Grote groep
leden stapt
uit de PSP
Druilerig concert (met
luidruchtige uitsmijter)
van Residentie Orkest
Goede opvoering van
'De Wijze Kater'
Perfecte opvoering
'Op zoek naar jezelf'
Tsjechows mislukkin
blijkt gaaf en goed i
gebracht toneelstuk j
NIJENRODE
66 mensen onder wie Burggraaf
Veel nieuws, maar weinig goeds
Melodieuze
middag in
Concertgebouw
Prostituee
gewurgd, klant
neergeslagen
Japanse oogst
groot succes
op marimba
'Iwanow' boeit onmiddellijk
Helmonds
bedrijf ontsla
50 man
TROUW/KWARTET MAANDAG 25 NOVEMBER 1974
BINNENLAND/KUNST 1
Van onze parlementsredactie
UTRECHT Een groep van 66 leden heeft zaterdagmiddag op
een congres het lidmaatschap van de PSP demonstratief opgezegd.
Onder deze leden bevinden zich de meeste ondertekenaars van de
bekende groep van Oosterhesselen die in september in een verkla
ring de PSP had opgeroepen, nieer bij te dragen aan versterking
van de linkse eenheid.
Het lidmaatschap van de partij
werd laat in de middag namens de
66 opgezegd door de vroegere voor
zitter van de PSP. P. A. Burggraaf
nadat in de ochtendvergadering
een poging van deze groep om het
partijbestuur tot aftreden te dwin
gen, was mislukt.
Bovendien verwierp het congres
een voorstel van de afdeling Utin-
geradeel om terstond een debat
over de toekomstige politieke koers
van de partij te houden. Het con
gres stemde in met de mening van
het partijbestuur dat dit debat pas
april volgend jaar mogelijk is, o.a.
omdat eerst dat de ervaringen van
de partij in het overlegorgaan van
de progressieve drie ten volle kun
nen worderi gewaardeerd. Ook het
besluit tot uitspel van de politieke
discussie was voor de 66 aanleiding,
de partij te verlaten.
Verscheurd
Burggraaf verklaarde het uittreden
van de 66 uit de partij door op te
merken dat de PSP nu een ondui
delijke, verscheurde partij is gewor
den die geen perspectief meer biedt
voor de totstandkoming van een
rechtvaardige maatschappij. Zijn
verklaring werd door een andere
groep PSP-ers met vreugde begroet.
Een aantal leden hief onder aan
voering van het Tweede Kamerlid
A. G. van der Spek de internatio
nale aan nadat Burggraaf was uit
gesproken. De fractievoorzitter dr.
B. van der Lek betreurde evenwel
het uittreden van Burggraaf. Het
Partijbestuur gaf een verklaring uit
waarin het zegt de beslissing van
de 66 te respecteren en nog voort
te willen gaan met 'het kritisch
deelnemen van de PSP aan het
permanent overlegorgaan met
PvdA. PPR en D'66'.
Aan het begin van het congres had
het partijbestuur nog geprobeerd,
aan de ondertekenaars van de ver
klaring van Oosterhesselen tege
moet te komen door mee te delen
dat de tegen hen ingezette schor
singsprocedure tot na het politieke
congres van april zou worden uit
gesteld. Daarmee wilde het partij
bestuur de indruk wegnemen dat
het de bedoeling van de schorsing
zou zijn, de politieke opvattingen
van de groep monddood te maken.
Later werd echter een motie ver
worpen waarin op de groep van
Oosterhesselen een beroep werd ge
daan de PSP niet te verlaten.
den en enkele leden 'moraal de- v
raillement' verweten. Aanleiding tot
deze motie waren berichten als
zouden zich onder de groep van
Oosterhesselen enige PSP-ers be
vinden die de PSP zouden willen
doen opgaan in een Moskou-gezind
volksfront (o.a. PSP-voorzitter P.
