Met de dominee op reis
Baptisten blijken mensen van uitersten te zijn
deTiid
Vandaag
Een boekje over huisbezoek
De Tour:
Anquetilwas
een dromer
Negenduizend deelnemers aan congres
Onze
adressen
Ds. Joh. Prins (63)
overleden
Weekblad
Vereniging wil
appelregeling voor
alle dienstplichtigen
Theologie-cursus
voor werklozen
Ontmoetingsdag van
christelijke auteurs
Russische delegatie
naar Nairobi
TROUW/KWARTET DONDERDAG 3 JULI 1975
KERK 2
door A. J. Klei
En wie hadden jullie als reisleider?
Dominee Jansen.
Die uit...?
Nee meid, die is veel te licht, ik
bedoel zijn broer.
Hoe was het?
Nou, geweldig natuurlijk. Toch heel
wat anders dan wanneer je een
gewoon iemand als leider hebt.
Hoezo dan?
Ja, hoe zal ik het zeggen.Hij
geeft je als 't ware iets mee van
zo'n reis.Weet je, als we liepen
te wandelen en 't was mooi weer,
wees-t-ie naar de lucht en dan zei
hij de eerste regels van psalm ne
gentien op, het ruime hemelrond
en zo.
En als het regende?
Dan had-ie weer een andere psalm
te pakken, over een land dat dor
en mat van droogte braiidt, je
kent het wel, en dan zei hij zo
mooi iets over dorstige aarde die
nu.hoe maakte hij het ook weer,
o ja,..die nu gelaafd werd. En
dan vond je het helemaal niet erg
meer als het es regende.
Had hij nooit last met de mensen
over het vreemde eten of over open
raampjes in de bus?
Welnee, daar zorgde meneer Pieter-
sen toch voor. Heb ik je eigenlijk
al verteld hoe we ook van dominee
genoten, toen hij zondags in het
hotel preekte? Prachtig was het!
We hebben ook dia's gemaakt, die
gaan we van de winter op een
speciale samenkomst vertonen en
dan vragen we hem voor 't ope
ningswoord en de sluiting, dat snap
je zeker wel.
Deze conversatie verzin ik. maar ze
moet alleszin- mogelijk zijn tussen
een paar deelnemers aan een door
een predikant geleide vakantiereis.
Ik werd tot mijn verzinsel geïnspl
reerd door een mededeling van de
classis Utrecht van de gereformeer
de gemeenten. Het blijkt namelijk
zo te zijn dat in de rechtervleugel
van de gereformeerde gezindte de
mensen tuk zijn op een dominee
als reisleider. Die conclusie kun je
trekken na kennisneming van de
advertenties van reisbureaus in
kerkelijke bladen uit de genoemde
hoek van het vaderlandse kerkelij
ke leven.
De classis Utrecht van de gerefor
meerde gemeenten heeft nu tegen
deze gang van zaken bezwaar ge
maakt. De classis meent namelijk
dat de predikanten hierdoor als re
clameobject in dienst komen van
de commercie, wat leiden kan tot
devaluatie van het ambt. Het is
niet bij een losse opmerking geble
ven op de classicale vergadering, de
zaak is volgens de kerkordelijke
regels door gespeeld naar de parti
culiere (dat is zoveel als: provinci
ale) synode Oost en die zal de
kwestie weer voor behandeling
doorsturen naar de generale syno
de.
Ik begrijp die bezwaren van de
classis Utrecht der gereformeerde
gemeenten wel. Niet dat ik domi
nee-als-reisleider alleen maar een
gereformeerde gezindte (en ook die
daarbuiten) geen gratis uitje gun.
