Motor-Hiswa:
veel primeurs
maar ook veel
hoge prijzen
Verplicht vaarbewijs is
noodzaak, vindt politie
7
y
Lil
d)
kus
Grapje voor liefhebbe
Opvoering 'Onjegin'
moet nog groeien
Voorkom
diefstal
KÉÉ1
sfétSfi
Van twee mille tot miljoen
Te grote verschillen tussen weg- en waterwetten
Wachten met
inlevering
van oud papier
Ballet uit Canada
Amadeus-Kwartet met
Radu Lupu (piano)
Orkesten niet eens
met CRM
Het Hof naar
Rooie Sien
Avondje Sinatra
En dan nog
TROUW/KWARTET DINSDAG 18 MAART 1975
BINNENLAND PS12-RI
Zes wereldprimeurs, zo'n 20 noviteiten voor Nederland en daar
naast het bijna volledige arsenaal motoren, roei-, vis- en op
blaasboten, accessoires en nautische apparatuur: dat alles wordt
gepresenteerd op het tweede deel van de Hiswa (van 18 tot en
met 23 maart in de Amsterdamse RAI) aan de watersporter,
die er met de motorboot op uit wil.
Behalve een fikse prijsverhoging
bij vooral de duurdere jachten
valt op deze expositie enerzijds
een tendens op naar 'mobiel com
fort in de vrije natuur' en ander
zijds naar meer geschiktheid voor
wat woeliger water.
Is veiligheid van de varens
gast een zaak van hoge orde,
ook de beveiliging van het
vaartuig verdient de aan
dacht. Elk jaar opnieuw stijgt
het aantal diefstallen van
schepen, uitrusting en inhoud
en (vooral) van motoren. Van
de laatste alleen al staan er
bij de politie nu 11.00 als ver
mist geregistreerd- Daarom
hier zes regels van de rijkspo
litie te water om die ontwik
keling te keren:
1. Ieder pleziervaartuig dient
een naam te voeren, welke
moet zijn aangebracht in dui
delijke leesbare letters, aan
weerszijden van het voor
schip, op een in het oog lo
pende plaats op vaste delen
van het vaartuig.
(Het voeren van een naam is
ook vao belang voor de mo
gelijke opsporing in verband
met dringende familie-om
standigheden: zorg dat uw fa
milie de naam, het type en de
kleuren van uw vaartuig
weet).
2. Ieder pleziervaartuig dient
aan de binnenzijde te zijn
voorzien van een niet gemak
kelijk te verwijderen plaat,
vermeldende de naam en het
adres van de eigenaar.
3. Vaartuigen welke zonder
toezicht gemeerd liggen: me
ren aan een ketting met slot,
zodat het eventueel wegne
men niet gemakkelijk wordt
gemaakt. Maak foto's van uw
vaartuig ten dienste van
eventuele opsporing.
4. Bij het verlaten van het
vaartuig dient men er op te
letten dat het verblijf goed is
afgesloten: kostbaarheden als
fototoestellen, geld, kijkers en
andere nautische instrumen
ten niet achterlaten. In ieder
geval goed opbergen.
5. Buitenboordmotoren moe
ten indien zij niet elders wor
den opgeborgen met een
deugdelijk slot aan de boot
zijn bevestigd.
6. Nummer, merk en overige
gegevens van de buitenboord
motoren noteren.
Hfe, -
Vr~ll§|fÉSiü
Het eerste komt tot uiting in de
binneninrichting. In veel gevallen
is die luxueuzer en ruimer uitge
voerd dan vroeger, want comfort
blijkt een belangrijke verkoops
factor te zijn geworden.
Het tweede blijkt uit het vergrote
aanbod van schepen uit Engeland
en de Scandinavische landen,
waar de watersport door de lig
ging van deze landen altijd al
meer op open water gericht is
geweest dan in Nederland (al
moet daarbij gezegd, dat ook de
Nederlandse jachtbouwer meer en
meer oog begint te krijgen voor
deze groeiende vraag).