Hoogerwerf, Van der Spek en oud
kamerlid H. Lankhorst hebben deze
verdenking geuit, in deze krant en
in de weekbladen Haagse Post en
De Tijd.) Het partijbestuur werd
van veel kanten, verweten, met
modder te hebben gegooid en par
tijgenoten door het slijk te hebben
gehaald. De motie-Zanen werd ech
ter met ruime meerderheid verwor
pen. Ook werd een motie afgestemd
die was ingediend met de bedoe
ling, Hoogerwerf van de leiding van
de vergadering te ontheffen.
De groep Burggraaf verspreidde
verder een stencil waarin werd ge
zegd dat de berichten 'uit de topor
ganen van de partij' over de Mos-
kou-gezindheid van sommigen doen
denken 'aan de donkerste jaren
van koude oorlogshetze'.
(Onze politieke redacteur tekent
hierbij aan dat de verdenking va'n
Moskou-gezindheid van enige leden
van de PSP en PvdA- niet bij hem
leeft, -maar naar hem is geble
ken bij enkele bestuurders van
beide partijen. Aangezien deze ver
denking een rol speelt in de discus-
sie binnen de PSP heeft hij daaro-
vpr in deze krant van 19 nov, jl.
bericht).
door R. IM. Degens
DEN HAAG Het was vrijdagavond in het Haagse Congresge
bouw wel een concert met veel nieuws, maar met weinig goeds.
Het Residentie Orkest speelde onder Ernest Bour een programma
waarvan de componistennamen voor de meeste toehoorders wei
nig bekend zullen zijn geweest en hun werken nog minder. Alleen
Satie komt de laatste tijd meer en meer in zwang omdat men
meent dat de betekenis van die merkwaardige man in het begin
van deze eeuw achter de coulissen van het Parijse muziekleven
had, ook in zijn eigen muziek terug té vinden is.
Lou Landré als de wijze kater. Rechts de koning (Jonh Leddy).
Een blijkbaar zeer aanstekelijke
vergissing, die bij herhaling tot
herontdekkings-pogingen aanlei
ding geeft, waarbij de toehoorders
dan meestal muziekjes te horen
krijgen als ditmaal de uit 1900 da
terende 'Jack in the box'; een suite
van drie stukken in de music-hall
stijl, door Milhaud geïnstrumen
teerd. Want na Saties dood werd
alleen het ontwerp ervoor in zijn
nalatenschap gevonden.
Sympatiek
Maar Satie pretendeerde geen 'gro
te' muziek te schrijven, al deed hij
dat in een enkel geval wel: dat
maakt hem en zijn werk wel
sympatiek.
De in 1971 o 95-jarige leeftijd
overleden Amerikaan Charles
Ruggles was behalve een excentriek
T", r-*. mens ook nog erg overtuigd van
ROTTERDAM,De goede bezetting van de schouwburg beweès zijn eigen betekenis als componist,
zaterdagavond dat het werk van Herman Heyermans nog altijd Hii werkte erg langzaam en zorg-
>nantpreekt' °P ge2^ kere.n StUk; sVöórtg s?mfoniscnh'%ndiSdeschiTn"
ken als Schakels Op hoop van zegen Eva Bohneur Uitkomst hij zes jaar te hebben gedaan. Het
etc. op de planken terug, doordat Heyermans' sociale bewogen- was in 1932 klaar en het is ge
heid of men het met hem eens is of niet een beelding krijgt schreven in de druilerige dissone-
die voor alle tijden geldt.
Rumoerig
Het congres was bijzonder rumoerig
begonnen toen T. J. Zanen uit Nij
megen een motie indiende om te
bereiken dat het bestuur in zijn
geheel zou aftreden. In deze motie
.werd 'bestuurlijke wantoestan-
Ex-voorzitter Burggraaf tijdens
het voorlezen van zijn verkla
ring.
door Ber Huising
Pirandello's 'Op ZoeW naar Jezelf' kreeg, zaterdagavond voor het
eerst in de Arnhemse Schouwburg, van Theater een perfecte op
voering. Regisseur Pierre Laroche had spel en spelers geheel in
de toon van ijdele, gekunstelde verfijning, zeg maar decadentie
gezet. Het decor van Germinal Casado, geheel van 'glas' en me
taal, met wat kleur in een draperie, werkte daaraan indrukwek
kend mee: somber, hard, luxe en leeg.
