Spectrum dierenatlas: goede rangschikking bestaande diersoorten Raad voor journalistiek heeft nuttige functie bij ontwikkelen normen Met de boot naar Engeland: grote prijsverschillen 1 12 tot 26 juli: drukst Toerisme Brug over Haringvliet aan de staat verkocht Het juiste dier op de juiste plaats Zeegat-uitje van Thorline Wildkansel weer open Kaart voor sportvissers TROUW/KWARTET DINSDAG 1 JULI 1975 BINNENLAND RH9 door Henk van Halm Een van de allereerste dingen die een prille 'bestudeerder' van de levende natuur te weten komt, is dat hij bepaalde dieren en plan ten niet overal tegenkomt, maar op speciale plaatsen. Hij leert dat je hagedissen moet zoeken op zandgrond, salamanders dicht bij of in het water in de lage veen- streken. Hij zal al gauw merken dat rupsen van de hermelijnvlin der te vinden zijn op populieren, die van de pauwoogpijlstaart op wilgen, van de lindepijlstaart op linden. Kijkend naar de blauwe monnikskap in de tuin ziet hij dikke hommels af en aan vliegen, maar dan ook inderdaad alleen maar hommels en geen andere insekten. Zo wordt het voor hem vanzelf een begrip dat bepaalde dieren bij bepaalde planten horen, of bij be paalde plaatsen. En zo kun je verder gaan: een diersoort bevolkt een bepaald gebied van de aarde, duidelijk omgrensd, groot of soms maar heel klein. Er zijn maar weinig dieren die over de hele aarde voorkomen, zoals de bruine rat en als levend wezen ook de mens. En datzelfde geldt voor planten. Wat de grenzen van een versprei dingsgebied van een dier bepaalt, kan heel verschillend zijn. Het kan het voedsel zijn, of het kli maat. Maar ook een natuurlijke hindernis, waar hij niet overheen kan komen, zoals een bergrug, een woestijn, een zee of brede rivier. Ruim een eeuw geleden begon de Engelse vogelkenner P. L. Sclater zich daarmee bezig te houden. Hij verdeelde de aarde In zes regio nen, die elk hun eigen vogelwe reld bezaten. De dierkundige Wal lace ontdekte dat die indeling niet alleen voor vogels opging en zo ontstond een speciale tak van de biologie: de zoögeografie voor dieren en de fytogeografie voor planten. Er werden kaarten ge maakt van de verschillende delen van de wereld en daarop werd aangegeven hoe de verspreiding van de diersoorten was. En daar bij kwamen al gauw feiten aan het Ucht die te maken hebben met heel andere wetenschappen. Zo kwamen in de aardgeschiede- nis als allereerste zoogdieren de buideldieren tot ontwikkeling. Op een bepaald moment waren zij over de hele wereld verspreid. La ter kwamen beter toegeruste ho gere zoogdieren, die de buideldie-, ren overval verdrongen, op de zeer vruchtbare en agressieve op- possum in Zuid-Amerika na. Al leen in Nieuw-Guinea en Austra lië bleven buideldieren over, als enige zoogdieren zelfs, tot de mens er de hond bracht. Daaruit kon men de conclusie trekken dat Australië zich van het grote vas teland van Azië moet hebben los gemaakt nadat de buideldieren er waren aangeland, maar voordat de hogere zoogdieren dit deel van de wereld konden veroveren. De zee ertussen moet toen al een onneembare barrière zijn geweest. De zoögeografie heeft ook geleerd dat in prehistorische tijden in het woestijngebied van Utah. Nevada en Californië grote meren hebben gelegen. Great Salt Lake is er nog een overblijfsel van, evenals een aantal meertjes ten westen daar van. In de woestijnpoeltjes dicht bij de laagste, droogste en heetste plaats van de VS, de Death Val ley, leven tandkarpertjes, drie ver schillende soorten, die heel veel op elkaar lijken. Oorspronkelijk moeten ze