met openbaar vervoer Uw probleem ook het onze fllsihalll Nieuwe boeken Loods uitgebrand Oplossing 'Wië is dit?' (Maandag) TROUW/KWARTET MAANDAG 6 JANUARI 1975 v BINNENLAND T6-K6 Kruikjes uit Cyprus, in de vorm van gedroogde papak'erbollen, omstreeks 1500 v. Chr., wellicht het aspirientje van de oudheid. (Uit: De techniek in de oudheid), rechts. Het bereiden van bier in Egypte: scène uit een graf van omstreeks 2500 v. Chr., links. GESCHIEDENIS PELGRIMAGE DOOR DE door W. F. Stafleu Beschaving schijnt wel te moeten bestaan en voortbestaan bij de gratie van reizen, uitwisseling van gedacthen, commu nicatie, beïnvloeding door ideeën en krachten van buiten. Of het de Grieken zijn die Rome beïnvloeden, dan wel Franken die Friezen onderwerpen, pelgrims die bij miljoenen door Europa en het Midden-Oosten reizen, of avonturiers die Afrika ontdekken overal ontstaan uit ontmoetingen nieuwe impulsen. Behalve dat er óók veel bedorven wordt, want communicatie is niet alleen maar winst. Een mooi boek van Henri Hodges', 'Tech niek in de oudheid', leert dat ook de technologie in de oude wereld (rijker dan Je oppervlakkig zou denken) nergens lang kon bloeien zonder zulke invloeden. Sommige gesloten samenlevingen zijn eeuw-in-eeuw-uit dan ook gewoon op het oude peil gebleven (nu nog Afrika hier en daar, en Nieuw-Gulnea), andere staan naar alle kanten open en maken ontwik kelingen door. Sommige werktuigen zijn misschien wel een miljoen jaar praktisch ongewijzigd gebruikt. Hodges geeft daar treffende staaltjes van. Zijn boek is een voor de leek uniek overzicht van de ontwikkeling van de technologie vanaf de oertijd tot aan het einde van de Romeinse wereldheerschap pij, vijfde eeuw na Christus. De twee of drie eeuwen rondom het jaar 3000 v. C. blijken beslissend te zijn geweest voor de ontwikkeling van de vroege technologie. Hodges wijst op de natuurlijke rijkdom die ooit in de tegenwoordige woestijnen van het Midden-Oosten bestaan heeft, de dpmerkelijke kunde van Babylonië en Egypte, de theorieën der Grieken, het huis-tuin-en-keukenniveau na de Ro meinse techniek, die gespeend was van vindingrijkheid. Aardig gevonden is zijn opmerking dat de belangstelling van de mens voor de bewerking van koper het eerste gewekt werd toen hij op zoek was na.ar een geschikte groene kleurstof om oogscha duw te maken. En wellicht is de uitvin ding van glas het gevolg van het bestu deren van mislukkingen bij de aarde- werkfabricage. Veel kan Hodges over brons vermelden en merkwaardig ge noeg veel minder over de latere ijzerbe- werking. Ook als ijzer allang bewerkt wordt, blijft brons nog favoriet. Hodges vermeldt ook het aspirientje van de oudheid: flesjes met opiumhoudend papaversap zouden in het Midden-Oosten ver voor onze jaartelling gebruikt zijn tegen hoofdpijn en andere kwalen. Ver der passeren de revue: transport, oogst, jacht, oorlog, domesticatie van dieren, vuur, aardewerk, wegenbouw in (Perzië hoog ontwikkeld), slavernij (Grieken land!), pomp, hefboom, watermolen, be ton (Rome). En: waarom gaven de Me- sopotamiërs hun kennis van het ijzer niet door aan andere volken? Waarom ontstonden er in het barbaarse Europa geen steden? Waarom hadden de Romei nen zo'n afkeer van techniek en waarom bleven de Grieken in de theorie steken? Het boek is fantastisch mooi geïllus treerd. Elk fotobijschrift is een korte samenvatting van de tekst een beetje dubbelop, maar toch wel handig. Franken