Ger van Elk: 'Verbeelding' Kung Fu: exotisch ballet van het geweld Felle aanklacht tegen de riooljournalistiek Heinrich iLUM EER VAM KATHARIMA BEVERUMENI :i4TROUW/KWARTET ZATERDAG 7 DECEMBER 1974 KUNST T13-K15 Soms als je een tentoonstelling bezocht hebt, kunnen de daar opgedane erva ringen, de daar opgewekte emoties, je nog dagenlang intens bezighouden. Maar het gebeurt ook, dat je gedachten steeds weer teruggaan naar een be paalde expositie, jüist omdat je er eigenlijk helemaal geen ervaringen hebt opgedaan, dat er geen sprake was van enig menselijk contact. Want er zijn altijd wel vragen en die moeten er ook zijn: wat heeft de kunstenaar bezield? Hoe komt het dat anderen iets dat jij kenne lijk gemist hebt. wèl beleven? Zijn die anderen eerlijk? Of doen ze bang om niet voor vol te worden aangezien, maar alsof? Vragen, die nu weer geroepen worden door de overzichtstentoonstelling van Ger van Elk, wiens werken tot 8 januari 1975 ln het Stedelijk Museum te ■Amsterdam te zien zijn. Om maar direct met de deur in ihuis te vallen: tegenover Va*i Elk's werk stond ik met lege handen en een leeg hart. Rondwandelend door de niet minder dan twaalf zalen die voor diens voortbrengselen sinds 1968 zijn ingeruimd, overviel me eerst een gevoel van verbazing, dat langzamerhand overging in een on noemelijke verveling. Ik heb eerst - zo doen immers ook de meeste mu seumbezoekers het - zonder catalo gus geprobeerd. Ook al. omdat ik bij een vluchtig doorbladeren van dit door drs. R. H. Fuchs samenge stelde boekwerk stuitte op de uitla ting, dat Van Elk van mening is 'dat elk werk moet overkomen als een verrassend, intrigerend, moei teloos gevonden bon mot'. Kijken dus, geheel op eigen kracht. Dit zag ik o.a. een 'Well Polished Floor Piece', een goed gewreven stuk vloer, en daarvoor is dan de (driehoekige) helft van een vier kant zaaltje eens goed in de was gezet. 'The Well Shaven Cactus', de goedgeschoran cactus - ik hou me steeds aan de zakelijke omschrij ving - twee foto'sv waarvan de ene de ingezeepte cactus laat zien, met eromheen de daarvoor benodigde barbiersartikelen en de tweede het resultaat: de kale cactus. Kiekeboe En een 'Zelfportret achter een hou ten schutting' - de titels zijn oor spronkelijk in 't Engels omdat Van Elk ook in Amerika werkt - een schutting dus. gewoon van hout, waarachter, maar dan op een pro jectiescherm telkens het hoofd van de kunstenaar opduikt. Of 'Paul Klee - Um den Fisch', daarvoor nam hij het beroemde schilderij van Klee als voorbeeld, hij fotografeerde althans een soort stilleven, met als belangrijkste ver schil dat hij de vis op een bord situeerde. Die at hij op en het verobqren van die maaltijd legde ihij op een achttal dia's vast die op een (schuinstaand) gedekt tafeltje geprojecteerd worden. 'De ontdek king van de sardines', twee kleu renfoto's van een Amerikaanse au toweg, die gescheurd is door een aardbeving: in de scheuren stopte Van Elk een stel grote sardines; de reeks 'De symmetrie van de diplo matie', twee foto's steeds, waarop Van Elk eerst links zit of staat, in conferentiezaal of vliegveld en op de tweede foto poseert hij dan als zijn eigen tegenhanger. Dat zijn allemaal enigszins bijge werkte kleurenfoto's. Er zijn ook nog een aantal werken die meer in de conceptuele hoek liggen: 'Lijnen tussen waarheid en beeld' b.v. uit 1972: een ruim drie meter lange lat, daaronder een (even grote) kleurenfoto daarvan, dan een rode draad met vervolgens de gefotogra feerde versie en tenslotte een zwar te krijtlijn op papier, die ook weer geofografeerd werd. Zijn laatste werk zoals 'The Adieu' groep en 'De Waver bij Ouderkerk' is vooral gebaseerd op optische tru- cage's, foto's van met kleur be- door G. Kruis werkte foto's die weer gefotogra feerd zijn. Het opvallende is dat Iedere 'vondst' eindeloos