En ik heb ook oog voor de begeerte
van kerkmensen, ook in verre oor
den hun of een dominee met zich
mee te slepen. Maar waar komt het
in de praktijk vaak op neer en wat
wekt. meen ik, het misnoegen van
de classis Utrecht? Dat de domi
neealsreisleider alleen maar een
stichtelijk noepje voor onderweg
is. Het vuile werk wordt gedaan
door een 'gewoon iemand', die met
een wanhopig gezicht probeert op
komende herrie over tocht in de
bus te smoren en die ver
moeid alle klaagzangen over gek
eten aan moet horen. En als stich
telijke versnapering is daar de do
mlnee voor een passend woord op
z'n tijd en voor het eigen dienstje
in het hotel, want weet jij wat voor
praatjes die buitenlanders op hun
kansels verkopen, als je het al kunt
verstaan?
Ik heb, nogmaals, geen bezwaar te
gen vrome genietingen onderweg
(al meen ik dat je met een 'gewo
ne' reisleider met enige hersens,
een zakbijbel en een prekenbundel
ook goed uit de weg kunt), maar
vind dat dominees het moeten ver
tikken als 'lokker' in een zakelijke
advertentie te fungeren. Kortom, ik
deel de gevoelens van de classis
Utrecht der gereformeerde gemeen
ten.
door prof. dr. J. Reiling
Volgende week dinsdag op 8 juli ontmoeten in Stockholm ruim negenduizend baptisten uit ongeveer
tachtig landen elkaar voor het dertiende congres van de Baptisten Wereld Alliantie (BWA)Eens in
de vijf jaar wordt dit grote festijn van gemeenschap en ontmoeting gehouden. Wie deze congressen
door de jaren heen heeft gevolgd krijgt oog voor de ontwikkelingen die zich in het wereld-baptisme
bezig zijn te voltrekken. Het zal interessant zijn om na Stockholm vast te stellen wat de laatste vijf
jaren aan nieuwe dingen hebben gebracht.
Men moet van een congres als dit
geen Ingrijpende beslissingen of
grote uitspraken verwachten. De
BWA is een alliantie, d.ws. de
meest losse en onverplichten de
vorm van vereniging die zich laat
denken. Het congres heeft dan ook
niets weg van een internationale
synode. Zelfs niet van een groot
scheepse studieconferentie. Het is
echter wel een wereldforum waar
gesproken wordt over de zaken die
de baptisten uit alle werelddelen
ter harte gaat.
Zo'n zaak is ook de relaties tussen
baptisten en andere christenen. Ja
renlang is dit onderwerp min of
meer taboe geweest in de BWA
omdat de meningen hierover zoda
nig verdeeld waren dat de onder
linge eenheid er door zou kunnen
worden geschaad. £inds een Jaar of
tien echter heeft de BWA een apar
te studiecommissie voor christelijke
samenwerking (Coöperatieve Chris
tianity). De naam zal wel gekozen
zijn om het woord oecumenisch te
vermijden maar toch ook wel om
dat de commissie zich niet alleen
bezighoudt met kerkelijke relaties
tussen baptisten en andere christe
nen maar ook met de niet-kerkelij-
ke. zoals samenwerking in bijbelge
nootschappen en evangelisatie
acties, internationale hulpprogram-
mas enz. Als vrucht van haar werk
zaamheden heeft de commissie ver
leden Jaar een eerste studie het
licht doen zien, waarin een over
zichtelijke inventarisatie wordt ge
geven van de bestaande relatie
tussen baptisten en andere christe
nen (James Leo Garret e.a. Baptist
relations with other christians.
Judson Press, Valley Forge, USA
Prijs 12 dollar).
Wereldbol
Baptisten blijken mensen van ui
tersten te zijn. Aan de ene kant
zijn er afzonderlijke gemeenten of
UIT
VAN LEZERS
Prof. Shahak (2)
In uw nummer van 27 Juni publi
ceerde u een brief van de heer
Kollaard. die een aanval doet op
prof. Shahak, voorzitter van de Is
raëlische Liga voor de Rechten van
de Mens. Als een Israëli die betrok
ken is bij de situatie in zijn vader
land, voel ik mij genoodzaakt hier
op te reageren.