Vergeleken bij zulke oude beschavingen komt die van de Franken, Friezen en Saksen in de vroege middeleeuwen ons maar boers voor ofschoon dr. Blok heel wat schoons uit die tijd heeft opge diept, zoals de eerste geschiedschrijver van Nederlandse bodem (Liudger, achtste eeuw), de eerste dichter (Gerward) en de eerste 'Nederlander' van betekenis (de Friese koning Redbad). Dat alles In een welkome herziene druk \>an. het boek over de Franken in Nederland. De bron nen zijn uiterst schaars. Dat Blok toch 144 bladzijden aan zijn onderwerp heeft kunnen wijden, en er staat geen woord teveel in, komt doordat hij de schaarse gegevens aan elkaar heeft kunnen praten door vergelijking met het Frankische rijk in het algemeen, door reconstructie en door hulp van andere wetenschappen, vooral de naamkunde, op welk gebied de schrijver eveneens deskundige is. Zo ont stond een fraai wetenschappelijk betoog, maar ook hoe bestaat het voor zo'n duistere periode een bepaald boeiende excursie naar een onbekend land, dat niettemin dat van onze voorvaderen blijkt te zijn. Want de geschiedenis van de Franken, dat betekent bijvoorbeeld ook de geschiedenis van het vroege christendom en het verzet der Friezen (Bonifatius!) daartegen. Wat brachten de Franken hier? In de eerste plaats, met hulp van de Angelsak- Reconstructie van een Mesopotami sche pottenbakkersoven van om streeks 3500 v. Chr. sen, het christendom. Dat maakte op de lange duur een eind aan het» geloof in mensenetende heksen, lijkverbranding, toverliederen, mensenoffers, verering van bronnen, bomen en bossen (Heiloo: hei lig bos; Ermelo: bos aan de god Irmin gewijd). Verder brachten de Franken het koningschap en. hun vorm van feodali teit. Niet dat Friesland tevoren een boe renrepubliek van vrijen en gelijken was Blok maakt met Algra een eind aan die romantische opvatting. Ook vóór de Franken waren adel en grootgrondbezit ters de baas. Zij waren ook het eerst tot samenwerking met het Frankische rijk en bekering tot het christendom bereid. Vreemd zag dit lage land eruit. Er staat in het boek van Blok een prachtige foto van de Biesbos. Daar kan men zien hoe ons land er in de vroege middeleeuwen moet hebben uitgezien. Maar een kaartje van Nederland uit plm. 825 durft Blok niet te ontwerpen; 'daarvoor ontbreekt ons nog de kennis'. De kustlijn een stuk westelijker, maar hoe? De Waddenzee een veenland? Een Zeeland en de Zuid hollandse eilanden? Wel kan men zeggen dat ons gehele land met veel bos was overdekt. Het land schap werd doorsneden door brede, onbe dwongen rivieren. Geen woonkern of hij lag bij of in het bos, dat voor de boeren- economie onmisbaar was als leverancier van hout, twijgen, bast, strooisel, loof voor veevoeder, honing en wild en als weideplaats voor varkens. Intussen werd dit bos ook toen al danig aangetast door ontginning, zowel voor uitbreiding van bestaande als voor het stichten van nieu we nederzettingen. Deze nederzettingen moeten we ons vooral niet te groot voor stellen. Behalve handelscentra als Maas tricht, Dorestat, Domburg en bestuurs centra als Utrecht en Nijmegen waren ze uiterst klein, een handjevol woningen en voorraadschuren. Pelgrimstochten In de tijd van de Franken al zijn er pelgrims, zoals J. van Herwaarden in zijn prachtige boek vertelt. Zeker, ook in nog oudere tijden waren bedevaarten bekend, tot duizenden jaren voor Christus in Egypte al, eia vooral in Azië is in