Veel duurder
Dat die vraag naar meer luxe en
royalere afmetingen de prijzen
opnieuw zou opstuwen (en de
energiecrisis heeft daar ook een
flink steentje toe bijgedragen) lag
voor de hand. Vandaar ook het
advies van de Hiswa: 'Hoe oog
verblindend het produkt er ook
mag bijstaan, blijf altijd met bei
de benen op de grond staan als er
moet worden gekocht. Een adspi-
rant-koper dient zeer prijsbewust
te oordelen en zich bij aanmerke
lijke prijsverschillen tussen twee
op het eerste gezicht gelijkwaardi
ge boten terdege op de hoogte te
stellen van de reputatie van de
leverancier. De aanschaf van een
boot blijft tenslotte een investe
ring, waaraan men vele jaren
vastzit'.
Dat geldt niet alleen voor de aan
schafkosten. maar zeker ook voor
de exploitatie. Ervaren plezier-
vaarders gaan ervan uit, dat deze
kosten per jaar ongeveer 10 pro
cent van de koopsom uitmaken.
Voor een schip van 20 mille is dat
dus altijd nog 2000 gulden per
jaar (door zelf het onderhoud te
verzorgen kan men die post wat,
maar niet veel drukken).
Een belangrijk deel van deze kos
ten worden gevormd door het lig-
en bergingsgeld. Grofweg kunnen
deze worden gesteld op 15 tot 20
gulden per vierkante meter, wie
voor de aanschaf van een boot
staat doet er goed aan ook die
bijkomende posten in zijn over
wegingen te betrekken.
Motoren
Andere raad aan hen. die boot en
motor niet tegelijk kopen: Vraag
eerst uw dealer welk vermogen bij
uw boot past en zorg ervoor, dat
vorm en omvang van de schroef
overeenkomen met het door de
botenfabrikant opgegeven toeren
tal. Schaf voorts gelijk een buiten-
boordmotorenslot aan en sluit di
rect bij de koop een 'all-risk-
verzekering af (met het oog op
diefstal.
't Hangt er alleen niaar vanaf boe ruim de beurs is, want alles is er op
deze Hiswa: scheepjes van een paar mille, maar ook van meer dan een
miljoen.
Foto boven: de Neptun 32 motorsailer (nieuw voor Nederland), die
55.000 gulden kost, 9.60 meter lang is. 3 meter breed en uitgerust is met
een 54 pk diesel.
0 Foto midden: de Winga Mix 31 (ook nieuw voor Nederland), die
voor 90 mille geprijsd staat, maar daarvoor ook wel wat meer comfort
biedt.
0 Foto onder: Nederlands populairste motorkruiser, de Doerak, waar
van er inmiddels honderden in alle soorten en maten varen. In dit ge
val de Doerak 600 (27.000 gulden), de enige stalen motorboot in zijn
lengte (6 meter) en prijsklasse.
Het aantal pleziervaartuigen in Nederland is vorig jaar gestegen
tot 125.000: 59.000 zeilvaartuigen en 66.000 motorboten (waar
onder 21.000 snelle speedboten). Dat wil zeggen: bijna tweemaal
zoveel als in 1967. De vaderlandse wateren raken vol. Er zijn
zelfs al verscheidene plassen, waar uitbreiding van de vloot
ronduit niet meer gewenst is. Kan dat zomaar doorgaan? Moet
die watersport niet meer aan regels worden gebonden?
Vragen, die zich vooral de rijkspa-
litie te water stelt, de instantie
die er op toeziet, dat al die tien
duizenden schepen en bootjes in
het gareel blijven, net zoals de
verkeerspolitie dat met de auto's
op de weg doet. Maar er is wél
één groot verschil: die verkeers
politie heeft te maken met gedi
plomeerde weggebruikers, die zich
aan duidelijk gestelde regels die
nen te houden, de waterpolitie
met recreanten, leken vaak, die
nooit een opleiding hebben ge
volgd en zomaar lukraak de plas
sen en rivieren opgaan en zelfs
niet eens benul hebben van wat
ze wél en niet mogen of kunnen.
In Nederland k£n dat. want een
vaarbewijs is nog steeds niet no
dig en sancties op overtreding
van de regels zijn nauwelijks mo
gelijk.