wordt herkauwd: 'De medeoprichter van het woord O. K. 5 stuks: 'Omtrent de werke lijkheid van G. Morandi', I II en III; 'De symmetrie van de diploma tie I, II. IH. IV; 'The Adieu' vier maal. Ik vraag me af hoe deze meestal tomeloos vervelende geeuwverwek- kende toestanden overkomen op ie mand die onvoorbereid deze ten toonstelling bezoekt. Misschien zal die geschoren cactus of 'The Hair cut' nog een glimlach kunnen op wekken op de manier ongeveer zo als een cartoon dat doet. Een logi sche reactie, lijkt me zo. Maar, benadrukt drs. Rudl Fuchs dan in zijn inleiding, vergis je niet: 'ironie en visuele humor zijn toch, zoals zal blijken, onderhevig aan een diepe, artistieke ernst' Want: 'Het scheren van een cactus is. als Kunst, een gebeurtenis van een zeer persoonlijke verbeelding. De handeling kan geen andere functie heben dan om een teken van die verbeelding te zijn die het terrein bij uitstek is van Kunst. In die zin is de handeling bijna alle gorisch: zij verbeeldt de autonomie van de kunstzinnige verbeelding...' Maar goed, persoonlijk heb ik me dus gehouden aan omschrijvingen zonder meer, uit armoede omdat dit werk me in geen enkel opzicht iets te zeggen had. 'n Beetje eenzaam gevoel geeft dat. vooral als je in de vele artikelen duikt die in de loop der jaren al over deze kunstenaar geschreven zijn. Aan de andere kant: telkeijs weer vragen véle men sen zich af, niét spottend, cynisch of cru, maar écht. uit het diepste van hun hart, wat er toch aan de hand is met de kunst van vandaag. Later zal dat allemaal misschien wat overzichtelijker worden. Mis schien wordt deze periode dan aan gemerkt als een tussenperiode. Die waren er zoveel. En misschien is het ook allemaal wel een gevolg van een trieste communicatie-sto ring en dan in dubbele zin, want communicatie is een modieus be grip geworden, dat maar al te vaak inhoudt: degene, die niet begrijpt wat ik bedoel is een sufferd. Van twee kanten Zo'n storing komt van twee kan ten: van de kant van de mensen, die zonder meer alles wat zich bui ten hun (beperkte) gezichtsveld af speelt, onzin of bedrog noemen: die alles wat maar even 'anders' is, zonder nader onderzoek afwijzen. Maar ook van de kant van kunste naars als Van Elk, die - in een artikel van W. A. L. Beeren - dui delijk maakt hoe het met de kunst gesteld zou zijn, wanneer het maat schappelijk engagement terzijde wordt geschoven, het stuk drempel hoog blijft opgetrokken en de 'mo tivatie wordt gevonden in de on vatbaarheid van de identiteit'. Dèaruit en uit zijn hele oeuvre blijkt dat hij zich alleen maar richt tot bepaalde intimi, tot een artis tieke, nee beter: kunsthistorische élite. Daaruit blijkt ook, dat hij èn de organisatoren van dergelijke ten toonstellingen - gezien de begelei ding - eigenlijk al van te voren aannemen dat die anderen, dat 'ge wone' publiek toch geen interesse heeft. Dat is niet alleen maar eli tair, veel erger, het is pure hoog moed. Filmkroniek door dr. H. S. Visscher geweldballet in de achtertuin Wie een paar jaar geleden door een grote stad in Zuidoost-Azië wandelde, deed daar niet alleen de ontdekking dat 't wemelde van de bioskopen waar vaak al belangrijke Amerikaanse of Europese films draaiden die bij ons nog op het scherm moesten komen maar ontdekte ook een rijke fium produktie van Aziatische makelij waar hij nooit enige weet van had gehad. Trouwens, de affiches zagen er bont, sensationeel en zeer gewelddadig uit, en bovendien waren die films voor de Euro peaan onverstaanbaar. Niets wees er dus op dat we, buiten de Japanse films, ooit iets van die overige Aziatische produktie te zien zouden krijgen. Ger van Elk: 'The symmetrie of diplomacy', hout, karton, fotopapier (onder) en 'About the reality of G. Morandi II' 1971 (foto's en kleurenreproduktie). Niet lang daarna heeft er