De spelers, chique gekleed, met veel
wit, bewogen daarin aanstellerig
voornaam. En zij converseerden. In
schoon geschreven volzinnen, best
vertaald door Dolf Verspoor. Over
.de bewonderde actrice Donata,
waar Fenneken Fockema Andreae
een bewonderenswaardige creatie
mcc opbouwde, van het angstige,
onzekere begin af tot aan het tri
omfale theatrale slot.
Pirandello tot en met. Beter kon
het niet, zou je zeggen. Maar je
moet er wel van houden. En dat
doe ik niet. Omdat ik die figuren
niet mag. Ik geloof ze niet. Ik kan
niet met ze meeleven. Ze leven zelf
ook niet echt, ze spelen rolletjes.
En daar gaat het dan juist om bij
Pirandello, die niet wilde weten
wat echt was, die fantasieën echt
noemde en zich daarom beperkte
tot een exclusief kringetje van lie
den die nimmer zichzelf zijn en
altijd komedie spelen. Die Donata
doet het dan ook nog voor haar
beroep, of roeping. En alleen vra
gen zich af of ze nu echt beleeft
wat ze speelt, of dat zij, in het
dagelijkse leven, maar speelt dat 2e
Iets beleeft. Daar converseren ze
dus aldoor over, alleen als Piran-
dellootjes. Donate zelf weet het ook
niet. Zij Is zichzelf nog nooit te
gengekomen. Wanhopig gaat ze op
een stormachtige avond zeilen met
een blonde kerel, om te verdrinken,
maar hij redt en bijt haar, zodat
ze eindelijk de liefde leert kennen.
Maar ook dat is niet zeker, en daar
praten zij en hij dan over in het
tweede bedrijf. In het derde staat
zij weer op het toneel. Hij kan
jaloers niet uitstaan dat ze daar
voor het publiek net zo doet als
thuis voor hem, en loopt weg. En
zij ontdekt opeens zichzelf, zegt ze,
en ze blijft toneelspelen. Dat is dan
toch nog een bevrijdend slot. Hoe
wel zonder antwoord, want de
vraag blijftnou ja, zo is Piran
dello. Hij wond zijn figuren op en
liet ze weer aflopen.
En dat ging dus perfect bij Thea
ter, knap geregisseerd, in een zwe
verige, onwerkelijke sfeer. Met een
sterk uitgewerkte rol van Fenneken
Fockema Andreae. Guy Lavreysen
was uitgekozen als de stoere, blon
de minnaar, kunstschilder en zei
ler, vrijgevochten en mannelijk.
Zijn gebaren en intonaties zijn er
niet n3T. Edmond Classen speelde
een zeer voorname graaf, Pauline
van Rhenen deed een vriendin met
alle mode-allures van 1930 onge
veer. Ton Kuyl, Annie Langenaken,
Arthur Boni, Dolf de Vries waren
prachtige voorbeelden van zeer def
tige visite. Bea Meulman deed het
Jonge meisje dat, ais enige in dat
gezelschap, gewoon zei wat ze
dacht, maar Pirandello deed er ver
der niets mee. Ze paste niet goed
in het probleem. Hulb Rooymans
als butler en Jan Verkoren, als
dokter (even voor die beet) moeten
ook genoemd worden, want alle
rollen werden best .gespeeld.
Daarom is ook de keuze voor deze
tweede première van ons Stadsto-
neel Rotterdam 'De wijze kater' al
leszins begrijpelijk. Het sprookje
voor volwassenen, dat uitgroeit tot
een kostelijke satire waarin door de
wijze kater harde noten worden
gekraakt. Het boeiende hierin is
uiteraard dat Heyermans zijn figu
ren ieder op zijn beurt aan het
woord laat en dat zij met overtui
ging spreken alsof zij het grootste
recht aan hun kant hebben. Zo de
figuur van Jonathan, die ieder in
zijn narigheid geholpen heeft, maar
daardoor zelf onder de schulden
bedolven is geraakt. De koning die
meent wijs te zijn, maar in feite
een betreurenswaardig idool is, dat
niets anders heeft te doen dan
koning te spelen. De koning wordt
geplaagd door de ratten die zijn
nachten doorwoelen. Het is de ka
ter die hem verlost en daarvoor in
een hoge funktie wordt geplaatst.
