaan tot wederzijds voordeel. Het 'normale' onderwijs, gebaseerd op het Montessori-systeem; rechts mevrouw A. Flier, die dit onderwijs geeft. Mevrouw J. Aronson-Lapin (niet op de foto) geeft joodse godsdienst en Hebreeuws als spreektaal. 'In de ogen van de negentiende- eeuwse joodse gegoede burgerij, die het joodse erfgoed van drieduizend jaar verloochende terwLHe van een burgerlijke gelijkstelling met de niet-joodse Nederlanders, was Jid disch een onbeschaafd jargon. In 1817 werd bij koninklijk besluit,, geïnspireerd door de jood Jonas Daniel Meijer, bepaald dat geen Jiddisch meer op joodse scholen mocht worden onderwezen. Dit hef tig emancipatie-verlangen van de joodse elite ging overigens in tegen de geest en wil van de joodse massa. Door het verlies van de eigen taal en de grote psychische verandering, ontstaan door de emo tionele omwenteling van tweede rangs-burger tot voor de wet gelijk berechtigd burger, kende deze mas sa ook geen strijdvaardigheid meer, terwijl ze bovendien geen leiders had. In dezelfde periode verzetten in christelijke kring de 'kleine luy- den' zich tegen verwatering van hun geestelijk erfgoed, maar zij hadden wel leiders: onder andere twee weggelopen joden, die terwille van de emancipatie van geloof ver wisselden. Dit waren Isaac da Costa en dar. Abraham Capadose.' vindt dat het Nederlandse joden dom in geestelijke armoede ver keerde en nog verkeert en dat de afwezigheid van goed onderwijs in het joodse geestelijk erfgoed daar van de oorzaak is? 'Nogmaals: voor de verschraling van het Joods geestelijk leven was verantwoordelijk de negen tiende - eeuwse bourgeois bovenlaag, die maar één ambitie had: Nederland- ser te zijn dan de Nederlanders: verder noem ik het fatale besluit van de toenmalige opperrabijnj dr. Joseph Dunner, om alleen rab binale bevoegdheid te erkennen, die in Nederland was verstrekt met als gevolg de afsnijding van het Nederlandse jodendom van de in ternationale wereld van joodse ge leerden. De demonische krachten van de Hltler-Haman van onze eeuw hebben vanuit joods-or thodox standpunt gezien dan ook een spiritueel verarmde joodse gemeenschap verrast. In het naoor logse Nederlandse jodendom is er een vervanging gekomen voor het uitgeholde geloof. In vele gevallen lijkt de liefde voor de staat Israël de plaats van de religie in te ne men. Het credo is dan begrijpe lijk na de verwoestende catastrofe laat ons zijn een volk en een land als alle volken en landen.' 'Maar als wij niet opnieuw zorgen voor de aansluiting bij het joodse geestelijk erfgoed, bij onze monde linge en schriftelijke leer, dan sterft het Nederlandse Jodendom de stille dood van uitblussing. De ouders verdwijnen en de Jonge ren huwen grotendeels gemengd. Alleen joods weten, de kennis van de thora, en joodse verbondenheid met de rest van de gehele joodse wereld kan het Nederlandse joden dom nog redden. Er is geen andere weg dan die weg van opvoeding die de geslachten voor ons bewust en vrijwillig hebben gekozen, heel vaak door hun levensstijl in stille revolutie tegenover een heel anders denkende en levende wereld. In Deuteronomium staat, direct na het aanvaarden van het goddelijk juk: 'En gij zult het uw zonen inscher pen'. Deze vermaning tot studie van de wet en tot opvoeding en kennis is het behoud geweest van de joden door duizenden Jaren heen.' De kritiek van Arthur Cohen op het Nederlandse jodendom is hem niet in dank afgenomen. De Cheider- school is volledig geaccepteerd door de'Nederlandse overheid, maar niet door joden, die andere opvattingen huldigen. Hij kan een rij Israëli sche rabbijnen, met klinkende na men, noemen die hem ondersteu nen. In Nederland staat alleen de rabbijn van Amstelveen achter hem door zijn kinderen naar de school te sturen Een medestander van Cohen. Joop van Vlies uit Amster dam, geeft het commentaar op de anti-artikelen in het Nieuw Israëli tisch Weekblad: 'Ze hebben mij doen denken aan een lastercampagne tegen één per soon: ik vond dit heel erg. Cohen probeert gewoon de joodse gemeen schap in Nederland te redden en hij heeft gelijk als hij kritiek heeft op de wijze, waarop de