niettemin een massale invasie van die pro duktie in de westerse filmwereld plaatsgevonden: de 'Kung Fu- filras. Ze komen vrijwel allemaal uit Hong Kong, waar allang een intensieve filmproduktie aan de gang is geweest van merendeels heel kleine maatschappijtjes. Uit zondering is de produktiemaat- schappij van Run Run Shaw, en in een later stadium de maatschappij 'Golden Harvest', die echter toch veel kleiner is dan de Shaw-maat- schappij. Shaw bezit verschillende grote studiocomplexen en heeft een bedrijf ontwikkeld dat in omvang, outillage en produktietempo sterk herinnert aan de gouden dagen van het vooroorlogse Hollywood, Ook drijft de produktie voor een belang rijk deel op een typisch 'sterren'- systeem, al zeiden tot voor kort hun namen ons niet veel. Belang rijke vrouwelijke sterren zijn An gela Mao en Shih Szu. De belang rijkste manlijke ster was Bruce Lee, die echter na een korte blik semcarrière in de zomer van 1973 op een mysterieuze en nog steeds niet opgehelderde wijze stierf. Zijn begrafenis voltrok zich in het emo tionele klimaat van die van Rudolf Valentino en James Dean. Beheersing Wat sterren tot sterren maakt in de 'Kung Fu'-films, is niet zozeer hun vermogen tot dramatische ex pressie alswel hun feilloze beheer sing van de Chinese vechtkunst, de 'martial arts'. Letterlijk vertaald betekent Kung Fu niets anders dan 'techniek' of 'vaardigheid', maar het is in feite de naam van de op een zeer' oude traditie berustende Chi nese 'vechtkunst', zoals ook het Ja panse zwaardvechtem op zeeroude tradities berust. Ook bij 'Kung Fu' komen soms wapens te pas, die er misschien primitief en onhandig uitzien, maar die in handen van een goed geoefende gevechtsman van een dodelijke doeltreffendheid zijn. Maar veel belangrijker bij 'Kung Fu' is het menselijk lichaam zelf als 'wapen', waarbij de voet een even belangrijke rol speelt als de hand en vooral het lichaam zelf in bliksemsnelle en sierlijke bewe gingen een geweldige aanvalskracht ontwikkelt. Bruce Lee, die in Ame rika geboren is. studeerde filosofie aan de Washington University in Seattle. Dat is minder verwonder lijk dan het lijkt: de Chinese 'mar tial arts' vinden hun culturele oor sprong in de Chinese filosofie, en met name in het Taoïsme en het Buddhisme. De martial arts' kun nen gezien worden als de prakti sche toepassing van deze filosofie- en, en de verschillende gevechts- 'figuren' daarbij als middelen tot een hoger doel. Opmerkelijk is ook dat bepaalde filosofische basisregels van een duidelijk 'geduld' en lijd zaamheid getuigen. Dat laatste is overigens niet de gedachte die zich opdringt bij het zien van 'Kung Fu'-films. Ze zijn enorm gewelddadig, kreten en ge kreun zijn niet van de geluidsband tijdens de gevechtsscènes en er vloeit duidelijk en welig bloed. Het plot is veelal nogal mager, de per sonages blijven tweedimensionaal. Hoofdzaak zijn de gevechtsscènes, die minuten lang het record schijnt 20 minuten te zijn! het doek beheersen, en dan zodanig dat het duidelijk is dat er niet of al thans heel weinig getruceerd wordt. Van Bruce Lee wordt verteld dat hij al zijn gevechten zélf volvoerde, en daarvoor iedere dag urenlang trainde. Voor de niet-ingewijde is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om de verschillende technieken karate, taekwondo, 'Wing Chu Kung Fu' uit elkaar te houden. Alles geschiedt bliksemsnel en plot seling is er de' greep' of de stoot die de tegenstander definitief bui tenspel zet. Zwaartekracht lijkt nauwelijks te bestaan voor deze vechtheren en -dames, maar de uitwerking van hun sierlijke spron gen en wendingen is vernietigend. Het is een soort 'geweldballet', dat men voor zich ziet opgevoerd, dik wijls van grote perfectie en ele gance. De 'vechtfilmvs' uit Hong Kong heb ben in Zuidoost-Azië overigens ook De aarde