Nieuwe wet
Wellicht, dat het op stapel staan
de ontwerp binnenschepenwet,
dat eind dit jaar klaar moet zijn,
meer lijn zal brengen In de huidi
ge chaos. In ieder geval zal dis
trictscommandant mr. A. P. Men-
sert Spaanderman van Westeuro
pa's drukste scheepvaartknoop
punt Dordrecht (1000 tot 1500
scheepvaartbewegingen per dag!)
dat van harte toejuichen. Een
wettelijk verplicht vaarbewijs en
een algemene maximumsnelheid
in de echte watersportgebieden
noemt hij een bittere noodzaak.
Daarnaast ook: betere mogelijk
heden tot sancties op overtredin
gen. In een van de jaarrapporten
constateert hij nog grote verschil
len tussen de wetgeving op de
weg en die op het water. Zo is
'dronken varen' een overtreding
en 'dronken rijden' een misdrijf.
Datzelfde geldt voor doorvaren en
doorrijden na een ongeluk. Joy
riding bestaat, joy-sailing niet. De
ernstigste verkeersovertreding te
water kan slechts met een maxi
mum-boete van 600 gulden wor
den bestraft, terwijl voor een ver
keersovertreding op de weg een
veel hogere boete, hechtenis én
ontzegging van de rijbevoegdheid
kan worden opgelegd (hoe zou
men overigens de vaarbevoegd-
heid kunnen ontnemen zolang
een vaarbewijs niet verplicht is?)
Chaotisch
De districtscommandant noemt de
huidige wetgeving te water volko
men onoverzichtelijk. Op de Ne
derlandse waterwegen zijn niet
minder dan drie verkeersregle
menten van toepassing: het Rijn-
vaartpolitiereglement (voor Rijn,
Waal en Lek), het vaarreglement
(voor de overige binnenwateren,
uitgezonderd de Westerschelde)
en het binnenaanvaringsregle-
ment (voor de Westerschelde).
Daarnaast zijn in talrijke bijzon
dere reglementen aanvullende en
beperkende bepalingen vastgelegd,
die voor bepaalde wateren gelden.
Die veelheid aan verschillende re
gels kan gemakkelijk tot juridi
sche puzzels aanleiding geven,
vindt hij, vooral in geval van een
aanvaring. Er er vinden heel wat
aanvaringen plaats: jaarlijks on
geveer duizend, waarbij in 10 pet.
van de gevallen een pleziervaar
tuig is betrokken"
Weliswaar hebben die lang niet
alle rampzalige gevolgen (gemid
deld zijn er in de pleziervaart
door aanvaring maar twee doden
per jaar te betreuren), maar de
schade is vrij groot. Daar komt
bij, dat de statistieken niet de
aantallen bijna-botsingen vermel
den. Dat dit een respectabel aan
tal moet zijn, bleek uit de
enquête, die de rijkspolitie te wa
ter in Zuidwest-Nederland hield.
Daar kwamen nogal wat klachten
van beroepsvaarders aan het
adres van de pleziervaarders uit.
De meeste daarvan hadden be
trekking op de vaak plotselinge
koersveranderingen van jachten
en het dikwijls te laat door de
wind gaan van zeilboten. Kortom:
de pleziervaarder zou te weinig
inzicht hebben tn de manoeu
vreerbaarheid van de beroepssche
pen.
Gebrek aan kennis
Argument voor de invoering van
een vaarbewijs noemt de politie
óók haar indruk, dat heel wat
verdrinkingsgevallen (zonder dat
daar een aanvaring aan vooraf
ging) zijn te wijten aan gebrek
aan kennis bij de pleziervaarder
(het overladen van een kleine
boot, het onderschatten van weers
omstandigheden, te weinig be
kendheid met de invloefl van
stromen, wind en getij werking).
De plannen van de overheid om
dat bewijs straks verplicht te
gaan stellen voor pleziervaartui
gen met meer dan 15m3 waterver
plaatsing en voor boten, die snel
ler dan 20 km kunnen varen.
AMSTERDAM
door Dick Ringlever
noemt zij te beperkt om een op
lossing te bereiken. Naast
vaarbewijs voor bepaalde categc
rieën schepen wil zij ook een vaar
bewijs voor bepaalde wateren, w
zien niet in', aldus de he<
Spaanderman, 'dat het varen m<
een zeilbootje op een druk bev;
ren loodsmans vaarwater als
Westerschelde niet gebonden zo
zijn aan het bezit van een vaai
bewijs en het varen met een m<
torbootje op de Reeuwijkse pla;
sen wél'.