De heer Kollaard heeft gelijk als
hij stelt dat de Israëlische Liga
voor de Rechten van de Mens geen
verbinding meer heeft met de 'In
ternationale Liga voor de Rechten
van de Mens' voorgezeten door de
heer Shetak uit de V.S. Trouwens,
terwijl de heer Shestak brak met
de Israëlische Liga, verwelkomde
hij de 'Iraanse Liga voor de rech
ten van de Mens', met haar presi
dent Hare Majesteit de echtgenote
van de Shah, in zijn club. Een
ander geliefd lid van de heer Shes-
tak's familie is onlangs van het
toneel verdwenen: n.l. de Zuid
Vietnamese Liga, die rechtstreeks
afhankelijk was van het regime
Thleu, en die ontkende dat de
400.000 politieke gevangenen ooit
bestonden. Klaarblijkelijk mishaag
de de moedige strijd van de Israëli
sche Liga voor de Rechten van
Mens de Israëlische autoriteiten,
Korte, duidelijk geschreden, liefst
aan één kant getypte, brieven
kunnen worden gestuurd naar:
Secretaris Hoofdredactie Trouw/
Kwartet, Postbus 859, Amsterdam.
Bij pubiikatie wordt de naam van
"de schrijver vermeld.
HOOFDKANTOOR:
Nieuwe Zijds Voorburgwal
276-280, Amserdam.
Tel. 020-220383.
Postbus 859.
ROTTERDAM/DORDRECHT:
Westblaak 9-11, Rotterdam.
Tel. 010-115588.
Postbus 948.
DEN HAAG/LEIDEN.
Parkstraat 22, Den Haag.
Tel. 070-469445.
Postbus 101.
GRONINGEN:
Nieuwe Ebbingestr. 25,
Groningen.
Tel. 050-125307.
Postbus 181.
ZWOLLE:
Melkmarkt 56, Zwolle.
Tel. 05200-17030.
Postbus 3.
die prof. Shahak dus als een 'extre
mist' en een 'onverantwoordelijk
figuur' betitelden. Ik denk dat dit
beschouwd moet worden als een
goede indicatie dat de Liga (die
trouwens totaal niet politiek is)
haar taak eerlijk verricht.
Ieder die geïnteresseerd is kan
schrijven naar de Israëlische Liga
(postbus 14192, Tel Aviv), aan Am
nesty International of aan mij
(postbus 3989) voor gedetailleerde
informatie over het schenden van
menselijke rechten in Israël. Wat
betreft de 'feiten' die de heer Kol
laard aanhaalde, is het voldoende er
op te wijzen dat de meerderheid
van de arabische gevangen in Is
raël niet in de statistieken voorko
men omdat zij gevangen zitten
zonder proces, krachtens de 'nood
wetten van 1945', die door de Britse
mandaat-regering in Palestina zijn
gemaakt.
Amsterdam
dr R. Ghaplro
Almere (2)
Terecht vraagt de heer Colon meer
aandacht voor spoorverbindingen
tussen Almere en de Randstad. Wij
begrijpen echter niet waarom hij
niet konsekwent doorredeneert en
de railverbinding met het 'achter
land' van Almere vergeet. Al jaren
lang pleit de stichting Zuiderzeelijn
voor een snelle spoorverbinding
vanaf Amsterdam, via Almere,
Lelystad, Emmeloord, Heerenveen,
Drachten naar Groningen.
Is dit ingezonden stukje symptoma
tisch voor het in eigen beperkte
kringetje denken van vele randste
delingen? De Zuiderzeelijn zou niet
alleen veel bij kunnen dragen aan
een verbetering van de zwakke in-
fra-struktuur van het Noorden des
Lands, maar in de uitvoering ook
een aanzienlijk stuk vervangende
werkgelegenheid kunnen bieden dat
tot in lengte van dagen maatschap
pelijk rendement af zal werpen.