allerlei religies de bedevaart normaal. Maar Van Herwaarden behandelt vooral de bede vaarten in de middeleeuwen. Dat waren niet alleenbelangrijke blijken van ge loof, ze helden op tal van facetten van het menselijk doen en laten ook grote invloed uitgeoefend. De eerste ctioistenen, legt Van Herwaar den uit, moesten er niets van hebben, en zoals bekérid hebben Erasmus en de kerkhervorpoars er later ook geen goed woord voor over. Maar in de eeuwen daartussen zijn miljoenen en miljoenen mensen o rider weg geweest. In de loop van de t wélede en derde eeuw vervaagde het bijbelse, geloof in het nabije einde der tijden. De cultus van heiligen en martelaren kwam ervoor in de plaats. Christelijke heiligdommen verrezen op plaatsen waar de heidense religie haar vereringscemtra had gehad. In de vierde eeuw bloedde de verering enorm op, wijd verbreid door de overbrenging van relie ken. Zonder deze 'translaties' is de chris telijke beejdende kunst van die tijd niet denkbaar. Namaakrefieken werden alom. verspreid; sommige heiligen blijken meer dan één hoofd of meer dan twee benen te hebben gehad. Rijk en arm, maar vooral rijk, trokken aijet alleen naar de relieken, maar ook naar plaatsen waar levende mensen met een roep van heiligheid verblijf hielden. Menige apostel- of heili genlegende kreeg meer betekenis dan het ware geschiedverhaal. Grote menigten mensen bezochtén de heilige plaatsen in Palestine. Stromen Pelgrims gingen naar Rome en Santiago de Compostela in Spanje. Kloosters en gasthuizen verrezen langs die wegen erheen, speciale geestelij ke broederschappen zorgden voor onder houd \$an wegen en bruggen. Menig vorst schonk; geld voor wegen en gasthuisbouw. De re'fsgidsen naar het heilige land- beho ren tot de eerste gedrukte boeken. En de toenemende kritiek op de bedevaarten (die er altijd was geweest; vrouwen en geestelijken werd de bedevaart afgeraden of zieAfs verboden) deed de oplagen en aantallen drukken van de bedevaartgid- sen niet verminderen. Iedereen herinnert zich van school het verhaal van de tragische kinderkruistocht van 1212. Er waren ook kinderbedevaar ten, namelijk naar Mont St. Michel in Bretagne, zo in 1333, 1450 en 1457-58. In 1457 waren vertelt Van Herwaarden talrijke kinderen uit Vlaanderen, Bra bant, Rijnland, Beieren en Zwitserland op weg naar de berg, ze vorderden zo'n 25 kilometer per dag. Hun enthousiasme werd door honger en dorst zwaar op de proef gesteld. Vier tot zes procent van de kinderen is onderweg gestorven. Wie denkt hier niet aan de rattenvanger van Hameln? want het zullen toch wel iets ouderen geweest zijn, die de kinderen in beweging brachten met een beroep op de heilzaamheid voor de ziel van het kind als het aan de tocht deelnam. Hoe gevoe lig waren de mensen niet voor dat argu ment, hoezeer nam dat niet' hun hele leven in beslag! In Regensburg hadden ouders geprotesteerd en de geestelijken gevraagd, de kinderen tegen te houden. Maar waar zijn de vermeldingen over protesten in andere steden? Een exta tisch geloofsbeleven van jongeren was niet ongewoon en dat van de meeste ouderen stond er niet ver vanaf. Huurlingen Het is wel een heel andere sfeer, waarin Geoffrey Trease ons brengt in zijn dikke boek over 'avontuur en hartstocht van de Condottieri' onder de titel 'De huurlin gen' In de 14e-16e eeuw traden in het sterk verdeelde Italië de condottieri op, de vaak buitenlandse huurling-generaals, die door vorsten