allemaal tot één soort behoord hebben, die in het meer leefde, waar deze poeltjes de res ten van uitmaken. In elk poeltje komt maar een van de drie soor ten voor: de Owenstandkarper en het tandkarpertje van Devil's Ho le hebben ieder maar een poeltje tot hun beschikking, de Nevada- tandkarper komt in de andere tien plasjes voor. Deze versprei ding maakt iets duidelijk over de uitdroging van het vroegere meer, want ide eerste twee soorten moe ten het eerst zijn geïsoleerd, waarschijnlijk al dertig' tot vijf tigduizend jaar geleden. Daardoor zijn ze een eigen evolutie gaan volgen, die hen een ander uiter lijk gaf dan de Nevadatandkarper die waarschijnlijk de oorspronke lijke soort is, omdat zij in ver scheidene poeltjes voorkomt, die dus het langst samen een groter meer hebben gevormd. Details Elk dierenboek houdt zich in feite met zoögrafie bezig: Immers, steeds weer wordt daarin het mi lieu en de verspreiding van een diersoort genoemd. Maar een goed overzicht ervan geeft eigenlijk al leen een boek in atlasvorm. Nu heeft het woord atlas verschillen de betekenissen. Bijna iedereen zal meteen aan een boek met landkaarten denken, maar er wordt ook vaak een plaatwerk mee aangeduid. De dierenatlas die Het Spectrum onlangs heeft uit gegeven, verenigt de beide eigen schappen: niet alleen bevat het honderden kleurenfoto's, tekenin gen en diagrammen, maar ook tamelijk gedetailleerde landkaar ten. Werelddeel voor werelddeel wordt de dierenwereld geschetst en daarom wordt bij elk van deze hoofdstukken een kaart van het continent getoond, waarin het re liëf, de bergen, de heuvels, de dalen, de hoge en lage vlakten uiterst duidelijk zijn aangegeven. Kleinere kaartjes laten regenval, druksverdeling en heersende wind richting in zomer- en winter halfjaar zien en andere de na tuurlijke vegetatiezones, de gebie den zie een gelijksoortige plan tengroei bezitten. De volgende bladzijden laten in foto's ten tekst de details zien, de verschil lende milieus van het wereld- deeld: naaldwouden en loofbos sen, oerwouden, steppen, woestij nen, bergen, hoogvlakten, stil staande wateren en rivieren, me ren en moerassen, kliffen en kustzones. Er is ontzeteld veel in te zien, maar juist het feit dat zoveel vi sueel is gemaakt, heeft wel af breuk gedaan aan de tekst, die nauwelijks een doorlopend ver haal is. Er is te weinig ruimte voor uitgetrokken, waardoor veel vaktermen onverklaard zijn geble ven en al meteen met de deur in huis wordt gevallen met woorden als sediment, erosie, chordaten, en als bekend wordt verondersteld dat de planten verantwoordelijk zijn voor de zuurstofrijke atmos feer van onze aarde. Onzinnen als 'De graad van complexheid hangt af van de mate van extreemheid van het milieu en de ouderdom van de formatie' moeten toch om te zetten zijn in normaal Neder lands, al kost dat misschien wat meer ruimte. Toch heeft deze at las zoveel verdiensten dat dete feilen wel overkomelijk zijn, evenals het buitensporige formaat (28 x37,5 cm), waardoor het niet in een standaardboekenkast past. Als' totaal geeft het een goed in zicht in de rijkdom van de die renwereld en wie van puzzelen houdt, kan tal van ecologische verbanden vinden, die juist de zoögeografie zo boeiend maken. Een goede dieren-encyclopedie er naast gebruiken kan zijn nut heb ben. Spectrum dierenatlas. Uitg. Het Spectrum, Utrecht. 