Drachten
Stichting Zuiderzeelijn
federaties van gemeenten die geen
enkele relatie met andere unies of
conventies onderhouden en eerst
recht niet met de BWA. Ook in ons
land zijn er in Alphen aan de Rijn,
Amsterdam en Hengelo (O) baptis
tengemeenten die niet bij de unie
van baptistengemeenten in Neder
land zijn aangesloten, vaak naast
gemeenten in dezelfde plaats die
dat wel zijn. In het hartje van
Manhattan in New York is een
grote baptisten-kerk te vinden van
de Calvary Baptist Church die bij
geen enkele federatie is aangeslo
ten maar wel een groot aantal zen
delingen naar verschillende wereld
delen heeft uitgezonden. Voor in de
kerk staat een wereldbol met lamp
jes op de plaatsen waar de zende
lingen werken. Het zijn er niet
weinige.
Aan de andere kant zijn er bapstis-
ten-gemeenten die hun eigen iden
titeit hebben opgegeven om op te
gaan in een groter geheel. Het be
kendste voorbeeld is natuurlijk-
Noord India, waar de baptisten deel
zijn gaan uitmaken van de verenig
de kerk. In Zuid India en Ceylon
nemen de baptisten deel aan de
voortgezette gesprekken om te ko
men tot eenheid.
Tussen deze uitersten ligt nog een
brede schakering van mogelijkhe
den van deelname en samenwer
king,. Enkele baptisten-unies zijn in
een federatief kerkelijk verband
met andere verwante gemeenschap
pen. Het bekendste voorbeeld vin
den we in de Bondsrepubliek waar
de baptisten samen met de vrije
evangelischen en de methodisten
de bond van evangelisch-vrijkerke-
lijke gemeenten vormen. Ook in de
Sovjet-Unie bestaat een dergelijke
situatie: hier zijn baptisten, pink
sterchristenen en mennonieten
verenigd in de unie van evangeli
sche christenen baptisten. In beide
gevallen vormen de baptisten de
sterkste partner. In de Sovjet-Unie
practiseren alle drie groepen de
doop op belijdenis door onderdom
peling, in de Bondsrepubliek niet.
Slechts tien
Het is gebruikelijk om de oecume
nische samenwerking van de ker
ken af te lezen uit hun lidmaat
schappen van plaatselijke, landelij
ke of internationale raden van ker
ken. Hoewel dit geen bruikbaar cri
terium is om de oecumenische ge
zindheid van de betrokken kerken
te beoordelen, is het in ieder geval
een duidelijk hanteerbaar inde
lingsprincipe. Toegepast op de bap
tisten betekent dit dat in Europa
alleen de baptisten van Denemar
ken, Groot Brittannlë en Hongarije
lid zijn van de wereldraad van
kerken en buiten Europa een aan
tal conventies in de Verenigde Sta
ten en de Unies van Nieuw Zee
land. Birma. Nigeria en Kameroen.
In totaal slechts tien van de meer
dan honderd leden van de BWA.
Veel meer unies doen mee met
landelijke raden van kerken, hoe
wel ook nog lang niet de meerder
heid. Ook participeren soms plaat
selijke gemeenten in een plaatselij
ke raad ook als de unie waartoe zij
behoren geen deel uitmaakt van de
landelijke raad van kerken.
In het boek van de studiecommissie
is men nog niet toegekomen aan
een grondig onderzoek naar de oor
(Advertentie)
zaken en achtergronden van deze
grote verscheidenheid van opstel
lingen. Toch laten zich wel enkele
dingen noemen.