Maar de intriges groeien aan, gesti-
AMSTERDAM Het is echt geen
restant uit de romantiek, dat een
stuk muziek, net als een mens, leeft
van de melodie: dat is inderdaad
nog ouder dan de weg naar Rome.
Daarom slaat melodieuze muziek zo
perfect aan; bij de 'grote massa'
niet minder dan bij de 'happy few'. -
En of die muziek nu van Hendrik
Andriessen (Symfonische Etude, uit
1952), het Tweede Pianoconcert
van Liszt (zo'n honderd jaar oud)
of de jammer genoeg weinig
gehoorde Derde Suite in G, op
55 van Tsjaikowski die daar net
tussen in valt, doet er weinig toe.
Maaar dan moeten ze wel alle drie
een zo perfecte uitvoering krijgen,
als we zondagmiddag in de Grote
Zaal hoorden, met Kondrasjin aan
de directie-lessenaar en Dezsö Ran-
ki als solist in Liszt. En dan met
het onvolprezen instrumentale ap
paraat dat Concertgebouw-orkest
heet.
Goed, dat Liszt-concert drijft meer
op virtuoziteit dan op echte muzi
kaliteit, ofschoon het er natuurlijk
niet van gespeend is. De Jonge
solist Ranki (23) weet er in een
soms verbluffende snelheid wel
héél goed weg mee, en de soms
fondant-achtige solo trekjes
voor cello, hobo en fluit, met alléén
maar pianobegeleiding deden het
toch wel verbazend goed. Ook al
weer door de geraffineerde manier
waarop ook Liszt met melodieën
weet om te gaan. De solist bezit
een frappante slag-techniek die
zijn spel een boeiend leven geeft.
De Symfonische Etude van Hendrik
Andriessen is gebouwd op een rijke,
zij het vrij eenvoudige, sterke me
lodie met meest kleine intervallen,
hier en daar polyfoon verwerkt, wat
een vlotte levendigheid aan het
stuk geeft. De naam 'etude' mag
dan ook met een korrel zout geno
men worden: het werk behoeft niet
onder te doen voor de andere
symfonische composities van An
driessen. Aan het slot werd de
componist op het podium geroepen
om een dankbare hulde in ont
vangst te nemen.
Na de pauze ging Tsjaikowski's
Derde Suite in een verrukkelijke
uitvoering. Een stuk met een bloe-
semende orkestratie. Dirigent Kon
drasjin beheerste heel dit zo gede
tailleerde apparaat met meester
hand én meesterogen. Een stuk om
van te houden.
P. Visser
muleerd door Prins Arthur, die zijn
kansen belaagd ziet. We mogen be
kend achten hoe hij poogt de Kater
te vernietigen, door al de schuldei
sers in het geweer te roepen wat
echter leidt tot de briljante finale
waarin de Kater als opperrechter
de feilen van deze schuldeisers en
hun duistere praktijken in he_t licht
stelt. Een goede vondst is het decor
bestaande uit vele deuren. Zo heeft
de wereld vele deuren waarachter
geluisterd wordt met goede en kwa
de bedoelingen.
De regie van René Lobo legt zeer
juist de accenten waar de auteur ze
gewild heeft. De nog jonge Lou
Landré geeft een gave vertolking
van de Kater. Zijn lenige en snelle
katachtige bewegingen werken uit
stekend. Edo van Dijken als deze
Katers assistent komt minder uit
de verf, doch allicht ligt dat in de
bescheidener aard van zijn rol.
John Leddy is als monarch, koning
en zot tegelijk. In dë contex van
het sprookje uitstekend gespeeld.