en andere heren ge huurd werden, met of zonder legertje, om de oorlog aan te voeren, of om te voor komen dat er oorlog uitbrak. Deze con dottieri waren boeiende figuren, want het waren avonturiers. Trease weet er heel wat van te vertellen, want al staat zijn boek vol met (prachtige) afbeeldin gen, er blijft nog veel tekst over. Die is voor een belangrijk deel gewijd aan de grote Engelse militair Hawkwood, die vele jaren als free-lance generaal in Italië sleet. Wie het verhaal van al deze gene raals niet zo interesseert, wordt wellicht door de foto's geboeid, want we hebben aan deze huurlingen tal van schilderijen en ruiterstandbeelden te danken. Afrika Vier eeuwen ontdekkingsreizen in Afrika: dat betekent niet alleen het overbekende verhaal van Livingstone en Stanley, of de kolonisatie van Boeren en Belgen, maar ook bijvoorbeeld het zoeken naar de sprookjesfiguur Johannes de Presbyter in Ethiopië (ook Columbus was eigenlijk op zoek naar deze priester-koning). De Europese nieuwsgierigheid kwam ei genlijk laat op gang. Eerst in de acht tiende en negentiende eeuw werd reizen door het donkere werelddeel pas goed populair. De belangstelling van het pu bliek vertelt Timothy Se verin in zijn prachtige boek 'Afrikaans Avontuur' was onverzadigbaar. Zelfs nationale rege ringen werden bezeten door het enthou siasme en stopten geld in de meest waanzinnige projecten ter ontdekking en aankoop van de meest onbereikbare en waardeloze gebieden. Over Barbarije (christenslaven) en de Goudkust (door christenen geworven sla ven), over Timboektoe en Kongo, over Piet Retief en Dingaan, over de verwoes tingen die de jacht op groot wild aan- De Negus en z(jn onderdanen nemen deel aan een massale doopplechtig heid om hun geloof te bekrachtigen. (Achttiende eeuws Ethipisch manus cript). richtte, over nog veel meer gaat dit vaak adembenemende verhaal. Het boek bevat een groot aantal ongelooflijk mooie illus traties, die alleen al een treffende kijk geven op het avontuur in dit kleurrijke, romantische en eigenlijk nog altijd ge heimzinnige werelddeel. Alle hier besproken boeken zijn uigaven van Fibula-van Dishoeek te Bussem: Techniek in de oudheid, door Henri Hod ges, 259 biz. 32, Franken in Nederland, door dr. D. P. Blok, 144 blz. 36.50,. Pelgrimstochten, door drs. J. van Her waarden, 180 blz. 36.50, De huurlingen, door Geoffrey Trease, 272 blz. 45, Afri kaans avontuur, door Timothy Severin, 288 blz. 45. Vraag: Hoe is de procedure bij het verstrekken van een lening tegen schuldbekentenis? Antwoord: Degene die het geld ver strekt. stelt zelf de schuldbekente nis op. Gaat het om een klein bedrag dan is het wel voldoende, maar is het een grote som, dan adviseren wij altijd de notaris deze zaak te laten leiden. Het papier hoeft niet gezegeld te zijn. Het is niet nodig de bestemming van het geld erbij te vermelden. De schuld bekentenis moet in elk geval voor zien zijn van de eigenhandig door de schuldenaar geschreven en on dertekende verklaring'Goed voor.in letters en niet in getal len vermeld, krachtens geldlening', dan de naam en handtekening van de schuldenaar. Daaronder dag, j maand en jaaraanduiding alsmede de plaats van ondertekening. Mocht er verder over aflossing en rentebe- paling gesproken worden, dan dient dit opgenomen te worden in de schuldbekentenis. In een dergelijk geval weet een notaris de beste formulering. Vraag: Mijn bruingelakte Japanse mokkakopjes