werpt
zich
op
Zwart bestuurstalent
Atlanta
Egypte vervreemdt
weer
van VS
Amerika's
Nieuwe Zuiden
Vorig jaar
kwam
de doorbraak
Met het Arabisch streven
naar eigen wapenproduktie
valt niet meer te spotten
Stars en stripes omlaag in Cairo
L1IR0UW/KWARTET ZATERDAG 14 DECEMBER 1974
BUITENLAND T11/K13
Rimmer Mulder
Atlanta is de stad waar de dingen
-ebeuren, zeggen ze vaak in het
uiden en er is onmiskenbaar veel
aan de hand. Nog geen tien jaar na
bet einde van hun onderdrukking
bebben de zwarten hier de macht
ivergenomen. Bij de verkiezingen
van najaar 1973 kwam de door
wak. Atlanta koos de 36-jarige
warte advocaat Maynard Jackson
ot burgemeester. In de gemeente-
aad van achttien man kregen de
iwarten negen zetels en in de ui-
erst belangrijke schoolraad van
legen leden verwierven zij zelfs de
neerderheid met vijf zetels. Dat
ijkt niet meer dan rechtvaardig,
rant van Atlanta's bevolking is
neer dan de helft (bijna 55 pro-
:ent) zwart. Tien jaar geleden had-
len zij praktisch niets te zeggen.
)e rassenscheiding was in Atlanta
iet zo totaal en alles overheersend
ls elders in het zuiden.
Iwart kader
'och is er voor zwarten in Atlanta
ltijd iets meer ruimte geweest dan
n de meeste andere plaatsen. De
tad, ontstaan rondom een spoor
wegstation, heeft zich ontwikkeld
ot een handels- en zakencentrum
e midden van een overwegend
grarische omgeving. Het was daar-
loor iets minder afgesloten en star
lan de omliggende landelijke ge-
lieden. Er heeft zich daardoor een
aste kunnen vormen van geletter-
Ie zwarten, die goed, of zelfs zeer
oed in het geld zitten.
)e zwarte samenleving van Atlanta
leschikt al vele tientallen jaren
iver een goede universiteit. Zij is
n de vorige eeuw gesticht met
iehulp van geld uit het noorden en
1 vrij snel uitgegroeid tot een cen-
rum voor hoger onderwijs met eni-
e faam. Mede door die universiteit
reeg Atlanta een kader, dat wist
e profiteren van de kansen die de
[roeiende stad bood. De goed ont
wikkelde zwarten, die bij de blanke
akenlui de deuren gesloten von
den, gingen hun eigen banken, ver
zekeringsmaatschappijen en han
delsondernemingen stichten. Enke
le daarvan namen een grote vlucht
en behoren nu tot de grootste
bedrijven van het zuiden. Zij zijn
nog steeds volledig in zwarte han
den.
Zelfverzekerd
Dit kleine kapitalistische imperium
leverde naast een legertje zwarte
miljonairs een zelfverzekerde mid
denklasse op. Het zijn deze groe
pen, die nu de dienst uitmaken in
Atlanta's gemeentepolitiek. Burge
meester Maynard Jackson is
typisch een produkt uit dit arsenaal
van zwart talent. Hij is geboren in
|1 Atlanta, de hoofdstad van Georgia, is het paradepaardje van het nieuwe zuiden. Met anderhalf
niljoen inwoners is het een stad die meetelt in de Verenigde Staten. Het heeft alles wat een grote
Amerikaanse stad moet hebben: een groot zakencentrum met torenhoge kantoorgebouwen, veel res
taurants, grote warenhuizen, lelijke parkeergarages; ruime, groene buitenwijken met rijen éénge-
Éti) nnswoningen voor de middenklasse; villadorpen met parkachtige tuinen voor rijken; ghetto's met
vervuilde uitgeleefde woonblokken voor de paupers; en natuurlijk ook zeer hoge misdaadcijfers,
[ortom, Atlanta doet niet onder voor de grote centra in het noorden. Maar Atlanta is voor het mo-
ierne zuiden vooral van belang omdat het de eerste grote stad is met een zwarte burgemeester.
een goed nest en kreeg een uitste
kende opleiding. De beweeglijke,
goed van de tongriem gesneden
Jackson lijkt gemaakt voor de poli
tiek. Hij is nogal vlezig en heeft
een onderkin, maar met zijn dikke
haardos tot op de kraag en zijn
tintelende ogen ziet hij er toch
jong uit. Hij heeft een vrij lichte
gelaatskleur en een stem, die klinkt
als een klok. Ogenschijnlijk heeft
hij, behalve dan de kleur van zijn
huid, niets gemeen met de zwarten
die hun dagen slijten in de slums
rondom Atlanta's stadion. Toch is
hij er zich van bewust, dat hij een
neger is en dat dat een handicap is
in Amerika's zuiden. Hij is gekozen
door een meerderheid van zwarten
en ruim denkende blanken. Bij de
verkiezingen kreeg hij bijna zestig
procent van de stemmen.