Het Stadstoneel Rotterdam heeft
met 'De Wijze Kater' een goede
greep gedaan. Een geslaagde opvoe
ring. H. Steggerda
AMSTERDAM De 29-jarige pros
tituee Ingrid K. is in de nacht van
zaterdag op zondag in de Warmoes
straat te Amsterdam gewurgd. De
dader zou de 33-jarige H. R. zijn,
een man die geen vaste woon- of
verblijfplaats heeft. Deze is op zijn
beurt neergeslagen door de be
schermer van Ingrid K, de 30-jari-
ge souteneur N. O. Deze laatste
heeft Ingrid horen gillen en is di
rect naar beneden gerend, maar hij
kwam voor het slachtoffer te laat.
Daarop koelde hij in blinde drift
zijn woede op de klant. Hij sloeg
de man met een eind hout zo hard
op het hoofd, dat deze met ernstige
verwondingen en in bewusteloze
toestand in het Binnengasthuis
moest worden opgenomen. De Am
sterdamse recherche heeft de sou
teneur gearresteerd op verdenking
van zware mishandeling.
rende contrapuntische techniek die
in de jaren dertig overal opgeld
deed. De niet erg exacte uitvoering Klapstuk
door het Residentie Orkest maakte
het luisteren ernaar nog minder
plezierig.
Wie gedacht had dat het met het
'Concerto pour Hrisanide' van Rob
du Bols echt leuk zou gaan worden,
had zich laten misleiden door een
kort interview in het huisorgaan
van het Residentie Orkest, waarin
de componist wel kwijt wilde dat er
vreselijk veel in dit stuk gebeurt,
en dat er veel in te zien is, dat de
solite behalve de piano, ook een
orgel en een klein speelgoedpianot-
je bepspeelt en dat hij op een tam
tam aan het slot twee klappen
moet geven. Nou, dat is allemaal
wel gebeurd tijdens de ongeveer
dertig minuten dat dit concert
duurt. En pianist Alaxandru Hris-
danide, voor wie het is geschreven
zoals de titel aangeeft, had er wel
zijn handen vol aan. Maar Du Bois
heeft er kennelijk te veel in willen
stoppen en daarbij te weinig met
de onmisbare zelfkritiek gewerkt.
Het werd een allegaartje, waarin
stijlcitaten die hun werking missen,
en waarin een finale la manire
de Morton Feldman', waarmee de
naam van deze hedendaagse com
ponist die op heel bijzondere wijze
met de 'stilte' in de muziek weet te
werken, alleen maar misbruikt
wordt.
nuten hebben geluisterd nai
Symfonie nr. 2 van de 42-,
Deen Per Norgaard, die mei
langzaam verschuivende ritme
hoogste vier minuten de aap
vasthoudt, om tenslotte ovei
klapstuk van de avond te ki
berichten. Dat was, van de 21
ge Pool Jan Oleszkowicz, een
certo Grosso voor combo en
Bij de eerste piep- en krasge
van de strijkers bij de inze
het stuk, kon al vermoed v!
dat het been 'serieus' coi
grosso zou worden.
Loopje
Moet ik nog vermelden dat we deze
avond eerst nog vijfentwintig mi-
11
Oleszkowicz bleek zowel met
geheiligde muziekvorm als me
bepaalde vorm van amusemen|
ziek een loopje te gaan nemen
combo, bestaande uit electriscï
taar, electrische basgitaar, i
en orgel (Wim Overgaauw, 1
Kaihatu, Evert Overweg en|
Kools) neemt naarmate het
vordert e en steeds oorverdov|
aandeel in het spel met een
me reeks sequenzen, die al i
hoger en harder gaan, en,
dwaas blatend protest van he
kest uitlokken, totdat alles nJ
geluidsorgie als van een dolged
de popgroep in elkaar ploft, e
het orkest nog een poosje
amechtige slappe-lach geluidei
men. Dan heeft het tien mi^
èeduurd en dan is het uit. Dan
er ook inmiddels een paar vej
waardigde muziekliefhebbers!
zaal uitgevlucht; die laten zicb
voor de gek houden, o zo! Ma|
meeste toehoorders hebben het
uitbundig applaus gewaardeerij
een lekkere brutale uitsm
waarvan je na een, vervelen
slaapverwekkend programma
helemaal klaar wakker wordt, j
ROTTERDAM De eigentijdse se
rie van het Philharmonisch is vrij
dagavond in een redelijk gevulde
Grote Doelenzaal begonnen met
een concert onder leiding van Edo
de Waart. Twee 'klassiek' geworden
werken van Bartok muziek voor
snaren, slagwerk en celsta en
Strawinsky le sacré du prin-
temps omlijstten het optreden
van de Japanse marimbaspelelster
Michiko Takahashi.