Andere mogelijkheden ziet hij
het scheiden van beroeps- en pl<
ziervaart door het aangeven va
alternatieve routes voor de recr
atievaart.
Grapje voor de liefhebber: de sunrider-hovercraft, die met een snelhe
van 50 km per uur overal overheen gaat, over ondiep water, wadde
modderbanben en zelfs over sneeuw en ijs. Deze hovercraft voor priv
doeleinden is nog geen vier meter lang, twee meter breed en kost
mille. De actieradius bedraagt 120 km.
DEN HAAG Het papier- en
kartonverbruik in Nederland
is vorig jaar ten opzichte van
1973 met 4 pet. gestegen tot
ruim 2 min ton, waarvan
967.000 ton (47 pet) weer
werd verwerkt tot nieuw pa
pier en karton (het z.g.
kringloopproces), of wel 5 pet
meer dan in 1973, zo heeft de
Vereniging Fabrieksleveran-
ciers Oudpapier bekendge
maakt.
Ten aanzien van de prijzen
voor oudpapier was 1974 een
recordjaar. In de laatste
maanden van 1974 verslech
terde de economische situatie
waardoor de afzet van papier
en karton verminderde. Als
gevolg hiervan nam de vraag
naar oudpapier en -karton af.
Omdat, zowel de papierfabri
kanten als de oudpapierhan-
dcl zolang mogelijk oudpapier
hebben ingekocht, ls de op
slagcapaciteit thans volledig
bezet.
Dit betekent dat tijdelijk
minder oudpapier van het pu
bliek kan worden afgenomen
en dc prijs tot een minimum
is gedaald. Door de stagnatie
in de afzet zijn een aantal
oudpapierbedrijven in gevaar
gekomen, aldus de Vereniging.
Om op iets langere termijn
niet met een tekort aan oud-
papier te worden geconfron
teerd bij een opleving van de
conjunctuur, raadt de Vereni
ging scholen en verenigingen
aan. voor zover deze over vol
doende opslagruimte beschik
ken. het oudpapier te blijven
inzamelen, maar te wachten
met de inlevering. 'Bij een
toeneming van de vraag naar
oudpapier wordt de op-
brengstprijs beter', zo merkt
de Vereniging op.
ffTlT
p
SCHEVENINGEN De Nederlandse Operastichting heeft het
aangedurfd om de opera Jevgeny Onjegin van Tsjaikowski op de
planken te zetten, in het Russisch nog wel. Het Haagse publiek
beloonde deze durf met een weinig overweldigende opkomst. Het
Circustheater waar deze opera in première ging, vertoonde nogal
wat lege plaatsen. Men kan dat op de volgende data alsnog goed
maken: 19, 23, 28 maart en 1 april A'dam, 25 maart Rotterdam en
3 april Utrecht. Toch wel aanbevelenswaard, alleen al vanwege
het feit dat men Onjegin niet dikwijls kan ontmoeten.
Tsjaikowski baseerde zijn opera op
Poesjkins gedicht, dat wil zeggen
dat hij daaruit een keuze maakte.
Hij is er daarbij in geslaagd een
aantal lyrische scènes zodanig sa
men te voegen dat een dramatisch
geheel ontstond. Dat drama heeft
hem geïnspireerd tot romantische
muziek waarin hartstocht, haat,
liefde en jaloezie de pijlers zijn
waarop met melodieuze rijkdom is
gebouwd. De première droeg alleen
kenmerken van een eerste voorstel
ling, waarin de laatste acte veel
meer kon overtuigen dan de eerste.
Trouwens, met het toenemen van
het aantal voorstellingen zal wel
licht ook de kwaliteit toenemen en
wil deze opvoering het predikaat
'geslaagd' kunnen dragen, dan zal
er nog wel een en ander moeten
gebeuren.
De presentatie was ongelijk van
niveau, spannende momenten wer
den afgewisseld door nietszeggende
passages. Zelfs in de aria's kon
men hoogte- en dieptepunten be
luisteren: daaraan ontkwam geen
der solisten.