Jackson is een liberaal, zeker vol
gens zuidelijke maatstaven. Er
wordt van hem verwacht, dat hij
iets zal doen voor de armsten van
zijn onderdanen, maar hij heeft wei
nig bewegingsvrijheid. Als stadsbe
stuurder is hij sterk afhankelijk
van het bedrijfsleven en dat is ook
in Atlanta nog altijd overwegend
blank, ondanks het aanzienlijke
'zwarte kapitalisme' in de stad.
De grote blanke financiers van At
lanta waren gewend dat één uit
hun kringen burgemeester was. De
verkiezing van Jackson was een
doorbraak van die traditie en hij
wordt daarom vanuit de wolken
krabbers aan Peachtree Street met
zeer veel argwaan bekeken.
Geen overname
'Wij zijn in een nieuwe tijd aange
komen wat betreft de raciale ver
houdingen'. zegt Jackson. 'De jaren
zestig werden beheerst door het
verzet van de zwarten tegen onder
drukking en discriminatie. Nu is er
een groeiend zwart electoraat, dat
ervaren is in de politiek en toege
wijd aan de beginselen van demo
cratie. Atlanta heeft een zwarte
Maynard Jackson, Atlanta's eerste zwarte burgemeester.
meerderheid. Die is niet langer
apatisch, maar durft de leidsels in
handen te nemen. En nu wordt er
onder de blanken gefluisterd over
een zwarte overname van de stad.
Ironisch genoeg zijn dat de blan
ken, die ons vroeger lui noemden
en zeiden dat de zwarten z ichzelf
niet vooruit wilden helpen. Nu wij
de handen uit de mouwen steken
hebben zij in eens over radicalen'.
Burgemeester Jackson heeft het af
gelopen jaar enkele malen de wind
fors van voren gehad uit de blanke
hoek. Hem is verweten dat hij te
veel zwarten benoemde en te zwaar
zijn eigen stempel drukte op het
stadsbestuur. Hij kan daar behoor
lijk kwaad over worden.
'De zwarten willen de stad niet
overnemen', gaat hij verder. 'Zij
willen samenwerken. Wij opereren
als burgers van de stad, niet als
een front, dat een bedreiging zou
zijn voor wie dan ook. Ik ben niet
geobsedeerd door racisme, maar
door de stad'.
Blanke angst
De robuuste Jackson is gevraagd
wat terughoudendheid te betrach
ten om de blanken, die nog niet
gewend zijn aan een zwarte burge
meester, wat te ontzien. Hij kaatst
die bal meteen terug: 'Ik kan er
niets aan doen dat ik zwart ben en
ik wil er ook niets aan doen. Als er
blanken zijn met angst voor zwar
ten dan moet de blanke samenle
ving daar iets aan doen. Wij willen
werken binnen het systeem, wij
willen het niet vernietigen'.
Op de vraag of de samenwerking
met de blanken hem mee of tegen
gevallen is geeft hij een kort, veel
zeggend antwoord: 'Het is beter
dan sommige mensen mij hadden
voorspeld, maar minder dan ik zelf
had gehoopt'.
Ondanks zijn schermutselingen met
de blanke oude bazen is Jackson
optimistisch. Hij heeft veel vertrou
wen in de economische kracht van
Atlanta. Hij noemt de stad 'de koe.
die heel Georgia melk geeft' en
pocht dat Atlanta in deze tijd van
•vretende inflatie' beter stand
houdt dan de grote steden in het
noorden.
Achterblijvers
Hetzelfde optimisme lijkt veel
zwarten in de stad te bezielen. Zij
zijn vast besloten hun pas verwor
ven positie van gelijkwaardige bur
gers niet weer prijs te geven. Bur
gemeester Jackson kan op hun steun
rekenen. Maar wat zal deze groep
doen voor de achterblijvers? De
'zwarte middenklasse' van Atlanta
mag dan snel groeien, de grote
schare armen wordt nauwelijks
kleiner. Zeker een kwart van de
zwarte bevolking leeft nog onder
kommervolle omstandigheden. De
werkloosheid onder zwarten is nog
altijd ruim tweemaal zo groot als
onder blanken. Vooral de jongeren,
die in de armenwijken opgroeien ko
men erg moeilijk aan de slag. Naar
schatting zit twintig procent van
hen permanent zonder werk. Deze
combinatie van leegloop en slechte
huisvesting leidt onder meer tot
veel huiselijke twisten, dikwijls met
dodelijke afloop. En een deel van
de gewone misdaad moet er ook
aan worden toegeschreven.