zijn in de loop der tijden dof geworden. Hoe krijg ik ze weer mooi glanzend? Antwoord: Er zijn veel mogelijkhe den: Origineel Japans lakwerk be staande uit een groot aantal lakla- gen óp zijdepapier of rijstpapierba sis, zou men als de kleur verder niet heeft geleden, heel voorzichtig met wat was kunnen bij wrijven. Deze kopjes zijn eigenlijk alleen om naar te kijken en niet om te gebruiken. Hebben de kopjes door het wassen met een voor dit doel niet geschikt wasmiddel of in een afwasmachine verguldsel en verf verloren, dan is er niets meer aan te doen. U kan de kopjes op de gebruikelijke manier afwassen en naspoelen met regenwater (heel goed voor allerlei huiselijke werk jes) direct afdrogen en niet laten staan tot ze droog zijn. Vraag: In de tuin van mijn nieuw gebouwde woning (hoekhuis van een rijtje) werd een paar dagen voor de oplevering door de aanne mer, zonder dat men mij dat had gevraagd, een greppel gegraven en een kabel gelegd voer een centraal antennesysteem. Volgens de aanne- iets onnodigs. Nu ligt die kabel vrij wel merkwaardig: U wil op uw eigen terrein geen last hebben van mer valt dit onder erfdienstbaarhe den. Er is aan de voorzijde van het huis een strook waar gas- en elec- triciteits- en de waterleidingbuizen liggen naar het volgende blok. Daar kan die antennekabel ook nog wel bij. Nu moet ik de aanleg van mijn tuin herzien en zal altijd kans heb ben dit kabeltje te beschadigen. Antwoord: In de eerste plaats dient u precies te weten wat er in het koopconctract staat over die erf dienstbaarheden. Zijn ze gespecifi ceerd? U kan bij de openbare wer ken van uw gemeente eens infor meren wat de gemeentelijke bepa lingen zijn met betrekking tot ka- belaanleg. De opmerking van de aannemer: Als u er last van hebt. moet u hem zelf maar verleggen, is diep (60 cm) maar als u dat vijver tje wil aanleggen, dat u van plan is, krijgt u wél last en dan zou u het zelf moeten veranderen. Onze raad: de notaris en bouw- en wo ningtoezicht moeten daar iets over zeggen. Over uw eigendom mag men niet beschikken als er een andere mogelijkheid bestaat. Vraag: Wat is nu eens een goed voorlichtingsboekje voor kleine kinderen en welke kinderbijbel kunnen we nu eens gaan lezen, nu v. d. Hulst en Anne de Vries al een paar keer doorgenomen is met de kinderen? Antwoord: Als er één ding moeilijk is, is het wel vragen beantwoorden waarbij men ouders en kinderen niet kent en waarbij de ouders degene niet kennen, die dit advies geeft. Wat de kinderbijbels betreft: in ons eigen gezin werd behalve de door u genoemde kinderbijbels voorgelezen uit vele andere, min of meer geslaagde, tot 'Klink' kwam. voor ons een prachtig boek. Daar naast werd ook stukgelezen: 'Een Vragen (één per brief) zenden naar: Uw probleem ook het onze. Postbus 507, Voorburg. Naam en adres vermelden. Eén gulden aan postzegels bijsluiten. Geheimhou ding is verzekerd. jaar bij de familie De Bloeme' van Mien Labberton, waarbij we ver schillende hoofdstukken beslist oversloegen. Het beste is, dat u eens naar uw leeszaal gaat en daar u laat inlichten over het daar aan wezige en dat u dan, eens rustig gaat zitten uitzoeken wat u het meest geschikt lijkt voor uw kinde ren. Let ook op de illustraties daar bij. Uw tweede vraag ligt ook in het persoonlijke vlak. Wij willen graag verwijzen naar nummer 6 van jaargang 22, 6 juni 1974 van de Consumentengids, een vergelijkend onderzoek van 12 boekjes