doorwegen raakt in een benarde positie ussen Oost en West een paar roepia's kon ik pijn eetlust nog net redden' gebied rond Noordkaap is militair belangrijk geworden at went het gauw, toerist zijn in een ontwikkelingsland -LlpUW/KWARTET ZATERDAG 18 JANUARI 1975 BUITENLAND T11-K13 tien e eig< di f Chris Blankenburgh wijl alle aandacht van de wereld wordt vastgehouden door1 het ien-Oosten, waar het risico van een alles meeslepende oorlog lit, is het noordelijkste deel van West-Europa bezig een nieuwe d nningshaard te worden. :e rwegen dat sinds 1949 lid van "jlAVO is, Zweden'dat zich actief djtraa] houdt en Finland dat zijn doet op goede voet met de jet-Unie te blijven, zijn drie en die internationale ruzies tijd op flinke afstand hebben 'epen houden. Maar het soms bij- %ergeten noorden begint de in- ationale aandacht te trekken, land dat vooral in het zoeklicht t te staan is het vier miljoen tners tellende Noorwegen. De en zien tot hun grote verdriet rust verdwijnen en vrezen dig het middelpunt te worden internationale politieke ge- ullen en een machteloze speelbal eefle wat vriendschappelijker ge- wedstrijd tussen Oost en oi len [floorse ongerustheid wordt aller- ingegeven door de snelle toe- e van de strategische belang- teid van zee en grondgebied de Noordkaap het meest delijke puntje van, het Noorse yeland. Een tweede reden is de iekking van gigantische voorra- olde en aardgas in de zeebodem de Noorse kust. Het 'vloeibare van de Noren begint in het ;Jium van exploitatie te komen een tijdstip waarop blijvende gieschaarste internationaal als tand gegeven wordt erkend, wegen vreest met de twee an- noord-Scandinavische landen de aandacht extra op hun ge en gevestigd zal worden, zodra O en Warschau Pact zouden iiten tot een drastische' troe- 'ermindering in centraal-Euro- assische vloot gebied rond de Noordkaap in betrekkelijk korte tijd een ider 'strategisch gewicht ge kregen. Dat komt door de tamelijk recente, zeer sterke uitbreiding van de Russische marine, waarvan on geveer 70 pet. in de noord-Russi sche havens vlak bij noordelijk Noorwegen is gestationeerd. In juli 1967 verklaarde de Russische admi raal S. G. Gorsjkow al dat de Rus sische marine was omgebouwd tot een offensieve strijdmacht met een grote reikwijdte 'die een beslissen de invloed kan uitoefenen op het verloop van een gevecht.en die eveneens in Vredestijd ter zee de belangen van de staat kan onder steunen'. Sinds 1968 is de aanwe zigheid van de Russische marine in de grote oceanen en strategische wateren verviervoudigd. De onbetwistbare hoofdstad van de sowjet-marine is Moermansk, dat enkele honderden kilometers van de Noorse grens verwijderd ligt. In of bij deze havenstad hebben naar schatting 500 oppervlakteschepen en omstreeks 200 onderzeeboten hun thuishaven. De overgrote meerderheid van de Russische kernduikbootmacht Is er gevestigd. Deze belangrijke marinemacht is in staat de grote oceanen te bereiken dank zij de toegangswegen in de Barentzzee en de Noordelijke IJs zee. De schepen moeten echter een 630 km. brede zeestraat passeren die tussen noordelijk Noorwegen en de gedemilitariseerde Noorse eilan dengroep Spitsbergen ligt. Voor de Sowjet-Unie is dit zeege bied van het grootste belang. In tegenstelling tot de Oostzee, die grote delen van het jaar stijf dicht gevroren ligt, is de noordeüjke rou te dank zij de warme golfstroom ijsvrij en is ook de haven Moer mansk het gehele jaar door bereik baar. De route hëeft tevens het voordeel dat zij moeilijk te blokke ren is, zoals de Bosporus en de Dardanellen bij Turkije die de ver binding tussen de Zwarte Zee en de Middellandse Zee vormen. Tegelijk met de opbouw van de marine in het noordelijk gebied is