In de eerste plaats doet zich in alle
vormen van oecumenische toenade
ring voor de baptisten altijd het
probleem voor dat de kerkelijke
eenheid waarnaar gestreefd wordt
aanzienlijk verder gaat dan wat zij
in hun eigen gemeenschap voor ge
wenst houden. Alle regionale, lan
delijke en internationale verbanden
van baptisten gemeenten zijn fe
deratief, de plaatselijke gemeenten
autonoom. Dat dit ook niet zonder
schaduwzijden is weten de baptis
ten langzamerhand wel maar zo
lang zij niet in eigen rking tot een
nauwer verband komen ligt het
voor de hand dat zij terughoudend
reageren op een ideaal van een
verenigde kerk waarin de plaatse
lijke gemeente haar autonomie
prijs moet geven aan de hogere
vergaderingen of ambtsdragers.
In de tweede plaats maakt de
dooppraktijk scheiding tussen de
baptisten en hun geestverwanten
enerzijds en alle andere kerken an
derzijds. De princiiële keuze voor
de dopp op belijdenis en tegen de
kinderdoop heeft vérstrekkende
consequenties. Zij ondergraaft de
wederzijdse dooperkenningen tus
sen de kerken omdat zij in de
kinderdoop een van de essentiele
kenmerken van de doop mist, nl.
de belijdenis van de dopeling.Zon
der die belijdenis is het voor bap
tisten moeilijk om over de geldig
heid van de doop te praten alleen
op basis van de kerkelijke bedie
ning van de doop. Deze overtuiging
isoleert.
Het is natuurlijk duidelijk dat er
aan deze kwestie veel meer vastzit
dan alleen het al of niet geldig zijn
van de doophandeling. Uiteindelijk
hebben de verschillende doopsop
vattingen te maken met verschil
lende visies op de plaats van de
gemeente van Christus in de we
reld. Juist in een tijd van voort
gaande secularisatie en ontkerste
ning wordt deze zaak weer in toe
nemende mate actueel. In dit tijds
gewricht is het de historische roe
ping van alle voorstanders van de
doop op belijdenis hun inzichten
en overtuigingen aangaande de ge
stalte en de plaats van de gemeen
te van Christus in de wereld in
broederlijke dialoog in te brengen
in hun contacten met hun mede
christenen. Het is te hopen dat zij
zich aan deze dialoog die toch
altijd het in de waagschaal stellen
van eigen inzichten met zich meeb
rengt niet zullen onttrekken.
Prof. dr. J. Reiling is bijzonder
hoogleraar in de geschiedenis en
leer van het baptisme en gewoon
lector in de uitlegging van het
Nieuwe Testament aan de faculteit
der godgeleerdheid van de rijksuni
versiteit te Utrecht.
DE DAGEN DODEN
Jan, de buur die tegenover ons
woont, is een soort Pallieter, een
dagendoder. Hij staat niet te vroeg
meer op. want dat hoeft al een
paar jaar niet meer. Hij heeft z'n
AOW en een klein pensioentje,
waarvan hij met Hairne goed kan
rondkomen. Jaren lang heeft hij bij
de Borenbond gewerkt en onmen
selijke balen mest en weet ik wat
allemaal gesjouwd. Nu gaat hij 's
morgens om negen uur eerst naar
de mis. We zien hem een half
uurtje later terugkomen met de an
deren die daar de tijd voor hebben.
Wat ze daar samen aan beleven
valt moeilijk uit te maken. Daarna
komt de krant en de post. Hij zet
de bril op en heeft in een benij
denswaardig korte tijd datgene van
het nieuws opgedaan dat hem ver
der die dag in staat stelt om te
kunnen zeggen 'ge hebt zeker ook
gelezen'. Er valt dan in het verloop,
van de morgen nog wel iets te
doen. Vaak zie ik hem met elek
trische staven lopen die hij in het
gazon zet om daar pieren uit te
halen, die hij nodig heeft voor zijn
vispartijtje in de avond. Dan is het
al gauw twaalf uur en precies op
die tijd heeft Hanne het eten klaar.