over sexuele voorlichting aan jonge kin deren. De meeste van deze boekjes zijn in elke openbare bibliotheelf aanwezig. Zowel uw eerste als uw tweede vraag lenen zich als onder werpen voor discussiegroepen van jonge ouders, gemeente-avonden voor jonge kerkleden en groothuis bezoeken in nieuwe wijken. Spreek er eens over met uw kerkelijke contactpersoon. Vraag: Ik ben in het bezit van een heel oud stel bikkels maar ken de spelregels niet. Kan u me helpen? Antwoord: Toevallig kregen we een dezer dagen in de openbare biblio theek een gezellig boek, waarin de spelregels voorkwamen. Het heet Spelenderwijs, door Adrie en Geert van Oorschot, en werd bij De Bussy uitgegeven. Het is thans uitver kocht, maar waarschijnlijk zullen meer openbare bibliotheken het nog bezitten. AMSTERDAM Een opslagloods van een grote Amsterdamse papier handel aan de Willem de Zwijger laan is gistermorgen geheel uitge brand. Eerlijk gezegd, doorj\Jarijke Har- berts; uitgegeven dóór de Weten schappelijke Uitgeverij in Amster dam; 150 blz; prijs ƒ.14,90. Een serie interviews met elf vrou wen. nauwkeurig opgetekend en zo letterlijk mogelijk weergegeven door de Interviewster. Ze koos vrouwen om mee ha praten, omdat die meestal niet zo in de publiciteit komen, behalve als ze het 'gemaakt' hebben. Wat dat betreft onder scheiden vrouwen zich niet van mannen. Ook hen wondt zelden iets gevraagd als ze niet belangrijk of bekend zijn. Dat er in gewone mensen heel in teressante verhalen zitten, bewijst dit boek wel. De geschiedenissen van een kraamverpleegster, van een prostituee, een werkend meisje, een boerin etc. zijn eigenlijk zonder uitzondering spannende lectuur ge worden. Dat resultaat is te danken aan de werkwijze wan Marijke Har- berts: een combinactie van gezonde nieuwsgierigheid an een deson danks terughoudende manier van vragen stellen. Het enige wat hier mee een beetje in strijd is, zijn de wat damesbladacMige situatie- en sfeerbeschrijvingen waarmee de verschillende vrouwen voor de le zers 'geplaatst' warden, voordat ze zelf aan het woord komen. Al lezend krijg je wel het gevoel dat er enige tientallen boeken met vraaggesprekken gevuld zouden kunnen worden die allemaal zou den laten zien hoe boeiend mensen zijn, ook de onbekende. Dat geeft dan bovendien de lezer wel een beetje een voyeursgevoel, het gekijk en geluister naar andere mensen waarbij je zelf zorgvuldig buiten schot blijft. Maar ook interviews met bekende persoonlijkheden roe pen dat soort gevoelens wel op. En deze bedenkingen tegen interviews in het algemeen doen niets af aan de kwaliteit van dit boekje. A. H. 'Engel der vergetenen' door Heinz G. Konsalik. Uitgave: De Boekerij in Baarn. Prijs 19,90, 272 blz. 'Konsalik omnisbup' 452 blz. prijs 24,50. Doktoren spelen vele malen hun rol in vele boeken, die door Konsalik worden geschreven. Ook In 'Engel der vergetenen' herkennen we het patroon. Evenals in 'Een zomer met Danitsja' treedt hier een heelmees ter op, die in eigen land zijn be staan in de goot via onvoorstelbare hoeveelheden drank rekte. In een lepra kolonie in Achter-Indië krijgt de man de kans zich weer waar te maken. Hoe wordt ons in de beken de boeiende verteltrant van deze schrijver duidelijk gemaakt. De verhalen in de omnibus spraken ons helaas minder aan. 'De godin *van het oerwoud' die met behulp van een Polaroid-camera tot een bovenaardse verschijning wordt bij een primitief volk, waar ook onder opperhoofden de dienst uitmaken, is gewoon een slecht verhaal. 