de sterkte van het Rode Leger bij Moermansk toegenomen. Er zijn minstens vier divisies met om streeks 100.000 man gestationeerd. In de omgeving van Moermansk staan de silo's van de op de VS gerichte kernraketten en installa ties voor raketten, die Amerikaanse kernprojectielen met bestemming Moskou en elders onschadelijk moeten maken. Daar komt bij dat de Sowjetl-Unie bezig is het gebied van Moermansk en Archangelsk in versneld tempo te industrialiseren, wat samengaat met een bevolkings toename. Machtsconcentratie Voor Noorwegen, maar ook voor Finnen en Zweden, betekent dit een machtsconcentratie vlak bij htm gebieden, die traditioneel ui terst dun bevolkt zijn. Noorwegen heeft in het noordelijk deel een bevolkingsdichtheid van twee inwo ners per vierkante kilometer. Door het klimaat en de slechte eco nomische mogelijkheden Is het moeilijk mensen naar het noorden te lokken. De beweging gaat steeds in zuidelijke richting. De wegver bindingen naar het noorden zijn slecht en grote delen van het jaar in verband met sneeuwval onbe gaanbaar voor zwaarder verkeer. In het uiterste noordwesten heeft Noorwegen een 195 km lange grens met de Sowjet-Unie. De Noorse grensbewaking bestaat uit ca. 200 man, terwijl aan Russische zijde door ongeveer duizend grensbewa kers wordt gepatrouilleerd. Hoewel Noorwegen de laatste jaren steeds meer manschappen van zijn 12.000 personen tellende leger in noorde lijke richting heeft gedirigeerd, vreest Oslo voortdurend dat er grensgeschillen zullen ontslaan. Want bij een érnstig conflict is Noorwegen gedwongen onmiddellijk hulp in te roepen van zijn NAVO- De Russische marine doet nauwelijks meer onder voor de Ameri kaanse, en is met de modernste landingsboten uitgerust. De mili ciens van de Russische kruiser Michail Koetoesow zijn aan het oefenen met luchtdoelbatterijen. bondgenoten. Die kunnen pas na geruime tijd bijstand bieden, omdat de Noren steevast hebben gewei gerd NAVO-kernwapens en buiten landse NAVO-troepen op Noors grondgebied te stationeren. Dit beleid was een uitvloeisel van de gemengde gevoelens die Noorwe gen voortdurend jegens de NAVO heeft gekoesterd. Het liefst zouden de nogal nationalistische Noren al hun zaakjes zelf regelen. Het oude Noorse dilemma is de onmiddellijke /nabijheid van de Sowjet-Unie, die, volgens Oslo, steun van de NAVO onontbeerlijk maakt. Maar het nieuwe Noo,rse dilemma is dat de NAVO, met de VS als hoofdmacht, de gunstige ligging van Noorwegen graag willen benutten om de Russi sche marinemacht te kunnen de monteren. Voor Noorwegen bete kent dat zowel van de zijde van de NAVÖ als van het Warschau Pact sterke pressie kan worden Ver wacht. Diepzee-technologie De NAVO- en vooral de Ameri kaanse pressie op de Noren komt voort uit het antwoord dat van die zijde komt op de uitdaging van de sterk gegroeide Russische noordelij ke vloot. Het voornaamste gevaar dat de Russische marine bedreigt is de ontwikkeling van de Amerikaan se anti-vloot technologie. Deze maakt een fijnzinnig gebruik van de modernste - diepzee-technieken. Tot die technieken behoren uiterst nauwkeurige opsporings- en waar- nemings-apparaten die op de oce aanbodem kunnen worden ge plaatst. Een dergelijke apparatuur kan op grote diepte worden gekop peld aan onderzeese torpedo-batte rijen die op afstand kunnen wor den ingesteld en zo nodig worden afgevuurd. Het Franse maandblad Le Monde Diplomatique meldde in september, naar aanleiding van een publikatde, dat de Amerikanen al aardig ver zijn gevorderd met hun diepzee- technologie. Zo had het Chrysler- concern in samenwerking met de universiteit van Miami een 25 me ter lang onderzees station ontwik keld voor de marine, dat door duik boten kon worden bemand