Deze groep paupers is met een
snelle economische ontwikkeling
van Atlanta niet voldoende. Maar
aan rigoreuze sociale p rogramma's
is burgemester Jackson nog lang
niet toe. Of er voor de armsten ook
nieuwe tijden zijn aangebroken nu
er meer zwarten in het stadsbestuur
zitten, moet nog maar worden af
gewacht.
door Heinz Gstrein
De plannen om tot een eigen Arabische bewapeningsindustrie te
komen zijn tot voor kort in het Westen bijzonder lichtvaardig op
gevat. Ten eerste waren er nogal wat toonaangevende lieden in de
VS die zich erin verheugden dat dit in ieder geval minder invloed
van de Sowjet-Unie tot dusver wapenleverancier nummer één
zou betekenen.
Achter die vreugde zat wellicht
ook de hoop goede zaken met
deze landen te kunnen doen
door de levering van licenties of
van heel verfijnde onderdelen.
Ten tweede had men van deze
voornemens tot een eigen bewa
peningsindustrie geen hoge pet
op na wat Gamal Abdel Nasser
op dit gebied gepresteerd heeft.
Diens opgeblazen schema's voor
de vervaardiging van raketten,
jachtbommenwerpers, ja zelfs
bacteriologische en kernwapens
uit de jaren 1956 tot 1964, waren
een voorbeeld van zelfoverschat
ting.
Deze experimenten vooral
met de Egyptische Zafer-raket
die in de oktober-oorlog van
1973 nog een keer voor niets uit
de mottenkist gehaald werd
liepen op mislukkingen uit. In
de fabriek voor 'oorlogstoerus
ting' in Cairo worden sinds het
eind van de jaren zestig eerder
boilers inplaats van raketten en
speelgoed inplaats van superso
nische jagers vervaardigd.
Daarom viel het nogal op dat
president Sadat in juni van dit
jaar bij de huldiging van pilo
ten, die zich hadden onderschei
den in de oktober-oorlog, plotse
ling één van de decoraties om
hooghield. waaraan een minia-
tuur-MIG bungelde en aankon
digde dat Egypte met de produk-
tie van eigen vliegtuigen ging
beginnen die tegen 1980 geheel
strijdwaardig zouden zijn. Deze
opmerking leidde tot een intens
diplomatiek vissen en gissen dat
er meestal naast zat.
Later bleek dat Egypte gewoon
op licenties uit is, waarbij Ameri
kaanse, Franse en Sowjet-mo-
dellen beurtelings onder de
schijnwerpers komen.
Twee dingen moeten bij dit alles
niet vergeten worden. Ten tijde
van Nassers grootse plannen had
men in Cairo, Heliopolis en Hel-
nan wel een aantal specialisten
van Duitse en Oostenrijkse af
komst aan het werk, maar die
moesten het zonder enige ge
schoold Egyptisch kader doen en
daardoor bereikten de ontwer
pen nimmer het stadium van
een echte serieproduktie. Dat
kader is er nu wèl.
Kernwapens?
Op het gebied van nucleair on
derzoek schijnen de Arabische
landen veel verder te zijn dan
algemeen wordt aangenomen.
Het is geen toeval, dat uitgere
kend de vooroplopers met een
eigen wapenindustrie Egypte en
Koeweit nu kernreactoren met
'gegarandeerd vreedzame bedoe
lingen' willen gaan bouwen met
hulp van Amerika, Canada of de
Sowjet-Unie. noe vreedzaam de
produktie is kan alleen gecon
troleerd worden aan de hand
van de leveringscijfers van ura
nium. Maar sinds de Arabieren
zelf uranium delven in Algerije
en in de Golfstaten valt die
controlemogelijkheid weg. Of de
Arabische landen zelf hun hele
oorlogsuitrusting, van patroon
hulzen tot atoombommen, gaan
maken, is alleen nog maar een
kwestie van tijd.