208 blz., 85,-. door prof. mr. P. J. Boukema Er bestaat behoefte aan een specifiek orgaan voor de beoordeling van journalistieke gedragingen. De in Nederland als zodanig functionerende Raad voor de Journalistiek biedt de burgers die zich gekrenkt of verkeerd behandeld voelen, in bepaalde gevallen meer bescherming dan de rechter kan realiseren. Deze Raad dient dan ook, zij het enigszins gewijzigd, te blijven bestaan. Een wettelijk tuchtrecht stuit op ernstige bezwaren, terwijl ook een wettelijke basis voor de Raad ongewenst is. Ziehier enkele conclusies uit het proefschrift van J. M. de Meij, ge titeld: De vrijheid en de verant- woorlijkheid van de pers, waarop I hij onlangs in Utrecht promoveer de. De Meij kiest in zijn boek stelling in de opnieuw actuele discussie over de vraag of en zo ja op welke wijze journalistieke gedraginger. dienen te worden getoetst .Moet de wet de regels vaststellen waaraan de journalisten zich bij het uitoefe nen van hun taak hebben te hon den of moeten de journalisten dat (vooral) zelf doen. Moet het aan de rechter worden overgelaten om de burgers tegen de pers te bescher men of dient er daarnaast een in stantie te zijn die bij de toetsing van journalistiek gedrag verder kan gaan? Informatievrijheid Terecht legt De Meij in zijn be schouwingen verband tussen het ei genlijke onderwerp van zijn boek: de Raad voor de Journalistiek, en de vrijheid van informatie (d.i. meningen èn feiten). Immers: de Raad voor de Journalistiek beoor deelt gedragingen *an mensen die van hun grondwe;teIijke vrijheid anderen te informeren gebruik ma ken. Bovendien dient een betrouw bare, rijksgeschaHeerde pers de vrijheid van degeren die zich wil len informeren. Tenslotte wordt een raad voor de journalistiek soms afgeschilderd als een bedreiging van de informatievrijheid. Voldoende redenm om veel aan dacht aan de inDrmatievrijheid te besteden. En dat doet De Meij dan ook. In krap 70 tiadzijden geeft hij een boeiende beschrijving van de vrijheid van drucpers in Nederland en daarbuiten. R zal me beperken tot De Melj's tehandeling van de raad zelf. Na uitvoerige beschouwingen over raden voor de journalistiek in het buitenland en bij ons, komt De Meij tot de conclusie dat de Neder landse Raad moet blijven bestaan. Deze Raad bestaat momenteel uit twee leden journalisten, twee leden niet-journalisten en een voorzitter (Jurist), en is ingesteld door de Indertijd bestaande journalistenor ganisaties (nu: Nederlandse Vere niging van Journalisten, NVJ). Taak van de Raad is klachten over journalistieke gedragingen (ook van niet bij de vereniging aange slotenen) te behandelen en daaro ver een opiniërende uitspraak te doen. De Raad gaat daarbij na of een gedraging schadelijk is voor de waardigheid van de journalisten stand. waarbij de ongeschreven en geschreven journalistieke erecode in acht wordt genomen (art. 1 Reg lement). Straffen kunnen niet wor den opgelegd. Onvoldoende Belangrijkste argument van De Meij ten gunste van handhaving is dat de gewone rechter de burger onvoldoende bescherming kan bie den. De rechter is uitsluitend ge roepen na te gaan of in strijd met het recht (meestal: de wet) is ge handeld. De Raad daarentegen mag verder gaan en ook journalistieke gedragingen die niet onrechtmatig, maar wel anderszins onbetamelijk zijn veroordelen. Bovendien biedt de procedure voor de rechter nade den (kosten: formeel), die behande ling door de Raad niet kent. Ik steun het pleidooi van De Meij voor handhaving van de Raad. Voor sommigen is een morele veroorde ling van Journalistiek gedrag be langrijker dan een door een rechter op te leggen sanctie. Ook kan de Raad bijdragen tm het verder ont wikkelen van de Journalistieke ethiek, daarbij