'Twee uur middagpauze' geeft echter een (ADVERTENTIE) goed beeld van een rijk man met een groot hart voor de vrouw van zijn vrien<j, anders gezegd: van een zeer bemiddeld man die alles heeft behalve een geweten. Bijna verra den we de plot van deze geschiede nis met op te merken dat hij niet de enige is. 'Manoeuvres in de herfst' tenslotte toont ons de wak kere borst Heinrich Emanuel Schütze. Wij volgen, deze uniform bezetene een halve eeuw op de voet en ondanks de politieke en militai re buitelingen van deze steeds weer op zijn benen en nog beter terecht komende Duitser is het een leerza me tocht die tot veel nadenken stemt. G.L. 'De mythe van de Mafi^t' door Ab Visser. Uitgave: A. W. Bruna en Zonen, Utrecht/Antwerpen. Prijs ƒ14,90, 174 blz. De Mafia, is 'in' mede dank zij de moderne communicatiemiddelen. Dikke boeken, barstensvol gedic teerd door mannen die de zwijg plicht verbraken, openbaren verbijs terende zaken uit een ver en pril verleden. Ab Visser, geen onbeken de in kritiekenland. schrijver van speurderromans en veelvuldig Italiëganger (met voorkeur voor Si cilië waar eens de Mafia ontsproot) heeft vele bronnen geraadpleegd en zo goed mogelijk vergaande weten schap op een rij gezet. Des te meer we te weten komen, des te myste rieuzer komt de georganiseerde mis daad op ons af. Eén zin, gelicht uit het feitenrelaas frappeerde ons: De Mafia is als God die dood verklaard is, maar blijft bestaan zolang er nog een mens in Hem gelooft. Wat ons deed denken aan Mario Puzo, schrijver van The Godfather, die een van de betere werken over de Mafia schreef maar daarvoor nooit een lid van de organisatie-ontmoet te. Ab Visser gaf een ons inziens goed overzicht in uiterst kort bestek dat soms, .gezien de vele vreemde woorden die echt op zijn Hollands konden 1 worden geschreven, wal proefschriftelijk aandeed. G.L. Wat nou weer, door Harriet Free zer, uitgegeven door De Arbeiders pers in Amsterdam; 142 blz.; prijs 12,50. Een verzameling cursiefjes, die voor een deel eerder verschenen in Op zij, Het Parool, het Algemeen Dag blad, waarvan de uitgever vaststelt dat ze 'vol laconieke humor zitten en in een zorgvuldige en toch springlevende stijl geschreven zijn'. Die aanprijzing gaat voor deze kor- j te stukjes over alle mogelijke on derwerpen (zoals ouder worden, emancipatie, modieusheid) wel op. Bovendien zal geen redelijk mens het met de meningen die Harriët j Freezer geeft, oneens zijn. Maar, zoals dat vaak met dit soort verza melbundels gaat, als je het boekje uithebt, blijft er niet zoveel van hangen. Het leukst zijn de stukjes waarin gewone constateringen ge daan worden, het vervelendste als er al te laconiek en springlevend gedaan wordt. De schrijfwijze van Harriët Freezer komt veel meer tot z'n recht in een informatief boekje, zoals dat over de overgangsjaren, dat eerder in deze krant vermeld werd. Zo'n wat moeizaam onder werp kan ze door haar manier van schrijven wat 'verlichten'. A. H. De vraag 'Wie is dit' in de rubriek 'Dag Maandag' van vorige we'ek werd door velen goed beantwoord: liet wés Johnny Jordaan. Prijzen gaan naar mev. P. Spek-de Jong. Kortenhoevcdijk 5a, Lexmond: mej. C. \V. Hekke. Pr. Mirgrletstraal II. BruInN-o: mevr. B. Jansen-Klomp. Pastoor Klontjes- straat 69, Hellen doorn. welzijn

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1975 | | pagina 6