joodse scho len in Nederland nu werken. Hoe wel ikzelf niet orthodox ben. ben ik mij er terdege van bewust, dat wat op de Cheider-school gebeurt het behoud zal zijn van het Nederland se jodendom en de goede joodse traditie. Het is trouwens verbazing wekkend, dat die Jochies van vier en vijf jaar. die thuis geen Jiddisch spreken na een paar weken He breeuws lezen en in het Jiddisch vertalen met de Juiste uitspraak.' door Fred Lammers WASSENAAR 'Tekenen is voor mij zoiets vanzelfsprekends, dat ik me eigen lijk verbaas over iedereen die niet tekent. Ik kan rustig zeggen, dat die drang in mij om te tekenen aangeboren is. Als jongen van vier, vijf jaar voelde ik al dat het in mij zat'. Paul Citroen (78) heeft zijri talenten niet onder de kolen maat gezet. Tot nu toe produceerde hij ruim 7000 werkstukken en als het met zijn gezondheid gaat zoals nu, zullen er stellig nog de nodige bij komen. 'Ik wil nog .verder komen, nieuwe ervarin- ;en opdoen. Ik leer er steeds nog dingen >ij. Dat vind ik ook- noodzakelijk. Als dat niet het geval was, zou alles wat ik deed enkel herhaling zijn. Waar zou het dan goed voor zijn dat ik zo oud word', vertelt Paul Citroen mij in zijn Wassenaarse wo ning, waar hij is omringd door eigenge maakte werkstukken en kunstzinnige pres taties van mensen waar hij in zijn lange leven mee te maken heeft gehad. En dat zijn er velen, onder wie kunstenaars met klinkende namen. Een aantal tekeningen en schilderijen dat hem bijzonder dierbaar is, omdat er per soonlijke herinneringen aan zijn verbon den, hangt in zijn atelier thuis aan de Oostdorpweg. 'Dat is mijn ene atelier. Daar teken ik. Schilderen doe ik in het steller dat ik heb in kasteel Duinrell, hier v'lak in de buurt. Daar heb ik een ruimte gehuurd', aldus Paul Citroen. De tekeningen en schilderijen die Paul Citroen heeft gemaakt zijn wijdverspreid. 'Een heel groot gedeelte ervan is echter nog in mijn bezit. Ik heb zeker een paar duizend tekeningen, die ik in mappen bewaar. Ik teken maar. Dat kan ik niet laten. Of ik mijn producten verkoop is Punt twee. Belangrijk is alleen of ik kan voldoen aan die drang in mij om een bepaald iemand uit te beelden. Vaak krijg ik opdracht iemand te tekenen, maar even vaak vraag ik zelf of iemand die mij boeit wil poseren In bijna alle gevallen staan de aangezochten dat toe. Vele beroemdhe den heb ik getekend in binnen- en bui tenland, om een paar voorbeelden te noe men Yehudl Menuhiin, Henri Moore, Ben jamin Britten, Steijn Streuvels en in Ne derland Albert van Dalsum, Eduard van Beinum, Charlotte Khöler, Adrlaan Roland Holst, ja eigenlijk alle bekende schrijvers en dichters en heel veel collega's'. Koningin Koningin Juliana en prins Bernhard po seerden eveneens voor hem. Zij waren geen gemakkelijke kandidaten, omdat stil zitten ln hun woordenboek nauwelijks voorkomt. Dat neemt ndet weg dat Paul Citroen er goede herinneringen aan be waart, vooral aan zijn ontmoetingen met koningin Juliana. De laatste keer dat lk haar tekende was een paar jaar geleden. Als ik in actie ben trek lk allerlei gezich ten. De koningin moest daar om lachen. Zij verontschuldigde zich ervoor. Ik heb haar toen gezegd dat het helemaal niets gaf omdat ik vind dat lachen in het leven belangrijk is'. Over de vraag wat er uiteindelijk met zijn werkstukken moet gaan gebeuren maakt Paul Citroen zich niet druk. 'Ik weet het niet. Als ik ze zou nalaten aan een mu seum zouden ze zich' er een ongeluk schrikken. Wat moet ie met zoveel teke ningen van één persoon doen? Ze liggen veilig in die mappen. Af en toe kijk ik er eens naar. Dat vind ik heel amusant vooral als het werkstukken van lang gele den betreft. Ik verander er ook nog wel eens iets aan. Als een werkstuk niet hele maal naar mijn zin Is, blijf ik eraan werken net zo lang totdat ik vind dat het in orde is. Vernietigen doe ik vrijwel nooit iets. Dat is een goedkope manier om moei lijkheden uit de wereld te helpen. Nee, je moet net zo lang met jezelf vechten totdat je tevreden bent met het resultaat'. Al noemt hij het vanzelfsprekend dat hij tekent, toch is er een tijd geweest in het leven van Paul Citroen dat hij penseel en tekenstift in de kast liet liggen. 