rekening houdend met de eisen van het journalistieke beroep en lettend op gerechtvaar digde belangen en behoeften van het publiek. Een aantasting van de persvrijheid kan ik er niet in zien: er zijn immers geen sancties, zoals schorsing of uitsluiting uit het be roep, mogelijk. Een wettelijk geregeld tuchtrecht zou daarentegen wel een aantasting van de Journalistieke vrijheid mee kunnen brengen. Mede om te voor komen dat door misbruik van de persvrijheid de wetgever zich ge noopt zou zien een dergelijke rege ling vast te stellen, is een goed functioneren van de Raad noodza kelijk. Terecht wijst De Meij op enkele gebreken. Aanvaardbare voorstellen tot verbetering zijn: verbreding van de basis van de Raad (naast de journalisten moe ten ook de uitgevers in de Raad vertegenwoordigd zijn); enige uit breiding van het werkterrein (om roep; conflicten betreffende redac tiestatuten); publikatie van de uit spraken op ruimer schaal bevorde ren e.d. De Meij sluit hierin aan bij het in 1972 verschenen rapport van een door de NVJ ingestelde com missie o.l.v. prof. dr. M. RooiJ. Criteria Tenslotte nog enkele opmerkingen over twee door De Meij Ingenomen standpunten. Allereerst over de door de Raad te hanteren toet singsnorm. De Commlssie-Rooij heeft voorgesteld te laten toetsen 'of de grenzen zijn overschreden van hetgeen, gelet op de eisen van de journalistieke verantwoordelijk heid, maatschappelijk aanvaardbaar is.' De Meij acht deze norm te onduidelijk het element van de maatschappelijke aanvaardbaarheid kan z.i. gemist worden, omdat de Deze maand en in augustus biedt de Tor Line elke zaterdag de mo gelijkheid voor een kort 'zeegat uitje' met de Tor Hollandia. De mini-mini-cruise, die 55 gulden kost (inclusief de reis van elk station in Nederland naar Am sterdam) begint 's middags om 12 uur in de hoofdstedelijke Suezha- ven ën duurt ongeveer zes uur. De reis bestaat uit een tocht door het Noordzeekanaal (schutten in sluizen van IJmuiden) en een paar uur spelevaren op zee. Behalve zonnen aan dek. kan men aan boord de sauna gebruiken, een dansje maken, een gokje wa gen in het casino, voor 16 gulden een Zweedse smörgasbord-maal- tijd laten serveren en belasting vrij 'rookwaren inslaan (de reisbu reaus geven meer Inlichtingen). Magneet brengt bejaarden reizen Het reisbureau De Magneet in Alkmaar gaat komend najaar spe ciale reizen voor mensen boven de zestig organiseren. De vakan ties (acht of vijftien dagen) on derscheiden zich van andere door de extra zorg, die aan de deelne mers wordt besteed. Zo staan er behalve een reisleider ook steeds een arts en een Nederlandse ver pleegster ter beschikking. En wat de reis zélf betreft: pro blemen met bagage hebben de bejaarden niet. Ze geven hun kof fers op Schiphol af en vinden die pas op hun hotelkamer terug Bestemmingen zijn het Garda- meer en Mallorca. Festival rond oude ambachten In het Noordlimburgse dorp Meij- el (tussen Eindhoven en Venlo) wordt op 12 en 13 juli weer het festival rond oude ambachten ge houden. Op het feest, dat vorig jaar 25.000 bezoekers trok, ziet men (tussen één uur 's middags en acht uur 's avonds) zo'n zeven tig beoefenaars van oude ambach ten op podia in actie, onder wie een fluitenmaker, een kaarsen- tonker, een Delftsblauwschilder. een mutsenmaakster en een doe delzakbouwer. Inlichtingen geeft de VVV MeiJel (tel. 04766-1868). Een dagje MeiJ el kan gecombineerd worden met een bezoek aan het vlak daarbij gelegen Peel-natuurreservaat van Staatsbosbeheer. Behalve wande len door een nog