DIGITALE TEGELS Weekend-puzzel Van kale grond tot gesloten plantedek Omsingeling van dubieuze voorpost Wordt er nog wel schaak gespeeld? Niet piekeren maar puzzelen (572e opgave) bloem en plant dammen schaken TROUW KWARTET ZATERDAG 1 FEBRUARI 1975 BINNENLAND T19-K19 Er zijn veel problemen op het gebied van tegels van allerlei vorm en allerlei kleuren. Ook zijn er veel vraagstukken waar bij getallen in een vierkant moe ten worden geplaatst. De heer J. J. M. Verbakei te Apeldoorn heeft een combinatie van deze beide vormen ontworpen, als nummer vier van de twintigste i lezersserie, bijgestaan door en kele puzzelaars. De tegels zijn vierkant en door de beide diagonalen in vier 'kwartjes' verdeeld. Indien het onderste kwartje zwart is heeft dit de waar-, de 1; het zwarte rechterkwartje telt voor 2, het zwarte linkerkwartje voor 4 en het bovenste kwartje voor 8. De tegel 11 (in de figuur op de onderste rij, tweede van rechts) telt drie zwarte kwartjes ter waar de van, 1, 2 en 8 (11 samen). De zestien tegels dragen de getallen nul tot en met 15. Deze tegels worden als volgt opge steld: 1) de getallen moeten rechtop staan, dus in de stand van de figuur (geen kwartslag of halve slag draaien!); 2) de zestien tegels staan in vier rijen van vier in een vierkant van vier bij vier dus, als in de figuur: 3) twee belendende tegels liggen zwart tegen zwart, dan wel wit tegen wit, als in de figuur; 4) op de wijze van regel 3 passen de kwartjes van de randen even eens aan elkaar (in de figuur heeft tegel 13 links een zwart kwartje en dat past tegen het rech ter-zwarte kwartje van tegel 7: evenzo het witte bovenkwartje van tegel 3 te gen het ondersta witte kwartje van tegel 8, enz). K. BHEH De lieer J. J. M. Verbakei als püz- zeliek tegelzetter Onder de genoemde voorwaarden worden u de volgende problemen voorgelegd Probleem 1: De diagonaal van links boven naar rechts onder dient in die volgorde de tegels 1, 9, 7, 4 te bevatten (in de figüur staan op die diagonaal de tegels, 1, 9, 5, 6). Probleem 2: Ter gelegenheid van de jaarwisseling de tegels op die diagonaal in de volgorde '1, 9, 7, 5 plaatsen. Probleem 3: Als systematicus vraagt de auteur op die diagonaal de tegels in de volgorde 0, 1, 2, 3 te plaatsen. Probleem 4: In het binnenste vier kant (in de figuur staan daarin de tegels 9, 2, 15, 5) dienen de tegels in enigerlei volgorde te worden ge plaatst, die de cijfers van één der jaren 1970 tot en met 1979 dragen (dit laatste jaar is uiteraard onmo gelijk omdat er slechts één tegel '9' is). Probleem 5: De. som van elk viertal tegels in horizontale en vertikale richting dient gelijk te zijn. Probleem 6: Als probleem 5 doch nu moet die som óók gelijk zijn aan de som van elk der diagonalen, een 'magisch kwadraat' dus. Natuurlijk zijn er nog tal van pro blemen te bedenken, waarin óf be paalde figuren (bijvoorbeeld uit sluitend wit langs de randen) óf bepaalde verdelingen van wit of zwart verkregen moeten worden. Maar ook met het principe van deze opgave (figüur èn getallen voldoen beiden aan bepaalde voor waarden) zijn nog tal van opgaven mogelijk: bepaalde opstelling der kwadratische getallen (0, 1, 4, 9) of der