Eerst bracht zij, samen met het
ensemble onder De Waart, de we-
reldpremire van 'Gitimalya', een
Bengaals woord voor boeket van
zangen, van de Japanse componist
Toru Takemitsu. Volgens de maker
was het hem onmogelijk een verde
re uitleg te geven of het moest zijn
dat het te vergelijken was 'met een
grasveld, dat zijn uiterlijk van tijd
tot tijd verandert, naarmate de
weersomstandigheden veranderen'.
Na een nogal 'mistig' begin, voort
bordurend op impressionistische
verworvenheden vielen er soms
verrassende effecten te beluisteren
in een orkestpartij, die nogal los
staat van de solopartij. Deze laatste
gaf de soliste intussen alle gelegen
heid haar inderdaad verbluffende
vaardigheid op de marimba te to
nen. In de haar gebrachte hulde
mocht ook de in de zaal aanwezige
componist delen.
Na de pauze liet Michiko zich nog
eens horen, ditmaal solo, tijdens
een uitvoering van het met veel
raffinement en zin voor contrasten
door onze landgenoot Ton de
Leeuw geschreven 'Midare', met
welk werk zij vorig jaar de Gaudea-
musprijs verwierf.
Het als 'opmaat' gespeelde meester
werk van Bartók, dat de afgelopen
weken al eerder werd gespeeld,
kwam er nog weer wat beter uit en
de 'Sacre' genoot een weergave, die
alle recht deed wedervaren aan de
ze geniale partituur: een prestatie
van de eerste orde van dirigent én
orkest. P. Veenstra
door Ber Huising j
Tsjechows Iwanow, vrijdagavond in de Amsterdamse Stadsschj
burg voor het eerst gespeeld door het Publiekstheater, heeft
dadelijk gepakt en niet meer losgelaten, met ontroeringen
glimlachend medelijden om al die, gaaf neergezette, onbeha
meisjes en hun gedoe.. Het werd een warm, en met humoij
speelde, mooi geregisseerde voorstelling.
(Advertentie)
Instituut voor Bedrijfskunde
te Breukelen.
3-jarige intensieve studie in de
bedrijfskunde voor mannelijke en vrouwelijke
abituriënten van het
Voorbereidend Wetenschappelijk
Onderwijs (V.W.O.).
Informatiedag op Nijenrode
zaterdag 14 december 1974
van 13.00 - 17.00 uur.
Inlichtingen en dokumentatiemateriaal:
Administratie Nijenrode te Breukelen;
ook telefonisch; 03462 -1944.
En dat van een stuk dat in 1887 als
een mislukking begon en daar
nooit helemaal overheenkwam. Pas
negen jaar daarna werd Tsjechow,
die het toneelschrijven zelfs tijde
lijk had opgegeven, ontdekt met de
Meeuw, doordat toen Nemirowitsj
Dantsjenko en Stanislawski in
Moskou pas begrepen hoe hij ge
speeld moest worden. Wat daarna
kwam De drie Zusters, Oom
Wan ja, De Kersentuin werd er
kend en bekend genoeg. Iwanow
bleef de zwakke beginneling die
zelden werd gespeeld. Tsjechow
deed later meer ervaring op, met
het toneel en met mensen; zijn
stukken werden evenwichtiger, sub
tieler, met mildere nuances en
meer diepte wat overigens vaak
tot zware en zwaarmoedige misver
standen leidde. Iwanow maakt bij
voorbeeld duidelijk waarom Tsje
chow zijn, veelal droef opgevatte,
werken blijspelen noemt.