volledig ruig gebied kan men in het bezoekers centrum de Peel-expositie bekij ken. Voor wie het nog niet wist: er zijn niet minder dan 39 verbindingen over water tussen het continent en Groot-Brittannië en Ierland. In de nieuwe brochure 'Veerdiensten' van het Brits Toeristen Bureau en het Iers Nationaal Bureau voor Toerisme staan ze alle maal vermeld, mét de tarieven. Wie de oversteek wil wagen, doet er goed aan alle mogelijkheden eerst naast elkaar te leggen voordat wordt geboekt. Er zijn namelijk nogal wat verschil len. Erg voordelig spring de Olau-Iine (Vlissingen Sheerness) er uit: 25 gulden per persoon en 70 gulden voor de auto enkele reis. In verhouding goedkoop Is ook de hovercraft-dienst tussen Calais en Ramsgate (Hoverlloyd), als men althans mot meer dan twee personen gaat. Deze maatschappij rekent namelijk alleen de auto (189 gulden enkele reis)de inzittenden gaan gratis over. Advies aan hen, die op eigen gelegenheid met de auto naar Ierland willen: omdat de directe boot diensten tussen Le Havre en Rosslare en Rotterdam en Dublin nogal prijzig zijn kan men veel geld uitsparen door eerst naar Engeland te varen en dan verder te rijden naar Swansea of Fishguard. Vandaar maakt men dan binnen vier uur de oversteek naar Ierland (een enkele reis Fishguard Rosslare kost 32 gulden (auto 117 gulden). De brochure is gratis verkrijgbaar bij het Brits Toeristen Bureau in Amsterdam (Leidseplein 5) en bij het Iers bureau voor toerisme, eveneens in Amsterdam (Heiligeweg 14). Als u nou toch op de Veluwe met vakantie bent, dan is een bezoek aan de wildkansel in de bossen rond Ughelen en Hoenderloo, midden in het staats wildreservaat, wellicht een zinvolle tip. kans daarop wel groot. Omdat de kansel vlak bij de voederplaats ligt, verschijnen in de schemering meestal hele roedels herten en rotten wilde zwijnen. Bij voldoende deelname wordt verder op elke donderdagavond een rondwandeling onder leiding door het reservaat georganiseerd. De route is zes kilometer lang (twee uurtjes lopen). De kosten hiervan: twee kwartjes. Kaarten zijn verkrijgbaar bij de WV's in Apeldoorn, Beekbergen en Hoen derloo. Tot 18 oktober worden er evenals vorige Jaren vanuit Apeldoorn weer busexcursies onder leiding van een jachtopziener naar toe gehouden. Nieuw is dit Jaar. dat men dit ook Individueel kan doen. Dat wil zeg gen: men rijdt zelf naar de verza melplaats In de buurt van de wildkansel en voegt zich daar bij de groep. In alle gevallen geldt echter, dat men eerst bij de WV moet reserveren. Zij, die een busexcursie willen boeken, kunnen dat doen bij de VW-Apeldoorn. Individuelen kunnen daarnaast ook terecht bij de VW-kantoren in Beekbergen en Hoenderloo. Georganiseerd kost de excursie 6,50 (korting voor kinderen), individueel 2,50 (kinderen ƒ2). Hoewel geen garantie kan worden gegeven, dat men vanachter de glazen wand van de wildtoren in derdaad wild te zien krijgt, is de ■iretfi ^fobdorf 4 ^N^^^^Paffendorf ïfldingen/ oWrembt WEsch Berrei*^ t>t«in»tr«ss :h t tzweller door Dick Ringlever De Stichting Recreatie waarschuwt ervoor, dat de twee weken tussen 12 en 16 juli de drukste zullen worden van de hele vakantie. Niet alleen omdat dan de bouw- en nevenbedrijven vrijaf hebben, maar ook omdat (in de laatste week van die periode) veel vakantiegangers uit de Duit-se deelstaat Noord-Rijnland Westfalen in ons land zijn (de schoolvakanties beginnen daar dan). Behalve drukte binnen de grenzen zal dit ook betekenen, dat de wegen in met name Duitsland overvol zullen zijn. De ANWB adviseert