priemgetalleri (2, 3, 5, 7, 11, 13, en eventueel 1). En ik vermoed, dat onze inventieve lezers nog tal van nieuwigheden op dit gebied zullen voorstellen of ontdekken. Een voorbeeld van het leggen der tegels volgens de voorwaar den Verder zou men zeshoekige tegels met de getallen nul tot en met 63 kunnen ontwerpen, enz. ertg. enz. Om van 'ruimte-tegels' maar niet te spreken. Voor elk der problemen worden maximaal drie punten uitgeloofd. Deze punten zijn bestemd voor on ze doorlopende ladderwedstrijd, waaraan iedereen, ook niet-abon- nees, op elk gewenst ogenblik kan gaan deelnemen, bijvoorbeeld nu! Deze punten worden op uw per soonlijke kaart genoteerd. Bij elke ingezonden oplossing stijgt uw puntentotaal totdat het ogenblik komt, dat geen der andere ladder- beklimmers een hogeir totaal heeft dan u, in welk geval u de ladder- prijs wint en weer met nul punten onderaan start. De oplossingen dienen uiterlijk 1 maart, in het bezit te czijn van mr. G. van Vorden, postbus 58, Eerbeek. Op briefkaart of briefomslag moet 'Niet Piekeren maar Puzzelen' staan, terwijl ln uw schrijven uw volledige naam (dus niet v.d. maar van de of van der; alle voorletters; familienaam van de gehuwde vrouw) en volledig adres in bloklet- ters dienen te zijn geschreven of getikt. Ook als u lange tijd niet heeft i ngezonden blijven uw pun ten geldig. Het is dan wel zaak, eventuele naams- en/of adresver anderingen uitdrukkelijk te vermel den. Niet slechts uw oplossingen maar ook uw opmerkingen (van vleiende of gispende aard), uw eigen be denksels, enz. zijn hartelijk wel kom. Vragen wil ik gaarne beant woorden, mits u het dure zegeltje van 45 cent (ongebruikt) insluit. Alle tegelsucces toegewenst! mr. G. van Vorden Horizontaal: 1. dapper, 4. tussen ruimte, 7, gewricht, 9. dreef, 10. lusthof. 12. naturlijk waterbekken. 13. keur, 14. schoorsteenzwart, 15. spelleiding, 18. bedrag, 20. inhouds maat, 23. vlinder, 25. gegraven wa terweg, 26. gelogen kwaad, 27. ver- zekeringsbrlef, 29. afgeknotte boomstam, 31. landtong, 32. gil, 37. toespraak, 39. turkse tiel, 40. grond soort, 41. plaats in Zeeland. 42. plaats in Rusland, 43. ontelbaar, 44. onlangs, 45. schaaldier. Verticaal: 1. leed. 2. akelig, 3. spaans paard, 4. gevolg, 5. bloed huis, 6. bosvogel, 8 eiloof, 9. onge vuld, 11. vrucht, 16. hoekbalkon, 17. invorderen, 18. ontvangkamer, 19. witte suiker, 21. tussen, 22. plaats 1 ln N.Br. 23. hoofddeksel, 24. tussen- zetsel, 28. onderrichting, 29. soort duif, 30. regel, 33. insek ten etend' zoogdier, 34. - bedehuis, 35. kweek, 36. geurigheid, 38. verharde huid, 40. leeg. Oplossingen t.e.m. woensdag a.s. per briefkaart zenden aan Trouw/Kwartet, postbus 859, Am sterdam. Linksboven vermelden: Weekendpuzzel. Oplossing van vorige week: Hor:. 