is vervuld van geweld. Het is bepaald niet zo, dat wij leven onder een goddelijk re giem van liefde en gerechtigheid. God heeft, de bijbel spreekt er overduidelijk van, de regeer macht op de aarde aan de mens gegeven. God heeft die gedelegeerd: bouw en bewaar deze aar de. Niet Ik zal dal doen, maar U. Ik zal U wel rekenschap vragen. Vandaar dat de kerk be lijdt, dat een uiteindelijk oordeel de geschiedenis zal afsluiten. door J. van Doorne De stelling, of liever gezegd, de overtuiging van vele christenen dat God de wereld regeert, is een gevaarlijke overtuiging, die kan leiden tot passivi teit. Een overtuiging die temeer gevaarlijk is, omdat die uit eerlijke vroomheid voorkomt. God zal tenslotte bereiken wat Hij bereiken wil. Inder daad. Maar tussen 'nu' en 'tenslotte' ligt de regeer periode van de mens. Ik zei, dat de aarde vervuld is van geweld. Ik doel dan op geweld van de kant van de mens. Dat er verwoestend natuurgeweld is en was, lang voordat de mens er was, is een mysterie dat in dit artikel niet aan de orde mag komen. Ik doelde op het geweld van mensen. Er is velerlei geweld. Ik geloof dat het kan verdeeld worden in twee hoofdgroepen: geweld dat voort komt uit liefdeloosheid, uit machts- en bezitsdrift dus, uit pure kwaadaardigheid en geweld dat voort komt uit wanhoop, uit hunkering naar gerechtig heid. uit liefde. Ik behoef hier geen antwoord te geven op de vraag of geweld te allen tijde ongeoorloofd is. Geen enkele ethicus, marxist, christen of humanist, heeft ooit een afdoend ant woord kunnen geven. Op deze door het kwaad geteisterde aarde krijgt zelfs de meest deemoedige mens vuile handen. Wat ik hier stellen wil, is dat er een principieel verschil is tussen het geweld van de liefdeloosheid en het geweld dat door die liefdeloosheid wordt opgeroepen. Voortreffelijk Heinrich Böll heeft een roman geschreven, 'De verloren eer van Katharina Blum' waaraan hij de onder titel 'Hoe geweld kan ontstaan en waartoe' heeft meegegeven. Een voortreffelijke roman. In zekere zin handelt de roman over niet noodzakelijk geweld. Geweld is pas dan noodzakelijk, althans zo schijnt het ons toe. als wezenlijke waarden dreigen vernietigd te worden door het kwaad. Maar wat zijn wezenlijke waarden? Men kan erover twisten. Heinrich Böll is in zijn roman niet met die vraag bezig. Hij laat zien hoe geweld kan ontstaan als antwoord op schennis. Het gaat in de roman om een geval van journalistiek geweld. Ongetwijfeld gaat het hier over journalistiek geweld dat in Duitsland door het sensatieblad 'Bildzeitung' van het Axel Springer-concern bedreven wordt. Een geweld dat leder vernietigen wil, zo het abonnees, winst en politieke onrust opleveren kan. Waar gaat het om? Een jonge vrouw, Katharina Blum, een vrouw van volstrekt vlekkeloos moreel en maat schappelijk gedrag, ongecompliceerd wat haar gees telijke structuur betreft, knap van uiterlijk en geslaagd in de maatschappij, wordt zonder het te willen, in een de aandacht trekkende zaak betrok ken. Haar eer wordt volkomen vernietigd door de manier waarop een dagblad, 'Zeitung' genaamd, de zaak aan zijn lezers presenteert. Zij schiet daarom de journalist die haar bezwadderd heeft dood. Geen oordeel Nu moet hier gezegd worden dat Böll haar niet rechtvaardigt in déze zin dat hij zegt, haar daad goed te keuren. Hij keurt niet, hij geeft geen oordeel, hij laat zien. Dat hij aan de kant van Katharina staat, is duidelijk. Zijn boek is een aanklacht tegen riool-journalistiek zoals die in bepaalde landen bedreven wordt. Böll daalt zelfs niet in in het gevoelslevenvan Katharina. Anders dan vele auteurs, die zich een overigens literair toelaatbare almacht aanmeten, geeft hij geen ge dachten van Katharina weer. zodat voor de lezer bepaalde overwegingen van Katharina niet kenbaar worden, ook al worden ze