met 'a- quanauten'. In 1973 was al een produkt van dit 'Atlantis-project' ergens op de oceaanbodem neerge laten op een diepte van 300 meter. Het in 1973 van kracht geworden verdrag tot demilitarisering van de zeebodem verbiedt dit soort militai re toepassingen niet omdat in het verdrag slechts installaties op de zeebodem worden verboden als zij specifiek bestemd zijn voor massale vernietigingswapens, te weten kernwapens. Voor de NAVO en de Amerikanen is het van belang dergelijke appara tuur zo dicht mogelijk bij de Russi sche vlootconcentraties en op de Russische vlootroutes te plaatsen. Het ligt voor de hand dat de wate ren bij de Noordkaap, het gebied tussen Noorwegen en Spitsbergen en de regio, die zo dicht mogelijk bij Moermansk ligt, het meest inte ressant zijn. Maar voor de Sowjet- Unie is het bijna van levensbelang te verhoeden dat de Noren bij een toepassing van een dergelijke tech-^ nologie met de Amerikanen in NA- VO-verband 'onder zee' gaan. Dit betekent dat de Noren van twee kanten onder druk komen te staan. Aardolie De strategische verschuiving in noordelijke richting is voor Noor wegen nog ingewikkelder geworden sinds voor de Noorse kust grote olle- en aardgasvoorraden zijn aange troffen. Noorwegen wordt al 'het Koeweit van het Noorden' genoemd en Noren heten nu 'Arabieren met de blauwe ogen'. Uit vrees voor een oncontroleerbare economische en sociale omwenteling heeft Noorwe gen besloten zijn olierijkdommen slechts stapje voor stapje tot ont wikkeling te brengen. Zo heeft Oslo bepaald dat de olieconcerns alleen in het zuidelijke derde deel voor de Noorse kust naar olie en gas mogen zoeken. Ten noorden van de 62ste breedtegraad is dit taboe. Door dit besluit is Noorwegen al onder pressie gekomen van de Amerikanen die willen dat Oslo zijn olievoorraden zo snel mogelijk volledig gaat exploiteren en niet slechts 20 tot 50 pet. ervan. Noor wegen verzet zich daartegen en be sloot onder meer niet toe te treden tot het door de VS gedirigeerde Internationale Energiebureau (IE- A). Deze IEA dient immers de rijke olieverbruikende landen te bunde len tegen de olieproducenten en zoekt maatregelen om de westerse afhankelijkheid van Arabische aard olie zo snel mogelijk te verminde ren. Met een volledige exploitatie van de Noorse voorraden zou dit een forse stap zijn in de richting van het door de IEA gestelde doel. Maar behalve de vrees voor een sociaal-economische ontwrichting vrezen de Noren tegenacties van de Russen als overal in het door de Russische vloot bevaren zeegebied booreilanden verrijzen, die boven dien door Amerikaanse technici zouden zijn bemand. De Russen zouden kunnen vermoeden dat deze booreilanden stiekum ook worden gebruikt om hun vloot in de gaten te houden. Maar ook zou een zeer snelle concentratie van oliedollars in Noorse handen het Russische wantrouwen wekken dat die voor versterking van de Noorse defensie zouden worden gebruikt. De Noren weten nu al nauwelijks hoe zij hun olieinkomsten doeltreffend moeten aanwenden, onder meer door een tekort aan werkkrachten en een nog te kleine industrie om een groeiende binnenlandse vraag naar produkten te verwerken. Spitsbergen De Noren hebben bovendien reden om goede betrekkingen met de Sowjet-Unie te handhaven nu men sinds november met de Russen on derhandelt over de verdeling van de zeebodem tussen noordelijk Noorwegen en Spitsbergen. Bij dit overleg zal naar verwacht op de achtergrond het thema van de ma rinestrategie een geducht woordje meespreken. Voor Noorwegen dat lange tijd als arm land bekend stond, is daarmee een zorgelijke period^ aangebroken van een huis vol vleesspijzen waar over men twist. De zeer gewaar deerde tijd van een droge bete mét rust daarbij lijkt nu definitief voor bij te zijn. ate - - - - - Indonesië vlieg je op het ogenblik het goedkoopst met de Rus- Het veiligst wellicht ook, want er is nog nooit een Rus gekaapt, tr voordelig is het zeker via Moskou. menige Indonsiër wekt m'n reisroute verwondering. 