daarom in de auto regelmatig de autoradio aan te zetten. Alle Duitse zenders geven vrijwel om het uur verkeersinformatie door. Op welke golflengte men daarvoor moet afstemmen staat aangegeven ojJ borden langs de weg. Wanneer zich opstoppingen voordoen worden tijdig alternatieve routes doorgegeven. Israël-reizen voor zwervers Behalve een breed scala van geor ganiseerde reizen biedt Israël nu ook de mogelijkheid voor een sportieve en goedkopere vakantie, speciaal voor hen, die niet aan een groep gebonden willen zijn en er geen bezwaar tegen hebben te overnachten op campings en in jeugdherbergen. Een tent en kam- peerspullen hoeft men daarvoor niet mee te nemen, want alles, inclusief bedden, staat klaar. De prijzen van de (tweeweekse) arrangementen variëren van 900 tot 1100 gulden. Dat is dan inclu sief de vliegreis, overnachting en ontbijt (bij Jeugdherbergen ook diner) en een algemeen busabon nement. De laagste prijs geldt voor jongeren tot en met 25 jaar en studenten tot en met 30 jaar. De rest van de arrangementen kent die beperking niet: Israëli sche Jeugdherbergen zijn voor alle leeftijden toegankelijk. De Nederlandse Vereniging van Sportvissersfederaties (NWS: met 400.000 leden) heeft een bijzonder informatieve kaart uitgegeven, waarop vrijwel alle bevisbare wa teren in ons land (ca 1750) zijn aangeduid. Daarnaast bevat de hengelkaart onder meer een aan duiding en korte omschrijving van 61 goede visstekken langs de kust, visplaatsen voor gehandicap ten. adressen voor het huren van bootjes. boekingsadressen voor het vissen op zee met grote sport- vissersboten en 15 kleurenafbeel dingen van de belangrijkste vis soorten. Geen rechtgeaarde visser kan dus eigenlijk zonder deze kaart (voor leden bij NWS in Amsterdam leden bij NWS in Amsterdam voor vier gulden te koop; rüet- leden betalen ƒ4,90). journalistieke verantwoordelijkheid toch in de eerste plaats een verant woordelijkheid ten opzichte van de maatschappij is. Twee kanttekenin gen. Elk niet Verder, b.v. in een co de, gespecificeerd toetsingscriteri um kan niet anders dan vaag zijn- Inhoud krijgt de norm vooral dankzij de concrete toepassing ('ju risprudentie). Ook De Meij's formu lering ('of de grenzen van de jour nalistieke verantwoordelijkheid zijn overschreden') is vaag. Nu kan vol gens De Meij een gedraging die niet in strijd is met de journalistie ke verantwoordelijkheid ook niet maatschappelijk onaanvaardbaar zijn. Als ieder het hiermee eens zou zijn, kon De Meij's formulering wellicht, worden aanvaard. Maar denkbaar is, dat sommigen een pu blikatie weliswaar niet in strijd achten met de journalistieke ver antwoordelijkheid, maar deze des ondanks maatschappelijk onaan vaardbaar vinden. Wil men ook dergelijke uitingen kunnen veroor delen (en ik meen dat dat mogelijk moet zijn) dan moet. juist ter voorkoming van misverstand, de norm zelf ondubbelzinnig daartoe machtigen. Wettelijke grondslag? Een volgend punt betreft het door prof. Enschedé (voorzitter van de Raad) gevoerde pleidooi voor een, zeer beknopte, wettelijke grondslag voor de Raad. De Meij heeft daar tegen bezwaren, vooral omdat daar mee de naleving van de persethiek een onderwerp van overheidszorg is geworden. Ik kan de bezwaren van De Meij gedeeltelijk wel onder schrijven. Echter: indien de pers zelf onvoldoende bijdraagt tot het goed functioneren van de Raad. kan het ogenblik aanbreken waarop een keuze gemaakt moet worden tussen uitbreiding van de repressie ve beperkingen van de persvrijheid en invoering van een wettelijk