Russische leveranties te kijk voor publiek in Cairo: een Ml 6-helikop-
ter, daarachter een Antinew-troepentransport vliegtuig en daarachter
een Tupulew-jachtbommenwerper.
|oor onze correspondent in Cairo, HEINZ GSTREIN
!AIRO Eind november 1974 op een Egyptisch marinesteun-
De hartelijke pose van president Sadat en Kissinger tijdens diens
laatste bezoek in begin november kan niet verhelen dat deze
ontmoeting beiden een geweldige kater bezorgde.
alles op de kaart van Richard
Nixon gezet. Diens val betekende
voor Cairo niet minder dan een
godenschemering. Tot vandaag de
dag wordt in de Egyptische kranten
en radioprogramma's liefdevolle
aandacht besteed aan Nixons ge
zondheidstoestand. Dat men in de
Egyptische hoofdstad het hele Wa-
tergateonderzoek als een campagne
tegen Nixon ziet die door het 'in
ternationale Jodendom' is opgezet
kan men vaak genoeg horen, ook al
ziet men het nergens gedrukt
staan.
Tegenover de nieuwe president
Ford en tegenover de steeds sterker
wordende Democraten heeft Sadat
nog steeds zijn houding niet kun
nen bepalen. Zelfs aan het gezellige
haardvuur in de presidentiële villa
in Gizeh kon Kissinger bij zijn
laatste visite Sadat er niet toe
brengen om gevolg te geven aan de
uitnodiging die Nixon hem nog ge
daan had voor een bezoek aan
Washington.
De onzekerheid over het Ameri
kaanse beleid weerspiegelt zich ook
in de mopjes die in Cairo getapt
worden: 'Hoe lang zal president
Ford Kissinger nog als minister
van buitenlandse zaken houden?
Zolang Sadat Ismail Fahmi nog op
die plaats handhaaft Waarom?
Omdat het zo moeilijk is twee
even kleine mannetjes te vinden
die zo makkelijk In de zoeker van
de camera's passen'. Kissingers po
pulariteit bij de gewone man in
Cairo berustte vooral op zijn be
wondering voor de sjieke buikdan
seres Nagwa Fuad. Daar komt dan
weer de mop vandaan: 'Welke lan
den hebben een Joodse minister
van buitenlandse zaken Israël,
Vervreemding
Maar sinds Kissingers laatste be
zoek is het proces van vervreem
ding van de VS verder gegaan.
Tegen deze 'routine'-achtergrond
krijgt het bezoek dat de Sowjetlei-
der Breznjew halverwege januari
van het volgend jaar aan Cairo zal
brengen wereldpolitieke betekenis.
Egyptische functionarissen houden
vol dat Breznjew zélf om dit bezoek
gevraagd heeft. Het klinkt aanne
melijk omdat de diplomatieke ne
derlaag die de Sowjet-Unie zich in
het Midden-Oosten op de hals
haalde Breznjew door diens achter
ban zwaar worden aangerekend.
Het bezoek zou dus kunnen dienen
om zijn gezicht te redden. Maar dat
is een wat rozige voorstelling van
zaken. Daartegenover staat name
lijk dat zowel de industrie als de
strijdkrachten van Egypte nog ja
renlang op Russische onderdelen
en grondstoffenleveringen aange
wezen zijn. Vooral op het punt van
bewapening zijn de verwachtingen
die Egypte van Amerika had nau
welijks vervuld. En op zijn beurt
voelde Amerika zich voor het hoofd
gestoten door de Egyptische op
dracht aan Frankrijk om verschil
lende typen Mirages voor zich te
laten testen.
Er zijn overigens nog geen duidelij
ke aanwijzingen dat Sadat bewust
tot een tegen elkaar uitspelen van
de beide supermachten wil over
gaan. Zelfs bij de toewending naar
de Sowjet Unie kijkt hij nog altijd
over de schouder achterom naar de
VS of die hem toch nog niet een
krachtiger steuntje in de rug kun
nen geven.
Andere problemen
De aandacht van de gewone Egyp-
tenaren wordt veel meer in beslag
genomen door de inflatie, de hoge
huren, de voedingsmiddelen schaars
te en verkeersmisère in Cairo dan
door de Sinaiwoestijn. De nu twee
maanden aan het bewind zijnde
premier Hegazi, kreeg in het parle
ment pas nog geen handen op de
andere voor zijn buitenlands poli
tieke observaties maar oogstte ap
plaus van de 360 afgevaardigden
toen hij voor het volgend jaar een
heel pakket maatregelen aankon
digde voor opvoering van de wo
ningbouw, verbetering van het
openbaar vervoer en prijsonder
steuning voor de eerste levensbe
hoeften, met name ook voor siga
retten die door de Egyptenaren
daartoe gerekend worden.