De leiding van deze voorstelling
Het Nationale Ballet van Canada
komt op 15 april in Den Haags
Congresgebouw met Coppelia. cho
reograaf Erik Bruhn, op 17 april in
Eindhovens Stadsschouwburg met
Giseile, choreografie Peter Wright,,
en dan in Amsterdams Stads
schouwburg ook met Giselle (18 en
20 april) en met Don Juan, choreo
grafie John Neumeier en Ketten-
tanz van Gerald Arpino.
vertrouwde men toe aan Kazimierz
Kord, die dirigent was van de opera
te Krakow en van het symfonieor
kest van de Poolse radio. Hij werd
in 1973 door de Duitse muziekpers
uitgeroepen tot dirigent van het
jaar en dirigeerde o.a. de opera
Schoppenvrouw van Tsjaikowski bij
de Metropolitan Opera waar hij ook
in de loop van dit seizoen enkele
opera's gaat instuderen. Zijn visie
op Onjegin gaf blijk van een dui
delijke vertrouwdheid met de mate
rie. van een inleven in situaties.
Hij wist daarbij het Utrechts
Sympfonie Orkest over het alge
meen tot redelijke prestaties te
brengen en ook in staat te zijn de
muziek op het podium te laten
opbloeien. Doch bij dat alles slaag
de hij er niet in, zoals reeds gezegd,
bij voortduring de aandacht vast te
houden.
ZWAK BEZET
Geen der vocale prestaties was in
drukwekkend. al was er aan de
andere kant ook niemand werkelijk
beneden de maat. Dat de rol van
Satjana in de persoon van Eliza
beth Tippett zwak bezel was
zwak ook in de zin van volume
valt wel te betreuren. Reni Penko-
va als Olga had wat dat betreft
meer te bieden, al bleef de presen
tatie wel aan de oppervlakte. Lenus
Carlson in de titelrol had duidelijk
moeite in de huid van Onjegin te
kruipen, maar vocaal was hij in
staat te boeien. Ljensky werd ge
bracht door Emil Gberman en hij
wist in feite nog bet meest de
Russische karakteristiek te benade
ren. Vorst Gremin, die pas in het
zesde tafereel aan het woord komt,
werd op vorstelijke wijze vertolkt
door Matti Salminen, die daarmee
veel indruk maakte. Enkele kleine
re partijen werden gepresenteerd
door Sophia van Santé, Enid Hartle
en Simon van der Geest.
De componist van de balletten De
Notenkraker en Het Zwanenmeer
ruimde vanzelfsprekend ook in deze
opera veel plaats in voor ballet en
folklore. Voortreffelijk neergezet
door leden van het Nationale Ballet
en het Folkloristisch Danstheater.
Een compliment voor de leden van
het Operakoor, die zich letterlijk en
figuurlijk in het Russiche pak
moesten steken en dat met veel
overtuiging. Figuren op de achter
grond waren: Michael Geliot die
voor een sfeervolle regie tekende,
Heinrich Wendel die in de decors
zijn liefde voor bomen niet onder
stoelen of banken stak, doch die
met het rondj, schuin oplopende
podium veel effect wist te bereiken
en Jan Skalicky die door middel
van de costuums de sfeer opriep
van Sint Petersburg in het begin
van de 19de eeuw.
Adr. Ilager
AMSTERDAM Eigenlijk is het moeilijk te verwezenlijken: een
strijkkwartet in de Grote Zaal. De verhoudingen liggen zo geheel
anders voor de vier instrumenten. Het vreemde daarvan is, dat
een solo-viool er wèl goed klinkt. Maar het strijkkwartet is een
uitgesproken kamer- ensemble
Hoe dan ook, de leden van het
Amadeus-kwartet - Norbert Brai-
nin, Sigmund Nissel, Peter Schild-
lof en Martin Lovett konden
zich langzamerhand aan de grote
ruimte aanpassen, al dreigde het
bij het kwintet van Schumann,
waar de pianist Radu Lupu zich bij
hen voegde, eerst scheef te gaan:
doch dadelijk daarop werd een veel
gaver klank hoorbaar.