1. roes. 5. malie, 9. roet, 12. lias, 14. rek, 15. sire. 17. kree, 19. stee, 21. al, 23. artistiek, 26. me, 27. kei, 28. nee, 29. eed, 30. eg, 31. leed, 33. tent, 36. de, 37. tele, 39. roest, 41. egel, 43. eren, 44. amie, 45. slee, 47. staag, 50. naar, 53. Aa, 54. nota, 56. nest. 58. de, 59. tak, 60. lei, 62. neg, 63. en, 64. antinomie, 68. re, 69. ever, 70. ieme, 72. spet, 73. Dee, 75.. roem, 77. sier, 78. polis, 79. eker. Vert.: 2. o.l. 3. eik, 4. Sara, 6. ar, 7. Lesse, 8. ik, 9. riek, 10. ore, 11. Ee, 13. serre, 15. steen, 16. raket, 18. et, 19. si, 20. pedel, 22. lege, 24. indo, 25. tets. 26. mede, 31. leren, 32. ernst, 34. etage, 35. teint, 38. lee, 40. era, 42. Gea, 45. Sater, 46. laan, 48. tali, 49. Anio, 51. ader, 52. regel, 55. onnet, 57. stier, 61. enkel, 64. aver, 65. tr. 66. mi, 67. emoe, 69. Epe, 71. eek, 72. si, 73. D.O. 74. ei, 76. me. Prijswinnaars: I. E. Bouwman, Po mona 488, Wagcningen; B. van Holst, Zwartvenseweg 46, Tilburg: A. van Verkerk, Kostvèrlorenkade 3. Gelder- inalsen. Nagelkruid, dagkoekoeksbloem, roberts- en speenkruid waren de allereerste planten in mijn 'boerenbosje' Natuurlijk waren die paar soorten op geen stuk ken na voldoende; de tuin zou zo wel erg eentonig worden. Daarom werd het bosje verrijkt met maagdenpalm, gevlekte en gele dovenetel, lelietjes van da len en klimop allemaal van de kweker, maar toch echt wil de planten! uitlopend in groepen in het open gedeelte. Vlak tegen de huismuur kwant nog meer klimop, met de bedoe ling het tegen de stenen te laten opklauteren, wat tot nu toe maar matig lukte: een enkele stengel heeft" zich omhoog gewerkt, de andere gedragen zich als kruipers over de bodem. Tegen de muur kregen ook eikvaren en epimedi- um een plek. Die houden van schaduw en droogte en aan de yoet van een muur is de aarde meestal minder vochtig dan de rest van de tuin. omdat die 'in de regenschaduw' ligt. Het open deel werd verder beplant met lievevrouwebedstro en longenkruid (ook van de kweker), het nu beschermende akkerklokje, witte klaverzuring, heelkruid, beemdooievaarsbek, veelbloemige salomonszegel en voorjaarszon nebloem (gekregen van zelf in wilde flora geïnteresseerde vrien den). Wel "eel soorten, maar wei nig planten, die met een tussen ruimte van anderhalve decimeter werden uitgezet. Heksenkruid zaai de ik onder de hazelaar, sintjans- kruid langs het trottoir, want die plant wordt nogal hoog en ls een liefhebbei; van zon, die hij daar in de zomer langdurig krijgt. Op de bpen plekken tussen de planten werd zaad van vingerhoedskruid gestrooid, zomaar lukraak. In voorjaar planten Dat was allemaal tamelijk vroeg in het jaar, in maart. Om de planten zo snel mogelijk te laten uitstoelen, werden ze kort afge knipt. De-open plekken waren de eerste tijd een doorn in mijn oog. (U kent zo langzamerhand mijn door henk van halm afkeer van kale aarde!). Straat gras en perzikkruid, akkerdistel, scherpe boterbloem en kweek pro beerden in vlot tempo het verlo ren terrein te heroveren. Als bo dembedekkers waren ze niet wel kom, want eenmaal gevestigd zijn ze moeilijk uit te roeien. Als ze nu opschieten, is dat niet meer zo erg: de bosplanten zijn in de voorbije jaren zo gaan over heersen dat de notoire onkruiden weinig kansen meer hebben en zelden tot bloeien komen. Bij de niet uitgenodigde kiemers waren echter ook pldnten die ik rustig liet staan en die nu gewaardeerde blijvers geworden zijn. Zo ver scheen al gauw het hondsdraf met ertussen smalbladwikke, die wel een allengs groter geworden plek innemen, maar niet onverdraag zaam tegenover andere planten