'Vliegt rjoflot nog op Djakarta?' Een Chinese tokohouder ?egt bevreesd, hij toch maar liever meer aan de KLM betaalt dan een Rus- h stempel in z'n paspoort te riskeren. 'De willige prooi van Mos- en het communisme,' zoals in de a.r-pers (en niet alleen daar- de 'republiek Djokja' werd aangeduid in de jaren 1945-1949 25 jaar na de soevereiniteitsoverdracht een land te zijn ge len waarin eeh van de gevaarlijkste beschuldigingen luidt, dat iets rpet het communisme uitstaande heeft gehad. En voor etiket 'New Left' is men al even beducht. i i P stal rdou ltn 'est lla: sto kt hid< pu vol hl len 'In, Jf er in| I. ve- ijjn Ja ie-hi Als gewoon toerist is de journalist Ben van Kaam naar Indonesië gereisd, maar hij hoort nu eenmaal tot de generatie, die bewust heeft meegeleefd met de na-oorlogse strijd om Indonesië's onafhankelijkheid. Dus is zo'n reis hoe toeristisch opgezet ook een gerede aanleiding alles, ook uit het eigen geheugen, nog eens op een rijtje te leggen. Die poging stempelt bijgaand 'toeristisch reisverslag', dat wij met toe stemming van auteur en redactie in enigszins bekorte vorm overnamen uit het maandblad 'Voorlopig'. de oppervlakte bespeurt de op Java niets meer van de jj munistische partij, die na die Rusland en China de derde in wereld geweest moet zijn. Wel hij op huiver om over politiek iraten. De kampen zitten nog politieke gevangenen. Tot op i-niveau is het leger de zich elijk manifesterende macht. Javanen, die aanvankelijk ver- ïtingen hadden van Soeharto's we orde, üiten zich pessimis- i. In veel gesprekken valt het d corruptie. van mijn gastheren wijst me len stuk grond naast zijn huis. Is van een Chinees, maar een le-offlcier heeft het kort gele voor zichzelf ingepikt. De Chl- durft er niets tegen te onder en.' zakenman laat me een bedui- Ie kwitantie zien voor de Indo- e oliemaatschappij Pertami- De goederen heb ik afgèleverd, r de kwitantie krijg ik telkens g. De man die opdracht tot Jetaling moet geven, wil eerst '«penningen voor zichzelf. En iet nu nog een arme drommel maar hij rijdt in een aircondi- !d Mercedes!' iarta 1974. Van Indonesië weet geinig of niets: de namen van jeneraals en de politici stoet- iel ik door elkaar. Maar zicht- is in Djakarta de uitbundigste Ide naast de schokkendste ar- le. Paléizen van woningen en hotels. In dezelfde miljoenen bedelaars, dakloze gezinnen Ier enig bezit, stinkende krot- ;i djken, kinderen die hun hand euden omdat ze honger hebben, macht van het geld is nog ld een van de sterkste machten wereld en de Indonesiër, die 's bezwijkt voor de verlokking de aangeboden rijkdom, zal de eerste zijn in de wereldge- mfedenis, die zijn idealisme en ]W aan de zaak van zijn volk voor de schotel linzenmoes die ni^fote ondernemers hem bieden.' Is een citaat uit een artikel van van Randwijk, geschreven na ladjati, oktober 1946. laai bem maar aan, want zijn "ariteit met de Indonesische leidsstrijd staat tenminste vast. Evenals die van de 'deserteur' Prin- cen, de voormalige Nederlandse mi litair, die aan de kant van de Indonesiërs vocht, later officier en parlementslid werd in Indonesië en hoofd van het Instituut voor de Verdediging van de Rechten van de Mens. Ik wil hem opzoeken in Dja karta en vraag zijn adres. 