vermoed. De lezer wordt dus de onbekende, die uit krantenverslagen, pro cessen-verbaal en gesprekken zich een beeld moet vormen van Katharina. Hij kijkt slechts in haar hart voorzover dat hart zich in daden en woorden openbaart. Hij ziet haar slechts door de ogen van anderen: vrienden en op sensatie beluste lieden. Dat geeft aan de roman een grote kracht. Moeilijk Böll maakte het zichzelf en zijn lezers niet gemak kelijk: Katharina is een moeilijk te doorgronden figuur, juist doordat haar geest eenvoudig is. Voortgekomen uit een geschonden gezin, waarvan de vader oorlogsinvalide was. de moeder uit wan hoop is gaan drinken en de zoon tot misdadigheid verviel, was Katharina als jong meisje in het f Hoe Qwefdkan ontstaan en waar huwelijk gevluent met een fabrieksarbeider, die een schoft bleek te zijn. Zij scheidden na een half jaar. in de jaren daarna weet zij als hulp in de huishouding bij enkele gezinnen in goeden doen enig kapitaal te vergaren, koopt een appartement in een gegoede buurt en een kleine auto. Jarenlang heeft zij geen enkel intiem contact met een man. Dan ontmoet zij op een feestje ten huize van een oudere vriendin een jonge man op wie zij op slag hevig verliefd wordt en hij op haar. Zij neemt hem na afloop mee naar haar woning, waar hij haar moet verteld hebben dat de politie hem zoekt en hem op het spoor is, en dat haar huis ai wel bewaakt zou zijn. Zij laat hem die nacht ontvluch ten. Hij is deserteur en wordt verdacht van enkele misdrijven. De politie dringt Katharina's woning binnen, vindt de vogel gevlogen en arresteert Katharina. Weten doet de lezer niets van wat er die nacht gebeurd is. Zoals ik al zei, doet Böll in dit boek afstand van zijn literaire alwetendheid. De 'Zeitung' maakt zich meester van het geval. Na enkele dagen is Katharina vermoedelijk een call- girl, mogelijk contact-adres van een linkse terreur groep, in elk geval een harde vrouw die haar moeder laat verkommeren en een eenvoudige brave werkman als echtgenoot geruild heeft voor een leven van welstand, van welke welstand de bron nen duister zijn. Voorbeelden De Zeitung-artikelen zijn cursief in het boek afge drukt. Het zijn voorbeelden van perfide verdraaiin gen van getuigenissen en even perfide insinuaties. De officiële gegevens die de politie verstrekt, wor den omrankt met smerige verdachtmakingen. Juri disch kan Katharina slechts weinig ten laste wor den gelegd. Zij wordt dan ook niet in hechtenis gesteld. Dat, wordt zij pas na haar vrijwillige aangifte van de moord. Ik vertel de inhoud van deze boeiende, ja spannende roman hier zeer ver eenvoudigd. want er spelen nog vele andere zaken mee. Voeg daarbij dat Böll lang niet altijd simpel schrijft en er soms van houdt, iets moeilijk te maken als het gemakkelijk is. en de lezer zal begrijpen dat hij zich inspannende aandacht ge troosten moet. Die moeite wordt overigens ruim schoots beloond. Eén daarvan is het meedenken over wat er nu precies aan de hand is met behulp van de getuigenissen en gebeurtenissen. Böll's ver ontwaardiging heeft hem gebracht tot het schrij ven van dit uitnemende boek. Hij heeft daarmee een schril licht geworpen op een zeer kwalijk facet van onze samenleving en wel eerroof. Verfijnde eerroof die moeilijk bewijsbaar is en daarom des te gewelddadiger. Het is een van de misdaden die onze door het kwaad geteisterde aarde geestelijk vervuilen doen. Heinrich Böll: 'De verloren eer van Katharina Blum. 