zijn. Ertussen kwamen kort erna liggende vetmuur en moerasstro, allebei plantjes met in de zomer maanden een overvloed van witte priegelbloemen. Vetmuur en wal- stro verspreidden zich over alle open plekken, gelijke tred hou dend met de groei van mossen die in dat eerste jaar dj aarde snel in bezit namen. Tegen de herfst wa ren de nog open stukken tussen al flink uitdijende planten bedekt met een vacht van donkergroen mos. bespikkeld met lichtgroene kiemplantjes van vingerhoeds kruid. Behalve het vermaledijde straatgras en kweek kwam ook op verscheidene plekken een mooie grassoort op met heel smal don kergroen blad en groeiend in pol len: schapegras, dat tot nu toe mijn tuin siert. Jaar na de aanleg In het mostapijt pootte ik bolle tjes uit: het gele uitje Allium moly, wilde hyacintjes (Endymion non-scripta). gele narcissen, zo merklokje en in een hoekje gele bolirissen, allemaal in groepjes, soort bij soort. Het volgende voorjaar waren de mosveldjes prachtig purper door de rijpe sporenkapsels van het purpersteeltje, hier en daar geel groen door de dikke gekromde kapsels van het peermos. Het zag er erg mooi uit, maar toen in de loop van de zomer de bosplanten sterk begonnen te groeien, ver dween de mosvegetatie geleidelijk. Er komen/wel nog steeds mossen in de tuip voor, maar alleen in kleine polletjes: muurmos langs het tegelpad, steenlevermos, pluis draadmos kruipend tussen lage vegetatie, hier en daar nog pur persteeltje. Vetmuur, walstro en witte klaverzuring bezetten de opën plekken ten koste van het mos en er was een groei-explosie van heksenkruid dat de helft van de tuin overwoekerde en veel planten aanhet gezicht onttrok. Ik heb het heksenkruid laten be gaan. maar, wel veel gras tegen het einde van de zomer verwijderd. Bij de uitgeverij Bruna zijn twee aardige kinderboekjes verschenen. Het Vlinderbal en het Sprihkha- «nenfeest door Alan Aldridge en Al- lumette door Tomi Ungerer. Dat laatste boekje gaat over een meisje dat van armoede lucifers verkocht, een soort modern - meisje met de zwavelstokjes. Maar anders dan bij Andersen vriest het meisje met de lucifers niet dood. Als het moment gekomen lijkt om de laatste adem uit te blazen, belandt het meisje met de lucifers ineens in een ge- saeculariseerde hemel, die bestaat uit taart en technische wonderen. Alle denkbare rijkdommen verle vendigen het nieuwe leven van Al lumette, \mclusief klodders aardbei enjam, marmelade en een levens grote teddybeer. Maar Allumette houdt dat alles niet stil voor zich zelf; ze deelt alles met de ver minkten, kreupelen en hongerigen. Tenslotte staat. Allumette aan het hoofd van een enorme rode kruis- achtige organisatie en zetelt ze ln een echt kantoor. Het Vlinderbal is een boek van heel andere orde. Het boek heeft acht entwintig fantastische kleurenpla ten van Alan Aldrige. De platen worden achterin het boek nog eens op grote-mensen-manier toegelicht. Naast de platen staan gedichtjes, waarvoor de vertalers Ef Leonard en Frans Doove een compliment verdienen. Het vertalen van proza is lastig, maar kinderrijmpjes in goed Nederlads vertalen is reuzelas- tlg. Het Vlinderbal kost 15,- en Allu mette 14,50. 