Dan knapt hij bij het 'raam op een
houten stoel gezeten een uiltje. Dat
mag niet te lang duren want als
het even goed weer is worden de
fietsen voor dé dag gehaald en dan
gaat het erop los. Beiden zijn gewel
dige natuurliefhebbers en 't liefst
gaan ze naar de bossen om daar
konijntjes en 'reekes' te zien. Ik ben
wel eens mee geweest, maar toen
waren ze er natuurlijk net niet.
Zo'n tocht kan uren duren. Gauw
eet Jan wat brood en dan stapt hij
op de motor om een twintig kilo
meter verder bij Mia's, zijn dochter,
aan het kanaal te gaan vissen. Al
leen op paling, luidt het bescheid.
Of hij daarmee ooit veel sukses
heeft" is- mij niet duidelijk. De
avond is daarna nog maar kort.
Soms komen kinderen of andere
familieleden .en de dag is om. Wat
hij behalve dat nog allemaal doet is
niet te beschrijven en Ik vraag me
vaak af wanneer hij dat dan doet.
De dagendoder heeft het druk om
van de dagen te leven en hij is er
gelukkig mee.
AALSMEER Op 63-Jarige leeftijd
is onverwacht overleden ds. Joh.
Prins, christelijk gereformeerd pre
dikant.
Ds. Prins was na zijn studie te
Apeldoorn eerst enkele jaren predi
kant in algemene dienst en lector
aan de theologische hogeschool.
Daarna stond hij als predikant In
Amsterdam-West, Groningen, Rijs
wijk en sinds 1971 in Aalsmeer. Als
hoofdbestuurslid en later als bui
tengewoon lid nam hij een belang
rijke plaats in het Nederlands bij
belgenootschap ln.
Overal te koop voor 1,80
door dr. C. Rijnsdorp
Ds. R. Kapteln, HET HUISBEZOEK,
problematiek en methode ln een
veranderde gemeente. Uitgeverij
Ten Have b.v., Baarn, 111 blz.
14,50.
Dit boek bevat de geheel herschre
ven tekst van een oudere uitgave
uit 1965. Het gaat uit van de situa
tie in hervormde gemeenten, wat
niet zeggen wil dat ook andere
kerken met dit geschrift niet winst
kunnen doen. Vrijwel alle denkbare
zaken die met het huisbezoek van
wege de kerk verband houden, wor
den hier in 19 hoofdstukken, voor
afgegaan door een inleiding en be
sloten met een kleine literatuur
lijst, uitvoerig behandeld. Het eigen
karakter, mogelijkheden en gren
zen, de verschillende soorten van
bezoek, planning en organisatie,
het doel, ambtelijk karakter, de
gang van het huisbezoek maar ook
de vraag wie het bezoek moeten
doen en de structuur van het gees
telijke gesprek komen aan de orde.
Huisbezoeken doen er goed aan dit
werkje aandachtig door te lezen. Ze
kunnen zich troosten met de uit
spraak op bl. 18: 'Maar ook al blijft
alle zichtbare resultaat voor de be
zoeker uit, tenslotte gaat het erom
de opdracht, als die als zodanig is
herkend, naar beste weten en kun
nen te hebben uitgevoerd. Voor het
pastoraat geldt bij uitstek dat de
linkerhand niet mag weten wat de
rechter doet. Komt er iets van dan
is het geschenk'.
DENBOEKJE; gekozen, vertaald en
van een nawoord voorzien door
Jean A. Schalekamp. Uitgeverij De
Arbeiderspers, Amsterdam, 165 blz.
18.50.
Dit boekje is een uittreksel uit
Voltaires Dictionaire philosophique
van 1764, een boek van in totaal
ruim 600 bladzijden. De bewerker
moest dus zorgvuldig kiezen en
schrappen. Het oorspronkelijke
werk is minder bekend, maar des
tijds van grote invloed geweest op
de opkomst van anti-clerlcalisme,
op de scheiding van kerk en staat
en de afschaffing van de Inquisitie.