'Dat kan niet', wordt me verteld, 'ook hij zit in de gevangenis.' Gevangenen 011- eb- or u tnpscht Er zijn het afgelopen jaar weer veel gevangenen bijgekomen. Naar schatting een 850. De rellen in Djakarta, precies een jaar geleden, toen de volkswoede zich richtte te gen met name de Japanners en hun -economisch Imperialisme, wa ren de aanleiding. Tal van kritische intellectuelen werden opgepakt, an deren kregen de aanzegging dat ze het land niet mochten verlaten. Wat moet je, 25 jaar na de soeve reiniteitsoverdracht, als Nederlander aan met zulke gegevèns? Er dringt zich een voor Indonesië uiterst pijnlijk beeld op. Gevangen zitten op het ogenblik globaal ge schetst de geestverwanten van uitgerekend die Nederlanders (een minderheid), die werkelijk solidair waren met de Indonesiërs in hun onafhankelijkheidsstrijd. En 'be grip' krijgt de huidige Indonesische regering vooral van de vroegere ko lonialen hier te landei die de 'repu bliek Djokja' met geweld wilden vernietigen. Die waarschuwen nu tegen 'bemoeizucht'. Een bezoek van drie weken aan Java maakt van niemand een Indo- nesië-kenner. Je doet een indruk op, de boeken en artikelen die je voortaan leest over'Indonesië heb ben een decor gekregen, En je hebt de schok ondergaan, die een eerste ontmoeting oplevert met een Azia tisch 'ontwikkelingsland', zoals dat in het verdoezelend westers jargon heet. Ander verhaal De tijd is er nog niet rijp voor, maar ik hoop dat Nederlanders en Indonesiërs samen eens de econo mische geschiedenis van hun lan den gaan schrijven. En dat zal een Betjak uitnodiging tot een wanverhouding. Foto: Audiovisie/Hans Samson. ander verhaal zijn dan wat thans nog als het juiste, beeld geldt, ver moed ik. De volksmond zegt het al precies. Het snuggerste is degene, die het buskruit heeft uitgevonden. En dat waren niet de Indonesiërs. Het bus kruit heeft meer vernietigd dan de kasteelmuren van de Europese adel. door Ben van Kaam Het was niet voor de aardigheid, dat de Europese kooplieden lood zware kanonnen lieten plaatsen op de schepen, waarmee zij uitvoeren om handel te drijven in Azië. Ren dabel bleek het zelfs om schepen mee te sturen met alleen maar kanonnen. Die braakten geen christelijke beschaving uit, wel krachtige argumenten om zich op de markt maar te schikken naar de wensen van degenen, die het bus kruit hadden uitgevonden. Het voormalige stadhuis van Bata via wordt thans als historisch mu seum ingericht. Ervoor staat te recht een enorm kanon, waar voor, naar de overlevering wil, de Javanen een mystieke eerbied heb ben gekoesterd. Men zag er zelfs een vruchtbaarheidssymbool in. Vruchtbaar voor de westerse econo mie is het In ieder geval geweest. 'Was u al eerder in Indonesië?' vraag de vroegere guerrilla-com mandant van de TNI. Zo te zien taxeert hij mijn leeftijd. 'Nee, ik was net te jong', zeg ik. 'Een vriend van me was hier wel als militair. Een Javaan spuwde hem in Soera- baja eens in zijn gezicht, toen hij in het peloton voorbij marcheerde. Dat verwarde hem. Hij begon zich iets af te vragen. Net als ik was hij opgevoed in het idee, dat de Java nen vooral dankbaar waren voor het zegenrijke werk van de Nederlan ders, voor de bescherming die ze genoten tegen de benden van de TNI, de 'ploppers', die de bevolking terroriseerden en die heulden met Moskou. U was als guerrilla-com mandant ook een soort communist;, zo was ons geleerd.' De vroegere Indonesische legeraan voerder reageert geamuseerd, toch ook een beetje gechoqueerd. Com munist? Hij? Het prikkelt mijn plaaglust. 'De be wijsstukken zag ik gisteren hier nog in het legermuseum. Allemaal wapentuig van communistische ma kelij. In Nederland waren de com munisten en (sommige) socialisten ook uw beste vrienden. In anti revolutionaire kring was uw vrij heidsstrijd een extreem links zaak je. 