'Martiaanse tijdverschuiving' door Philip K. Dick. Uitg. Meulenhoff te Amsterdam. 243 blz. Prijs 7,90. Centraal in dit verhaal staat het vermogen van eeri schizofrene jon- gen om in de toekomst te kunnen kijken. Ook blijkt hij te kunnen comminiceren met de onderdrukte, autochtone bevolking van Mars. Het warrige verhaal, dat Dlck om deze gegevens heen heeft gebouwd is bepaald niet zijn sterkste. Nog een keer wil ik terugkomen op het Suikertoernooi en wel op mijn eigen partij uiit de laatste ronde tegen de jonge Senegalees Bassirou Ba. Deze partij is interessant, om dat de Senegalees een dubieuze voorpost neemt, die niet direct aan te vallen is. maar omsingeld moet worden. Dat Bassirou Ba de partij niet geheel correct gespeeld heeft, was voor mij een meevaller. Wit: Drost Zwart: Bassirou Ba. 1. 3127. Ik koos bewust voor deze opening om het spel in klassieke banen te dringen. Meestal lukt dat wel na deze Poolse opening. Waar om klassiek? omdat de Senegalees veertien dagen lang had beweerd, dat de Nederlanders alleen in onre gelmatig spel in hun element zijn en' de klassieken niet kennen en begrijpen. 1. 17—21 2. 37—31 21—26 3. 41—37 20—25 4. 33—28 14—20 5. 39—33 10—14 6. 44—39 5—10 7. 5044 2024. Tot zover deze oude en bekende opening. In 1969 speel de ik haar al tegen Sjitkin in de interland Nederland-Rusland en in 1965 tegen Harm Wiersma om het jeugdkampioenschap van Friesland. Tegen Wiersma zette ik toen voort met het plausibele 8, 2722. Nu kies ik evenals tegen Sjitkin (heb ik trouwens verloren) voor 8. 3429 19—23 9. 28x30 25x23 10. 35—30 15—20 11. 30—25 20—24 12 3328 2429. Een zet met ver gaande gevolgen die nu nog niet zijn te overzien. Logisch is 12. 1319 met klassiek spel. Dit is beter dan 12. 1419, omdat wit dan zijn lange vleugel kan ontwik kelen met 13. 38—33 gevolgd door 14. 42—38, want op 13. 12—17 volgt 14. 2722 gevolgd door 39— 34. Na 12. 13—19 13. 38—33 12—17 14. 25—20!? 14x25 (gedw.) 15. 27— 22 18*29 16. 39—34 23x41 17. 34x5 26x37 18. 42x31 7—12 19. 46x37 9— 13 20. 5—32 (gedw.) 13—18 (dreigt 1621) 21. 325 1722 gaat zwart winnen. Het is dus duidelijk dat 12. 1319 het alternatief is. De Senegalees heeft echter de aanval verkozen. 13. 28x19 14x23 14. 4741 (Wil via veld 22 tot tegenactie overgaan). 10—14 15. 40—35 4—10 16. 27—22 13x27 17. 31x22 12—18 18. 32—27 712 19. 3933 zie diagram. Door deze actie "wordt zwarts lange vleugel wel erg zwak gemaakt maar dit is niet katastrofaal. Dat is wel de opbouw die zwart daarna kiest door zijn enige steurischijf op 3 naar 19 te dirigeren. De clou is dat nu 19. 2328 20. 33x24 28x17 verliest door 21. 2520 14x25 22. 24—19 13x24 23. 27—21 16x27 24. 37—31 26x37 25. 42x15. Ook 1,9. 12—17 20. 33x24 17x28 gaat niet vanwege 21. 3731 26x37 22. 42x31 met de dreiging 27—21 terwijl op 22. 28—32 24—2015 volgt. 19. 10—15 20. 33x24 14—20 21. 25x14 9x29 22. 37—31 26x37 23. 42x31 3—9 24. 43—39 (Wil een schijf extra voor de aanval). 914? 25. 48—43 14—19? M.i. de twee grote fouten. Aangewezen was 24. 11—17 25 22x11 6x17 om ge bruik te maken van het open veld 43. b.v. 26. 48—43. 13—19 en het grootste gevaar is voorlopig gewe ken. Wel moet zwart uitkijken voor omsingelingsacties, maar schijf 9. kan dan van groot belang zijn. 26. 