'Dat was ln de eerste wereldoorlog. Ik kwam toen in contact met moderne kunstuitingen. Dat was ln Berlijn, de stad waar ik ben gebo ren en opgegroeid. Mijn vader had daar een bloeiende bontzaak. Thuis werd ons bijgebracht bewondering te hebben voor mensen die iets presterèn. Toen lk als jongen van veettlen niet langer op school wilde blijven, maar een toekomst wilde opbouwen als tekenaar wist ik eigenlijk niets van abstracte kunst en andere mo derne kunstuitingen. Het was een schok voor mij daarmee te worden geconfron teerd en te merken dat ik daaraan niet kon meedoen. De eisen die aan die manier van tekenen en schilderen worden gesteld gingen me boven mijn pet. Pas na enige jaren was ik er overheen. Toen begreep ik dat ik niet modern kon zijn omdat dat niet bij mij past'. Paul Citroen heeft zich er nooit meer aan gewaagd. In die moeilijke periode, waarin hij het schilderen niet meer zag zitten ging Paul Citroen in een boekhandel werken in de Potsdamerstraat in Berlijn. 'Daar heb ik leren aanpakken. Ik maakte er dagen van tien uur. Ik was er manusje van alles, moest vloeren aanvegen, bestellingen aan nemen en afleveren'. Toen Paul Citroen, destijds nog Roelof zijn eerste doopnaam, die hij later om praktische redenen niet meer hanteerde weer perspectief begon te zien ln het tekenen ging hij een opleiding in Weimar volgen. In 1927 verhuisde hij voorgoed naar Nederland, waar hij samen met Char les Roelofs ln Amsterdam een kunstschool oprichtte. 'Ons beginkapitaal was 300,- Nu klinkt dat ongeloofwaardig. Het aantal leerlingen wisselde nogal. Het waren fijne maar ook zorgelijke Jaren. Het was midden in de crisistijd. Achteraf heb ik me wel eens afgevraagd waar ik in die tijd van heb geleefd'. Paul Citroen tekende er in die jaren ook ijverig op los, al had bijna niemand geld om zijn werk te kopen. 'Mensen tekenen en schilderen vond en vind lk zalig. Dat is nooit veranderd. Dat interesse voor de mens is gebleven. Naar mate ik ouder werd ben ik productiever geworden. Als Je jong bent zijn er zoveel andere dingen die je aandacht vragen Je Paul Citroen: 'Ik kan niet modern zijn'. wordt dan snel afgeleid. Mijn meeste werkstukken heb ik gemaakt toen ik de vijftig was gepasseerd. Je leeft je Jeugd, bereikt de volwassenheid, zo er al sprake is van een volwassen worden en haalt je oude dag. Ook oud worden hoort bij het leven. Alles is tijdelijk. Dat is een natuur lijke gang van zaken. Als je oud bent zie je terug op de jafen die achter je liggen. Ik mag niet ontevreden zijn. Als lk Jong was zou lk graag precies hetzelfde leven leiden als ik nu heb gehad. Ik geloof niet dat ik het er dan beter van af zou bren gen. Ik zou dezelfde domheden doen die ik vroeger heb begaan. Het leven is een droom- Nu ik een oude man ben kom ik steeds meer tot die conclusie. Veel dingen die ik in het verleden heb meegemaakt lijken zo onwerkelijk. Ik kan me soms moeilijk voorstellen dat lk in Berlijn het Duitse keizerrijk nog in zijn volle glorie heb meegemaakt. Prachtig vond ik die parades met keizer Wilhelm erbij. Als je voor 1900 bent geboren, ben Je iemand uit een andere tijd. Alle oude mensen zijn kapitalisten aan levenservaring. Ik kan me goed voorstellen dat het voor jonge men sen onmogelijk is oude mensen echt te begrijpen'. Geen weemoed Paul Citroen is er de man niet naar om met weemoed terug te denken aan hetgeen geschiedenis is geworden.' Dat de dingen veranderen is onherroepelijk en vele din gen veranderen ook wel ten goede. Ik ben niet iemand die doet aan nostalgie'. Hoewel tekenen centraal staat bij Paul Citroen vertrouwt hij mij toe dat hij ook belangstelling heeft voor schrijven. 'Ik heb altijd een notitieboekje bij me. 