De aandoenlijkheid want je kunt
het met deze mensen te doen heb
ben staat in dit stuk nog harder
en hoekiger tegenover het komi
sche, zeg satirische, kijk van Tsje
chow op onbenullige kleine burgers
in een stomvervelend kringetje.
Iwanow is een mislukkeling. Hij
beheert zijn landgoed slecht, hij zit
in de schulden, hij houdt niet meer
van zijn zieke joodse vrouw, die
haar bruidschat verspeelde. Als zij
sterft en hij de jonge Sasja kan
trouwen die trouwens ook geen
geld krijgt van haar gierige moeder
durft hij het niet aan. Want
Iwanow is ook nog een mistroostige
zelfbeklagende zielewroeter, die
niets doet, en eigenlijk liever dood
wil. Zijn enige positieve negatieve
daad aan het slot is dan ook zelf
moord. Tragisch werkt die niet,
want niemand heeft hem begrepen,
ook hijzelf niet.
Eric Schneider maakt die3 Iwanow
helemaal. Annet Nieuwenhuyzen
speelt ontroerend zijn stille, liefde
volle vrouw, die hem had willen
begrijpen en dan bitter ontdekte
dat zij hem al kwijt is voor haar
dood. De scènes van die twee grij
pen wel even naar de keel. Sasja,
levendig gespeeld door Petra La-
seur, is het bruisende, vrolijke jon
ge vrouwtje, dat te oppervlakkig is
om vat te krijgen op die misnoegde
piekeraar, en dan het huwelijk toch
wil doorzetten uit pure, egoïstische
koppigheid. Max Croiset maakt een
mooie creatie van haar goedige, te
veel drinkende, vader die stuntelig
wat probeert te redden. Met geld,
want verder begrijpt hij er ook
niets van. Anny de Lange zet haar
gierige, bazige en harde moeder
trefzeker neer.
Er is ook nog een komisch huwe-
lijkspaar. Jan Retèl, prachtig
een afgezakte, hinderlijk leuti
de, vriendelijke oude baron, t
tegen zijn zin gekoppeld aan
riëlle Fiolet, als een opzicl
aanstellerige weduwe met ci
Nell Koppen is een kostelijke
pelaarster, met veel humor, ei
kordate zakelijkheid. Zij be
tot de figuren, die zich wel h
haven, omdat zij geen last h(
van een geweten en andere g
ligheden. Hans Boswinkel is
mannelijke tegenhanger: een
gaire grappenmaker, die alleen
(oneerlijke) zaakjes en voorde
denkt. En daar heeft hij een
zi^n beste rollen van gemaakt.'
loopt Gerard Hartkamp nog gri
rond als het mannetje dat a
over kaarten kan praten, en
man van Elteren is duidelijk
wezig als een paar zwijg:
slaafse bedienden op de ac_
grond. Er zijn nog een half d
gasten. En dari is er, zoals ii
bij Tsjechow die ook arts w
de dokter, de wetende buitenst
der. Deze, best gespeeld door
Croiset, is een nogal eigen
doordrammer, die Iwanow
met de bittere waarheid zoal!
die ziet. Later leerden Tsjecho
zijn dokters meer relativeren.
Croiset had ook de regie. In
waarlijk mooi decor, en me
kostuums, van Huub van G
schiep hij de Tsjechow-stem
gen, met een afwisseling van b
gingen en voorbeeldige tafer
De grote tegenstellingen van
giek en komische scènes en
ren, wist hij beheerst bijeei
houden. Er viel niets buiter
toon, en zo werd Iwanow naar
gevoel, een heel bevredigende a
theater.
HELMOND Textielbedrijf
dens en Van Asten in Helm
fabrikant van gordijn- kleding
fen en dekens, heeft een ont:
aanvraag ingediend voor 50 p<
neelsleden. In totaal werken er
man. |i
De aanhoudende zwakte van dec
zet van kledingstoffen zowelc
binnen- en als buitenland alsn
de sterke kostenstijgingen dwirt
tot een gericht aanpassing vanl
personeelsbestand ridus de direj