41—37 11—17 27. 22x11 6x17 28. 4641 17 (ook niet al te sterk), beter is direct 17-^22). 29. 44—40 1520. Zie diagram II. O O *rS' q V. O O' O O O Knikkende vogelmelk Dat jaar plantte ik er een reuzen- bereklauw, knollen van de gevlek te aronskelk, bollen van sneeuw klokje en voorjaarscrocus. mot- tenkruid, pijpbloem, vrouwenman tel en puntwederik bij en kon ik nieuwe gasten verwelkomen: gro te teunisbloemen, afkomstig van een naburig onland, glad parel zaad, de zeldzame ruige anjer en een miniatuur pantoffelplantje, Calceolaria scabiosifolia. Parel zaad en ruige anjer zullen wel opgeslagen zijn uit zaad dat uit de Achterhoek kwam (waarover ik in het eerste verhaal vertelde 4.1.75). Het pantoffeltje is een eenjarig dingetje, oorspronkelijk een sierplant uit Zuid-Amerika, heel zeldzaam verwilderd aange troffen, zoals in mijn tuintje. Twee jaar later In '73 was de tuin weer anders. In het geslotei^ plantendek was het heksenkruid naar de achtergrond gedrongen, maar verbreidde nu het robertskruid zich explosief. Nog steeds is deze ooievaarsbèk erg talrijk. Van zelf verschenen er een paar planten van het lever kruid, van het ruige klokje en van de avondkoekoeksbloem, die het jaar erop uitbundig bloeiden, maar zich niet noemenswaard uit breidden. In de herfst plantte ik hoofdzakelijk bolletjes bij, van winteraconiet, gele crocus, sneeuwroem, vogelmelk en hond stand, allemaal soorten die vast kunnen blijven staan en zich zelf vermeerderen. En in het afgelo pen najaar waren het weer uit sluitend bolgewassen: herfstcro- cussen, de terpencrocus, Crocus to- masinianus, 't sterhyacintje Scilla tubergeniana, herfsttijlozen, Itali aanse aronskelk en de prachtige, bij de wet beschermde knikkende vogelmelk, die echter net als de andere bolletjes zo bij de kweker te bestellen zijn. Ze moeten dit voorjaar een nog groter verschei denheid in de tuin brengen en het wachten is nu op het effect van al die bijplantingen. \Ze ko men al op en van de scillaatjes zijn de eerste licht hemelsblauwe bloempjes al open. 'Wij speelden nog schaak, de jon geren spelen alleen nog maar vari anten'. zo beklaagde zich eens de oude grootmeester Tartakower. In 'zijn' tijd was het schaakspel inder daad nog een avontuur. Tegen woordig is het vooral een hard werk. Veel overwinningen ontstaan dikwijls in het 'laboratorium' als resultaat van een zware acht-urige werkdag. De volgende partij werd in januari, in het jeugdkampioenschap van Rusland gespeeld. Het offer 18. Pf5was vroeger al bekend, maar een Witrussische junior slaagde er in te bewijzen, dat het ondanks de tegenovergestelde mening van meerdere theoretici toch correct Siciliaans. GOLLBIN—GALACIIOV. 1. e4 c5 2. Pf3 Pc6 3. il4 cd4 4. Pd4: g6 5. Pc3 Lg7 6. Le3 Pf6 7. Lc4 0-0 8. Lb3 d6. 8. Pa5 is wegens 9. e5 Pe8 10. Lf7tKf7: 11. Pe6! slecht. 9. f3 Dc7. Gebruikelijker is Ld7 met Tc8 of Da5. 10. Dd2 Ld7 11. h4 Pe5 12. 0-0-0 Tfc8 13. g4. Ook 13. h5Ph5: 14. g4 is kansrijk. 13. Pc4 14. Lc4: Dc4: 15. h5 b5 16. Kbl b4 17. Pce2 e5 18. Pr5! Bijna gedwongen, omdat na 18. Pb3 a5 zwart tot tegenaanval komt. 18. gf5 19. gf5 Kh8 20. Tdgl. Met de dreiging 21. Tg7:! Kg7: 22. Lh6t met Dg5. 