Voltaire, meer journalist dan diep
denker, streed tegen godsdienstig
fanatisme, dogmatisme, bijgeloof,
hypocrisie oorlog, wreedheid voor
oordeel en domheid. Hij deed dit
met sprankelend vernuft en venij
nig sarcasme. Hij heeft veel gods
dienstigheid helpen uitroeien maar,
zoals de bewerker erkent, wat be
treft de algemene menselijke dom
heid weinig veranderd, de vrijheid
niet kunnen vestigen en het ver
branden van boeken en martelen
niet ongedaan kunnen maken. Zijn
meest doeltreffende arbeid is de
strijd tegen het christelijk geloof
geweest, een strijd die tegenwoor
dig door de massa hiuwelijks meer
nodig wordt gevonden. Zo blijven
eer zijn geestigheid en zijn stijl,
literaire kwaliteiten dus. De schrij
ver en pamflettist leeft, de filosoof
is geen gesprekspartner meer. En
de kerk is nog niet dood.
Dominee (op huisbezoek)'Nou Molly, wat zou je liever zijn, mooi of goed?'
Molly: 'Ik zou 't liefst mooi en berouwvol zijn'.
(Uit Punch van 27 september 1911).
SATAN 'DEMONEN ZIJN NIETSEN,
nr 3 van CONCILIUM, internatio
naal tijdschrift voor theologie, uitg.
De Horstink, Amersfoort 1975, prijs
9.90.
Twaalf theologen uit vier landen:
Nederland, Frankrijk, West-Duits-
land en De Verenigde Staten heb
ben met elkaar dit Satan-nummer
mogelijk gemaakt. Edward Schille-
beeckx en Bas van Iersel schreven
een Ten Geleide. Telkens als een
oude cultuur in afbraak is en een
nieuwe cultuur haar eigen grond
trekken nog niet heeft gevonden, is
er sprake van een opleving van
satanisme. Het nummer wil de (in
eerste instantie r.k.) lezer helpen om
het bijbelse geloof Ln de demonen
te analyseren zulks binnen het ka
der van de richtlijnen der officiële
kerk. Na een abstract-filosofisch
betoog van Edgar Haulotte behan
delt D. C. Mulder de demonen in de
niet-bijbelse religies. Meinrad Lim
beck gaat de wortels na van de
bijbelse opvatting over de duivel en
de demonen. Karl Kertelge schrijft
over Jezus zijn wonderdaden en de
Satan. Claude Gérest heeft de 15e
eeuwste 'Heksenhamer' bestudeerd
en brengt daarvan verslag uit.
Charles Meyer houdt de lezer bezig
met het r.k. leergezag over engelen
en duivelen. Johannes Mischo be
spreekt het verschijnsel van 'demo
nische bezetenheid' met onder an
dere de resultaten van een interes
sante enquête onder r.k. en prot.
theologen. Willi Oelmüller geeft
uitlegging van huidige ervaringen
omtrent lijden en kwaad en merkt
daarbij o.a. op: 'In de theologieën
en filosofieën lijkt de breuk met
traditionele symbolen en interpre
tatiesystemen vrijwel onoverbrug
baar. Nieuwe vormen van traditie
overdracht zijn (evenwel) nog niet
betrouwbaar geblekeh' (bl 86). Jean-
an-Pierre Jossua schrijft over Het
kwaad, de verlosaing en het heil'
onder verwijzing naar openb. 12:9
Hij sluit zich aan bij de opvatting,
dat de machten van het kwaad
machteloos zouden zijn zonder de
menselijke medeplichtigheid (108).
Tenslotte levert Bruno Borchert do
cumentatiemateriaal over het sata
nisme. Het thema van de onderti
tel, t.w. Demonen zijn 'nietsen'. is
niet in een afzoderlijke bijdrage
uitgewerkt.