's Nachts ligt dat boekje naast mijn bed. Ik schrijf er allerlei gedachten in op die mij te binnen schieten. Ik heb wel eens iets gepubliceerd en ben nu ook weer druk bezig met dat schrijven. Volgend Jaar zul len mijn notities waarschijnlijk in boek vorm uitkomen. Als het niet te dom is zijn de ervaringen van de ene mens altijd interessant voor een groep anderen. Och, ik'ben niet de enige die er zo'n boekje op na houdt. Ik ben een geboren tekenaar en geen schrijver en toch schrijf ik'. door Willem-Jan Martin De nieuwe elpee van Neil Young is in feite al tamelijk oud. Kenners hebben becijferd, dat de opnamen van 'Tonight's The Night' (Reprise REP 54 040), want zo heet het onderhavig werkstuk, op zijn minst in '73 moeten hebben plaatsgevonden, en dat zal best kloppen: in de muziekpers circuleerden ln die tijd bij herhaling berichten, die melding maakten van het op stapel staan van een nieuw kwantum Young-muziek onder bovengenoemd motto. Verbazing alom derhalve, toen de opvolger van de dubieuze schijf 'Time Fades Away' niet 'Tonight's The Night' maar de elpee 'On The Beach* bleek te zijn. Young motiveerde deze verrassende manoeuvre naderhand met de woorden, dat Tonight in een bepaald sombere periode was gemaakt, waarin hij het weer eens aardig te kwaad had gehad met zichzelf, en dat hij dat eigenlijk maar liever wilde vergeten. In dit licht wordt achteraf het betrekkelijk zelfverzekerde karakter van 'On The Beach' aardig verhelderd, kan deze plaat wellicht worden gezien als muzikale uitdrukking van een persoonlijke beslissing de rug te rechten en met opgeheven hoofd de weg door het leven te vervolgen. Anderzijds echter kan het alsnog uitbrengen van 'Tonight's The Night' alleen maar betekenen, dat. zo 'On The Beach' al enig optimisme uitdrukte en eenenander niet berust op pure speculatie van ondergetekende, voor Youngs huidige gesteldheid bepaald moet worden gevreesd. Wellicht zijn inderdaad de problemen, die het ontstaan van Tonight etc. beheersten. Young weer te machtig geworden. Eenenander betreft de dood van Danny Whitten, "ooit gitarist bij Youngs begeleidingsgroep Crazy Horse, en de 'roadie' Bruce Berry, die Neil volgens de berichten aangegrepen moet hebben tot op een punt, waarop hij zichzelf voor deze dubbele droeve gebeurtenis verantwoordelijk achtte. Neil Young Onvoorstelbaar is dat laatste allerminst. Gegeven Youngs privé-'kruistocht' tegen het gebruik van heroïne (The Needie And The Damage Done van de elpee Harvest verwoordt e.e.a. zeer pregnant), kan het op een dergelijk onvaste geest alleen maar een funeste uitwerking hebben, als je ondanks je konsekwente strijden uitgerekend twee vrienden aan dat goedje kapot ziet gaan. Hoe dan ook. feit is dat de labiliteit torenhoog uit de groeven van Tonight opstijgt. Bij de dood van Youngs vrienden voegen zich problemen rond een stukgelopen liefde en de 'traditionele', maar nu wel zeer hoog oplaaiende fundamentele onzekerheid met betrekking tot de eigen positie in Het Geheel. De muziek versterkt eenenander nog. De begeleiding is met opzet vol missers gelaten en kenmerkt zich zo onder meer door allerlei ontsporende piano- en gitaarpartijen. Young is vooral druk doende met zijn emoties, waardoor minder op de kwaliteit van de zang wordt gelet, die dan ook meermalen hopeloos in de fout gaat hetzii slechts schreeuwend javerelnd blijft, waar de wankelende band aanzet voor een refrein. Het is al gezegd, Youngs platen herbergen met een enkele uitzondering nauwelijks enige vrolijkheid. Daar is ook niets op tegen. Maar anders dan het gemiddelde werk. is Tonight toch in zo sterke mate vooral een demonstratie van persoonlijk ongemak, dat het de vraag wordt of in deze de popmuziek nu wel het geëigende medium was om met die moeilijkheden om te springen. Eerlijk gezegd ontgaat me de zin van de onderneming buitenstaanders voor twintig piek deelgenoot te maken van iets waar ze in deze vorm geen kant mee op kunnen. Enigszins droef gestemd derhalve over naar de rest van he't materiaal van deze week. dat het noodgedwongen met een bescheiden vermelding zal moeten doen. Daar gaat ie: In Praise Of Learning is de jongste van Henry Cow, Robert Wyatt bedacht Ruth Is Stranger Than Richard. Jean-Luc Ponty Upon The Wings Of Music, een herboren Fairport Convention verrast met Rising For The Moon, terwijl de 17-Jarlge Tanya Tucker tenslotte weer eens flink uithaalde in de richting van het landelijke. Doe uw voordeel.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 11