20. Tg8 21. Dd6: 30. 49—44! geeft een belangrijk steunpunt prijs, maar is onder de omstandigheden noodzakelijk en sterk. Op 30. 39—34 volgt n.l. ver schrikkelijk sterk 30. 2933! 31. 38x29 19—24! waarna zwart het initiatief heeft en wit positioneel erg slecht staat. 30. 17—22 31. 37—32 7—11. Zwart wordt nu volkomen ingekap seld. Het proberen waard was 31. 22—28 32. 41—37 16—21 33. 27x16 18—22 met compensatie, al valt dit bij goed spel van wit wel tegen. 32. 31—26 22x31 33. 36x27 11—17 (gedw.) 34. 39—34 19—24 (gedw.) 35. 44—39 23—28!? Een nood sprong, maar aan de dreiging 39— 3328, gevolgd door 2721 of 27— 22 met de slag naar 14 was niet meer te ontkomen. 36. 32x23 29—33 37. 39x28 18x29 38. 34x23 24—29 39. 23x34 17—21 40. 26x17 12x23. Zwart staat nu een volle schijf achter, terwijl hij in de veronderstelling leefde, dat de Stelling na 21. Dd6:! En dit is nu de ontdekking: wan neer De2:? gespeeld wordt, is 22. h6 De3: 23. hgf Tg7: 24. Df6: Tg8 25. Th7:f! beslissend. 21. Dc6 22. Db4: Tab8 23. Dc5! Da6? Na Dc5: 24. Lc5: staat wit combinatie hem een gelijkspel op leverde. 41. 34—29 23x34 42. 40x29 13—19 43. 38—33 16—21 44. 43—38 21—27 45. 41—37 (dreigt nu met 29—24 en doorbraak). 1924 46. 3530 (toch) 24x35 47. 29—24 20x29 48. 33x24 en na enige zetten gaf zwart zlch gewonnen. Een door mij ge wonnen partij door een onnauw keurig middenspel van de Senega lees. FRANK DROST overwegend goed, maar nu wordt het erger! 24. Ii6 Tgc8 25. hg7:f Kg8 26. De5: Dc2: 27. Df6: De3: 28. b3 a5. Op 28. Dc3? volgt 29. Th7: 29. Dli4 h6 30. Dh6: DbG: 31. Th6: f6 32. Th8t Kf7 33. g8Dt Tg8: 34. Th7t Kf8 35. Tg8:t- Zwart geeft op. Dr. Wilhelm Massmann overleden. Op 17 december stierf in Kiel in de leeftijd van bijna tachtig jaar een van de belangrijkste Duitse pro bleemcomponisten, dr. Wilhelm Massmann. Hij heeft veel bijgedra gen tot de bloei van het Duitse probleemschaak en was mede-op richter van de Duitse vereniging van probleemvrienden en van hun tijdschrift Die Schwaibe'. Boven dien was hij de auteur van ver schillende vakboeken op probleem gebied. De compositiestijl van Massmann was veelzijdig. Zijn grootste en meeste prijzen haalde hij met zijn strategische miniaturen. Over- zijn oeuvre wil ik mij graag nog een bijna persoonlijke opmerking ver oorloven. Enkele tientallen jaren geleden hebben de voorstanders en theoretici van de 'Boheemse school' en de 'Duitse probleemrichting' el kaar nogal heftig bestreden, waar bij zelfs beschuldigingen en ^en nare polemiek niet achterwege ble ven een merkwaardig bewijs, dat een blind nationalisme zelfs alle, ook schijnbaar niet in aanmerking komende gebieden beïnvloeden kan. Dr. Massmann belichaamde echter juist een tolerante houding: hij componeerde even graag in bei de stijlen. Zijn laatste probleem, dat hieronder volgt, zou zelfs door een componist van beide richtingen (bijvoorbeeld Ha vel of Pospopil) gemaakt kunnen zijn. Dr. WILHELM MASSMANN 'Stern* 1974. Mat in drie zetten. Oplossing: 1. Pe4-f6. Ke5 2. Dd5f Kf6: (Kf4) 3 De6 (Ph5) mat. 1 Kg3 2. Lg4 Kf4 (Kf2) 3. Dh2 (Pe4) mat. LUDEK PACHMAN

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 19