De uitvoerige verwijzing naar lite
ratuur is te meer van belang, om
dat dit nummer toch een ietwat
hybridische totaalindruk achterlaat
en dus voornamelijk moet worden
gezien als een aansporing tot ver
dere studie voor wie zich daartoe
C. Rijnsdorp
Van een verslaggever
DEN HAAG De Algemene Vere
niging van Nederlandse Militairen
(AVNM) heeft de bevelhebber der
landstrijdkrachten gevraagd voor
dienstplichtige soldaten eenzelfde
appèlregeling in te voeren.
De AVNM is het er niet mee eens
dat ln de huidige avondappèl-rege
ling de dienstplichtige sergeant of
reserve-officier *s avonds mogen
binnenkomen wanneer het hun
goeddunkt en dat de dienstplichtige
soldaat om 24.00 uur binnen moet
zijn op straffe van boete die kan
oplopen tot vijftig gulden.
Volgens de AVNM heeft een peiling
uitgewezen dat onder de dienst
plichtigen van alle rangen geen
enkel bezwaar bestaat tegen veran-
deringg van de huidige regeling en
was men het er over eens dat er
een eind gemaakt moest worden
aan de bevoogding van de dienst
plichtig soldaat.
NED. HERV. KERK
Beroepen te Drogeham (toez.): W.
Tijink kand. te Hoogkerk.
Bedankt voor Baimeveld: H. Jon-
gerden te Veemehdaal.
Beroepbaar en toegelaten tot de
evangeliebediening: mevr. J. van
Giessen-v. d. Velde, Pr. Hendrik-
laan 41, Utrecht: H. J. Ekker, Laan
van de Vrijheid 23. Groningen (per
1.9.75); G. J. Ros, Nederlandlaan 1,
IJsselstein; A. W. Berkhof, Albarda-
plantsoen 79, Voorschoten.
GEREF. KERKEN
Aangenomen naar Apeldoorn (le
raar Myrtuscollege)H. G. Rang te
Goor.
STOCKHOLM (LWI) Werkloze
academici ln Zweden kunnen op
staatskosten een cursus van acht
tien maanden volgen, waarin zij
opgeleid worden tot predikant van
de lutherse kerk. Voorwaarde ls al
leen, dat zij bij het begin van hun
studie een verklaring kunnen tonen
van een bisschop, dat hij bereid ls,
de kandidaat na het voltooien van
de opleiding tot predikant te orde
nen.
BARNEVELD In de boerderij
van de Veluwse schrijver Jac. Over-
eem zijn zestig schrijvers, schrijf
sters, neerlandici en journalisten
uit de gereformeerde gezindte bij
een geweest op een 'ontmoetings
dag voor protestants-christelijke
auteurs' om zich te bezinnen op
hun werk. Deze eerste ontmoeting
werd als geslaagd ervaren. Een
commissie van vier (de auteurs
Evert Kuyt, Overeem, Rik Valken
burg en uitgever Reinders uit Hier-
den) zullen een volgende dag voor
bereiden.
MOSKOU (EPD) De synode van
de Russische orthodoxe kerk heeft
de delegatie vastgesteld, die deze
kerk zal vertegenwoordigen op de
assemblee van de wereldraad van
kerken, eind november in Nairobi.
De delegatie, die 25 man sterk is,
wordt geleid door metropoliet Niko-
dim van Leningrad, die voorzitter is
van de synodecommissie voor vra
gen van de christelijke eenheid en
de interkerkelijke betrekkingen.
Nog drie metropolieten maken deel
uit van de Russische delegatie: Ju-
venaly, die de afdeling buitenland
se zaken van het patriarchaat Mos
kou leidt, Filaret, de exarch van de
Oekraine, en Antony, metropoliet
van Londen.
Verder zijn afgevaardigd een aarts
bisschop, drie bisschoppen, hoogle
raars. docenten en twee studenten
van seminaries en één vrouwelijke
leek.