'Oorspronkelijke titel: 'Die verlorene Elire der Katharina Blum'. Vertaling van Jan Bernard. Bij Elsevier, Amsterdam en Brussel. Aantal pagina's 172. Gebonden. Prijs ƒ16,90. al een miljoenendebiet gehad ln de tijd dat ze alleen nog maar stuntelig en 'goedkoop' waren. Het overgrote "deel van de bevolking van Hong Kong en van heel Zuid oost-Azië is zeer arm en voor een groot deel ongeletterd. Film heeft voor die miljoenen dezelfde functie die Menno ter Braak in de jaren twintig constateerde t.a.v. het West- europese proletariaat. Daarbij komt dat die films meestal het bekende patroon vertonen van de held die aanvankelijk de zwakkere lijkt, maar tenslotte zich openbaart als de triomfantelijke overwinnaar op de ogenschijnlijk overmachtige tegenstander. Het thema van 'de wraak' moet, bewust of onbewust, als een compensatie ervaren wor den voor al die miljoenen under dogs van de Aziatische maatschap pij. 'Doorbraak' De vraag blijft, waarop de 'door braak' naar het scherm van de westerse cultuurwereld berust. 'King Boxer' (1971) was de eerste, op de voet gevolgd door de films van Bruce Lee, 'The big boss' (1971), 'Fist of fury' (1972) en 'Way of the Dragon'. Wat trok het westerse publiek aan in deze films, die inhoudelijk voor ons toch enorm naïef blijven en waarvan het altijd verhoudingsgewijs lage budget duidelijk voor onze verwen de ogen in de hele set-up merkbaar is? Komt het doordat ze ondanks alle geweld en zelfs sadisme toch films van 'de onschuld' zijn verge leken bij de vermoeide films van het vermoeide westen? Komt het door de enorme belangstelling voor alles wat met China te maken heeft? Komt het door de eigen aardige, exotische estetiek van de 'geweldballetten?' Heeft deze vorm van geweld z'n aantrekkingskracht doordat ze toch iets heel anders is dan het domme geweld van revol ver en machinepistool in onze 'wes terns' en gangsterfilms? Hoe het zij: de Italiaanse spaghet- tiwestern die het geweld van de Amerikaanse western vertienvou digde en intensifeerde, heeft z'n tijd gehad. Het woord is aan 'Kung Fu'. In Italië heeft Carlo Ponti z'n geweldheld Hercules al met Karate verbonden. En de Engelse horror- specialisten van de Hammerstudlo hebben inmiddels al een even on waarschijnlijke als financieel doel treffende combinatie op touw gezet van 'hun' Dracula met de specialis ten van 'Kung Fu'. 'The legend of the seven golden Vampires' een film die in ons land circuleert begint, der traditie getrouw, in 'Transsylvania' waar graaf Dracula weer uit zijn graf verrijst als een Chinese monnik zijn spookkasteel bezoekt, om vervolgens in de ge daante van de monnik verder te leven. Begin 1800 Dan verspringt de handeling van begin 1800 naar begin 1900, van Transsylvanië naar China, waar Pe ter Cushing een Amerikaans pro fessor is, die bezig is met 'onder zoek' van het vampirisme. Dat loopt dan uit op een nogal naïeve expeditie, het Chinese binnenland in, naar een door vampiers be stookt geïsoleerd bergdorp. In het gezelschap een heel stel Chinese broeders onder aanvoering van Da vid Chiang, een van de huidige grote sterren van 'Kung Fu'; voorts een rijke Zweedse, die precies de opgelegde volbloedigheid heeft om haar tot slachtoffer van de vam piers te maken. De Hammerstudio trekt al het geroutineerde griezel- werk los van vampiers die, recht in het hart getroffen, op de meest afzichtelijke manier desintegreren, en David Chiang plus zijn in de 'martial arts' gespecialiseerde broe ders (en zuster Shi Szu) verzorgen het 'Kung Fu'-aspekt. De schamele 'logica' van het plot is ons bekend uit het vampier-genre, en kan ons in deze film dus beslist niet storen. Blijft het ballet van even gracieus als dodelijk geweld. Niet fijn, zult u zeggen. Maar vergeleken bij het sadistisch geweld van de Italiaanse spaghetti-western en het misselijk makend geweld waartoe Peckinpah vervallen is met zijn 'Breng mij het hq,ofd van Alfredo Garcia. afge zien nog van alle reële geweld in onze wereld is 'Kung Fu' niet de slechtste variant. Men hoeft niet per sé een 'fan' van het genre te zijn, om cat te kunnen waarderen. I

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Nieuwe Leidsche Courant | 1974 | | pagina 15