'Extremisten', zo noemde men u ook. Toen ik er later meer van wilde weten, kon ik nergens Hatta's gedenkschriften kopen. Alleen een communistische boekwinkel had ze'. Geamuseerde verbazing. Hatta communistisch? Ik begin te aarzelen. Overdreef ik niet een beetje? Terug in Nederland sla ik oude jaargangen op van Nederlandse Ge dachten. Maar jawel hoor. Nog in het nummer van 26 september 1949 (kort voor de soevereiniteitsover dracht) tracht AR De Kwaadste- niet, puttend uit socialistische bronnen aan te tonen dat Hat ta al in 1929 onder één hoedje speelde met de communisten. Tralies De armen uit de derde wereld blij ven op het tv-scherm in Nederland veilig achter het glas. We behoeven geen tralies voor het tv-apparaat aan te brengen om een al te recht streekse vorm van bezitsspreiding tegen te gaan. Tralies zitten er wel voor de ramen van de 'haves' in Indonesië, al hebben ze dan veelal de vorm van een siersmeedwerkje. Vooral vrijdags steken bedelende vrouwen, vaak met babies, en oude mannen hun handen erdoor. Eens zit ik op mijn eentje lekker te eten, wanneer bedelaars voor het smeedwerk verschijnen. Met be schaamde kaken kauw ik mijn voedsel en graai snel naar wat roe- Piah's om m'n eetlust te redden. Maar het went al. Het is verbijste rend zo snel als wanverhoudingen wennen. De eerste dag was ik er niet op voorbereid. Bij een stoplicht legt opeens een oude, invalide bedelaar zijn hand op mijn arm om de aandacht te trekken. Ik verstarde helemaal. De man heeft geen roepi- ah van me gehad, want ik was verstijfd van schrik bij deze niet geplande confrontatie. Ik wist me 1 geen raad, durfde de man niet eens aan te kijken. Armen en hongeri- gen horen op~ het tv-scherm, sympathiek ingeleid door Aad van den Heuvel. Het is een schok om ze opeens voor je te zien staan en ze iets tot je te horen zeggen. Wanverhouding Het duurt een week voor ik in Djokja in een betjak durf te stap pen, want ook dan begeef je je in een wanverhouding. Een betjak is een driewielige fiets met een over dekt stoeltje voor een passagier. Het wemelt in dé steden van be- tjaks, voortgetrapt door arme veelal van het platteland afkom stige Javanen, die ze van Chine zen huren om een hap rijst te verdienen. Het is zwaar werk in de tropische hitte, maar dé armoe in Indonesië is zo groot, dat 25 jaar na de soevereiniteitsoverdracht er twistgesprekken ontstaan wie het voorrecht mag hebben een Hollan der van een tachtig kilo voort te fietsen. Ik voel me hoogst ongemakkelijk, wanneer een oude, magere Javaan bij een brughelling moet afstappen omdat zijn gewicht ontoereikend is de trappers naar beneden te krij gen. Hijgend duwt hij me voort. Dit is. wat mij betreft, niet het meest geëigende moment voor de weder komst des Heren. Goed, je kunt proberen uit te leg gen dat de man zich vrijwillig aan bood. Ik heb hem toch niet ge dwongen met een zweep of zo? Het is mogelijk niet precies wat hij zich van 'merdeka' had voorgesteld, maar voor hem is het de gewoonste zaak van de wereld zo te zien. En stellig betaal ik hem meer dan de Javaanse vrouwjtes, die zich soms met z'n drieën in één betjakstoeltje persen op weg naar de passar. Op die manier verdient hij aan mij zijn hap rijst. Ging ik lopen, dan deed ik hem zelfs tekort! De VU- economen moeten maar eeips ver klaren hoe het komt dat deze oude Javaan zich in het zweet fietst om mij te vervoeren, inplaats van ik hem. Vrije Javaan Hij brengt me tot vlak voor de rondleidingen-ingang van de kra ton van de sultan. De sultan van Djokja was 'goed' in de oorlog, hij was ook tegen de Nederlanders en zolang die nog in Batavia zaten, kon de Indonesische regering bij hem terecht. 