tuchtrecht enerzijds en anderzijds een regeling die zich beperkt tot de erkenning van de Raad en ver plicht tot medewerking aan de werkzaamheden ervan, In dat geval is alleen het laatste aanvaardbaar. Een aantasting van de persvrijheid behoeft een dergelijk regeling niet te zijn, al hoop ik dat we zo lang mogelijk voor een dergelijke rege ling gespaard mogen blijven. MIDDELHARNIS Vandaag draagt directeur J. Hof van de N.V. Brugverbinding Haringvliet de Haringvlietbrug over aan minister Westerterp en dat betekent een eind aan een heel merkwaardige historie in de Nederlandse bruggenbouw. Bijdrage De Meij heeft met dit proefschrift de literatuur over de perevrijheid verrijkt met een uitvoerig gedocu menteerd en helder geschreven werk, over een onderwerp dat niet tot iederds verbeelding zal spreken. In de omstreeks 1972 afgebroken en onlangs naar aanleiding van strub belingen tussen pers en overheid (gijzeling) hervatte discussie over dit onderwerp, zal het zonder twij fel een belangrijke rol spelen. En terecht. Het is een goed boek ge worden. Mr. P. J. Boukema, hoogleraar aan de Vrije Universiteit te Amsterdam bespreekt J. M. de Meij: De verant woordelijkheid van de pers. Een onderzoek naar de betekenis voor de journalistiek in het kader van de informatievrijheid; dissertatie rijksuniversiteit Utrecht 1975. Prof. - Zelf flOen Boukema is lid van de Raad voor de Journalistiek. Hij schreef deze bijdrage echter geheel voor eigen verantwoordelijkheid. 'De brug heeft indertijd eenenvijf tig en een half miljoen gekost', zegt de heer Hof, 'en nu heeft zij een boekwaarde van eenenveertig miljoen. Voor die prijs heeft het rijk de brug dan ook gekocht. Het rijk heeft er 'n goedkope brug aan, als Je naar de' prijzen van vandaag kijkt.' Dat koopje was mogelijk, omdat de automobilisten, die voor oktober 1973 van de brug gebruik maakten, door de betaalde tol hun bijdrage hebben geleverd. De heer Hof is, terecht, meer dan voldaan: 'Onze ideeën zijn heel aardig uitgekomen. Wij sluiten met een klein batig saldo.' Ruim vijftien jaar geleden was al duidelijk, hoe dringend noodzakelijk een verkeersbrug tus sen de Hoeksewaard en Goeree- Overflakkee over het Haringvliet was. Maar het rijk had geen geld en in de bekende situatie van be grotingen en prioriteiten zou die brug er voorlopig niet komen. In 1960 zei een aantal gemeenten op Goeree-Overflakkee: we doen 'tzelf maar. Opgericht werd de 'NV Goeree-Overflakkee en Hoekse waard'. die later, toen gemeenten op Schouwen ook mee wilden doen, de naam 'NV Brugverbinding Haring vliet' kreeg. Het kapitaal werd ver deeld over zeshondtrd aandelen, elk van duizend gulden, alle in handen van vier gemeenten op Goeree- Overfakkee en zes op Schouwen. 'Dat is niets', zei de heer Hof. 'als je daarmee een brug van meer dan vijftig miljoen moet gaan bou wen. Maar de NV heeft geld kunnen aantrekken, de brug kwam er en om al die miljoenen terug te verdienen werd van de passerende autorijders op de brug tol geheven. De zaak liep zo goed. dat die tol al op 1 oktober 1973 kon worden op geheven. Door het grote aantal tol- betalende autorijders kon de NV Brugverbinding Haringvliet toen al aan al haar verplichtingen voldoen. 'De overdracht van vandaag bete kent natuurljk nog niet het einde van onze NV', vertelt de heer Hof. 'Allerlei zaken moeten natuurlijk nog worden afgewikkeld. Ongeveer tegen de komende jaarwlsseing zijn we daarmee klaar en dan kun nen we onze NV met een gerust hart llkwideren.'

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 9