Over grote vragen in het Midden-
Oosten hoort men in Cairo zeer
afstandelijke grappen, zoals deze:
'Ahmed, geloof jij in een vrede in
het Midden-Ooosten Zeker Ali,
wanneer men de Israëliërs maar
toestaat onbelemmerd Cairo. Bei
roet en Damascus te bezoeken
Wat willen ze hier dan doen?
Kom nou. Ali, gewoon zaken doen!
En de Palestijnen dan, Ahmed
Nou, die kunnen dan in Israël
de schapen weer gaan hoeden en
de sinaasappelen van de bomen
plukken'.
Amerika en Egypte Hoezo. Egyp
te Kissinger is het overdag
voor Amerika en 's nachts voor
Egypte'.
lint aan de Rode Zee. Onder de hier nog altijd stralend hete zon
eemt de Russische smaldeel-commandant Apanow op allerharte-
jkste wijze afscheid van de Egyptische marinebevelhebber
dmiraal Zikri. Het lijkt wel alsof het hier nooit juli 1972 geweest
de maand waarin de Russen op een order van Sadat als op de
lucht Egypte verlieten.
in de loop van de werkzaamhe-
in het Suezkanaal gedurende
e afgelopen zomer, lang nadat
merikaanse, Britse en Franse mij-
envegers aan het werk waren ge-
aan werden er aan de Zuidkant
an het Suezkanaal ook weer Rus-
in binnengelaten. Maar nu zij hun
lak in de Golf van Suez vervuld
hebben vertrekken zij in een geheel
andere verstandhouding als toen zij
aankwamen en maar net geduld
werden. Egypte en de Sowjet-Unie
zijn elkaar deze herfst weer een
stuk nadergekomen en het dankba
re afscheid van de Russische mari
neschepen in de Golf van Suez
hield tegelijk een tot weerziens in.
Terugkerend van het journalisten-
bezoek naar de Rode Zee ter gele
genheid van dit afscheid zagen wij
in Cairo nog een interessante aan
vulling op dit gebeuren: de portier
van het Victorlahotel haalde juist
de Stars and Stripes naar beneden
die in de herfstwind boven het
baldakijn wapperde. Sedert het be
zoek van Nixon midden-juni heeft
die vlag daar gehangen, naast de
rood-wit-zwarte driekleur met de
gouden rijksvogel van Egypte.
Met het binnenhalen van de Ameri
kaanse vlaggen hebben overigens
in augustus de Grieks-levantijnse
hoteliers in Cairo, Alexandrië en
Mersa Mahru al een begin gemaakt.
Dat was toen de Turkse invasie op
Cyprus terecht of ten onrechte
in verband gebracht met activitei
ten van Henry Kissinger de
Griekse gemeenschap in Cairo in
grote woede jegens Amerika deed
ontbranden. De Egyptische over
heid moest toen ongaarne aanzien
dat van de beste hotels, bars en
strandpensions de Amerikaanse
vlag neergehaald werd. Ook Maka-
rios' fel anti-Amerikaanse uitvallen
toen deze in september als nog
steeds erkend staatshoofd van
Cyprus in Cairo op bezoek was
brachten de autoriteiten zichtbaar
in verlegenheid. Maar sinds de
Amerikaanse minister van buiten
landse zaken bij zijn bezoek aan
Cairo in november zo'n zware dom
per op de hooggespannen verwach
tingen van de Egyptenaren zette,
zijn ook de andere Amerikaanse
vlaggen als op een hogere wenk
één voor één uit het stadsbeeld
verdwenen.
Godenschemering
Het hernieuwde wantrouwen tussen
Cairo en Washington is in de eerste
plaats een persoonlijke vertrou
wenscrisis tussen president Sadat
en president Ford. Sadat heeft zich
de positie van een Amerikaanse
president altijd even patriarchaal
en eigengerechtigd voorgesteld als
die van hemzelf. (Van die ambtsop
vatting heeft Kissinger bij de on
derhandelingen goed gebruik weten
te maken, bij Syrië en ook bij
Israël had hij het wat dat aangaat
heel wat lastiger!) Sadat kende
Nixon nog uit de tijd dat deze vice-
president van Eisenhower was en
hijzelf plaatsvervanger van Nasser
en hij had de laatste twee jaar
merikanen en Britten gingen
e Russen voor bij het oprai-
lingswerk in het Suezkanaal.
lannen van de mijnoprui-
uingsdienst van de Royal Navy
ian het werk bij het Egyptische
assagiersschip Mecca, dat
"s 1967 op zyn zy ligt.