Het programma zondagavond in de
Grote Zaal bestond uit de Beetho
ven-kwartetten in c (op. 18, nr. 4)
en in e (op. 59, nr. 2) plus daartus
senin Schumann's Pianokwintet in
Es (op. 44). In de melodieuze en
emotionele muziek van Beethoven,
die vol onuitgesproken 'bedoelin
gen' gepakt was, klonken de pp-
fluisteren naar de achterkant van
de zaal nauwelijks door. In de ster-
Het Contactorgaan van Nederland
se orkesten stemt wel in met de
doelstelling van minister van
Doorn van CRM, maar niet met
zijn voorstel om dat te verwezenlij
ken met de 'vergroting van de
schaal van de organisatiestructuur'
Grotere horizontale structuren zul
len bijdragen tot, artistiek schade
lijke, nivellering. De orkesten zou
den hun identiteit verliezen voor de
gemeenschap waaruit zij zijn ont
staan. De beoogde sociale spreiding
wordt, volgens het~ Contactorgaan,
eerder bereikt door samenwerking
van orkest, conservatorium, mu
ziekscholen. instellingen voor
kunstzinnige vorm, en de amateurs.
Centralisatie is niet te verenigen
met het democratiseren. De grote
bezwaren tegen de huidige vorm
van subsidiëren zouden door
schaalvergroting niet worden ver
kleind. aldus het Contactorgaan.
kere dynamische gradaties was er
een bijzonder fraaie en goed genu
anceerde klank waar te nemen in
éen gevoelig ensemble-spel. De
snelle delen gingen vlot van de
hand. de allegro's en de presto's
speels, met pittige syncopen en in
de hoekdelen een lichtgekleurde
virtuositeit.
Het Schumann-kwintet blonk uit
door fraaie contrastwerking, in een
frisse musiceer-lust, soms als een
boeiende 'vertelling' met een poëti
sche voordracht, waarin de piano
een voornaam aandeel had in de
klankvorming.
Koningin Juliana prins Bernhard
en prinses Beatrix gaan op dinsdag
25 maart naar Rooie Sien, de Ne
derlandse speelfilm die dan in Am
sterdams City-theater in première
gaat. De baten van die avond zijn
voor het Nationaal Jeugdfonds.
Doordat' Lou van Rees driei
wilde neertellen, heeft Frank I
tra zich verwaardigd een avq
met zijn eigen orkest, naar Aa
dam te komen, in zijn eigen sj
vliegtuig. Wie hem dan, op 2
wil meemaken zal van vijfti
tweehonderdvijftig gulden m
betalen. Er volgt dan nog
nachtfeest in Hilton, met he|
kest van Syd Lawrence, maa
kost dan weer een entre1
apart.
In het Frans Hals-mu
Haarlem, is een tentoonst
Goudleerbehangsels, met het
80.000 gulden gerestaureerde
goudleerbehang.
In Amsterdams Engelenba
men op 26 maart zes verb:
Zuid-Afrikaanse schrijvers
verbonden met de bevrijdings
ging, het Africal National Co
liederen en teksten voordrage
het Engels.
Eindhovens Abbe-museum
van 15 mei tot 30 juni een
toonstelling Nederland Niem
land, waar met opjecten, film1
a's, geluid duidelijk gemaakt
dat Nederland van iedereen
het om het milieu gaat.
Op Haarlems Jazzfestival,
dag 22 maart in het Concertge
zal Ruud Brink in twaalf uur'
derdtwintig Nederlandse jazz-
ci presenteren, die oude stijl,
land, blues en modern jazz spi
(ADVERTENTIE)
Dertigduizend dagen
Dertigduizend Dagen heet de ten
toonstelling over het Nederlandse
cabaret die op 22 maart geopend
zal worden in het Zeister Slot door
Wim lbo, Fie Carelsen en Robert
Long. en zal duren tot 16 juni. Er
komen zo'n vierhonderd vergrote
foto's, diaklankbeelden van Kan,
Sonneveld, Annie Schmidt, opna
men van Louis Davids, Fien de la
Mar, Koos Speenhof, koptelefoons
waardoor cabaretiers te horen zijn,
van Aristide Bruant af tot aan Ro
bert Long. De zalen zullen in stijl
zijn ingericht en er komt een nage
bouwde Chat Noir.
l\ Als lippen schraal zijn,
trekken, pijn doen, zijn zeè
toe aan Labello, de stick dir|j
verzacht en beschermt, gA
Zomer&winter.