'Het roofnest Djokja had uitgeroeid moeten worden', volgens Gerbrandy. Het is niet ge beurd. De stad dankt aan haar gastvrijheid de universiteit waar we net voorbijkwamen. Wanneer ik na een uurtje de kra ton heb bekeken, staat de oude betjakrijder me zowaar nog op te wachten voor verder transport. Voor een paar gulden fietst hij me her en der de stad door. Ik vinei het geen geld voor de bewezen dienst, maar na een weekje betjak rijden, begint de zedelijke verwor ding. Ik word prijsbewust en ga onderhandelen wanneer er een ta rief wordt gevraagd, driemaal zo hoog als het bedrag waarvoor naar je ontdekt een arme sloe ber je ook nog zal fietsen. Ach eigenlijk gaat het niet eens om die paar kwartjes, maar je wilt niet aangezien worden voor een sufferd, die niet thuis is op deze markt. Eenmaal verwijst een betjakrijder me naar een concurrent. Hij zelf is juist in het stoeltje gekropen voor zijn middagtukje. Had z'n verdien ste voor die dag kennelijk al bin nen en wenst thans vredig te soe zen. Eindelijk eeü vrije Javaan. Een luie, vindt misprijzend het Westen. Tegen kolonialisme Een kwarteeuw na de soevereini teitsoverdracht is elke nette Neder lander tegen kolonialisme. We zijn zelfs gekwetst wanneer iemand ons daarvan beschuldigt. Hoe kwamen we aan die afkeer van het ver schijnsel? De kater na de soeverei niteitsoverdracht onder buitenland se druk (Amerika) getuigde niet van veel innerlijke overtuiging dat het geen pas geeft een vreemd volk te overheersen. Maar Nederland is thans rijker dan ooit. Niets kwam uit van de voorspelde rampspoed bij het verlies van Indië. Het was dus kennelijk voor onze welvaart helemaal niet nodig, dat er een Nederlandse gouverneur-generaal op een troontje in Batavia zat. Ik vrees dat we toen opgelucht tot algemene verwerping van het kolo nialisme overgingen. Tegen de sla vernij in de vorige eeuw gingen we ook heel anders aankijken, toen het instituut economisch overbodig werd. Van Randwijk in 1946 (ten tijde van Linggadjati)'De afhankelijk heid van Indonesië die met staat kundige middelen niet te handha ven bleek, kan met economische en financiële middelen bevestigd wor den en zelfs versterkt.' Irritatie Een vooraanstaand Indonesiër vraagt me vlak voor mijn terugkeer hoe de jongere generatie in Neder land tegen Indonesië aankijkt. Ik bespeur veel irritatie in Indonesië over kritiek van Nederlanders (Jan Pronk in De Rooie Haan). Moet nou uitgerekend dat kapitalistische rijke land, dat hier geen zweempje democratie duldde, zélf gevangen kampen had, de Indonesische rege- - ring de les komen lezen? Men pikt het niet. En bevestigd wordt het idee, dat Nederlanders eigenwijze betweters zijn, die gewoon door gaan met betuttelen, thans met ontwikkelingshulp. 'Jonge Colijn- tjes,' zegt men gesprekspartner spottend. Maar ik denk, dat Colijn juist op geroepen zou hebben tot begrip voor de manier waarop Soeharto c.s. de boel beredderen en gewaar schuwd zou hebben tegen het uiten van kritiek op de binnenlandse po litiek van een ander land. Want dat schept geen gunstig handelskli maat. En van Coen tot Colijn kwa men we hier om geld te verdienen, meen ik. De rest was bijzaak. Het wordt een pittig gesprek, waarin we van mening verschillen of de Jonge generatie in Nederland wel of niet een boodschap dient te hebben aan Nederlands koloniale verleden. De Nederlanders in Indonesië (zen ding, missie, ontwikkelingshulp) zitten niet lekker, ls mijn Indruk. Ik tref afstomping en cynisme, maar ook sociale bewogenheid, waarmee men geen raad weet. Met wie moet je so'idair zijn in het huidige Indonesië? Kun je als Ne derlander nog iets zeggen? 'We mogen Indonesië niet in de steek laten' zegt een oude vriend van het land me. De vraag, die me bezighoudt is: liet Prlncen, die nu gevangen zit, Indonesië in de steek? I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 13